Twee bomen in de Hof van Eden door Daniel Gwertzman Midden op haar straat en aan weerszijden van de rivier staat het geboomte des levens, dat twaalfmaal vrucht draagt, iedere maand zijn vrucht gevende; en de bladeren van het geboomte zijn tot genezing1 der volkeren. (Openbaring 22:2) Het “geboomte des levens” verwijst naar de Boom des Levens in Genesis. Daar worden twee bomen met name genoemd: de boom des levens (zie ook Ezechiël 47:12) en de boom der kennis van goed en kwaad. Waarom plaatst God deze verzoeking midden in de Hof van Eden? Ook deed de HERE God allerlei geboomte uit de aardbodem opschieten, begeerlijk om te zien en goed om van te eten; en de boom des levens in het midden van de hof, benevens de boom der kennis van goed en kwaad. (Genesis 2:9) Bomen hebben zowel bij de Israëlieten als bij de Kanaänieten een heilige betekenis als gedenktekens (Genesis 21:33). Het waren symbolen van leven en uithoudingsvermogen, vooral als een diepgewortelde boom in staat was zijn groene bladeren ondanks zomerse hitte en droogte te behouden. Zij zullen niet bouwen, opdat een ander er wone; zij zullen niet planten, opdat een ander het ete, want als de levensduur der bomen zal de leeftijd van mijn volk zijn en van het werk hunner handen zullen mijn uitverkorenen genieten. (Jesaja 65:22) 1 Zonde leidt tot ziekte en dood. Daarom zullen de bladeren zowel lichamelijke als geestelijke genezing bieden. Volgens de Wijzen zullen de bladeren de monden van de stommen en de schoot van de onvruchtbaren openen (Sanhedrin 100a). 4 De Boom des Levens is een bekend beeld dat diep geworteld is in de mythologie en de traditie van de kunst in het oude Nabije Oosten. Er staan afbeeldingen op zegels, reliëftekeningen en andere kunstuitingen. Het is een heilige boom, die vruchtbaarheid en voortdurend leven voorstelt, en ook onsterfelijkheid en eeuwig leven. Schoon had Ik hem gemaakt met zijn overvloed van takken; alle bomen van Eden die in Gods hof stonden, benijdden hem. (Ezechiël 31:9) In het boek Spreuken wordt ernaar verwezen als een bron van wijsheid en begrip en daar vertegenwoordigt de boom de Tora, het Woord van God. Haar wegen zijn liefelijke wegen, al haar paden zijn vrede. Een boom des levens is zij voor wie haar aangrijpen, wie haar vasthouden, zijn gelukkig te prijzen. (Spreuken 3:17-18) Wat is de bron van de kracht van de boom, in tegenstelling tot de kracht van de mens? Waarom waren er eigenlijk twee bomen, een Boom der Kennis en een Boom des Levens? Want voor een boom blijft er nog hoop; wordt die omgehouwen, hij loopt weer uit, en zijn nieuwe scheuten blijven niet achterwege. Wanneer zijn wortel in de aarde veroudert en zijn tronk in de grond afsterft, dan bot hij weer uit, zodra hij water ruikt, en schiet twijgen als een jonge plant. Maar wanneer een man sterft, dan ligt hij krachteloos neer; geeft een mens de geest, waar is hij gebleven? (Job 14:7-10) november/december 2010 Twee bomen in de Hof van Eden Had God deze twee bomen niet in de Hof van Eden geplant, dan zouden Adam en Eva hun ideale bestaan voor onbepaalde tijd hebben kunnen voorzetten. We kennen allemaal de geschiedenis van de zondeval, maar we zien door de bomen het bos niet. We zijn allemaal in slaap gesust door de geschiedenis, die zo bekend is dat we geen vragen stellen, zelfs niet de vraag die de Bijbel ons smeekt om te stellen: Hoe konden Adam en Eva door God gestraft worden als ze het verschil tussen goed en kwaad nog niet kenden? Alle dingen zijn door het Woord geworden en zonder dit is geen ding geworden, dat geworden is. In het Woord was leven en het leven was het licht der mensen; en het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet gegrepen. (Johannes 1:3-5) Wat bood de slang Eva aan in de Hof van Eden? Wie was deze wandelende en pratende slang? De slang bood meer dan heerlijk aantrekkelijk fruit in een tuin waarin elke boom er prachtig uitzag en goede vruchten voortbracht. De slang nu was het listigste van alle dieren des velds, die de HERE God gemaakt had. (Genesis 3:1) De mens had in Eden slechts één gebod: En de HERE God legde de mens het gebod op: Van alle bomen in de hof moogt gij vrij eten, maar van de boom der kennis van goed en kwaad, daarvan zult gij niet eten, want ten dage, dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven. (Genesis 2:16-17) Adam en Eva waren niet onbekend met moraliteit voordat ze van de boom aten. Ze kenden goed en fout wel, maar ze kenden n goed en kwaad niet. Hun zonde veranderde hun kennis. Ze hadden het morele onderscheidingsvermogen van een kind. Ze kozen het goede niet uit een diepe overtuiging, noch verzetten zij zich tegen al het slechte. Volgens de rabbijnen en de Joodse mystieke traditie is de slang in werkelijkheid de kwade verleider, de Satan en de Engel des Doods, want door hem kwam de dood in de wereld. De vrucht van de Boom der Kennis van Goed en Kwaad vertegenwoordigde het conflict tussen begeerte en geweten. Adam De slang bood de mens een makkelijke en Eva uitweg; in plaats van het Woord van God kenden wel het te volgen riep hij de mens op om zijn eigen instinct te volgen en niet op de verschil tussen goed Heer te vertrouwen. en fout, maar niet tussen goed en kwaad. Gezegend is de man die op den Ze hadden het morele HERE vertrouwt, wiens betrouwen de onderscheidingsMaar voordat de jongen weet het HERE is; hij toch zal zijn als een boom, vermogen van kwade te verwerpen en het goede te aan het water geplant, die zijn wortels een kind. verkiezen, zal het land ontvolkt zijn, voor tot or to aan een beek uitslaat, en het niet welks beide koningen gij angstig zijt. (Jesaja saja 7:16) Slechts wanneer de mens opklimt tot het niveau van rechtvaardigheid, zal hij het echte verschil tussen goed en kwaad begrijpen, wat een goddelijke eigenschap is. Ook dacht uw dienstmaagd: het woord van mijn heer de koning zal wel geruststellend zijn, want als een engel Gods, zó is mijn heer de koning, die horen kan wat goed is en kwaad. En de HERE, uw God, zij met u. (2 Samuël 14:17) Waarom werd de mens de vrucht van de Boom der Kennis van Goed en Kwaad verboden? Het antwoord is eenvoudig. Om de morele capaciteiten te ontwikkelen, moet de mens onderworpen worden aan discipline en beproeving. De mens wordt niet geboren met morele capaciteiten. Hij moet die ontwikkelen door zijn leven te onderwerpen aan Gods wil, zoals die geopenbaard is in Zijn Woord. merkt, als er hitte komt, maar welks loof me groen blijft, die in een jaar van droogte geen zorg heeft en niet nalaat vrucht te dragen. (Jeremia 17:7-8) De slang was ook door God geschapen, net als alle andere schepselen. In Genesis wordt ons verteld dat het niet goed voor de mens was om alleen te zijn en dat God een hulpe voor hem formeerde (Genesis 2:18). Evenals Adam waren alle schepselen uit de aarde geformeerd. Adam gaf hun namen, maar hij vond geen hulp onder hen. Hier wordt ons meegedeeld dat de mens geen dier is; hij is anders. Wat onderscheidt de mens van het dier? Dat is de roepstem van God. … ieder die naar mijn naam genoemd is, en die Ik geschapen heb tot mijn eer, dien Ik geformeerd heb, dien Ik ook gemaakt heb. (Jesaja 43:7 Als de mens het Woord van God de rug toekeert, wordt hij teruggebracht tot het niveau van een dier en wordt hij niet veel meer dan een aangeklede aap. Wat de slang tot Eva zegt, is dat Gods geboden niet het november/december 2010 5 Twee bomen in de hof van Eden belangrijkste zijn. Het belangrijkste zijn de lusten, instincten en passies die God zelf in elk mens heeft geplaatst. Zijn stem is de stem van elke zondaar die beweert dat God hem nu eenmaal zo geschapen heeft. In moderne termen hebben mensen er “een goed gevoel bij”. Men bekommert zich niet om goed of kwaad, of om de consequenties van de daden, het gaat alleen om het genot. Tegenstanders van godsdienst hebben dit in de geschiedenis altijd bovenaan hun agenda staan. De bekende negentiende-eeuwse Duitse filosoof Friedrich Wilhelm Nietzsche (1844-1900) noemde een collectie van zijn essays Boven Goed en Kwaad. Daarin richtte hij een aanval op de neiging van de westerse godsdiensten om werelds genot en genoegen te mijden. Voor hem was hartstocht de basis van het leven zelf. Als iemand hartstocht vermijdt, of daar niet in slaagt, dan heeft die persoon niet geleefd. Zijn najagen van zijn hartstochten leidde uiteindelijk tot zijn psychische instorting. Adam zei dat hij bevreesd was omdat hij naakt was. Waarom zegt hij dat hij bevreesd is in plaats van in verlegenheid gebracht? Hij belijdt zijn echte zonde niet. Zijn schuldgevoel en bewustzijn van zijn naaktheid houden verband met zijn gebrek aan geestelijke wapenrusting om de slang tegemoet te treden. Zijn ogen werden geopend door het eten van de verboden vrucht en nu had hij een nieuwe bron van kennis en verlangen naar alle oorspronkelijke lusten, ondanks hun schadelijke uitwerking. Hij was zijn eenvoudige geloof kwijt. In de Christelijke traditie vinden we dezelfde gedachte in 2 Cor. 11:3 en Efeze 6:24. De straffen die God oplegde aan hen die betrokken waren bij de eerste zonde, waren niet willekeurig. Het waren dood, pijn bij de bevalling, moeilijkheden bij de bewerking van het land en de slang moest op zijn buik kruipen en stof eten. Adam en Eva waren door de slang bedrogen, waardoor ze het zicht op de verschillen tussen hen en de dierenwereld verloren. In de God nasleep van de val van de mens stelde God Waarom vroeg God na de zondeval aan an n vroeg niet grenzen vast voor de mens en de Adam: “Waar zijt gij?” Weet de almachnaar de plaats dierenwereld. De dieren zouden niet tige, alwetende God niet waar Zijn waar Adam was, meer zo menselijk zijn. De slang schepsel is? Het gaat God in Zijn vraag verloor zijn poten en zijn spraakverniet om de locatie van Adam. Het is maar naar de reden mogen. Bovendien zou er haat zijn meer een uitdrukking van smart voor voor zijn afwezigheid. tussen de kinderen van Eva en de iets dat niet op zijn eigen plaats is, God wenst dat de mens afstammelingen van de slang. waar het zou behoren te zijn. Wat God berouw toont, zodat in werkelijkheid vraagt, is: “Waar ben Hij hem niet hoeft Omdat de slang de val van de mens je gebleven? Waarom ben je niet hier?” te straffen. had h veroorzaakt, werd hij als eerste gestraft. Met Adam en Eva besprak God de ges Het gebruikelijke woord voor ‘waar’ in zaakk voor Hij hen strafte. In het geval van de het Hebreeuws is Eiphoh, maar dat woord d gebruikt de Heer niet in Zijn vraag aan Adam. In plaats slang was er geen sprake van discussie; de slang werd ogenblikkelijk vervloekt. Dit is ook het geval bij daarvan gebruikt Hij Ayeh, een woord dat gebruikt iemand die een verleider is en een ander tot afgodenwordt als middel om een dialoog op gang te brengen dienst verleidt. In een dergelijk geval moet men het met de mens, zodat deze niet bang hoeft te zijn om Woord van God volgen en niet zijn eigen instincten en berouw te tonen. Op dezelfde manier reageerde God verlangens. Waarom verslaat de slang de mens door ten opzichte van Kaïn (Genesis 4:9), Bileam (Numeri hem in de hiel te bijten? Omdat hij hem overhaalt om 22:9) en Hizkia (Jesaja 39). God wenst in Zijn genade het Woord van God te vertrappen (vertreden). dat de mens berouw toont, zodat Hij hem niet hoeft te straffen, maar we lezen niets over berouw van de kant Maar laat den voorhof, die buiten den tempel is, er van Adam. Deze geschiedenis leert ons dat – voordat buiten, en meet dien niet; want hij is aan de heidenen een aardse rechter iemand veroordeelt – hij de beklaagde eerst moet vragen om zijn daden te verklaren. gegeven; en zij zullen de heilige stad vertreden, twee en veertig maanden lang. (Openbaring 11:2) Adams verklaring heeft niets te maken met de plaats waar hij zich verstopt had, maar wel met de Wat betreft de vrouw, haar straf is naar de zwaarte reden waarom hij zich verstopt had. van haar overtreding. Ze had haar man beïnvloed om van de verboden vrucht te eten. Nu zou ze aan hem En hij zeide: Toen ik uw geluid in den hof hoorde, dienstbaar zijn. In de nieuwe voorwaarden voor het werd ik bevreesd, want ik ben naakt; daarom verborg leven buiten de Hof van Eden zullen ze hun dagelijks brood verkrijgen door hard te werken, waardoor de ik mij. (Genesis 3:10) vrouw nog meer afhankelijk wordt van de man. 6 november/december 2010 Twee bomen in de Hof van Eden Gehoorzaamheid aan het Woord van God maakt man en vrouw elkaars gelijke. Op deze manier wordt ze werkelijk een kroon voor haar man. Een degelijke vrouw is de kroon van haar man… (Spreuken 12:4) Adams zonde bestond uit het luisteren naar de stem van zijn vrouw in plaats van Gods gebod te volgen en in deze zin was hij de voornaamste zondaar. Adam werd niet vervloekt zoals de slang, maar de aarde werd wel vervloekt. Dit was omdat de mens al door God gezegend was (Genesis 1:28). De aarde werd vervloekt, omdat deze voor de mens was geschapen. Daarom moet de mens, als de aarde geen vrucht draagt, zich tot zijn Hemelse Vader wenden. De mens was oorspronkelijk in de Hof geplaatst om die “te bewerken en te bewaren”, wat alleen lichte werkzaamheden inhoudt (Genesis 2:15). Toen de mens in de Hof van Eden verbleef, kende hij geen angst en verdriet. t. Pas toen hij uit de Hof was verdreven en kinderen had, waarvan de een de ander vermoordde en op zijn beurt veroordeeld werd tot een zwervend bestaan, ondervond Adam de smart van deze wereld. Toen de mens de vrucht van de Boom der Kennis at, werd hij sterfelijk. Als hij niet had gezondigd, zou hij zijn fysieke bestaan hebben kunnen zuiveren en boven zijn oorsprongg hebben kunnen uitstijgen. Nadat hij had gezondigd, kon dat niet meer. Adam eenmaal gezondigd had, was hij onderworpen aan de dood. Daarom moest voorkomen worden dat hij van de Boom des Levens zou eten. Dit was om ons de ernst van de zonde te leren en ook dat eeuwig leven waardeloos is als het verkregen wordt ten koste van bevlekt te blijven door zonde. Het eten van de Boom des Levens zou de mens onsterfelijk hebben gemaakt. Als de mens onsterfelijkheid had verkregen terwijl hij ondergedompeld was in zonde, zou hij alle dagen besteden aan het najagen van zijn bevrediging en nalaten geestelijke vreugde na te streven, die God bedoeld had toen Hij de mens naar Zijn beeld schiep. De profeet Jesaja verklaarde dat de dood uit de wereld zal verdwijnen als de mensheid weer zo dicht bij God leeft, als door God in de schepping was bedoeld (Jesaja 25:8). Waarom plaatste God de cherubs met vlammend zwaard ten oosten van de Hof van Eden om de weg naar de Boom des Levens te bewaken? Om te beginnen kan het bewaken van de weg naar begi Toen de Boom des Levens ook inhouden dat d Adam deze beschermd en in stand gehouden gezondigd wordt, zodat die niet voor de mensheid had, was hij verloren gaat. Daarom zullen ze deze weg weer vinden en uiteindelijk onderworpen aan de ernaar teruggaan. dood. Daarom moest voorkomen worden dat hij van de Boom des Levens zou eten. Want het lot der mensenkinderen is gelijk het lot der dieren, ja, eenzelfde lot treft hen: gelijk dezen sterven, zo sterven genen, en allen hebben enerlei adem, waarbij de mens niets voorheeft boven de dieren; want alles is ijdelheid, alles gaat naar één plaats , alles is geworden uit stof. (Prediker 3:19-20) Waarom verbood God Adam niet om van de Boom des Levens te eten toen Hij hem in de Hof van Eden plaatste? Het antwoord is dat dit vóór de zondeval geen enkel effect zou hebben gehad, omdat de mens toch al onsterfelijk was. Het zou vergelijkbaar zijn met een geneesmiddel toedienen aan een gezonde. Maar toen Dit is niet de enige plaats waar de cherubs gevonden worden. Het was hun taak ervoor te zorgen dat de mens de noodzaak zal inzien en het verlangen d zal ontwikkelen naar Gods nabijheid en De cherubs stonden op het deksel van lleiding. idi de Heilige Ark en zowel in de tabernakel als in de tempel stonden ze symbool voor hen die het Woord van God omarmen als een Boom des Levens. Als we het Woord van God in ons leven volgen, hebben we een geestelijke wapenrusting die ons in staat kan stellen terug te keren tot de Boom des Levens. Dit maakt het mogelijk de duisternis en het kwaad van de stoffelijke wereld te overwinnen. Doet de wapenrusting Gods aan, om te kunnen standhouden tegen de verleidingen des duivels. (Efeziers 6:11) ■ november/december 2010 7