HET BESLUIT VAN DE VLAAMSE REGERING TOT INSTELLING VAN EEN TEGEMOETKOMING IN DE HUURPRIJS VOOR WOONBEHOEFTIGE HUURDERS enkel veelgestelde vragen 1. Komen enkel de huurders van gesubsidieerde Sociaal Verhuurkantoren in aanmerking voor een huursubsidie ? Neen, niet enkel de woningen van gesubsidieerde sociaal verhuurkantoren kunnen aanleiding geven tot de huursubsidie. Alle (conforme) woningen die verhuurd worden door een erkend (maar daarom nog niet een betoelaagd) Sociaal Verhuurkantoor kunnen aanleiding geven om recht te hebben op een huursubsidie. 2. Komen huurders die een Domus-Flandria woning huren in aanmerking voor een huursubsidie? Neen. De Domus Flandria woningen worden door art 4§1, 2° uitgesloten omdat de huurders die een Domus-Flandria woning huren, reeds een aan het inkomen aangepaste huurprijs aangerekend krijgen, zoals dat ook het geval is voor de sociale huurwoningen die aangeboden worden door sociale huisvestingsmaatschappijen. 3. Wanneer komen daklozen in aanmerking voor de huursubsidie? Voor daklozen is de mogelijheid om in aanmerking te komen voor een Vlaamse huursubidie gekoppeld aan het feit of men van het OCMW al dan niet een installatiepremie als dakloze krijgt. Het gaat dan ofwel om de installatiepremie op basis van art 57bis van de OCMW-wet ofwel om de éénmalige verhoging van het leefloon zoals dat is voorzien in de RMI-wet. Wanneer de huurder deze installatiepremie niet krijgt van het OCMW, is het ook niet mogelijk om , op basis van dakloosheid, een aanvraag te doen voor de Vlaamse huursubsidie. Deze koppeling heeft als gevolg dat de daklozen die geen recht hebben op de door het OCMW uitgekeerde installatiepremie, ook geen toegang hebben tot de Vlaamse huursubsidie. Enkele voorbeelden: - iemand die in het verleden reeds van het OCMW een installatiepremie kreeg als dakloze, opnieuw in dakloosheid verzeilt en daarna opnieuw een permanente woonst betrekt, heeft geen recht meer op een installatiepremie van het OCMW (want is een éénmalig recht) en bovendien ook niet op de Vlaamse huursubsidie. - Een ontvankelijk verklaarde azielzoeker die vanuit een Lokaal Opvanginitiatief naar een permanente woonst gaat, heeft ondanks het feit dat men het LOI zou kunnen beschouwen als een tijdelijke opvang, geen recht op de Vlaamse huursubsidie op basis van dakloosheid. Reden is dat deze asielzoeker geen aanspraak kan maken op één van de twee installatiepremies voor daklozen die door het OCMW worden toegekend, wél op de specifieke installatiepremie voor Een ontvankelijk verklaarde azielzoekers. Men zou voor de asielzoeker wel een aanvraag voor de huursubsidie kunnen indienen (leeftijd, handicap) wanneer de woning die hij verlaat (het LOI dus) en minstens 6 maanden heeft bewoond, onaangepast of niet conform (kwaliteit, oppervlakte) was en de asielzoeker verhuist naar een woning die wel aangepast en conform is. 317561578 - LABP - 29 juni 2007 - 1/4 Door het invoeren van de nieuwe azielprocedure kopen er na 31 mei 2007 geen azielzoekers meer ontvankelijk verklaard worden. Vermits de huursubsidie tot uiterlijk 6 maanden na de verhuis kan aangevraagd worden, kan de situatie zicht tot uiterlijk 30 november 2007 stellen. 4. Bij de aanvraag zal de huurder bewijs moeten leveren van het netto-belastbaar inkomen van drie jaar voor de aanvraagdatum en tegelijk een verklaring op eer moeten ondertekenen dat zijn inkomen gedurende het jaar voor de aanvraag niet boven de toegelaten inkomensgrens is gestegen. Wat als mensen die verklaring op eer geven, maar achteraf blijkt dat hun inkomen tijdens het jaar voor de aanvraag wel degelijk was gestegen boven het toegelaten inkomensplafond? Wanneer men gedurende het derde jaar voor de aanvraag voldoet aan de inkomensvoorwaarde, men op eer verklaart dat het inkomen van het jaar voorafgaand aan de aanvraag niet boven het toegelaten maximum is gestegen en men voldoet ook aan de andere voorwaarden, krijgt men de huursubsidie toegekend. Na twee jaar gebeurt er echter opnieuw een inkomenscontrole. Als hieruit blijkt dat de verklaring op eer fout was en het inkomen van de huurder gedurende het jaar voor de aanvraag wel degelijk gestegen was tot boven het toegelaten maximumplafond, wordt de huursubsidie stopgezet. Het bedrag dat men reeds gedurende twee jaar heeft ontvangen, wordt niet atuomatisch teruggevorderd. Terugvordering gebeurt enkel wanneer bedrieglijk opzet in het spel is. Een foutieve verklaring op eer is echter niet altijd een uiting van bedrog. Voor heel wat mensen, zeker wanneer er sprake is van wisselende inkomenssituaties, is het niet vanzelfsprekend om een zicht te hebben op het netto-belastbaar inkomen van het voorbije jaar. Enkel de fiscus kan dit vaststellen. Wanneer de huurder bij de aanvraag op eer verklaart dat zijn inkomen in het jaar voorafgaand aan de aanvraag wel hoger lag dan het maximale toegelaten inkomen, zal hij geen huursubsidie toegekend krijgen. 5. Een huurder had drie jaar voor de aanvraagdatum van een huursubsidie een inkomen dat boven de toegelaten grens ligt. Het jaar voorafgaand aan de aanvraag is hij echter werkloos geworden en ligt zijn inkomen onder het toegelaten inkomensplafond. Kan deze inkomensdaling aangegeven worden in de verklaring op eer en leiden tot een toekenning van de huursubsidie? Neen, de wetgeving voorziet niet dat met inkomensdalingen in het jaar voorafgaand aan de aanvraag rekening wordt gehouden. Het is bijzonder jammer, maar die persoon zal dus geen huursubsidie kunnen toegekend krijgen. 6. Een alleenstaande vrouw met twee kinderen verhuist van een onaangepaste naar een aangepaste woonst. Ze wil een huursubidie aanvragen maar het netto-belastbaar inkomen van drie jaar geleden ligt boven de toegelaten maximumgrens omdat ze toen nog samenwoonde met haar echtgenoot die een vrij hoog inkomen had. Kan die vrouw dan nog een huursubsidie aanvragen? Mevrouw kan zeker nog een huursubsidie aanvragen. Bij de aanvraag voor een hursubsidie wordt immers enkel rekening gehouden met het inkomen van de inwonende gezinsleden op het moment van de aanvraag. Als mevrouw alleen met haar twee kinderen verhuist , wordt bijgevolg het inkomen van de man niet mee in rekening genomen. 7. Wordt er bij de bepaling van het inkomen ook rekening gehouden met de schuldenlast, bijvoorbeeld voor mensen die in een collectieve schuldenregeling zitten? 317561578 - LABP - 29 juni 2007 - 2/4 Neen, het huidige besluit voorziet enkel dat rekening wordt gehouden met het netto-belastbaar inkomen. Tijdens de infovergaderingen werd wel aangekondigd dat men niet uitsluit dat er in de toekomst wel rekening wordt gehouden met het beschikbare inkomen. Voorlopig is dat echter nog niet het geval. 8. Tijdens de periode waarin men een huursubsidie krijgt, volgen geregeld inkomenscontroles, met name na 2 jaar en na 6 jaar. Wat zijn de preciese gevolgen van deze inkomenscontroles? Na twee jaar wordt , op basis van de belastingsfiche, nagegaan of het inkomen van het jaar voorafgaand aan de aanvraag nog onder de toegelaten inkomensgrens lag. Als dit niet het geval is, krijgt de huurder niet langer nog een huursubsidie. In geval van bedrieglijk opzet kan het reeds ontvangen bedrag, worden teruggevorderd maar dat gebeurt niet automatisch. Na 6 jaar gebeurt een controle van het inkomen van 3 jaar na de aanvraag. Deze controle gebeurt met het oog op de bepaling van het bedrag dat de huurder nog krijgt in het 7de, 8ste en 9de jaar van de tegemoetkoming . Wanneer het inkomen van 3 jaar na de aanvraag hoger ligt dan de maximale inkomensgrens, krijgt de huurder gedurende deze drie jaren nog een bedrag van 30 euro per maand (360 euro per jaar dus, uitbetaald in één keer per jaar). Als het inkomen van 3 jaar na de aanvraag nog steeds onder de toegelaten maximumgrens ligt, krijgt de huurder gedurende de laatste 3 jaar een toelage van 60 euro per maand. 9. Het bedrag van de huursubsidie wordt afhankelijk gemaakt van verschillende inkomensschijven . Wanneer men een inkomen heeft van max. 9000 euro krijgt men meer dan wanneer men een inkomen heeft van max. 12.400 euro en dan wanneer men een inkomen heeft tussen de 12.400 en 14.550 euro. Hebben de inkomenscontroles ook gevolgen voor deze inschaling? Neen, de inschaling gebeurt op basis van het inkomen van drie jaar voor de aanvraag. Als bij de tussentijdse controles blijkt dat het inkomen ondertussen in een hogere of lagere schijf ligt, wordt het bedrag van de huursubsidie niet aangepast, dit blijft ongewijzigd. 10. Wanneer de gezinssamenstelling wijzigt gedurende de periode dat men een huursubsidie geniet, heeft dit dan gevolgen voor het bedrag van de huursubsidie? Of valt de huursubsidie dan weg? Een wijziging in de gezinssamenstelling heeft geen effect op de huursubsidie als dusdanig, tenzij deze gezinswijziging maakt dat men niet meer voldoet aan de voorwaarden die toegang gaven tot de huursubsidie. In dat geval kan de huursubsidie wegvallen. Enkele voorbeelden: - Wanneer een gezin een huursubsidie ontvangt omdat men verhuist van een onaangepaste woning naar een woning die aangepast is aan de handicap van een inwonend gezinslid , dan valt de huursubsidie weg op het moment dat de betrokken persoon met een handicap niet langer deel uitmaakt van het gezin. - Wanneer een gezinstoename zou leiden tot overbezetting 11. Een huurder die een huursubsidie geniet, verhuist naar een andere woning. Kan hij de huursubsidie behouden? De huurder behoudt de huursubsidie op voorwaarde dat de nieuwe woning ook voldoet aan de voorwaarden van het besluit, het moet dus gaan om een aangepaste/conforme woning 12. Een huurder die een huursubsidie geniet op basis van het vroegere huursubsidiebesluit (1991) verhuist naar een andere woning. Kan deze huurder z’n huursubsidie behouden? 317561578 - LABP - 29 juni 2007 - 3/4 Deze huurder behoudt zijn huursubsidie als hij voldoet aan de voorwaarden van het huursubsidiestelsel van 1991. De toepassing van het nieuwe en het oude huursubsidiebesluit zijn strikt van elkaar gescheiden. Vanaf 1 mei 2007 kunnen enkel nog aanvragen gebeuren in het nieuwe systeem. Huurders die in kader van het vroegere huursubsidiebesluit een toelage kregen, blijven in dat systeem zitten. Dit betekent dat een huurder die een huursubsidie volgens het vroegere systeem geniet, enkel kan blijven genieten van de huursubsidie als de nieuwe woning voldoet aan de voorwaarden opgenomen in het oude huursubsidiebesluit. Gezien het feit dat de maximale huurprijs in het huursubsidiestelsel van 1991 zeer laag ligt, is het weliswaar niet vanzelfsprekend om bij verhuis nog aan deze voorwaarde te voldoen, maar hiervoor voorziet de wetgever geen oplossing. 317561578 - LABP - 29 juni 2007 - 4/4