Functiebeschrijving Verzorgende IG

advertisement
Pagina 1 van 6
Functiebeschrijving Verzorgende IG
Algemene informatie
Organisatie
Functie
Datum
Status
FWG-schaal
BTKzorg
Verzorgende IG
05-04-2013
Definitief vastgesteld
35
Algemeen
BTKzorg is een dynamische organisatie,
kleinschalig, met groot enthousiasme en veel
ambitie. Als dé aanbieder van verpleging,
verzorging, kraamzorg en huishoudelijke hulp
biedt BTKzorg thuiszorg en kraamzorg uit het
hart, waarbij kernwaarden: aandacht, betrouwbaar en respect hoog in het vaandel staan.
Kern/ doel van de functie
Verrichten van verplegende en verzorgende
handelingen en het geven van begeleiding bij
cliënten in de thuissituatie waarbij de zelfredzaamheid van de cliënt zoveel mogelijk wordt
gestimuleerd of in stand gehouden en waarbij
de kwaliteit bewaakt wordt.
Situatieschets
De Verzorgende IG werkt zelfstandig bij de
cliënt thuis in licht complexe en complexe
situaties. De cliënten zijn door ziekte, ouderdom, handicap of na een operatie afhankelijk
van verpleging en verzorging. De Verzorgende
IG is in stabiele situaties contactverzorgende
en stelt dan ook het zorgleefplan op.
Plaats in de organisatie
Ontvangt hiërarchisch leiding van de Manager
Thuiszorg. Daarnaast maakt de Verzorgende
IG onderdeel uit van een (wijk)team waarin
tevens Helpenden, Verzorgenden en (Wijk)
verpleegkundigen werkzaam zijn. De Verzorgende IG ontvangt functionele aanwijzingen
van de Wijkverpleegkundige.
Contacten
Intern:
 Manager Thuiszorg
 Teamleider V&V
 Verzorgenden (IG)
 (Wijk)Verpleegkundigen
 Medewerkers HH1 en HH2
Extern:
 Cliënten, diens familie en huisgenoten
 Mantelzorgers
BTKzorg

Overige disciplines zoals apotheek en
evt huisarts
Taken/verantwoordelijkheden in hoofdlijnen
1. Uitvoeren van zorg- en dienstverlening
2. Contactverzorgende
3. Kwaliteit van zorg
4. Teamwerkzaamheden
5. Overige werkzaamheden
Uitwerking in activiteiten en te behalen
resultaten
1. Uitvoeren van zorg- en dienstverlening
 Het geven van zorg, begeleiding en
ondersteuning overeenkomstig de
afspraken in de zorgleveringsovereenkomst en het zorg-/behandelplan;
 Ondersteunt de cliënt bij ADL (aan- en
uitkleden, wassen, toiletgang, eten en
drinken e.d.);
 Controleert lichaamsfuncties en meldt,
waar nodig, afwijkende waarden aan
de verantwoordelijk (wijk)verpleegkundige;
 Verricht verpleegtechnische handelingen, conform handelingenlijst van
BTKzorg;
 Helpt met oefeningen in kader van
therapie of revalidatie;
 Stimuleert de zelfredzaamheid van de
cliënt op het gebied van lichamelijke
verzorging en houdt deze, daar waar
geen verbetering mogelijk is, zoveel
mogelijk op hetzelfde niveau;
 Verricht begeleidende werkzaamheden ten aanzien van de cliënt;
 Biedt (psycho)sociale begeleiding,
zoals bij terminale zorg;
 Biedt ondersteuning aan mantelzorgers t.b.v. het zorgproces.
2. Contactverzorgende
 Is contactverzorgende voor één of
meer stabiele cliëntsituaties;
 Stelt het zorgleefplan van de cliënt op
en houdt dit actueel;
2013-04/02
DOC.ORG.47
Pagina 2 van 6






Bespreekt in overleg met de cliënt de
planning van de werkzaamheden en
stelt bij wijzigingen in de hulpvraag, in
overleg met de cliënt, het zorgleefplan
bij;
Houdt kennis inzake de sociale en
medische toestand van de cliënt op
peil en past het zorgleefplan hierop
aan. Bespreekt zorgplan in cliëntbesprekingen;
Neemt in overleg met de Wijkverpleegkundige zonodig initiatief tot en
onderhoudt contact met familie van de
cliënt;
Neemt in overleg met de Wijkverpleegkundige initiatief tot en onderhoudt (schriftelijk) contract met de arts,
fysiotherapeut en eventueel andere
behandelend
(para)
medische
beroepsbeoefenaars van de cliënt;
Verricht eventueel op verzoek van
cliënt of familie andere activiteiten, als
artsenbezoek etc.;
Sluit de zorg af en/of regelt de overdracht naar andere zorginstellingen
3. Kwaliteit van zorg
 Signaleert eventuele veranderingen in
de gezondheidstoestand van cliënt en
rapporteert dit aan de verantwoordelijk
Wijkverpleegkundige;
 Signaleert knelpunten in de zorgverlening en rapporteert dit aan de verantwoordelijk Wijkverpleegkundige;
 Houdt zelf de deskundigheid op peil
door het lezen van vakliteratuur.
4. Teamwerkzaamheden
 Is samen met collega’s uit het (wijk)
team verantwoordelijk voor plannen en
roosteren van cliënten, veelal volgens
vast rooster;
 Neemt deel aan cliëntbesprekingen;
 Neemt deel aan ontmoetingsbijeenkomsten;
 Neemt deel aan workshops, opleiding
en scholing;
 Draait mee in de bereikbare dienst van
het (wijk)team;
 Heeft een actieve houding in (bij)
scholen van collega’s.
5. Overige werkzaamheden
 Verricht in voorkomende gevallen
cliëntgerelateerde huishoudelijke werk
zaamheden zoals het verzorgen van
huisraad, kleding en wasgoed en helpt
bij de maaltijdbereiding;
BTKzorg






Registreert de verleende zorg in het
zorgleefplan;
Overlegt indien nodig met overige
disciplines zoals de huisarts en de
apotheek;
Werkt nieuwe collega’s in en begeleidt
stagiaires;
Vraagt (ad-hoc) hulpmiddelen aan
voor cliënten;
Heeft kennis van de sociale kaart in de
desbetreffende wijk;
Draagt zorg voor een volledig portfolio
in het kwaliteitsregister V&V en overlegt dit één keer per jaar aan de Wijkverpleegkundige.
Bevoegdheden
 Zelfstandig uitvoeren van handelingen
die betrekking hebben op de eigen
werkzaamheden;
 Verpleegtechnische handelingen conform handelingenlijst BTKzorg, mits
daartoe bekwaam gemaakt.
Functie-eisen, vaardigheden en verantwoordelijkheden
Kennis
Kennis op het niveau van MBO Verzorging IG
niveau 3 of vergelijkbaar en ervaring op het
gebied van verzorging en begeleiding is vereist. Vakkennis en vaardigheden worden op
peil gehouden door deelname aan (verplichte)
bijscholing en het lezen van vakliteratuur. Is
geregistreerd in het kwaliteitsregister V&V.
Zelfstandigheid
De werkzaamheden worden zelfstandig uitgevoerd conform de afspraken in het zorgleefplan, instructies en protocollen. Problemen op
het gebied van verzorgende werkzaamheden
en verpleegtechnische handelingen worden
zoveel mogelijk zelfstandig opgelost. Terugval
is mogelijk op de Wijkverpleegkundige.
Sociale vaardigheden
Sociale vaardigheden zoals tact, inlevingsvermogen, luisteren, hulpvaardigheid en klantvriendelijkheid zijn nodig in het contact met
cliënten en diens familie of relaties. Overtuigingskracht is nodig bij het stimuleren, da
wel onderhouden van de zelfredzaamheid van
de cliënt.
Risico’s, verantwoordelijkheid en invloed
Het werken met materialen en middelen kan
beperkte materiële schade tot gevolg hebben.
Er is een beperkte kans op het toebrengen van
lichamelijk en/of geestelijk letsel aan cliënten.
In de contacten met familie e.d. kan invloed
2013-04/02
DOC.ORG.47
Pagina 3 van 6
worden uitgeoefend op de reputatie van de
organisatie.

Uitdrukkingsvaardigheid
Mondelinge uitdrukkingsvaardigheid is van
belang in de communicatie met (familie van)
cliënten. Schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid is
nodig voor het opstellen van het zorgleefplan
en het registreren van de zorg hierin.
Bewegingsvaardigheid
Bewegingsvaardigheid is nodig voor het verrichten van de verzorgende werkzaamheden,
de ondersteunende handelingen gericht op
ADL-activiteiten en de verpleegtechnische
handelingen.
Oplettendheid
Oplettendheid ten aanzien van de gezondheidstoestand van de cliënt is nodig bij de
uitvoering van de verzorgende, verplegende en
begeleidende werkzaamheden en voor het
signaleren van veranderingen in de situatie
van de cliënt.
Overige functie-eisen
 Volharding en doorzettingsvermogen
zijn nodig bij het uitvoeren van
verzorgende werkzaamheden en het
stimuleren van de zelfredzaamheid;
 Ordelijkheid is nodig bij het plannen
van de werkzaamheden;
 Systematisch en hygiënisch werken is
nodig voor het verrichten van verzor-


gende werkzaamheden en verpleegtechnische handelingen;
Integriteit en betrouwbaarheid zijn
nodig vanwege inzicht in het zorgleefplan en om rekening te kunnen
houden met de privacy van cliënten;
Het representatief voorkomen is van
belang in het contact met cliënten,
diens familie en huisgenoten en de
overige disciplines, het spreken van de
Nederlandse taal een vereiste;
Gevoel voor het menselijk lichaam is
van belang bij het uitvoeren van
verzorgende werkzaamheden en verpleegtechnische handelingen en voor
het herkennen van afwijkingen in de
gezondheidstoestand van de cliënt.
Inconveniënten
 Fysieke belasting treedt op bij taken
als tillen, door het veelvuldige lopen,
en het werken in onnatuurlijke houdingen;
 Psychische belasting kan optreden bij
het in aanraking komen met leed van
de cliënt;
 Bezwarende
werkomstandigheden
bestaan uit het in aanraking komen
met vuil en werken in woningen met
relatief hoge temperaturen;
 Risico op persoonlijk letsel kan ontstaan bij het uitvoeren van verzorgende
en huishoudelijke werkzaamheden.
Kernwaarden en BTK-competenties
Kernwaarden:
Definitie
Op een goede manier met zichzelf en
anderen omgaan.
Aandacht, betrouwbaar en respect
Gedragsindicatoren per niveau
1
2









3

Competentie:
Definitie
Handelt vakbekwaam, met gebruik van de
vereiste kennis en vaardigheden.
BTKzorg
Behandelt mensen eerlijk, zorgvuldig en met respect.
Is toegankelijk, stelt zich dienstverlenend op.
Houdt in het eigen gedrag rekening met de ander.
Doet niet mee aan “wandelgangenpraat”.
Doet wat hij zegt, komt beloften na.
Is open over zelf gemaakte fouten of beslissingen.
Houdt rekening met verschillen in cultuur, geaardheid, waarden etc.
Voelt aan of anderen contact en gesprek al dan niet op prijs stellen.
Heeft respect voor de ander, ongeacht de onredelijkheid van wensen
of klachten.
Toont de bereidheid om tot een oplossing te komen.
Vakinhoudelijk handelen
Gedragsindicatoren per niveau
1




Gaat zorgzaam om met (werk)materialen.
Voert voorgeschreven instructies foutloos uit.
Werkt geconcentreerd, efficiënt, zorgvuldig en netjes.
Weet wat er gedaan moet worden en hoe het gedaan moet worden.
2013-04/02
DOC.ORG.47
Pagina 4 van 6
2





3
Competentie:
Definitie


Communicatie
Gedragsindicatoren per niveau
Mondeling en/of schriftelijk helder overbrengen van informatie, meningen, ideeën,
standpunten en/of besluiten.
1
2













3




Competentie:
Definitie
Teamspeler, werkt samen
gemeenschappelijk doel.
Luistert.
Stelt (open) vragen.
Formuleert in goed lopende, vloeiende zinnen.
Spreekt goed verstaanbaar, praat rustig en duidelijk, articuleert goed.
Brengt informatie helder over.
Beheerst de Nederlandse taal goed.
Reageert beheerst in onverwachte situaties.
Heeft in het gesprek een heldere opbouw en structuur.
Beantwoordt inhoudelijke vragen afdoende.
Heeft oog voor non-verbale communicatie en rapporteert indien
nodig.
Geeft ruimte aan gesprekspartners.
Vat het gesprokene to the point samen.
Achterhaalt actief de behoeften en verwachtingen van de ander en
probeert hier zoveel mogelijk bij aan te sluiten.
Vraagt door op standpunten en op emotionele opmerkingen.
Hanteert in teksten een heldere opbouw en structuur (verslagen,
rapportages).
Past de communicatie/schrijfstijl aan de gesprekspartner/lezer aan.
Formuleert teksten in correct Nederlands, zonder taalfouten, met juist
gebruik van grammatica.
Samenwerking
Gedragsindicatoren per niveau
naar
een
1
2









3
BTKzorg
Is alert op veranderingen.
Controleert het eigen werk zorgvuldig en blijft alert op details.
Voert werkzaamheden als volleerd uit, resultaten getuigen van vakkennis.
Benadert vraagstukken vanuit een methodisch kader of theoretisch
oogpunt.
Onderscheidt hoofd- en bijzaken, oorzaak en gevolg. Legt verbanden
tussen gegevens.
Geeft advies op basis van richtlijnen, protocollen en afspraken.
Verwerkt nieuwe kennis en ervaringen in het eigen denken en
handelen.

Stelt zich collegiaal op.
Draagt bij aan een prettige werksfeer
Staat open voor meningen , ideeën en feedback.
Kijkt over de muren van het eigen team of de eigen afdeling heen.
Is proactief, wacht niet af.
Zoekt de samenwerking en het overleg op.
Signaleert wanneer anderen hulp nodig hebben en neemt taken zo
nodig over.
Stelt het gemeenschappelijk doel boven het persoonlijk belang als
dat nodig is.
Neemt zo nodig maatregelen om de situatie niet uit de hand te laten
lopen.
Spreekt de ander aan op gedrag.
2013-04/02
DOC.ORG.47
Pagina 5 van 6
Competentie:
Ontwikkelen
Definitie
Werkt actief aan de eigen ontwikkeling en
deskundigheid.
Gedragsindicatoren per niveau
1
2










3
Competentie:
Definitie
Beschikt over een “antenne” voor
ontwikkelingen en gebruikt deze voor het
eigen werk of de organisatie.

Staat open voor feedback.
Stelt zich vragend op en toont de wil om te leren.
Leert van eigen fouten.
Vraagt en geeft feedback aan collega’s of anderen.
Toont zich nieuwsgierig/leergierig om huidige kennis te verbreden
en/of te verdiepen.
Werkt zich snel in nieuwe materie in.
Heeft een kritische blik op het eigen functioneren (zelfreflectie).
Toont een realistisch inzicht in de eigen sterke en zwakke punten.
Wacht niet af, zoekt en benut kansen voor eigen ontwikkeling.
Investeert in de eigen ontwikkeling (scholing, opleiding, training,
vakliteratuur, e-learning, intervisie).
Integreert nieuwe kennis in bestaande.
Maatschappelijk handelen en preventie
Gedragsindicatoren per niveau
1
2
Gedrag met als doel bevorderen van
gezondheid, voorlichten, informeren en/of
bewustwording.





Gedraagt zich volgens de geldende regels, normen en waarden.
Is zich bewust van het feit de organisatie te vertegenwoordigen.
Praat positief en enthousiast over het werk, de organisatie of het vak.
Onderscheidt incidenten van alledaagse vraagstukken, legt verbanden tussen vraagstukken.
Voelt aan waar het in de kern omgaat, van daaruit verder denken en
zoeken naar oplossingen of toepassingen.
3
Competentie:
Definitie
Overziet welke doelstellingen behaald
moeten worden (door wie, met welke
middelen) en wat daarbij prioriteit heeft.
Organisatie en financiering
Gedragsindicatoren per niveau
1
2






BTKzorg
Werkt ordelijk en systematisch.
Houdt zich aan deadlines en gemaakte afspraken.
Verspilt geen goederen/materialen.
Belooft geen dingen die niet waargemaakt kunnen worden.
Combineert verschillende soorten werkzaamheden op een effectieve
en efficiënte manier.
Weet optimaal gebruik te maken van de beschikbare middelen.
2013-04/02
DOC.ORG.47
Pagina 6 van 6




Kan planmatig werken, kijkt vooruit (rekening houdend met pieken en
dalen in werkzaamheden, rond vakanties/ziekte/ periodeafsluitingen).
Formuleert activiteiten/concrete doelen voor zichzelf of voor anderen.
Stelt prioriteiten voor zichzelf.
Anticipeert gemakkelijk op wijzigingen en ontwikkelingen.
3
Competentie:
Definitie
Professionaliteit en kwaliteit
Gedragsindicatoren per niveau

Handelen volgens de geldende regels,
normen en waarden.
1
2







3



BTKzorg
Werkt volgens geldende vakkennis, procedures, regels en kwaliteitsafspraken (handboek, gedragcode, etc).
Heeft toegang tot en maakt gebruik van relevante vakinhoudelijke
informatie.
Werkt onder druk kwaliteitsgericht en let op details.
Herstelt fouten als deze aan het licht komen.
Kent de eigen grenzen, vraagt bij te moeilijke situaties tijdig om hulp.
Handelt beheerst en doelmatig onder stressvolle omstandigheden,
zoals werk- en tijdsdruk, tegenslag, risico’s of emotionele confrontaties, laat geen steken vallen.
Stimuleert nauwkeurig werken en wijkt waar nodig af wanneer fouten
voorkomen worden of kwaliteit verhoogd.
Is zich bewust van ethische, juridische en maatschappelijke kaders
en opereert daarbinnen.
Behandelt vertrouwelijke informatie met de nodige zorgvuldigheid en
geheimhouding.
Wijkt beargumenteerd van procedures, regels en richtlijnen af zodat
ongewenste resultaten worden voorkomen en kwaliteit wordt
verhoogd en maakt hier melding van.
Neemt verantwoordelijkheid voor eigen handelen, verschuilt zich niet
achter overmacht.
2013-04/02
DOC.ORG.47
Download