§3.1 Hitler en het ontstaan van de Tweede Wereldoorlog Hitler had als militair weinig prestaties geleverd, hij was nooit hoger gekomen dan korporaal. Napoleon daarentegen is aan de macht gekomen door zijn militaire prestaties. Hitler (1889-1945) werd geboren in Oostenrijk. Hij wilde eerst architect of schilder worden, maar dat lukte niet. In 1913 vluchtte hij naar München om zich van de Oostenrijkse dienstplicht te onttrekken. Hij was toen 24, en Napoleon was op die leeftijd al generaal en Karel de Grote zelfs al koning. Hitler was nergens. Pas in de Eerste Wereldoorlog werd hij enthousiast door de oorlog en meldde zich in 1914 bij het Duitse leger. Hij was fanatiek, moedig en geloofde in de zege, die niet kwam. Propaganda had de bevolking laten geloven dat de overwinning nabij was, en in 1918 kreeg men ook hoop omdat Rusland uitgeschakeld was en de Duitsers door de geallieerde loopgraven braken. Daar liep het vast en Duitsland was uitgeput. De geallieerden walsten over alles heen en de aantallen Amerikanen (vanaf 1917) werden groter. Nog steeds zei de legerleiding dat kon winnen. Toen brak er muiterij uit bij de marine en Duitsland kwam in opstand. De socialisten riepen een republiek uit en tekenden een wapenstilstand. Deze vrede noemen we de Vrede van Versailles (1918/1919). Duitsland kreeg van de oorlog de schuld en er werden de volgende maatregelen genomen: -Duitsland moest 10% van zijn grondgebied inleveren -Duitsland mocht slechts een klein beroepsleger houden zonder tanks en vliegtuigen -Duitse leger mocht niet in het Rijnland komen -Duitsland moest enorme herstelbetalingen doen Dit kwam hard aan bij de Duitsers. Hadden ze dan voor niks gevochten? Sommigen geloofden daarom ook wel in de dolkstootlegende: Duitsland was verraden door linkse muiters en de democraten die de schandvrede hadden getekend. De periode na de oorlog was chaos in Duitsland. De teruggekeerde soldaten kregen geen werk en sloten zich daarom aan bij ‘vrijkorpsen’: verenigen die straatterreur uitoefenden, politieke moorden pleegden en met linkse partijen vochten. Er waren ook ‘völkische’ partijen die de Weimarrepubliek omver wilden werpen. Een ervan was de NSDAP, waarbij Hitler zich aansloot in 1919. Hij bleek een goed redenaar en werd leider van deze Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij. Ze kregen zelfs een partijleger, de Sturmabteilung (SA). In 1923 zag Hitler zijn kans. Belgen en Fransen hadden het Ruhrgebied bezet omdat Duitsland achterbleef met betalen en de Duitse regering drukte uit protest extra geld om de stakers te betalen. Hierdoor ontstond een hyperinflatie en de economie kwam stil te liggen. Op het dieptepunt pleegde Hitler een staatsgreep. Het leger steunde hem niet en daarom belandde hij in de gevangenis. Hier schreef hij ‘Mein Kampf’. In die tijd werd Duitsland er weer bovenop geholpen met hulp van Amerikaans geld. In 1929 stopte deze geldstroom omdat de wereldcrisis uitbrak. De democratie kreeg in Duitsland de schuld en verloor het vertrouwen. De NSDAP groeide snel. De communisten wonnen echter ook, dus besloten de conservatieven een regering met Hitler te vormen. In 1933 werd hij rijkskanselier en men dacht dat ze hem nog konden dumpen als hij niet meer nodig was. Hitler vestigde en totalitaire staat en won het vertrouwen van het leger. Hij stelde de Wehrmacht boven zijn eigen SA en liet de SA-top vermoorden. Ook had Hitler het volk achter hem omdat hij rust en welvaart bracht. De werkeloosheid verdween ook. Hitler deed niks meer aan het Verdrag van Versailles. In 1935 voerde hij de dienstplicht in en bouwde een luchtmacht. In 1936 bezette hij het Rijnland en in 1938 viel hij Oostenrijk aan. Daarna bezette hij het Sudetenland (Tsjechoslowakije) en deed of hij het volk hier wilde helpen. Eigenlijk wilde hij het vernietigen. (Lebensraum: uitbreiding van het territorium naar het oosten). Frankrijk en Groot-Brittannië deden nog niks. In 1939 sloot Hitler een monsterverbond met Rusland: een non-agressiepact. Rusland en Duitsland zouden Polen verdelen en elkaar niet aanvallen. Zo voorkwam Hitler een tweefrontenoorlog. Op 3 september 1939 begon de oorlog. §3.2 De Tweede Wereldoorlog De eerste fase van de WOII was Hitler succesvol. Hij beheerste het Europese continent, nog meer dan Napoleon. Hij had namelijk ook Denemarken, Noorwegen, Griekenland en de Balkan in zijn handen. Van Spanje had Hitler geen last. Alle niet-bezette landen waren ook dictaturen, zoals Rusland, Italië, Roemenië en Bulgarije. Eind 1941 beheerste Hitler ook 40% van Rusland. Oorzaken voor Hitler’s succes waren: -grootste en sterkste leger + meest gedisciplineerd -Duitsland had grootste bevolkingsomvang en productiecapaciteit -grootste industriële productie -non-agressiepact met Rusland (Hitler hoefde geen tweefrontenoorlog te voeren) -verdeeldheid gebrek aan strijdkracht in democratieën -dat hij en zijn troepen in veel landen als bevrijders werden begroet -agressieve en gewaagde acties van Hitler Een voorbeeld van deze agressieve gewaagde acties is 1940, toen Frankrijk werd aangevallen door Duitsland. Niet door het noorden van België, zoals eerst, maar dwars door de Ardennen. Deze snelle Blitzkrieg werd een succes en de Frans-Britse troepen werden omsingeld en afgesneden. De Fransen gaven zich over, en nu had Hitler alleen GrootBrittannië nog als vijand. De nazi’s streden met een missie; ze geloofden heilig in hun Führer en zijn agressieve ideologie. Ook de legers van Karel en Napoleon hadden met een missie gevochten. Rusland was het enige land waar wel in het leger was geïnvesteerd. Stalin had een industriële en militaire grootmacht van zijn land gemaakt en in 1941 bezat het meer tanks en vliegtuigen dan Duitsland. Maar de Sovjettroepen stonden verkeerd opgesteld en waren slecht georganiseerd. Zo konden de Duitsers in het begin veel winnen. De tweede fase van de WOII is Duitsland op zijn bekeer. Net als Napoleon was Hitler’s expansiezucht en de inval in Rusland de ommekeer. Hitler had de Sovjet-Unie onderschat. Hij wilde Lebensraum creëren voor zijn Herrenvolk, ten koste van de Untermenschen onder leiding van het joodse bolsjewisme in Rusland. Hitler en daarmee Duitsland gingen hierna ten onder. Hiervoor zijn de volgende redenen te noemen: -Hitler had de Sovjet-Unie onderschat -Het leger had last van Hitler’s amateurisme (na 1 succes dacht hij dat hij een genie was) -De VS vochten mee aan de kant van de geallieerden -De Britten waren niet uitgeschakeld in 1940 en hielden nog erg lang stand Dat de Britten in de Battle of Britain stand hadden gehouden, was nog het meest beslissend. Groot-Brittannië diende later namelijk als basis voor de bombardementsvluchten die Duitsland in puin legden. §3.3 De erfenis van Hitler Hitler wilde totale overwinning of totale ondergang, en niet ertussenin. Daarom gaf hij opdracht om Duitsland te vernietigen op 19 maart 1945. Met die overgave was de Stunde Null aangebroken: Duitsland moest opnieuw beginnen. Omdat er vooral veel soldaten om waren gekomen, leek het of de bevolking alleen nog maar uit vrouwen, kinderen en ouderen bestond. Er was ruilhandel in plaats van geldverkeer en er was nauwelijks voedsel. Net als na de Eerste Wereldoorlog lag het lot van Duitsland in handen van Churchill, Roosevelt en Stalin, de overwinnaars. Ze konden het niet eens worden en besloten in 1945 in Jalta dat de VS, de Sovjet-Unie, Groot-Brittannië en Frankrijk ieder een bezettingszone zouden krijgen. Ook Berlijn werd verdeeld. Roosevelt richtte de Verenigde Naties op, een nieuwe volkerenorganisatie. De Volkenbond van voor de oorlog bleek niet succesvol en daarom wilde Roosevelt nu dat de wereld geleid werd door de samenwerkende grote mogendheden. Onder leiding van de Veiligheidsraad kregen China, Frankrijk, de VS, de Sovjet-Unie en Groot-Brittannië vaste zetels en vetorecht. Het werkte niet optimaal. In 1946 zei Churchill dat er een ijzeren gordijn was neergelaten in Berlijn en dat Duitsland in twee was gedeeld. Zo ontstond in het westen de Bondsrepubliek Duitsland en in het oosten de communistische Duitse Democratische Republiek. Deze verdeling was de meest directe nalatenschap van Hitler. Anders dan Napoleon liet Hitler geen bestuurlijke erfenis na. Zoals na Napoleon de ideeën van de Franse Revolutie verloren gingen, zo gingen nu racisme, nationalisme en dictatuur van de nazi’s verloren. Hitler’s ondergang betekende de overwinning van de democratie in Europa. Korte termijn: deling Duitsland in 4, Koude Oorlog, verwoesting, verarming, vluchtelingen Lange termijn: ontstaan democratie, samenwerking EU, eigen bestuur Duitsland Pas in 1955 werd de democratie populair, omdat men zag dat deze gepaard ging met ongekende welvaart. In 1960 begon Duitsland af te rekenen met zijn verleden en kwam de democratie écht tot een bloei. Europese eenwording kwam op gang door samenwerking en verzoening. Stalin probeerde nog Berlijn in zijn macht te krijgen door de toegangswegen vanuit het westen af te snijden, maar de Amerikanen wilden dat niet en bevoorraden de stad via de lucht. Stalin gaf het op en Duitsland bleef zoals het toen was.