Motivatie, leeftijd en competenties

advertisement
Motivatie, leeftijd en
competenties
ESF project 1388:
Duurzame motivatie
1
Hoe een motiverende
werkomgeving creëren?
Zelfsturing,
invloed,communicatiev
e vaardigheden,
verantwoordelijkheden
geven..............
Empowerment,
competentie en
leeftijd.....................
authentieke
communicatie
...............
2
autonomie
versterken
zich competent
weten
verbinding
mogelijk
maken
motivatie en
engagement
Een dwarse kijk op competenties
van ervaren medewerkers
Rond je veertigste komen andere
competenties naar boven drijven:
1. Twee ontwikkelingslijnen
2. Vloeiende en gekristalliseerde intelligentie
3
twee ontwikkelingslijnen:
• De gerontologen Baltes en Petzold hebben in
de jaren negentig onderzoek gedaan naar de
ontwikkeling van competenties van mensen
gedurende hun levensloop.
• In hun bevindingen spreken zij over twee
ontwikkelingslijnen:
 de lijn waarop de ( neuro) fysieke competenties
ontwikkeld kunnen worden en
 de lijn waar de op persoonlijke ontwikkeling en
cultuur gebaseerde competenties zich ontwikkelen.
Men noemt het ook wel de ‘hardware en de
software’ van een mens.
4
Twee curves
5
Twee curves
Baltes en zijn collega’s constateren dat:
 de neuro - fysieke lijn al na, gemiddeld, het
25-ste jaar afneemt (zie topprestaties in de
sport),
 de tweede lijn ( de ervaringslijn) toeneemt
vanaf, gemiddeld, het 40 ste -levensjaar en
kan doorgroeien tot, gemiddeld, het 75 ste
levensjaar. Vanaf gemiddeld 40 jaar is de mens
meer en meer in staat zijn dagelijks leven te
sturen vanuit zijn zelf en over zichzelf
verworven kennis.
6
De persoonlijke ontwikkelingslijn
De tweede groeilijn, de ervaringslijn, is
gebaseerd op persoonlijke ontwikkeling en
cultuur, en loopt door tot een leeftijd van
ongeveer 75 jaar. De groeilijnen van de
mens kruisen elkaar zo rond de 40-jarige
leeftijd. Vanaf dat moment gaan mensen
meer sturen op hun ervaringslijn
7
De persoonlijke ontwikkelingslijn
Naarmate je ouder wordt, nemen het
vermogen om:
 kennis en ervaring te combineren
 sociale en communicatieve vermogens
 inzicht en overzicht
vaak toe.
8
persoonlijke ontwikkelingslijn:
Het gaat om:
• Sociale vaardigheden,
• Zelfkennis
• Emotionele intelligentie
9
Emotionele intelligentie:
“het vermogen om emoties accuraat waar te
nemen, te begrijpen en te uiten; het vermogen
om toegang te hebben tot je gevoelens en deze
te kunnen reguleren zodat het denken en
handelen wordt vergemakkelijkt”
10
Emotioneel intelligente
vaardigheden:
• kennis van de eigen emoties:
lichaamssignalen herkennen en op hun
waarde te schatten;
• reguleren van eigen emoties:
bijvoorbeeld zich zelf te kalmeren
• zelfmotivatie: het benutten van emoties
om ergens voor te gaan
11
Emotioneel intelligente
vaardigheden
• herkennen van andermans emoties;
van empathie om behoeften van anderen
te signaleren en daar op een meer
bewuste manier mee om te gaan
• omgaan met relaties: trachten emoties
van anderen te reguleren ter bevordering
van samenwerking,
• leiderschap en interpersoonlijk effectief
handelen
• (Goleman 1997, pag. 72 -73).
12
Tip
Er is een grote variatie in de mate waarin
iemand ‘boven in de lijn zit’: tijdig en
blijvend investeren zijn van belang.
Het is van belang om op beide
ontwikkelingslijnen te blijven investeren.”.
13
Intelligentie
Intelligentie is niet makkelijk te meten, en
andere aspecten zoals emoties, geheugen
e.a. spelen een rol.
Men maakt onderscheid tussen:
• Vloeiende Intelligentie: verwijst naar de
snelheid van informatieverwerking;
• Gekristalliseerde Intelligentie verwijst
naar grotendeels automatische, op kennis
en ervaring gebaseerde, procedurele
vermogens.
14
Vloeiende en gekristalliseerde
intelligentie
• Vloeiende intelligentie gaat achteruit.
Dat wil zeggen dat ouderen minder snel
analytisch kunt denken en problemen
oplossen.
• Gekristalliseerde intelligentie kan
daarentegen toenemen : mensen doen
met het ouder worden meer kennis en
ervaring op waardoor de afname van de
snelheid gecompenseerd wordt.
15
Positieve aspecten ervaren
medewerkers
Soms zijn algemene effectiviteit en
werkprestatie van ouderen hoger dan die
van jongeren (Schalk, 2004):
• M.b.t. : Omgaan met complexiteit,
betaalbaarheid, effectief zijn in het werk,
nadenken voor je begint, sociaalvaardig
zijn en goed in teamverband kunnen
werken scoren ouderen (boven de 40 jaar)
beter dan jongeren.
16
Positieve aspecten ervaren
medewerkers
• De oudere werknemer gebruikt
aanpassing- en compensatiemechanismen
die effecten van achteruitgang van
veroudering verminderen dan wel
neutraliseren.
17
• bij het oplossen van problemen of het
nemen van besluiten gebruikt de oudere
medewerker meer tijd, maar ook meer
informatie op basis van kennis en
ervaring, waardoor er besluiten van
hogere kwaliteit tot stand kunnen komen.
(Zwart, 2000)
18
DANK voor
uw DEELNAME & AANDACHT
meer info over geheugen en intelligentie op
http://www.meta.fgov.be
19
Download