Hemelvaartsdag en Pinksteren Op Hemelvaartsdag (Latijn: Ascensio Domini) wordt binnen het christendom herdacht dat Jezus Christus is opgevaren naar God, zijn vader in de hemel, op de veertigste dag van Zijn opstanding. De viering is onderdeel van de paascyclus. Hemelvaartsdag valt altijd op een donderdag, tien dagen vóór Pinksteren. In vele landen, waaronder België, Colombia, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Groenland, Haïti, IJsland, Indonesië, Liechtenstein, Luxemburg, Madagaskar, Namibië, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk en Zwitserland is Hemelvaartsdag een algemeen erkende feestdag. Veel christenen zullen een kerkdienst of mis bezoeken. In andere landen (bijvoorbeeld Hongarije, Italië, Polen, Portugal en Spanje) viert men de Hemelvaart op de zondag zeven dagen voor Pinksteren. Hemelvaartsdag is tevens het feest van de Christelijke Arbeidersbeweging. Men herdenkt dan dat in 1891 de pauselijke encycliek over sociale rechtvaardigheid, Rerum Novarum, werd afgekondigd. Vroeger stonden de mensen op Hemelvaartsdag al voor dag en dauw om drie uur 's nachts op. Men ging zingend met blote voeten door het gras lopen, omdat men verwachtte dat dit ritueel een magische of genezende werking zou hebben. Dit werd dauwtrappen genoemd of men hield het heilig water van de kerk met toestemming, waar men het gebruikt om de grond heilig te maken en de regels uit bijbel te gebruiken. Deze gebeurtenis staat beschreven in Marcus 16:19, Lucas 24:51 en Handelingen van de Apostelen 1:1-12. Het Evangelie volgens Marcus plaatst de hemelvaart direct na de laatste verschijning van de opgestane Jezus, aan de elf apostelen. In het Evangelie volgens Lucas vindt de hemelvaart plaats in Bethanië, ook direct na de laatste verschijning van Jezus. Volgens het verhaal uit het boek Handelingen van de Apostelen voer Jezus pas veertig dagen na zijn opstanding op naar de hemel: "Na zijn lijden en dood heeft hij hun herhaaldelijk bewezen dat hij leefde; gedurende veertig dagen is hij in hun midden verschenen en sprak hij met hen over het koninkrijk van God." (Handelíngen 1: 3) Zijn discipelen waren bij de hemelvaart aanwezig. Hij beloofde hen dat binnen korte tijd de Heilige Geest zou komen om hen te helpen en te ondersteunen. "Toen hij dit gezegd had, werd hij voor hun ogen omhooggeheven en opgenomen in een wolk, zodat ze hem niet meer zagen. Terwijl hij zo van hen wegging en zij nog steeds naar de hemel staarden, stonden er opeens twee mannen in witte gewaden bij hen. Ze zeiden: Galileeërs, wat staan jullie naar 1 Hemelvaartsdag en Pinksteren de hemel te kijken? Jezus, die uit jullie midden in de hemel is opgenomen, zal op dezelfde wijze terugkomen als jullie hem naar de hemel hebben zien gaan." (Handelingen 1:9-11) Volgens dit Bijbelverhaal werd de belofte van de Heilige Geest tien dagen later vervuld, met Pinksteren. Met Pinksteren (Oudgrieks: Πεντηκοστή, Pentèkostè Nederlands: vijftig) of Sinksen wordt de uitstorting van de Heilige Geest herdacht. Het is de negenenveertigste dag ná Pasen (de vijftigste dag ván Pasen). Met deze uitstorting wordt ook het begin van de christelijke Kerk gemarkeerd. Het kan als zodanig tevens als de eerste christelijke opwekking worden gezien. In het christendom werd het Wekenfeest 'Pinksteren' genoemd, naar het Griekse woord 'pentekostos' (= vijftigste). Tijdens het pinksterfeest wordt herdacht dat de Heilige Geest, de derde Persoon van de Allerheiligste Drie-eenheid, neerdaalde uit de hemel op de apostelen en andere aanwezige gelovigen. Na Jezus' dood op Goede Vrijdag en zijn verrijzenis op Pasen hadden de leerlingen van Jezus nog veertig dagen lang de steun van zijn aanwezigheid gehad waarbij hij hen nog eens uitlegde wat de betekenis was van alles wat hij gedaan had tijdens zijn openbare optreden. Op de veertigste dag van Pasen (let op: niet de veertigste dag na Pasen) werden de leerlingen door Jezus' Hemelvaart alleen achtergelaten. Wel had hij beloofd dat hij de Geest van God, de Heilige Geest zou sturen die hen geestelijk verder zou leiden en hun de kracht zou geven om getuigen van het evangelie te zijn. Op de vijftigste dag van Pasen, tien dagen na Hemelvaart, kwam de beloofde Heilige Geest dan ook over de discipelen. Volgens de traditionele christelijke theologie, analoog aan de oorspronkelijke joodse betekenis, waren de eerste nieuwe bekeerlingen na de hemelvaart van Jezus als resultaat van de evangelisatie onder de menigte op de eerste Pinksterdag de 'eerstelingen van de oogst' die toegevoegd werden aan de eerste christelijke 'samenkomst' oftewel gemeente. Deze 'oogst' gaat nog steeds door en als de 'volledige oogst' is binnengehaald dat wil zeggen alle door God voor het Koninkrijk van God voorbestemde mensen tot bekering zijn gekomen, dan begint de Eindtijd: de laatste fase van de geschiedenis. De gebeurtenissen staan beschreven in Handelingen 2:1-41. In de tien dagen tussen de Hemelvaart van Jezus en Pinksteren kiezen de discipelen een nieuwe geloofsgenoot in plaats van Judas Iskariot. Met behulp van loting wordt Mattias aangewezen. 2 Hemelvaartsdag en Pinksteren Met elkaar blijven ze in Jeruzalem en bidden ze om de uitstorting van de Heilige Geest, die Jezus hen beloofd had. Uitstorting van de Heilige Geest De gebeurtenissen vinden plaats op het feest van de eerstelingen (Sjavoeot), in Jeruzalem. Om 9 uur 's ochtends zijn de discipelen en enkele andere gelovigen bij elkaar, een groep van ongeveer 120 personen, in een bovenvertrek in Jeruzalem (Handelingen 1:13 en 2:1). Aanhalingsteken openen Plotseling kwam er uit de hemel een geluid dat leek op een enorme windvlaag en het vulde het hele huis, waar zij zaten. Op hun hoofden vertoonden zich tongen als van vuur, die zich verdeelden, en het zette zich op ieder van hen. Zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en begonnen in vreemde talen te spreken, zoals de Geest het hen gaf uit te spreken. — Handelingen 2:1-4 De mensen die nu vervuld zijn met de Heilige Geest gaan naar buiten en spreken tongentaal, profeteren en verkondigen het Evangelie in allerlei talen. Ter gelegenheid van het feest van de eerstelingen was er veel volk in Jeruzalem, afkomstig uit alle delen van het Romeinse Rijk en daarbuiten, en door alle geluiden wordt een grote menigte aangetrokken. Doop van drieduizend mensen De ervaring van de uitstorting veroorzaakt verbaasdheid en bewondering. De menigte liep te hoop en verbaasde zich, want een ieder hoorde hen in zijn eigen taal spreken. 3 Hemelvaartsdag en Pinksteren Ze vragen, buiten zichzelf van verwondering: zijn zij niet allemaal Galileeërs? Hoe kan het dan dat wij hen horen een ieder in onze eigen taal, waarin wij geboren zijn? Parten, Meden, Elamieten, inwoners van Mesopotamië, Judea en Kapadocië, Pontus, Asia, Frygië en Pamfylië, Egypte en de streken van Libië bij Cyrene, en hier verblijvende Romeinen, zowel Joden als Jodengenoten, Kretenzen en Arabieren: wij horen hen in onze eigen taal van de grote daden Gods spreken. En zij waren allen buiten zichzelf en geheel met de zaak verlegen, en zij zeiden tot elkaar: Wat betekent dit toch? Maar sommigen zeiden spottend: ‘Ze zullen wel dronken zijn!’ — Handelingen 2:6-13 Petrus neemt het woord en houdt een lange toespraak waarin de opstanding van Jezus centraal staat. Hij legt uit dat al deze gebeurtenissen al voorzegd zijn door de profeet Joël. Hij maant de menigte zich te keren tot Jezus om vergeving van zonden te krijgen. Daarop trad Petrus naar voren, samen met de elf andere apostelen, verhief zijn stem en sprak de menigte toe: ‘U, Joden en inwoners van Jeruzalem, luister naar mijn woorden en neem ze ter harte. Deze mensen zijn niet dronken, zoals u denkt; het is immers pas het derde uur na zonsopgang. Wat hier nu gebeurt, is aangekondigd door de profeet Joël: “Aan het einde der tijden, zegt God, zal ik over alle mensen mijn geest uitgieten. Dan zullen jullie zonen en dochters profeteren, jongeren zullen visioenen zien en oude mensen droomgezichten. Ja, over al mijn dienaren en dienaressen zal ik in die tijd mijn geest uitgieten, zodat ze zullen profeteren. Ik zal wonderen doen verschijnen aan de hemel boven en tekenen geven op de aarde beneden, bloed en vuur en rook. De zon zal veranderd worden in duisternis en de maan in bloed voordat de grote, stralende dag van de Heer komt. Dan zal ieder die de naam van de Heer aanroept worden gered.” Israëlieten, luister naar wat ik u zeg: Jezus uit Nazareth is door God tot u gezonden, hetgeen gebleken is uit de grote daden en de wonderen en tekenen die God, zoals u bekend is, door zijn toedoen onder u heeft verricht. Deze Jezus, die overeenkomstig Gods bedoeling en voorkennis is uitgeleverd, hebt u door heidenen laten kruisigen en doden. God heeft hem echter tot leven gewekt en de last van de dood van hem afgenomen, want de dood kon zijn macht over hem niet behouden. 4 Hemelvaartsdag en Pinksteren Toen de menigte dit hoorde, waren velen onder hen diep getroffen en vroegen aan Petrus en de andere apostelen: ‘Wat moeten we doen, broeders?’ Petrus antwoordde: ‘Keer u af van uw huidige leven en laat u dopen onder aanroeping van Jezus Christus om vergeving te krijgen voor uw zonden. Dan zal de heilige Geest u geschonken worden, want voor u geldt deze belofte, evenals voor uw kinderen en voor allen die ver weg zijn en die de Heer, onze God, tot zich zal roepen. ’ Ook op nog andere wijze legde hij getuigenis af, waarbij hij een dringend beroep op zijn toehoorders deed met de woorden: ‘Laat u redden uit dit verdorven mensengeslacht!’ — Handelingen 2:14-40 Uit de menigte komt een vraag: "Hoe?" Petrus antwoordt: "Heb berouw, en laat u dopen in de naam van Jezus Christus tot vergeving van de zonden, en u zult de Heilige Geest ontvangen." Drieduizend mensen geven gehoor aan deze oproep en laten zich dezelfde dag nog dopen. Hierdoor wordt de eerste christelijke gemeente gevormd. Traditioneel wordt dit moment dan ook beschouwd als het beginpunt van de christelijke kerk. Aangezien Nederland een Christelijke religie aanhangt, menen wij onze jongeren uitleg te moeten geven over deze gebeurtenissen. Zowel fysiek als schriftelijk vieren wij deze feestdagen in grote kring en zijn wij trots dat onze achterban de verschillende overeenkomsten met onze andere culturen willen meebeleven. 5