Verwerkingsopdrachten Communicatie en organisatie; saw 3 & 4 ISBN 97890 8524 0839 Thema 15 Omgaan met conflicten Verwerkingsopdrachten thema 15 Communicatie en organisatie; saw 3 & 4 pagina 1 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Opwarmen en oriënteren Opdracht 1 Het doel van deze opdracht is dat je je voorkennis over het omgaan met conflicten opfrist. Beantwoord de volgende vragen naar eigen inzicht. 1. 2. 3. 4. Heb je wel eens ruzie of een conflict gehad? Kon je naar jouw gevoel daar goed mee omgaan? Hoe voelde je je daarbij? Heb je tijdens die ruzie nagedacht over hoe je zou reageren en bewust bepaalde dingen wel of niet gezegd? 5. Had je achteraf anders willen reageren? 6. Wat kon je opmaken uit de lichaamstaal van degene waar je een conflict mee had? 7. Ben je zelf bewust rustig gebleven of heb je bewust je stem anders laten klinken? 8. Wist je de achterliggende oorzaak van het conflict en heb je daar tijdens het conflict rekening mee gehouden? 9. Heb je iets gewonnen met het conflict? 10. Wat heeft volgens jou de doorslag gegeven bij de oplossing van het conflict? 11. Heeft iemand zijn zin doorgedrukt en heeft de ander toegegeven? Of hebben jullie een compromis gesloten? Of is het conflict niet opgelost? Verwerkingsopdrachten thema 15 Communicatie en organisatie; saw 3 & 4 pagina 2 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Herkennen en onderscheiden Opdracht 2 Het doel van deze opdracht is dat je de juiste betekenis van de begrippen uit dit thema kent. Geef de juiste betekenis van de volgende begrippen door: het begrip in eigen woorden te formuleren; een voorbeeld te geven waarbij je het begrip toepast. 12. Conflict 13. Verschil van mening 14. Constructief conflict 15. Destructief conflict 16. Conflictmechanismen 17. Conflicthanteringsstijlen Verwerkingsopdrachten thema 15 Communicatie en organisatie; saw 3 & 4 pagina 3 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Begrijpen en toepassen Opdracht 3 Lees de tekst over kenmerken van een conflict in 15.2 en onderstaande situaties. Beantwoord de vragen. Situatie 1 Tijdens de werkbespreking hebben Ronald en Rayan een discussie over de regels tijdens het eten met de bewoners van een woonvoorziening voor mensen met een beperking. Zij willen allebei totaal iets anders en de gemoederen lopen hoog op. 18. Is hier sprake van een conflict of van een meningsverschil? Situatie 2 Zafirah en Wilfred werken allang met elkaar samen. Ze zijn het vaak niet met elkaar eens en laten elkaar zoveel mogelijk links liggen. Samen activiteiten organiseren is voor hen een probleem. Beiden vinden het niet leuk om met elkaar te werken. Op een gegeven moment knalt het. Ze krijgen een conflict omdat Zafirah iets anders uitgevoerd heeft dan volgens Wilfred was afgesproken. Beide voelen zich hier vervelend onder. Na een hoog oplopende ruzie besluiten ze de koppen bij elkaar te steken en eens met elkaar uit te zoeken waarom zij zo’n probleem met elkaar hebben. . 19. Is hier sprake van een constructief of destructief conflict? Opdracht 4 Lees de tekst over conflictmechanismen in 15.3 en het tintvlak en maak de volgende opdracht. 20. Bedenk hoe je positief kunt reageren op elk conflictmechanisme. Opdracht 5 Lees de tekst over de oorzaken van conflicten en onderstaande situaties. Geef aan welke oorzaak aan het conflict ten grondslag ligt en leg uit waarom. 21. Situatie 1 De personeelsafdeling zegt meer zeggenschap over de salarissen nodig te hebben. De managers kennen in hun ogen te vaak een hoger salaris toe dan volgens de CAO Verwerkingsopdrachten thema 15 Communicatie en organisatie; saw 3 & 4 pagina 4 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp verplicht is. Er ontstaat een echte strijd tussen de managers en de personeelsafdeling. 22. Situatie 2 ‘Luister eens’, zegt Joan tegen zijn collega Jalil, ‘als het zo moet, dan hoeft het niet meer van mij. Jij zorgt steeds voor problemen. Je had kunnen weten dat er niet voldoende budget was.’ Verwerkingsopdrachten thema 15 Communicatie en organisatie; saw 3 & 4 pagina 5 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp Onderzoeken en oefenen Opdracht 6 Het doel van deze opdracht is dat je niveaus en aspecten herkent in een praktijksituatie. Je leert nu verschillende conflicthanteringsstijlen te gebruiken. Lees voor deze opdracht de tekst over conflicthanteringsstijlen in 15.5 en tip 3 in ‘In de praktijk’. Werkwijze Vorm groepjes van 2 of 3 personen en wijs een woordvoerder aan. Verzin voorbeelden bij elke conflicthanteringsstijl en leg uit waarom deze conflicthanteringsstijl een goede methode is om het conflict op te lossen. De woordvoerder doet verslag van wat jullie gedaan hebben in de groep. Conflicthanteringsstijlen: 23. Ontlopen 24. Toegeven 25. Doordrukken 26. Resultaatgericht handelen 27. De gilden middenweg Verwerkingsopdrachten thema 15 Communicatie en organisatie; saw 3 & 4 pagina 6 © Uitgeverij Angerenstein BV Velp