Domotica onmisbaar voor huisvesting ouderen Vergrijzing nieuwe loot onderzoekers en consultants zich verdiept in de praktische uitwerking van een duurzame toepassing van informatie- en communicatietechnologie in de huisvesting van ouderen. Dit gebeurde in het NIDO-programma ‘In Eigen Omgeving Oud Worden’. De resultaten van dit programma zijn van belang voor alle partijen die betrokken zijn bij huisvesting voor senioren. Het aantal 65-plussers verdubbelt de komende vijfendertig jaar tot meer dan vier miljoen, aldus een CBS-prognose (zie grafiek). Dat leidt tot een groeiende vraag naar ouderenhuisvesting. Al die ‘nieuwe’ ouderen willen bovendien steeds vaker zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Zo kunnen ze hun eigen leven blijven leiden, in een omgeving waarin ze zich thuis voelen. Deze twee ontwikkelingen leggen druk op de samenleving om met oplossingen te komen. Extra voorzieningen op het gebied van veiligheid en comfort kunnen ertoe bijdragen dat ouderen langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Toepassing van informatie- en communicatietechnologie (ICT) in de woonomgeving (ook wel ‘domotica’ genoemd: een samenvoeging van ‘domus’ (huis) en ‘robotica’) is daarbij van cruciale betekenis. De afgelopen jaren is her en der al geëxperimenteerd met toepassingen op het gebied van veiligheid en zorg, zoals inbraakalarmering en sociaal-medische alarmering. Helaas lag het accent daarbij veelal op een overaanbod aan technologische snufjes, waardoor de bewoner zich eerder gehinderd voelt dan geholpen. Een duurzame oplossing vereist bovendien niet alleen winst voor ouderen, die met domotica langer actief kunAuteursinfo Josco Kester is manager van het NIDO-programma ‘In eigen omgeving oud worden’ en is werkzaam als onderzoeker bij Energieonderzoek Centrum Nederland ECN. ‘In eigen omgeving oud worden’ was winnaar van de NIDOSprongprijs 2001. Meer informatie vindt u op de website www.ineigenomge-vingoudworden.nl en www.nido.nu. Het NIDO is bereikbaar via tel. 058-2954545. 18 > Milieutijdschrift ArenA nen blijven deelnemen aan de samenleving (People), maar ook financiële haalbaarheid (Profit) en een zo laag mogelijk energiegebruik (Planet). Over de laatste twee punten bestaat nog veel onduidelijkheid, waardoor toepassing op grotere schaal wordt gehinderd. Het is daarom belangrijk om tot duurzame oplossingen te komen, waarin ook de financiële en milieuaspecten automatisch worden meegenomen in het ontwerp. Speerpunten Om een stimulans te geven aan de ontwikkeling van nieuwe, duurzame huisvestingsmogelijkheden voor ouderen heeft NIDO – in samenwerking met de ECN-unit Duurzame Energie in de Gebouwde Omgeving en vele partijen uit de wereld van wonen en zorg (praktijk, onderzoek en beleid) – het programma ‘In eigen omgeving oud worden’ op de rails gezet. De afgelopen twee jaar kwamen hieruit de volgende drie speerpunten van een duurzame aanpak naar voren: > ontwikkel een vraaggestuurd aanbod; > beperk het extra energiegebruik; > kijk vooruit bij het aanbieden van woningen en woondiensten. Ad 1. Vraaggestuurd aanbod Welke functies waarderen ouderen echt? Bij de toepassing van domotica de afgelopen jaren kwam geen eenduidig antwoord op deze vraag. Om hierachter te komen is in het kader van het programma in een vijftigtal bestaande seniorenwoningen in Best domotica aangeboden en geëvalueerd. Hieruit bleek dat veel bewoners de aangebrachte voorzieningen waarderen. Met name de voorzieningen voor veiligheid (inbraakalarmering, zorgtelefoon en aan/uit-knop van de woning) zijn populair. Een bewoner: “Veiligheid, juist in deze tijd, is heel belangrijk.” Toch blijkt het niet mogelijk één pakket samen te stellen dat aan alle bewonerswensen voldoet. Zo wordt één van de functies, de inactiviteitsmeting (waarmee een alarm gegeven kan worden als de bewoner overdag langere tijd niet beweegt), door de helft van de bewoners gebruikt en door de andere helft niet. Dit bevestigt het belang van het vraaggestuurd aanbieden van domotica-toepassingen, zodat bewoners zelf kunnen kiezen welke toepassingen zij geïnstalleerd krijgen. In het ‘Voorbeeldproject Moerwijk’ is een dergelijke methodiek uitgevoerd met behulp van demonstraties en interviews in een voorbeeldwoning. Hieruit kwam naar voren dat ouderen een beperkt aantal functies van domotica als algemene voorziening waarderen. Uitbreiding wordt pas op prijs gesteld indien daar behoefte aan is. Deze stapsgewijze aanpak kan tot daadwerkelijke meerwaarde leiden. “De brochure van de woning met informatie over domotica heeft mij over de streep getrokken om te kiezen voor deze woning”, aldus één van de bewoners. “We willen niet nog een keer verhuizen.” Nevenvoordelen van het vraaggestuurd aanbieden met een beperkt basispakket zijn dat hiermee investeringen kunnen worden uitgespaard en dat het energiegebruik en de milieubelasting worden beperkt. Ad 2. Beperk extra energiegebruik Conventionele domotica-implementaties leveren vaak een extra energiegebruik op van zo’n 200 kWh per jaar, oftewel zo’n 10% van het jaarlijkse elektriciteitsgebruik van oudere huishoudens. Bij woningcorporatie Domein reageerden bewoners verontrust op deze extra 4 3,5 3 2,5 2 aantal miljoenen De afgelopen twee jaar hebben ouderen, woningcorporaties, zorginstellingen, 1,5 1 0,5 0 1990 2000 2010 2020 2030 Aantal 65-plussers in Nederland (Grafiek: Prognose CBS) Foto: NIDO aan milieustam kosten van zo’n € 30,- per jaar, mede doordat dit bij aanvang van het project niet voldoende duidelijk was gemaakt. Voor een goede bewonersacceptatie is het dus belangrijk de kosten, en dus ook het energiegebruik, zoveel mogelijk te beperken. Dit kan door goed op te letten bij de selectie van systemen en componenten goed te kiezen. Met name het ‘standby’-gebruik van elektronica kan tot een aanzienlijk jaarverbruik leiden. Een tweede aandachtspunt is om de bewoners goed voor te lichten over de resterende energiekosten die het systeem met zich meebrengt. Een medewerker van de woningcorporatie: “We dachten, die extra energiekosten dat valt wel mee, maar dat hebben we onderschat. De bewoners tillen daar toch zwaarder aan. We moeten hen daarover van te voren beter informeren.” Overigens blijkt uit het project ‘Milieukentallen domotica’ dat het extra gebruik grotendeels te compenseren is door energiebesparende 1 Een samenwerkingsverband van woningcorporaties in Brabant, waarvan Domein deel uitmaakt. functies toe te voegen, zoals aan- en uitschakelen van verwarming, verlichting en ventilatie afhankelijk van de aanwezigheid van bewoners. Dit kan gerealiseerd worden door een koppeling aan te brengen tussen de domotica-installatie en andere huisinstallaties. Wel is de te behalen besparing mede afhankelijk van het bewonersgedrag en de bouwkwaliteit van de woningen. “De grootste energiebesparing is te halen bij bewust of onbewust verkwistende bewoners,” aldus een onderzoeker. “Maar met de extra functies van het domoticasysteem kan ook bij gemiddelde bewoners het eigen gebruik al gecompenseerd worden, zodat je per saldo op nul uitkomt.” Ad 3. Kijk vooruit Een goede begeleiding van de bewoners tijdens het in gebruik nemen van de domotica is van essentieel belang voor het uiteindelijke succes. Ook diensten zoals onderhoud en het eventueel aanpassen van de instellingen van het systeem, zijn een onmisbaar onderdeel van een pakket ter ondersteuning van oudere bewoners. Bij het aanbieden van woningen voor ouderen is het daarom belangrijk een langetermijnbeleid voor het aanbieden van woningen en woondiensten te ontwikkelen. Naar aanleiding van haar project in Best is hier inmiddels oog voor, laat Peter Baetsen van woningcorporatie Domein weten: “Voor alle woningen in de ouderenmarkt wordt nu beleid ontwikkeld, in 1 Futuraverband .” Gigantische markt Tijdens het programma is duidelijk geworden dat domotica een belangrijke bijdrage kan leveren om ouderen in staat te stellen langer in de eigen omgeving te blijven wonen, als dit gebeurt met aandacht voor mens en milieu. De weg ligt nu open voor de programma-deelnemers en andere betrokkenen uit de sector om dit verder in de praktijk te brengen. Gezien de verdubbeling van het aantal ouderen in de komende 35 jaar ligt er een gigantische markt open! Josco Kester nummer 4 | juni 2004 19