Hof van Cassatie van België

advertisement
31 MAART 2015
P.14.0293.N/1
Hof van Cassatie van België
Arrest
Nr. P.14.0293.N
G J F,
beklaagde,
eiser,
met als raadsman mr. Pieter Helsen, advocaat bij de balie te Hasselt.
I.
RECHTSPLEGING VOOR HET HOF
Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest van het hof van beroep te Gent, correctionele kamer, van 7 januari 2014.
De eiser voert in een memorie die aan dit arrest is gehecht, een middel aan.
Plaatsvervangend advocaat-generaal Marc De Swaef heeft op 27 november 2014
ter griffie van het Hof een schriftelijke conclusie neergelegd.
Op de rechtszitting van 31 maart 2015 heeft voorzitter Paul Maffei verslag uitgebracht en heeft dezelfde plaatsvervangend advocaat-generaal geconcludeerd.
31 MAART 2015
II.
P.14.0293.N/2
BESLISSING VAN HET HOF
Middel
1.
Het middel voert schending aan van artikel 149 Grondwet en de artikelen
373 en 483 Strafwetboek: het arrest dat vaststelt dat de gefilmde persoon zich op
het ogenblik van het feit niet bewust was van dat feit, leidt onwettig de schuld aan
aanranding van de eerbaarheid met geweld of bedreiging af uit de vaststelling dat
de eiser bij het filmen heimelijk tewerk ging en dat het slachtoffer pas na de feiten
werd ingelicht door een derde.
2.
Aanranding van de eerbaarheid is iedere met de zeden strijdige en als dus-
danig gewilde daad, welke op of met behulp van een welbepaald persoon, zonder
diens geldige toestemming wordt gepleegd en waarbij het algemeen eerbaarheidsgevoel wordt gekrenkt. Zij vereist dat handelingen van een bepaalde ernst worden
gesteld die afbreuk doen aan de seksuele integriteit van een persoon zoals die door
het collectieve bewustzijn van een bepaalde samenleving op een bepaald tijdstip
wordt ervaren.
3.
Het in het eerste lid van het artikel 373 Strafwetboek bedoelde geweld of de
bedreiging als bestanddeel van het misdrijf aanranding van de eerbaarheid met
geweld of bedreiging gepleegd, houdt in dat op het slachtoffer fysieke of morele
dwang werd uitgeoefend en dat het slachtoffer niet in de mogelijkheid was zich te
onttrekken aan de feiten die het niet vrijwillig zou hebben geduld.
4.
Fysiek contact met de persoon van het slachtoffer is niet vereist. Om te be-
palen of een handeling die zonder aanraking is gesteld, de eerbaarheid kwetst, is
het niet voldoende dat die handeling de persoon op wie ze is gepleegd heeft verrast of dat ze buiten zijn medeweten is gepleegd. Het lichaam van het slachtoffer
moet daarenboven tegen zijn wil betrokken zijn bij een handeling die het slachtoffer, op het ogenblik dat die handeling wordt gesteld, in verlegenheid brengt omdat
deze in strijd is met de algemene opvatting van de goede zeden.
5.
Het heimelijk filmen van een naakte persoon, dit is zonder diens toestem-
ming en medeweten en zonder dat daarbij enige fysieke of morele dwang wordt
aangewend, kan aldus het misdrijf aanranding van de eerbaarheid met geweld of
31 MAART 2015
P.14.0293.N/3
bedreiging niet opleveren, ook al wordt het slachtoffer in zijn verwachtingen verschalkt. Het arrest dat anders oordeelt, is niet naar recht verantwoord.
Het middel is gegrond.
Dictum
Het Hof,
Vernietigt het bestreden arrest.
Beveelt dat van dit arrest melding zal worden gemaakt op de kant van het vernietigde arrest.
Laat de kosten ten laste van de Staat.
Verwijst de zaak naar het hof van beroep te Antwerpen.
Bepaalt de kosten op 113,74 euro.
Dit arrest is gewezen te Brussel door het Hof van Cassatie, tweede kamer,
samengesteld uit voorzitter Paul Maffei, als voorzitter, afdelingsvoorzitter Luc
Van hoogenbemt, de raadsheren Filip Van Volsem, Erwin Francis en Sidney
Berneman, en op de openbare rechtszitting van 31 maart 2015 uitgesproken door
voorzitter Paul Maffei, in aanwezigheid van plaatsvervangend advocaat-generaal
Marc De Swaef, met bijstand van griffier Frank Adriaensen.
F. Adriaensen
S. Berneman
E. Francis
F. Van Volsem
L. Van hoogenbemt
P. Maffei
Download