Evolutie en ordening

advertisement
Evolutie en ordening
HET ONTSTAAN DER SOORTEN
Een aantal termen
 Organische stoffen: bevatten de elementen C, H en O
 Anorganische stoffen: maximaal 2 van deze
elementen
 Autotroof: organismen die in staat zijn organische
stoffen te vormen uit anorganische stoffen
 Heterotroof: organismen die andere organismen
nodig hebben om aan organische stoffen te komen
In den beginne
 4,6 miljard jaar geleden is de aarde ontstaan
 3,8 miljard jaar geleden ontstonden de eerste
organismen. (oersoep + elektriciteit) Dit waren zeer
eenvoudige organismen
 Vraag: Wat verstaan we eigenlijk onder een
organisme?
En verder…
 2,3 miljard jaar geleden ontstonden de eerste
bacteriën en cyanobacteriën. Dit zijn eencellige,
prokaryote (zonder celkern) organismen
 1,5 miljard jaar geleden ontstonden de eerste
eukaryoten (met celkern). Dit waarschijnlijk door
endosymbiose
Meercellige organismen
 Rond 600 miljoen jaar geleden ontstonden de eerste
eenvoudige meercellige organismen.
 Wat
zouden voordelen kunnen zijn van
meercellige organismen ten opzichte van
eencelligen?
 En nadelen?
Fylogenetische boom van het leven
Meercelligen
 Uit de eerste eenvoudige meercellige organismen
ontstonden steeds ingewikkeldere organisme
 Is een ingewikkeld gebouwd organisme per definitie
“beter” dan een eenvoudig gebouwd organisme?
Ontstaan van nieuwe soorten
 Hoe ontstaan nieuwe
soorten?
 Ontstaan ze eigenlijk
wel?
Drie hoofdstromingen
1. De evolutietheorie: Leven is in de loop van
miljoenen jaren ontstaan door natuurlijke
selectie. Evolutie heeft geen doel!
2. Creationisme: God heeft de wereld in korte tijd
geschapen (6000 jaar geleden o.i.d.)
3. Intelligent design: God heeft de wereld
geschapen maar deze ontwikkelt zich wel volgens
de principes van de evolutietheorie. Evolutie
heeft volgens I.D. een doel.
Bewijs
 Alleen voor de evolutietheorie zijn bewijzen.
Beide andere theorieën hebben geen
wetenschappelijke onderbouwing. Ze berusten op
geloof.
Evolutie is…
 Bedacht door Charles Darwin en in de 20ste eeuw
verder uitgewerkt tot de moderne synthese door
o.a. Haldane, Huxley en Fisher.
 Moderne synthese (neodarwinisme) is de combinatie
van de evolutietheorie van Darwin en de wetten van
Mendel.
Natuurlijke selectie
 Organismen planten zich voort
 Er ontstaan veel nakomelingen
 Nakomelingen variëren in eigenschappen (o.a.
Door mutaties)
 Nakomelingen met de meest gunstige
eigenschappen (hoge fitness) planten zich het
meest voort
 Eigenschappen die erfelijk zijn worden
doorgegeven aan het nageslacht, welke dus ook
deze gunstige eigenschappen zullen bezitten

Gevolg: populatie evolueert
Het ontstaan van soorten
 Als een populatie gesplitst wordt door bijv.
geologische gebeurtenissen dan kunnen beide
subpopulaties anders evolueren. (Mogelijk) gevolg:
Soortvorming
 Soortvorming gaat sneller als kleine populaties
gescheiden raken met onevenredig verdeelde genen.
Gevolg
Een
Door
De
populatie
populatie
een
is storm
dat past
de
vogels
wordt
populaties
zichleeft
een
in de
in
deel
van
loop
eenvan
elkaar
van
gebied
dede
gaan
tijd
en
heeftaan
vogels
aan
verschillen.
zich
naar
dehieraan
Gevolg
nieuwe
een naarburig
aangepast.
omgeving.
 soortvorming.
gebied
Er is wel
enige variatie!
toegeblazen.
Download