de zaak cohn bendit (1973)

advertisement
ARRESTEN
De zaak Cohn Bendit (1973)
Cohn Bendit was de Franse leider van de studentenopstand van mei ’68. Hij was een jood van
Duitse nationaliteit, maar had wel zijn hele leven in Frankrijk gewoond. Ten gevolge van de
gebeurtenissen van mei ’68 werd hij uitgewezen naar Duitsland. Zo’n 10 jaar later wilde hij
zich terug vestigen in Frankrijk, wat hem geweigerd werd.
Cohn Bendit beroept zich op de richtlijn van 1964 over het recht van EG-onderdanen om te
verblijven in andere EG-lidstaten.
o Hierop paste de Franse Conseil d’Etat de doctrine van de ‘acte clair’ toe
-> Er moet geen prejudiciële vraag gesteld worden aan gezien het duidelijk is dat een
particulier zich voor een nationale instantie niet kan beroepen op een richtlijn.
o Visie van het Hof van Justitie
->
Richtlijnen kunnen wel ingeroepen worden voor
de nationale rechter.
De zaak Solange (1974)
Het Bundesverfassungsgericht (het Duitse grondwettelijk Hof) meende de bevoegdheid te
hebben de schending van de grondrechten door communautaire rechtshandelingen (zoals
verordeningen) te mogen beoordelen.
o Zo behoorde volgens haar een conflict tussen de grondwet en het communautaire recht tot
haar bevoegdheid
->
o Visie van het Hof van Justitie
Zolang er geen rechtstreeks verkozen parlement is, is er
ook geen zekerheid over de naleving van de
grondrechten binnen de communautaire rechtsorde
->
Niet de bevoegdheid van de nationale rechter
Arrest Waterkeyn (1982)
De Fransen stemden een wet tegen het alcoholisme en de reclame voor alcoholhoudende
dranken (vnl. whisky). Resultaat: Vooral de buitenlandse reclame werd aan banden gelegd
o Europese Commissie
<-> Frankrijk
o Het Hof van Justitie veroordeelt Frankrijk
Waterkeyn was een publiciteitsfirma die grote publiciteitsborden langs de wegen plaatste. Op
een zeker ogenblik was er een reclamecampagne voor alcoholische dranken.
o Zware strafrechtelijke procedure, op basis van die wet
o Waterkeyn wil zich beroepen op het arrest waarin Frankrijk veroordeeld werd
 Prejudiciële vraag aan het Hof van Justitie
 Hof
->
De nationale rechter moet toepassen wat in het arrest als recht is
omschreven
1
Zaak Stanley Adams
Stanley Adams was de manager van Hofman-Laroche, een bedrijf van wereldformaat. Er
worden door dit bedrijf vaak kartels aangegaan, illegale afspraken met concurrenten om de
prijzen hoog te houden. Adams brengt de Europese Commissie op de hoogte.
o De Commissie legt in een beschikking een boete op aan het bedrijf
-> Uitzonderlijk goed gemotiveerd
In het bedrijf beseffen ze dat er een mol is
o Intern onderzoek
 Wanneer nog 2 personen overblijven, belt het bedrijf naar een ambtenaar van de
Commissie en bluft dat ze weten dat het Adams is. De ambtenaar reageert bevestigend
 Zwitserland ->
Industriële spionage =
Zeer zwaar misdrijf


Stanley Adams wordt in de gevangenis gezet
Bijna diplomatiek incident: Onder druk wordt hij weer vrij gelaten
o Procedure wegens een dienstfout van de ambtenaar
-> Schadevergoeding wordt toegekend
Zaak Bayrische Vermehrungsbetriebe (1978)
In de jaren ’50 was er een schaarste. Het EG-landbouwbeleid werd opgebouwd in functie van
het produceren. Maar na het punt van evenwicht, kregen we in de jaren ’70 een (structureel)
overschot. Om die melkplas weg te werken zette men de melk om in melkpoeder.
o Verordening
->
Om nog subsidies te krijgen moet de voeding voor de koeien uit
20% melkpoeder bestaan
 Amerika werd hak gezet
Produceerde grootste deel van de sojabonen die
gebruikt werden voor het veevoeder.
 Veevoederbedrijven zijn niet gelukkig met deze maatregel, zij moeten namelijk hun
installaties volledig aanpassen
o Granital, een Nederlandse producent van veevoeder stapt naar de rechter om deze regel
aan te vechten
Inbreuk op het non-discriminatiebeginsel
 Prejudiciële vraag door de Nederlandse rechter aan het Hof
 Hof ->
Discriminatie
o Duits bedrijf, de Bayrische Vermehurungsbetriebe:


Procedure tot schadevergoeding
Verordening strijdig met bepaling van het Verdrag, het non-discriminatiebeginsel
Maar verordening op internationaal niveau moet vergeleken worden met de wet op
nationaal niveau
->
Schadevergoeding op grond van nationale wetten?
 Hof zoekt principes van schadevergoeding die Lidstaten gemeen hebben
 Enkel bij ernstige bevoegdheidsoverschrijdingen
=
Duidelijke schending van communautaire rechtsprincipes
 Dit is hier niet het geval
2
Arrest Foglia vs. Novello (16 december 1981)
2 Italiaanse partijen die wellicht een poging deden om via afspraken onder mekaar een
proefproces in te stellen. Het lag er echter vingerdik op.
o De partijen wilden een bepaalde uitspraak van het Hof van Justitie om dan die uitspraak te
gebruiken voor een Franse rechtbank.
o Het Hof had dit gedetecteerd en weigerde antwoord te geven op de prejudiciële vraag.
Arrest Textilwerke Deggendorf (9 maart 1994)
De Duitse overheid had steun beloofd aan het textielbedrijf Deggendorf. De Europese
Commissie trad hier tegen op, de steunmaatregelen mochten niet verleend worden.
o Beschikking gericht tot de lidstaat
 Particulieren kunnen hier soms tegen ingaan
 Rechtstreeks geraakt
 Individueel geraakt

->
Beroepstermijn 2 maanden
Beroepstermijn van 2 maanden was al verstreken voordat het bedrijf tot het besluit
kwam om te protesteren tegen de beschikking
o Kan het bedrijf de geldigheid van de beschikking aanvechten voor de Duitse rechter, via
de prejudiciële procedure?
 Duitse rechter stelde een prejudiciële vraag aan het Hof
 Beroepstermijn verstreken ->
Klager verliest recht om geldigheid te controleren
Arrest Costa vs. Enel (1964)
Opmerking.
Het Hof heeft deze kans om het begrip ‘voorrang’ te analyseren met beide
handen gegrepen
Costa is een particulier, aandeelhouder van een private elektriciteitsmaatschappij. Enel is de
Italiaanse nationale onderneming voor elektriciteit. Begin de jaren ’60 was er een tendens om
bestaande bedrijven in de energiesector te nationaliseren.
o Nationaliseringsdecreet
o Costa
->
EG-verdrag verzet zich tegen dit nationaliseringdecreet
 Italiaanse rechter stelt een prejudiciële vraag aan het Hof

De Italiaanse staat werpt voor het Hof een aantal opmerkingen op, waaruit zou moeten
blijken dat de vraag niet ontvankelijk is.
o Het Hof beslist dat de vraag wel ontvankelijk is.
 Het EG-recht heeft een eigen rechtsorde in werking doen treden
 Doorgedrongen in de rechtsorde van de lidstaten
 De nationale rechters moeten daar rekening mee houden
 Argumentatie
 Bevoegdheidsoverdracht: Lidstaten
->
EG
3
 EEG-verdrag creëert een nieuwe rechtsorde met eigen bevoegdheden
en wetgevende capaciteit
 EEG-verdrag heeft voorrang op nationale recht m.b.t. de gebieden waar
de lidstaten hun soevereiniteit hebben beperkt.

Verdrag:
Definitie verordening:

Verdrag:
In absolute noodgevallen kan er worden afgeweken van Verdrag
Redenering: Niet in algemene gevallen
-
Algemene strekking
Rechtstreeks toepasselijk
De zaak Simmenthal (1998)
Het grondwettelijk hof in de Italiaanse rechtsorde is de Corte Costituzionale. Dit hof kan in
een prejudiciële procedure de strijdigheid van de Italiaanse wet met de Italiaanse grondwet
toetsen. De strijdigheid van het Verdrag met de wet werd door de Corte ook beschouwd als
een grondwettigheidcontrole.
o Nationale rechter ->


Prejudiciële vraag over een conflict tussen een wet en een
communautaire regel naar het Europees Hof van Justitie
Communautaire verordening heeft voorrang op de wet
Geen grondwettigheidcontrole
o Ratio
->
Voorrang mag niet in het gedrang komen.
Arrest Van Gend en Loos (1963)
Van Gend en Loos, een Nederlands importbedrijf, voert goederen in van Duitsland naar
Nederland. De douane bekijkt de lading en stelt invoerrechten vast, deze zijn echter hoger dan
vroeger het geval was.
o Voor de Nederlandse rechter.
 Van Gend en Loos: Art. 25 EG-Verdrag ->
‘In het onderlinge handelsverkeer
tussen lidstaten, moeten lidstaten zich ervan onthouden de bestaande invoerrechten te
verhogen of nieuwe invoerrechten in te voeren’
 Nederlandse douane:
Nieuwe douanewet ->
Herclassificatie goederen
->
Na het EEG-verdrag
o Prejudiciële vraag
->
Is artikel 25 EG-Verdrag voor eenieder verbindend?
 Heeft artikel 25 EG-Vedrag interne werking in de Nederlandse rechtsorde?
 Nederlandse Grondwet
->
Verdragen hebben voorrang op nationale recht,
op voorwaarde dat de bepaling eenieder verbindt
o Arrest van het Hof van Justitie
 Bevoegdheidskwestie
->
Nationale instantie <-> Hof
->
Hof: Directe werking
=
Interpretatie gemeenschapsrecht

Onderzoek van het EEG-verdrag
->
Leent verdrag zich tot directe werking?
4

Geest, structuur en bewoordingen

Het EEG-verdrag heeft een nieuwe rechtsorde gecreëerd, met een specifieke
institutionele structuur en een prejudiciële procedure
->
Dit impliceert dat de verdragsauteurs ervan uit gegaan zijn dat
bepalingen van het verdrag voor de nationale rechter inroepbaar waren

Onderzoek artikel 12 ->
Verplichting iets niet doen: Directe werking
 Er is geen discretionaire ruimte
 Duidelijk en onvoorwaardelijk
 Er zijn geen verdere uitvoeringsmaatregelen nodig
Arrest Gravier (1985)
België kreeg meer en meer buitenlandse studenten in bepaalde (meestal dure) richtingen,
zoals (dieren)geneeskunde. De reden hiervoor was dat de toegang tot een bepaalde
studierichting helemaal vrij was, terwijl in de meeste andere landen een selectie gebeurde
(door een toelatingsproef, studieresultaten, loting…). Hierop beslisten de Belgen een regeling
in te voeren waarbij de buitenlandse studenten volledig hun studies moesten betalen.
Gravier was een Franse studente, die zich hier in België kwam bekwamen in het striptekenen,
want in Frankrijk bestond er zo geen opleiding. Zij moest echter 25.000,- inschrijvingsgeld
betalen, terwijl het voor de Belgen slechts 500,- was. Gravier naar de rechtbank van Luik.
o Verbod onder het EG-recht van discriminatie op basis van nationaliteit
o Prejudiciële vraag aan het Hof
 Belgische staat:
Dit onderwerp valt niet binnen werkingssfeer van het Verdrag
 Gravier:
Bepaling over het beroepsonderwijs
 Zij studeerde striptekenen met als doel er later haar beroep van te maken
 Vrij verkeer van diensten
->
Onderwijs is een dienst
o Hof
 Redenering van Gravier
 Definitie van beroepsopleiding
->
Zeer breed, bijna alle mogelijke vormen
van opleiding/ onderwijs vallen hieronder
Het arrest Blaizot (1988)
o Hof past Gravier-redenering toe op universitair onderwijs
->
Beroepsopleiding
o De directe werking wordt beperkt in de tijd
 Directe werking voor de toekomst
 Het arrest Defrenne had de weg open gemaakt voor in bijzondere gevallen arrest
alleen voor de toekomst
Arrest Lütticke (1966)
5
Opmerking.
Langzaam wordt het EG-verdrag een verdrag met in de regel directe werking,
behoudens een aantal uitzonderingen
Lütticke was een Duitse importeur. Hij moest belastingen betalen op bepaalde goederen. Het
verdrag bevat echter het non-discriminatie-beginsel op het vlak van de nationale indirecte
belastingen. Zo moet de BTW hetzelfde zijn bij nationaal geproduceerde goederen, als bij
ingevoerde goederen. Minder belastingen voor eigen goederen is strijdig.
o
De lidstaten kregen een bepaalde termijn om de bestaande discriminatie weg te
werken. Ze mochten hierbij vrij kiezen hoe
->
Discretionaire ruimte
o
Termijn verstreken
 Verplichting iets doen ->
Verplichting iets niet doen
 Op dit moment ->
Directe werking
=
Verruiming van de strikte
criteria van het arrest Van Gend en Loos
Arrest Reyners (1974)
Reyners is een Nederlander die aan de universiteit van Brussel een diploma in de rechten
behaalt. Volgens art. 428 van het Gerechtelijk Wetboek moet men om het beroep van
advocaat in België te kunnen uitoefenen Belg zijn, tenzij een wederkerigheidovereenkomst
gesloten werd met het land. Met Nederland is er niet zo’n overeenkomst gesloten.
o
o
Reyners wordt geweigerd aan de balie
Hij stapt naar de Raad van State
 Het vrij vestigingsrecht zonder discriminatie op grond van nationaliteit

De overgangsperiode liep tot 1970
->
Termijn was verstreken
Arrest Defrenne II
Sabena had een regeling waarbij stewardessen van boven de 40 niet langer mochten werken
omdat de klanten hebben liever jonge, frisse krachten hebben. Voor stewards geldt deze
regeling niet, zij mochten tot hun 55e blijven werken.
Mevrouw Defrenne is een stewardess bij Sabena en zij wilde niet opstappen. Ze wordt toch
ontslagen, waarna ze naar de arbeidsrechtbank stapt.
o
Arbeidshof te Brussel
->
Op einde van overgangsperiode: Beginsel gelijk
loon voor gelijk werk tussen man en vrouw.
o
Prejudiciële vraag over de directe werking
 Sabena betwist de directe werking
Argumenten:
 Gericht tot de lidstaten
 ‘Beginsel’ van gelijk loon voor gelijk werk =
Algemeen principe
Ze moet nog verder uitgewerkt worden om directe werking te
kunnen verkrijgen
Hof:
‘Beginsel’
->
Wijst op fundamenteel karakter.
6
 Er was een wijziging van uitvoeringstermijn geweest
-
Hof:
In het EEG-Verdrag is er één verdragsbepaling is die
amendering toelaat ->
Niet: Onwettig!
 De commissie is nooit opgetreden tegen lidstaten hiervoor

Het Hof verwerpt alle argumenten.
o
Hof ->
Differentiatie van het concept ‘directe werking’
 Directe werking in de relatie:
 Particulier – lidstaat
 Particulier – particulier
=
Horizontaal
 Alleen maar in geval van ‘open discriminatie’
o
Er waren ook nog opmerkingen van Ierland en Groot-Brittannië
 Interpreteren
=
Retroactief betekenis geven aan een norm
 De directe werking die aan dit artikel zou gehecht worden, zou retroactief van
toepassing moet zijn
->
Iedere vrouw die dus ooit minder zou verdiend

hebben zou dus kunnen procederen
Het Hof is voor dit argument gezwicht
 Rechtszekerheid
 Beperking in de tijd van het arrest
Zaak Walraeve - Koch (1974)
Koch is een Duitse motorrijden, de gangmaker, Walraeve een Nederlandse renner. Zij wilden
samenwerken, maar gelijke nationaliteit is vereist voor bepaalde kampioenschappen (UCI)
o
Non-discriminatie
o
Horizontale directe werking
 Geschillen tussen particulieren Ook bij beroepssporten
 Geschillen tussen ondernemingen
M.b.t. mededingingsrecht
Arrest Ratti (1978)
Ratti is een producent van verven en vernissen, gevaarlijke producten! Aangezien dit
gevaarlijke producten zijn schrijft de Italiaanse overheid een strenge etikettering voor. De
Europese richtlijnen leggen echter eerder de nadruk op het vrij verkeer van goederen en
willen de etikettering die bedoeld is als neo-protectionisme tegengaan, sommige landen
gebruikte namelijk de etikettering om buitenlandse producten tegen te houden. De Italiaanse
wetgeving op dit vlak was niet volledig conform de Europese richtlijnen en de
omzettingstermijn van de richtlijn was al verstreken.
o
o
Ratti besluit de richtlijnen na te leven en niet de Italiaanse wetgeving
Hof
 Geen directe werking
->
Termijn nog niet verstreken
7

Wel directe werking
 Uitvoeringstermijn verstreken
 Duidelijk en onvoorwaardelijk is
Van Duyn
Van Duyn is een Nederlandse vrouw, die zich bekeerd heeft tot de Church of Scientology
(Londen). Ze gaat naar Groot Brittannië om daar te gaan werken voor de sekte. Bij aankomst
in Groot-Brittannië wordt ze onmiddellijk teruggestuurd.
o
o
Richtlijn inzake vrij verkeer van personen (cf. Cohn-Bendit)
Het Hof verwerpt a contrario-redenering tegen directe werking
 Wel directe werking

o
Niet:
Geen directe werking, want nergens vermeld dat ze dat wel heeft
Volgens de richtlijn: Dwingende en nuttige werking
->
Hieruit volgt dat de
richtlijn directe werking kan hebben tussen particulier en overheid als
(1) De richtlijn niet tijdig is uitgevoerd,
of
(2) De uitvoering van de richtlijn niet correct is
Arrest Kolpinghuis (1987)
Kolpinghuis is een Nederlandse cafébaas die zelf zijn spuitwater produceerde. Hij pompt
luchtbellen in zijn kraantjeswater en verkocht dit als echt spuitwater-bronwater. Nederland
had een Europese richtlijn daaromtrent nog niet volledig uitgevoerd. Deze uitvoeringstermijn
was ondertussen verstreken.
o
De Nederlandse overheid wil Kolpinghuis vervolgen op basis van die richtlijn
o
Hof: Niet mogelijk
->
De richtlijn is gericht tot de lidstaat
->
De overheid moet deze richtlijn omzetten
 De overheid kan zich niet beroepen op een niet omgezette richtlijn
 Een particulier kan zich wel beroepen op een niet omgezette richtlijn
Arrest Costanzo (1989)
Costanzo is een Italiaanse ondernemer van openbare werken, hij krijgt een aanbesteding door
de stad Milaan. Hij komt in conflict met die stad, omdat hij vindt dat Milaan een aspect van
de communautaire richtlijnen inzake openbare aanbesteding van een opdracht van een zeker
niveau niet naleeft. De Italiaanse wetgever was in gebreke gebleven.
o
Costanzo
->
Lokale overheden zijn rechtstreeks gebonden door richtlijn, zelfs
bij gebreke van een aanpassing van de Italiaanse wet
o
Milaan
->
Een richtlijn gericht tot een lidstaat is gericht aan de wetgever en
niet aan de lokale autoriteiten.
8
o
Hof
->
Lokale overheid moet meehelpen aan de realisatie van de doelstelling
van de richtlijn
-
Het Hof volgt Costanzo
Arrest Marshall
Marshall is een diëtiste die werkt voor de National Health Service in Groot-Brittannië, in een
afdeling in Southhampton. Vrouwelijke diëtistes moesten vroeger op pensioen gaan dan
mannelijke. Marshall begint een procedure wegens discriminatie op basis van geslacht.
o
o
Er is een richtlijn uit 1976 over gelijke behandeling
De rechter stelt de prejudiciële vraag als conflict tussen werkgever en werknemer
 Probleem tussen particulieren
 Hof
->
Een zaak van verticale directe werking
Arrest Marleasing (1990)
Hier handelt het over de nietigheid van vennootschappen. Er zijn richtlijnen die een
harmonisatie inzake de wetgeving over vennootschappen beoogden. Een van die richtlijnen
heeft betrekking op de nietigheid en geeft een opsomming van de nietigheidsgronden.
In 1986 treedt Spanje toe tot de EG en moet het binnen een bepaalde overgangsperiode het
reeds bestaande communautaire recht overnemen.
Twee vennootschappen, Marleasing en La Commercial, strijden tegen elkaar. Een van de twee
vordert de nietigheid van de andere, op basis van een Spaanse wet die de richtlijn met
betrekking tot harmonisering nog niet geïncorporeerd had.
o
Marshall
o
Hof ->
Richtlijn primeert boven de Spaanse wet
 De wet moet worden uitgelegd in het kader van de richtlijn
 Dit voegt een graad van horizontale directe werking van richtlijnen in
->
De richtlijn kan niet ingeroepen worden, want het is een conflict
tussen particulieren
Zaak Faccini Dori (1992)
Faccini Dori is een Italiaanse vrouw. In het station is ze haastig haar perron aan het zoeken.
Ze stoot een man tegen het lijf die haar een aanbod doet voor een taalcursus. Het interesseert
haar nogal en snel zet ze handtekening onder een proefpakket. De kleine lettertjes bevatten
echter een verbintenis tot het volgen van de cursus.
o
Richtlijn tot bescherming van de consument bij verkoop buiten de verkoopsruimte
 1 week om terug te keren op dergelijke contracten
 Toepassing?
Arrest Marleasing
<-> Hier geen nationale wet
o
Hof ->
Bevoegdheidsverdeling
 Verordeningen
 Niet:
Richtlijnen
->
Verplichtingen op particulieren:
9
Arrest International Fruit Company (1972)
International Fruit Company is een onderneming die goederen importeert die onder een
bepaald douanestelsel vallen, als gevolg van een communautaire verordening. Deze
onderneming vindt echter dat deze situatie in strijd is met het GATT-verdrag (General
Agreement on Tariffs and Trade), wat 1 van de pijlers is van de WTO.
o
Voor de Nederlandse rechter
->
Prejudiciële vraag: ‘Kunnen bepaalde
artikelen GATT de geldigheid van de communautaire rechtshandeling aantasten?’
o
Het arrest van het Hof is vergelijkbaar met dat van Van Gend en Loos
 De bevoegdheid van het Hof wordt onderzocht
 De Nederlandse regering is onbevoegd


Is EG gebonden aan GATT?



Het Hof is wel bevoegd
Opmerking. De gronden voor ongeldigheid in de prejudiciële
procedure zijn niet vermeld in het verdrag
Strijdigheid van een internationaal verdrag moet
mogelijk zijn als grond voor ongeldigheid
->
->
Geen verdragspartij
2 voorwaarden om de verdragsbepaling te
kunnen inroepen
De gemeenschap moet gebonden zijn aan het verdrag
De ingeroepen verdragsbepaling moet directe werking hebben.
Heeft de GATT-bepaling directe werking?
->
Verdrag wordt onderzocht
 Leent de geest, structuur en bewoording zich tot directe werking
 De geschillenbeslechting binnen de GATT verloopt via diplomatieke wegen

Geen directe werking aan de GATT als zodanig

Dus heeft ook geen enkele bepaling directe werking
Zaak Portugal vs. Raad (1999)
In 1994 werd in Marakesh de WTO gecreëerd uit een overkoepeling van de GATT en een
aantal andere organisaties zoals de GATS (Trade and Services). De WTO kent een sterkere
juridisering dan de GATT, waarbij een zaak zowel in eerste instantie, in hoger beroep als in
eindvisie kan worden gewezen.
o
o
Portugal wil zich beroepen op de WTO om een beslissing van de Raad aan te vechten.
Hof
 De geschillenbeslechtingregeling is versterkt, maar dat er blijft toch ruimte voor
onderhandelingen
 Het uiteindelijke doel is dat de maatregel verdwijnt, maar ook dat compensaties
t.a.v. de veroordeelde mogelijk zijn.
 VSA
->
‘Some agreements are non-selfexecuting, e.g. WTO’.
10
Zaak Van Parys (2005)
Van Parys is een Belgische bananenimporteur. In de Europese Unie probeert men de
Afrikaanse bananen te beschermen, maar desondanks hebben landen als Duitsland en België
een voorkeur voor Latijns-Amerikaanse bananen. De bananenimport wordt aldus geregeld
door quota. Dit is strijdig met de WTO, daar de GATT bepaalt dat dit verboden is. De
Europese Unie wordt veroordeeld door alle WTO-organen.
o
o
Wanneer de quota bereikt zijn
->
Hof
 Portugal vs. Raad
 Geen directe werking voor de WTO

Geen importvergunning
Van Parys dient zich aan de quota te houden
Arrest Haegeman (1974)
Haegeman beroept zich op een associatieakkoord met Griekenland.
o
De Belgische rechter stelt een prejudiciële vraag over dit akkoord
o
Hof ->
Exclusief bevoegd om directe werking te beoordelen, aangezien alle
akkoorden met derde staten beschouwd moeten worden als
rechtshandelingen van de gemeenschap
Arrest Bresciani (1976)
Bresciani was een Italiaans importeur van dierenhuiden uit Senegal, bedoeld voor
leerlooierijen. De EG had met de zogenaamde ACP-landen (African, Carribean en Pacific)
een multilateraal akkoord (Yaoende-akkoorden). Ergens in dit akkoord stond een hoofdstuk
over het liberaliseren van de handel tussen de EG en die landen.
o Bresciani beroept zich op die bepaling.
o Hof aanvaardde voor het eerst dat een bepaling van zo’n akkoord directe werking heeft
Arrest Deutsche Grammofongesellschaft (DGG)
Deze firma verovert na WOII de Duitse markt voor klassieke muziek. Ze wil internationaal
gaan, maar ondervindt zware problemen in Italië. Hierop beslist ze om een Italiaanse
licentienemer de platen te laten publiceren onder Italiaanse naam, wat een groot succes is. Het
is zelfs zodanig succesvol dat beslist wordt de (Italiaanse) platen te exporteren naar Duitsland!
o Prejudiciële vraag: ‘Werkt het vrij verkeer van goederen ook in zo’n materie?’
o Hof
->
Ja
 Wat wettig geproduceerd wordt onder een licentie moet naar om het even waar
geëxporteerd kunnen worden, ook naar het land dat de licentie vrijgaf
 Wederinvoer beletten is het invoeren van grenzen
->
Uitputtingsleer
 Vrijhandelszone tussen Duitsland en Italië
11
Polydor vs. Harlequin
Polydor is een Amerikaanse platenfirma, die in conflict komt met Harlequin, een Londense
platenfirma. Polydor had wereldwijd een licentiesysteem uitgebouwd. Portugal, op dat
ogenblik geen lid van de EG, produceert ook platen van Polydor. Het enige verschil met de in
Amerika geproduceerde platen waren kleine lettertjes op het etiket van de plaat met de tekst
‘Polydor Portugal’. Portugal, een economisch zwak land, produceerde de platen heel
goedkoop. In Groot-Brittannië werden ook Polydor-platen gemaakt, maar de productie was er
drie maal zo duur. Op dat etiket stond dan ‘Polydor UK’. Harlequin wilde het spel slim en
vooral goedkoop spelen en kocht de platen in bij Polydor Portugal.
o Polydor UK begint een procedure in kortgeding voor de Britse rechter wegens schending
van de British Copyright Act (de ‘injunction procedure’)
o Harlequin beroept zich op een vrijhandelsakkoord tussen Portugal en de EG
o Hof
->
Niet de basisredenering van DGG, want:
 Hier gaat het om relatie tussen de EG en een niet-lidstaat
 Bij de DGG ging het om een gemeenschappelijke markt
Kupfenberg (1982)
Kupfenberg is een Duitse importeur die een lading portwijn uit Portugal naar Duitsland
brengt. De invoerrechten voor onder andere portwijn waren al in 1982 opgeheven. Wat wel
nog kon verschillen waren de (indirecte) belastingen. In de Bondsrepubliek was er een
gunstiger tarief toepasselijk voor inlandse likeurwijn die door coöperatieve
vruchtendistilleerderijen werd geproduceerd dan voor ingevoerde portwijn
o Kupfenberg voelt zich gediscrimineerd door het feit dat voor zijn portwijn meer indirecte
belastingen betaalt moeten worden dan voor binnenlandse producten
o De Duitse rechter stelt een prejudiciële vraag
Arrest Demirel (1987)
Demirel is gehuwd met een Turkse werknemer in Duitsland. Zo nu en dan ging ze met een
toeristenvisum (3 maanden geldig) naar Duitsland om haar man te gaan bezoeken. Op een dag
wordt ze gecontroleerd en wanneer blijkt dat de 3 maanden overschreden zijn, wordt ze als
illegale beschouwd en uitgewezen. Ze start een procedure voor de Duitse rechter.
o Demirel ->
Vrij verkeer van werknemers geldt ook voor het gezin van werknemers
o Hof
->
Demirel kon zich niet op het Associatieakkoord beroepen
 Bevestiging prejudiciële bevoegdheid
 Voorwaarden rechtstreekse werking van een bepaling van een door de
Gemeenschap met derde Staten gesloten overeenkomst
 Een duidelijke en nauwkeurige omschreven verplichting
 Voor welke uitvoering en werking geen verdere behandeling vereist is
12
Arrest Sevince
Sevince is een Turkse werknemer in Nederland. Hij wil veranderen van werkgever, maar zijn
arbeidsvergunning verbiedt dit. Sevince verandert toch, waardoor hij zijn werk- en
verblijfsvergunning verliest.
o Sevince beroept zich op besluit van de Associatieraad EG – Turkije: Turkse werknemers
mogen na enkele jaren veranderen van werkgever
o Hof
 Duidelijke en nauwkeurige bepaling
 Het besluit heeft directe werking
Het artikel niet
Arrest Kazim Kus
Kus is een Turkse werknemer in Duitsland, hij is Duitsland binnengekomen doordat hij
getrouwd was met een Duitse. Enige jaren later volgt een scheiding waardoor Kus zijn
verblijfsvergunning verliest volgens het Duitse recht.
o Besluit van de Turkse associatieraad:
o Hof
->
Je hebt een verblijfsrecht indien je gedurende 1
jaar legaal voor dezelfde werkgever werkt
Het besluit van de associatieraad heeft:
-
Directe werking
Voorrang
Arrest Casati (1980)
Opmerking.
Competitieve devaluaties, zodat de nationale munt goedkoop wordt en ze meer
kunnen exporteren ->
Moet sterk in de gaten gehouden worden, zodat
de maatregelen hun kracht niet verliezen
Casati was een Italiaan die deviezen wou wisselen in Frankrijk. Italië had net zeer zware
penale sancties gelegd op de export van deviezen (om de zeer zwakke Lire wat te steunen).
Casati werd opgepakt en gevangen gezet.
o Casati
->
Vrij verkeer van kapitaal inroepen.
o Hof
->
Negatief antwoord op de vraag van directe werking
 Tekstueel argument: ‘Ernaar streven’ geen nieuw deviezenbeperkingen binnen de
Gemeenschap in te voeren =
Te vaag geformuleerd

Inhoudelijk argument:
Het kapitaalverkeer is ‘nauw verbonden met het
economisch en monetair beleid van de Lidstaten’.
Arrest Ianelli-Volpi (1977)
Het Verdrag verbiedt bepaalde steunmaatregelen, zoals een overheid die een bepaald bedrijf
steunmaatregelen toekent.
o Kunnen andere bedrijven zich hierop beroepen?
o Hof:
Voor bestaande steunmaatregelen:
13

Geen directe werking

Wel sociaaleconomische afwegingen
->
Door de overheid
Arrest Comet (1976)
Comet is een Duitser, die naar de Nederlandse rechter stapt (gespecialiseerde rechtbanken
voor douanegeschillen) en stelt dat het Nederlandse douanerecht onrechtmatige heffingen
heft, strijdig met het EG-verdrag. Maar de nationale beroepstermijn was al verstreken.
o Comet
->
De procedureregels kunnen de directe werking niet beperken
o De Nederlandse rechter stelt een prejudiciële vraag: Verleent de directe werking en
voorrang een zelfstandig vorderingsrecht?
o Hof


Geen zelfstandig vorderingsrecht los van de nationale procesregels
Enkel als de procedureregels zelf strijdigheid met het communautaire recht inhouden
Arrest Francovich (1991)
Een insolventierichtlijn uit 1980 bepaalde de regels wat er diende te gebeuren bij faillissement
van een onderneming t.a.v. de werknemers. Op een bepaald ogenblik is er een faillissement in
Italië van een onderneming waar Francovich werknemer is. Hij wordt slachtoffer van het feit
dat Italië de richtlijn nog niet had omgezet had in haar wetgeving. Francovich begint een
procedure voor de Italiaanse rechter waarin hij zich beroept op de richtlijn. Het Hof van
Justitie onderzoekt de richtlijn (en de directe werking ervan).
o De insolventierichtlijn van 1980 geeft duidelijk aan:
 De kring van personen aan op wie ze betrekking heeft
 De inhoud van de garantie kan worden bepaald
->
Werknemers
o Geen directe werking
 Niet gepreciseerd wie de garantie verschuldigd is
 De Staat kan niet automatisch worden geacht deze verschuldigd te zijn op de enkele
grond dat hij niet tijdig de nodige uitvoeringsmaatregel heeft getroffen
o Introductie van het aansprakelijkheidsbeginsel van de Staat voor schade als gevolg van het
niet nakomen van op hem rustende communautaire verplichtingen
Le Ski-arrest (HvC, 1971)
Dit arrest handelt over de import van kaas in België uit Duitsland. Begin de jaren ’60 betaalde
een importeur heffingen, die eigenlijk in strijd waren met het EG-recht.
o Cassatie
 Voorheen
 Lex posterior derogat prior
 Verdrag moet goedgekeurd worden via een wet
->
Conflict wet - wet
14

Nu:

Constitutioneelrechterlijke dimensie
 Instemming is geen normscheppende handeling
->
Geen wet
 Geen conflict wet – wet ->
Geen ‘lex posterior derogat prior’

Internationaalrechtelijke dimensie
 Verdragen hebben voorrang op strijdige wetten wegens hun aard zelf, op
voorwaarde dat ze directe werking hebben
 Aard
->
Pacta sunt servanda ->
Naleven!

EG-rechterlijke dimensie
 A fortiori is dit zo bij conflict tussen nationale wet en EG-regel
 Artikel 12 kan worden ingeroepen voor nationale rechter en heeft voorrang
Denkavit-arrest (31/05/1971)
Denkavit is een onderneming die in de vleessector actief is. Op een bepaald ogenblik in het
begin van de jaren ’70 is er een Europees onderzoek naar slachthuizen. Het resultaat hiervan
is dat 2 landen op de vingers getikt worden: Frankrijk en België. Hierop nam Frankrijk het
initiatief om sanitaire controles te organiseren binnen de sector zelf, voor dieren afkomstig uit
Frankrijk zelf. Ter financiering van de sanitaire controles moest op elk dier dat geslacht wordt
een bepaald recht betaald worden. Maar wat met dieren uit andere landen?
o
Franse regering ->
Droit compensatoir, zodat er geen sprake is van discriminatie
o Denkavit importeert Duits vlees en weigert om dit te betalen
 Heffing van gelijke werking
 Franse rechter stelt een prejudiciële vraag
o Hof
 Definitie van ‘heffing van gelijke werking’
 Resultaat:
Denkavit wint
->
Het geïmporteerde vlees ondergaat de
sanitaire controle, waarvoor de heffing bedoeld is, niet
Het arrest Advanced Modern Art
Hoe kwalificeren
->
Douaniers:
-
Vinden het geen kunst
-
Kijken naar metalen die erin verwerkt zijn
Het arrest Henn en Darby
Henn en Darby voeren opblaasbare poppen in uit Zweden naar Groot-Brittannië. Volgens de
douane is dit in strijd met de goede/ openbare zeden.
o Henn en Darby ->
Het product bestaat al op de Britse markt
o Hof
->
Ieder land heeft zijn eigen concept van openbare zeden, maar je mag
niet discrimineren
15
Het arrest Poitiers
Het zijn de Japanse bedrijven die in de jaren ’80 aan de top van de technologie van de
videorecorder staan. Thompson, een van de grootste bedrijven van Frankrijk, wou ook
videorecorders op de markt brengen, maar had nog wat tijd nodig voor de ontwikkeling.
Daarom vragen de bedrijfsleiders aan de Franse regering maatregelen om te beletten dat
buitenlandse bedrijven met hun videorecorders op de markt zouden komen alvorens
Thompson daartoe de mogelijkheid had.
De regering besluit dat de videorecorders verplicht gecontroleerd moeten worden omwille van
consumentenveiligheid. Dit om buitenlandse videorecorders buiten Franse handel te houden.
De Commissie trad op, want deze maatregel was in strijd met art. 28 EG.
Arrest Desmedt
Desmedt importeert margarine uit Nederland en Duitsland in België. De Belgische wetgeving
bepaalt dat margarine verpakt moet worden in een kubusvorm en boter in een rechthoek,
opdat de consument het verschil gemakkelijker kan zien.
In Duitsland wordt margarine verpakt in een cilindervorm, maar de margarine mag zo niet
verkocht worden in België en opnieuw inpakken in een kubus betekent hoge kosten.
o Desmedt ->
Klacht bij de Commissie
o Commissie
->
Maatregel van gelijke werking
Arrest Dassonville (1974)
Dassonville is een Brusselse onderneming die alcoholische dranken verhandelt, waaronder
Schotse whisky. Dassonville heeft ook een filiaal in Parijs en tussen beiden is er een
verhandeling.
Via het filiaal in Parijs importeert Dassonville grote hoeveelheden Schotse whisky vanuit
Schotland naar België. In België is de benaming ‘Schotse whisky’ echter beschermd,
waardoor er attesten van de producent vereist zijn om ze te kunnen verhandelen als ‘Schotse
whisky’. In Frankrijk is er geen bescherming voor die benaming. De Franse importeur van
Dassonville had geen attesten gekregen, hij had ze ook niet nodig in Frankrijk.
o Belgische openbaar ministerie
->
Strafzaak tegen Dasonville wegens het niet
bezitten van een certificate of origin
o Arrest van het Hof van Justitie
->
Brede definitie begrip ‘maatregelen van gelijke
werking’
=
Redelijkheidprincipe
Arrest Cassis de Dijon (1993)
Opmerking.
Uitzonderingen op het verbod van maatregelen van gelijke werking
Fiscale controle
Bescherming volksgezondheid
16
-
Eerlijke handelstransacties
Bescherming van de consument
Cassis de Dijon is een sterke drank die geproduceerd wordt nabij Dijon. Op een gegeven
ogenblik wordt deze drank geïmporteerd in Duitsland. Daar wordt deze drank ook
geproduceerd en wordt de benaming ‘cassis’ wettelijk beschermd. De cassis moet een bepaald
minimumgehalte aan alcohol bevatten (29%). De Cassis de Dijon komt in botsing met die
Duitse regel omdat de Franse cassis slechts 20% alcohol bevat. De Duitse regering vaardigt
een verbod uit op de commercialisering van Cassis de Dijon.
o De importeur, Rewe, stapt naar de rechter
->
Prejudiciële vraag
 Hebben we te maken met een maatregel van gelijke werking?

Zo ja ->
Kan men deze maatregel steunen op de uitzonderingen van artikel 36?
o Duitse regering Argumentatie:
Volksgezondheid
 Cassis met een laag alcoholgehalte zal Duitsers nog meer doen drinken
 Gewenning!
o Hof volgt die argumentatie niet!
Arrest Keck en Mithouard (1993)
Keck en Mithouard is een supermarkt in Frankrijk, dicht tegen de grens met Duitsland. De
Franse regeling i.v.m. verkoopmethoden tijdens de koopjesdagen is veel minder soepel dan de
Duitse regeling. Dit beïnvloedt de handel ongunstig in de grensgebieden, de mensen gaan naar
het buurland om de sluitingsdag te omzeilen.
o Hof
 Geen maatregel van gelijke werking
 Afwijking van haar vroegere rechtspraak
->
Ruime definitie van ‘maatregel van
gelijke werking’
Arrest Rutili (1975)
Rutili was een Italiaanse werknemer tewerkgesteld in Frankrijk. Hij was zeer actief in
vakbondskringen en organiseert enkele stakingen. Er worden t.a.v. hem bepaalde maatregelen
genomen op grond van de handhaving van de openbare orde.
o Hof
 Syndicale activiteiten zijn toegelaten voor Fransen, dus ook voor Rutili
 Aantonen dat betrokkene zich totaal anders gedraagt dan eigen werknemers Lidstaat
De NMBS-arresten (1980-82)
Voor elke job binnen de NMBS moest je Belg zijn.
o Hof
17

Machinisten, sjouwers, spoorleggers,… kunnen niet als overheidsdienst in de zin van

art. 48, lid 4, konden worden beschouwd
De vereiste van Belgische nationaliteit
->
In strijd met non-discriminatie
Arrest Moser
In Duitsland bestond er in de jaren ’70 een zeer strenge wetgeving op subversieve activiteiten.
Ten gevolge hiervan konden personen die lid waren van een aantal groeperingen een
beroepsverbod opgelegd worden. Ook de Deutsche Kommunistische Partei viel onder deze
regeling. Moser was lid van de DKP en verloor zijn baan als leraar. Zijn collega, lid van de
Franse communistische partij mocht er blijven werken, aangezien er in Frankrijk niet zo’n
wetgeving bestond.
o Moser
->
Non-discriminatie ten gevolge van nationaliteit
o Hof
 Geen sprake van migratie
 Omgekeerde discriminatie is overigens ook niet verboden volgens het EG-Verdrag
Arrest Baumbast
Baumbast beschikte over de vereiste bestaansmiddelen en ziektekostenverzekering. Toch
weigerden de nationale instanties een verblijfsrecht nu deze ziektekostenverzekering geen
spoedeisende zorg in het land van ontvangst dekte. Baumbast genoot niet langer een recht van
verblijf als migrerende werknemer
o Hof
->
Onevenredige inbreuk op de uitoefening van het verblijfsrecht van het
Europees burgerschap
Arrest Chen (2004)
Het koppel Chen is gehuwd en van Chinese afkomst. Meneer Chen moet vaak naar Engeland
om er zijn bedrijf te vertegenwoordigen. Hij en zijn vrouw willen graag een tweede kind,
maar de Chinese regeling bepaalt dat ieder koppel 1 kind mag hebben. Wanneer mevrouw
Chen zwanger is, vergezelt ze haar man op zijn reis naar Engeland. Ze hebben de
nationaliteitsregelen goed bestudeerd en het kind wordt geboren in Ierland. In Ierland bepalen
die nationaliteitsregelen dat elk kind dat daar geboren wordt de Ierse nationaliteit krijgt, en
dus is het kind ook een EG-onderdaan.
o Het kind is geen werknemer
->
Dit aanknopingspunt zal niet lukken
o Hof
->
Redenering baseren op het Europees Burgerschap
 Lidstaat kan wel financiële eisen stellen
 Kind ligt aan de basis van de toestemming door de autoriteiten van een
verblijfsvergunning voor lange termijn
Arrest Kermachek
18
Kermachek was een Joegoslavische verpleegster die in een Amsterdams ziekenhuis een
mannelijke patiënt uitzonderlijk goed verpleegt. De man in kwestie, een Duitser (vooreerst
werkend in Amsterdam), keert terug naar Duitsland. Kermachek verbleef op dat ogenblik
legaal in Nederland. Ook zij trekt naar Duitsland, om met de man te trouwen. De vraag stelde
zich of Kermachek zich kon beroepen op artikel 48 van het EG-verdrag om te genieten van
een werkloosheidsuitkering.
o Via een prejudiciële vraag
o Hof:
Nee ->
Er is geen sprake van migratie van de Duitser
Arrest Deak (1985)
Deak is Hongaar. Hij heeft een Italiaanse moeder die migrerend werkneemster is in Brussel.
Zijn vader is een Hongaar, doch gescheiden van zijn moeder. Deak wordt achttien, maar de
man vindt geen werk. De vraag stelde zich of Deak zich kon beroepen op artikel 48 van het
EG-verdrag om te genieten van een werkloosheidsuitkering.
o Hof:
Ja
->
Deel van het gezin van de migrerende werkneemster
Arrest Vlassopoulou (1991)
Vlassopoulou is een Griekse juriste die aangeworven wordt door een Duitse associatie van
advocaten met het oog op de contacten tussen het kantoor en hun Griekse cliënteel. Dit
betekent dat ze in Duitsland moet gaan werken. Vlassopoulou heeft een Grieks diploma in de
rechten, maar ze is geen specialiste in Duits recht. Hierdoor krijgt ze problemen met de Duitse
Orde van advocaten. ->
Prejudiciële vraag:

Zijn er bij het vestigingsrecht ook eisen betreffende een
bijkomend diploma?

Is de nationaliteit hierbij relevant?

Heb je een Duits diploma wel nodig?
Arrest Vander Elst (1994)
Vander Elst is een Belgische onderneming, gespecialiseerd in afbraak, renovatie,
restauratie,… en ook in Frankrijk werkzaam. Sommige van haar werknemers hadden de
Marokkaanse nationaliteit. Op een bepaald ogenblik kreeg de onderneming de opdracht om
een kasteel te renoveren in Frankrijk. Bij een controle van de Franse arbeidsinspectie werd
vastgesteld dat de Marokkaanse werknemers niet over een Franse werkvergunning beschikten.
Volgens de arbeidsinspectie was een visum voor verblijf van korte duur die de Marokkaanse
werknemers van het Franse Consulaat in Brussel hadden bekomen niet voldoende om in
Frankrijk beroepswerkzaamheden in loondienst te mogen verrichten.
o Zware sancties opgelegd aan Vander Elst
o De zaak wordt aanhangig gemaakt voor de Franse rechter
->
Prejudiciële vraag:
‘Wordt vrij verrichten van diensten uitgehold door de Franse wetgeving?’
19
Arrest Society for the protection of unborn children in Ireland (1991)
In Ierland bestaan nog heel archaïsche regels betreffende abortus, die zelfs in de Grondwet
ingeschreven zijn. Dit impliceert onder andere een absoluut verbod van abortus ter
bescherming van het ongeboren leven, ook wanneer de gezondheid van de moeder in gevaar
was. Een vereniging van studenten in Ierland wilde de abortusmogelijkheid propageren en
verspreiden folders met informatie over abortussen in Groot-Brittannië. Hierop opende een
anti-abortusvereniging een procedure voor de Ierse rechter.
o Konden de Ierse studentenorganisaties op grond van het principe van vrij verrichten van
diensten informatie verstrekken
 Over medische zwangerschapsonderbreking

Over adressen met klinieken in het Verenigd Koninkrijk waar op wettige wijze
abortussen konden plaatsvinden
o Het verstrekken van dergelijke informatie viel onder de Ierse strafwet.
Beschikking Christiani & Nielsen (18/07/1969)
Deze Deense onderneming creëert een dochteronderneming in Nederland met een NV-statuut,
volgens het Nederlandse recht. Er worden afspraken gemaakt over de verspreiding van
bepaalde producten. Juridisch gaat het om 2 verschillende entiteiten. Economisch moet echter
gekeken worden naar de onafhankelijkheid van de dochter. Hierbij wordt de zogeheten
navelstrengtheorie gehanteerd, als een dochter alleen de instructies van de moeder volgt, dan
zijn er vanuit economisch oogpunt geen 2 ondernemingen, maar betreft het een concern.
o Commissie
->
Economische benadering
 Er is geen overeenkomst
 Gedrag van de dochteronderneming wordt aan de moedermaatschappij toegerekend
Zaak Grundig – Costan tegen de commissie
Grundig is een reus in de audiovisuele sector in de jaren ’50-’60 van de vorige eeuw en staat
aan de spits van de ontwikkeling. Grundig staat synoniem voor Duitse kwaliteit. Ze heeft een
heel verdeelsysteem op poten gezet, waarvan ze zelf de hoofdverdeler is. Dit lukt in België,
Duitsland, Nederland,… Echter op de Franse markt wil het maar niet lukken. Uit het
economisch rapport blijkt dat de Fransen het woord ‘Grundig’ niet kennen en het ook niet
kunnen uitspreken. Daarom besluit Grundig haar verdeelsysteem te herzien en geeft haar
Franse alleenverdeler een andere naam, Costan. Alle ondernemingen in Frankrijk moesten
zich tot deze verdeler wenden voor de verdeling. Deze aanpak was een groot succes. De vraag
rees of deze overeenkomst wel kon.
o Grundig/ Costan ->
Hoe kun je zeggen dat de handel tussen de lidstaten negatief
beïnvloed is, als er net een fabuleuze groei geweest is?
o Commissie
->
De kartelbepaling is van toepassing
20

Je mag de overeenkomst niet geïsoleerd analyseren
 Het totaalbeeld van de concurrentie ->
De potentiële concurrentie wordt geraakt
Johnson en Johnson
De Amerikaanse multinational Johnson en Johnson ontwikkelde medische en farmaceutische
producten en is op zoek naar een gemakkelijk te hanteren zwangerschapstest. In de jaren ’60
ontwikkelden ze een zeer eenvoudige urinetest en kunnen op de wereldmarkt zo quasi een
monopolie innemen.
In Groot-Brittannië is de prijs van die test enorm laag, dit in tegenstelling tot Duitsland. In
Duitsland werd Gravindex gemonopoliseerd door 1 enkele importeur voor de hele Duitse
markt. De distributie was gecentraliseerd en er waren strikte voorwaarden aan verbonden. Dit
had als gevolg dat de test in Duitsland heel duur was. We krijgen een parallelle zwarte import
van Groot-Brittannië naar Duitsland. De officieel erkende verdelers van Johnson en Johnson
in Duitsland zijn daarmee helemaal niet tevreden.
o Exportverbod door J&J V.S.
->
GB mag niet meer leveren aan Duitse klanten
o Inbreuk op het principe van de gemeenschappelijke markt
Volkswagen
Volkswagen heeft moeilijkheden om door te breken in Italië. Fiat heeft namelijk meer dan
95% van de automarkt in Italië in handen in de jaren ’50-’60. VW start een megacampagne
met supergoedkope auto’s. Veel Duitse en Oostenrijkse toeristen zien dit en kopen in Italië
een prachtige nieuwe wagen aan een zeer lage prijs. Volkswagen is hier niet tevreden mee.
Dit wordt snel opgemerkt door de verdelers en zij doen hun beklag bij de producent.
VW huurt een paar specialisten in en maakt strikte instructies voor de Italiaanse verdelers om
ze te ontmoedigen nog auto’s te verkopen aan buitenlanders.
o Exportverbod
->
Instructies voor de Italiaanse verdelers om ze te ontmoedigen
auto’s te verkopen aan buitenlanders
o Commissie
->
Boete
Vitaminekartel
In 2001 werd een boetebeschikking genomen tegen 8 ondernemingen die samenwerkten en
afspraken maakten over marktverdeling en prijsafspraken.
o Ze kregen samen een recordboete
 Lange duur
 Prijsafspraken
=
Zware inbreuk
 Prijzen worden artificieel hoog gehouden
 Het gaat hier om een vitaal bestanddeel van de voeding
21
o Individueel deel in de boete



Grote deelnemers
->
Groter deel Voorbeeld.
Kleinere deelnemers die zich meer op de achtergrond houden
Klokkenluider Aventis kreeg geen boete
Hoffman en Rosh
Arrest Völk vs. Vervaecke
Vervaecke is een Belgische winkel, die een overeenkomst sluit met Völk, een Duitse
leverancier. Vervaecke moet jaarlijks een aantal (10-tal) toestellen van Völk afnemen.
Wanneer Vervaecke dit quotum niet haalt, wordt de zaak voor de rechter gebracht, die een
prejudiciële vraag stelt.
o Vervaecke
->
Quota valt onder het verbod van art. 81 van het EG-verdrag


o Hof
->
De handel wordt beperkt
Hij kan de toestellen niet bij een ander kopen
Voor de eerste maal wordt er gebruik gemaakt van het woord

Bagatel

Merkbaar
Michelin-zaak (1986)
Michelin had op het vlak van binnenbanden van vrachtwagen een quasi-monopoly, waardoor
de prijs veel te hoog lag op de Nederlandse markt.
o Misbruik van machtspositie
o Arrest
->
Territorium Nederland als wezenlijk deel gemeenschappelijke markt
(Tot op heden het kleinste referentiepunt)
Hazelblatt
Hier gaat het over de markt voor fototoestellen. Dit is een enorm assortiment, gaande van
wegwerpfototoestellen tot ultragesofisticeerde apparatuur. Er werd eerst een marktonderzoek
gedaan naar de graad van substitueerbaarheid, waarna de relevante markt bepaald wordt. Dit
gebeurt op basis van de vraag wanneer een product in concurrentie komt met het product er
net onder. Hier het de markt voor heel geperfectioneerde toestellen, die geen concurrentie
vormen voor 90% van de toestellen.
o Op de globale markt zou Hazelblatt geen machtspositie hebben
o Op de deelmarkt, voor gesofisticeerde apparatuur wel
United Brands
United Brands is een Amerikaanse multinational die bananen (chiquita) commercialiseert. De
prijs van deze bananen is hoog, want er zijn weinig concurrenten. Ze verschilt ook heel erg
van land tot land, zo is ze in Denemarken heel erg duur.
22
Die prijs zou moeten dalen na de uitbreiding van de EG, omdat we dan te maken hebben met
een vrije markt. Toch komt er geen prijsdaling, want er is misbruik.
o United Brands
->
Relevante markt
 Slechts 1% van die markt in handen
 50 – 60% van de bananenmarkt
o Hof
->
=
Fruitmarkt
Bananenmarkt is een relevante markt op zich
Microsoft
Eind 2004 werd Microsoft veroordeeld tot een hoge boete. Het verkocht een Mediaplayer in
zijn gekende softwarepakket. Indien de concurrenten dit ook wilden doen, hadden ze toegang
nodig tot de interfaces en de server van Microsoft. Deze laatste weigerde dit. Bijvoorbeeld
Real Player kreeg zo geen enkele kans om bij de verkoop geïncorporeerd te zijn.
o Commissie
->
Beperking van de concurrentie
o Veroordeling Microsoft ->
Opdracht om alle gegevens vrij te maken zodat
concurrenten hier gebruik van kunnen maken
AM&S
AM&S is een multinational met zijn hoofdzetel in Londen. Bij inspectie door de ambtenaren
van de commissie botsen de ambtenaren op een hele hoop documenten. Ze mogen al die
documenten inzien, behalve 1, welke volgens de advocaat van AM&S onder het oude
Angelsaksische recht van legal privilege valt. De correspondentie tussen een advocaat en zijn
cliënt is volgens dit recht geheim en onschendbaar, niemand mag dit inzien, ‘not even the
queen’.
o Commissie wil het document toch bekijken
->
Beschikking
o AM&S ->
Procedure in kort geding voor het Hof van Justitie tegen de Commissie
o Hof
->
In principe moet de Commissie alle documenten kunnen inkijken die ze
wil zien
Grondwettelijke bepaling die dit niet toelaat?
 Commissie kan toch het inzien eisen
 De lidstaat kan beroep instellen
 Hof zal dan bepalen of de bepaling van toepassing is op het betreffende document
Zaak Beaulieu
Beaulieu is de zaak van de familie Declerq. In de jaren ’80 kreeg het bedrijf steun van de
Belgisceh overheid. Andere bedrijven konden de concurrentie hierdoor niet meer aan en zien
de steun als illegaal en er wordt een klacht ingediend bij de Europese Commissie.
o Beschikking m.b.t. steunmaatregelen moet gericht zijn tot de lidstaat ->
Terugbetalen
o België vordert het geld terug van Beaulieu
 Rechtbank van Koophande ->
Beaulieu wordt veroordeeld tot het terugbetalen
23

Hof van Cassatie
->
Beaulieu wordt veroordeeld tot het terugbetalen
24
Download