Verwerking klantconsignatie

advertisement
Verwerking klantconsignatie
SAP Best Practices
Doel, Voordelen en Belangrijke Processtappen
Doel
 Consignatiegoederen zijn goederen die op een klantlocatie worden opgeslagen, maar die
nog steeds eigendom van uw bedrijf zijn. De klant hoeft pas te betalen voor deze goederen
als ze uit de consignatievoorraad worden gehaald. Als dat niet het geval is, kan de klant
niet-gebruikte consignatiegoederen meestal retourneren.
Voordelen
 Consignatievoorraad voor elke klant apart beheerd
 Consignatievoorraad apart van de rest van uw voorraad beheerd
Belangrijke Processtappen






Consignatieverzending
Consignatieafgifte
Consignatieafhaling
Consignatieretour
Picken en verzenden
verkoopfacturatie
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
2
Vereiste SAP Toepassingen en Gebruikersrollen
Vereiste SAP Toepassingen
 SAP enhancement package 5 voor SAP ERP 6.0
Gebruikersrollen




Verkoopbeheerder
Magazijnmedewerker
Facturatiebeheerder
Manager debiteuren
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
3
Gedetailleerde Procesbeschrijving
Verwerking klantconsignatie
Het SAP ERP-systeem heeft vier hoofdtransacties voor consignatieafhandeling, die allemaal
afzonderlijk voorraadbeheer ondersteunen:
 Consignatieverzending
Met consignatieverzending kunt u de consignatievoorraad van de klant aanvullen. Goederenafgifte
van de betreffende voorraad wordt geboekt van de vrij bruikbare voorraad naar de
consignatievoorraad (speciale voorraad). De goederen blijven in het bezit van de leverancier.
 Consignatieafhaling
Alle consignatiegoederen die in het magazijn van de klant zijn opgeslagen en niet zijn gebruikt,
kunnen via een consignatieafhaling worden teruggeboekt naar het magazijn van uw bedrijf.
Als de klant consignatievoorraad retourneert, legt u de transactie vast door een
consignatieafhalingsorder (ordersoort KA) te creëren. Als resultaat voert het systeem de volgende
acties uit:
Wanneer de goederenafgifte is geboekt, wordt de overeenkomstige hoeveelheid afgetrokken van de
speciale voorraad van de klant en wordt deze toegevoegd aan uw voorraad in de vestiging waar de
goederen zijn geretourneerd. Uw totale gewaardeerde voorraad blijft gelijk, omdat de
geretourneerde voorraad werd beschouwd als deel van uw eigen voorraad, ook al bevond deze zich
bij de klant.
De transactie is daarom niet relevant voor de facturatie.
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
4
Gedetailleerde Procesbeschrijving
Verwerking klantconsignatie
 Consignatieafgifte
Via consignatieafgifte kan de klant uit de speciale voorraad consignatiegoederen
halen voor gebruik of verkoop.
Bij consignatieafgifte worden goederen uit de speciale voorraad verwijderd en die
worden eigendom van de klant.
Wanneer de klant consignatievoorraad verwijderd voor gebruik of verkoop, creëert u
een consignatieafgifteorder om de transactie in het systeem te registreren.
 Consignatieretour
U gebruikt consignatieretouren als uw klant goederen wilt retourneren naar de
consignatievoorraad.
Als de klant consignatiegoederen die al uit de consignatievoorraad zijn gehaald, wil
retourneren, kunt u deze transactie vastleggen door een consignatieretourorder te
creëren.
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
5
Procesflowdiagram
Behoefte om
consignatiegoederen te
kopen
Magazijnmedewerker Verkoopbeheerder
Klant
Gebeurtenis
Verwerking klantconsignatie – consignatieverzending
Dagelijkse
werkvoorraad
verzending,
voldoende
voorraad
Orderbevestiging
Delivery Note
Bill of Lading
Invoer
consignatieverzendingsorder
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
Leveringsvoorraad
Picken
Charges
controleren /
Serienummer
toewijzen
(optioneel)
Goederenafgifte boeken
Proces
beëindigen
Picklijst
levering
6
Procesflowdiagram
Goederenafgifte van
consignatie
Dagelijkse
werkvoorraad
verzending,
voldoende
voorraad
(Optioneel)
Verkoop:
periodeafsluitingsactiviteiten (203)
Debiteuren
(157)
Invoer
consignatieafgifteorder
Debiteuren
Facturatiebeheerder
Magazijnmedewerker
Verkoopbeheerder
Gebeurtenis
Verwerking klantconsignatie – consignatieafgifte
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
Leveringsvoorraad
Charges en
serienummers
toewijzen
Goederenafgifte boeken
Facturatie
Factuur
Proces
beëindigen
7
Procesflowdiagram
Gebeurtenis
Invoer consignatieafh
alingsorder
Magazijnmedewerker
Behoefte om
consignatievoorraad terug
te zenden
Verkoopbeheerder
Verwerking klantconsignatie – consignatieafhaling
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
Dagelijkse
werkvoorraad
verzending,
voldoende
voorraad
Leveringsvoorraad
Charges en
serienummers
toewijzen
Goederenontvangst
boeken
Proces
beëindigen
8
Procesflowdiagram
Retour naar
consignatievoorraad
Dagelijkse
werkvoorraad
verzending,
voldoende
voorraad
(Optioneel)
Verkoop:
periodeafsluitingsactiviteiten
(203)
Debiteuren
(157)
Invoer
consignatieretourorder
Charges en
serienummers
toewijzen
Goederenontvangst
boeken
Facturatiebeheerder
Leveringsvoorraad
Facturatie
Release Billing
Documents for
Accounting
Debiteuren
Magazijnmedewerker
Verkoopbeheerder
Gebeurtenis
Verwerking klantconsignatie – consignatieretour
Consignatieretourorder
vrijgeven voor
facturatie
Creditnota
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
Proces
beëindigen
9
Legenda
<Functie>
Symbool
Omschrijving
Opmerkingen over
gebruik
Bereik: Identificeert een gebruikersrol, zoals
Accounts Payable Clerk of Sales Representative. Dit
bereik kan ook een organisatorische eenheid of
groep identificeren, in plaats van een specifieke rol.
Rolbereik bevat taken
die bij deze rol horen.
Symbool
Diagramver
binding
De andere procesflowsymbolen in deze tabel horen
in deze rijen. U hebt net zoveel rijen als nodig zijn
voor alle rollen in het scenario.
Afdruk/document
Extern
naar
SAP
Externe events: bevat events die het scenario starten
of beëindigen, of de volgorde van events in het
scenario beïnvloeden.
Bedrijfsactiviteit/event
Flowlijn (ononderbroken): lijn geeft de normale
volgorde weer van de stappen en de richting van de
flow in het scenario.
Flowlijn (onderbroken): lijn geeft de flow weer van
zelden gebruikte of conditionele taken in een
scenario. Lijn kan ook verwijzen naar documenten
die bij de procesflow horen.
Verbindt twee taken in
een scenarioproces of
een event buiten de
stappen.
Bedrijfsactiviteit/event: identificeert een actie die naar
binnen of buiten het scenario leidt of een extern
proces dat tijdens het scenario plaatsvindt.
Komt niet overeen
met een taakstap in
het document.
Eenheidsproces: identificeert een taak die stap voor
stap wordt beschreven in het scenario.
Komt overeen met
een taakstap in het
document.
Processo unità
Eenheidsp
ro-ces
Subproces
-referentie
Procesbeslissing
Procesreferentie: als het scenario verwijst naar een
ander scenario in zijn geheel, vul dan hier het
scenarionummer en de scenarionaam in.
Komt overeen met
een taakstap in het
document.
Subprocesreferentie: als het scenario verwijst naar
een deel van een ander scenario, vul dan hier het
nummer, de naam en de stapnummers van dat
scenario in.
Komt overeen met
een taakstap in het
document.
Procesbeslissing: identificeert een
beslissing/vertakkingspunt waarvoor de
eindgebruiker een keuze moet maken. Lijnen geven
verschillende keuzes weer die afkomstig zijn van
verschillende delen van de diamant.
Komt normaal niet
overeen met een
taakstap in het
document, maar geeft
een keuze weer die na
de uitvoering van de
stap moet worden
gemaakt.
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
Werkelijke
financiën
Omschrijving
Opmerkingen over gebruik
Naar volgend/van vorig diagram:
leidt naar de volgende/vorige
pagina van het diagram.
Stroomschema wordt vervolgd op
de volgende/vorige pagina.
Afdruk/document: identificeert een
afgedrukt document, rapport of
formulier.
Komt niet overeen met een
taakstap in een document. In
plaats daarvan wordt het gebruikt
om een document weer te geven
dat door een taakstap is
gegenereerd. Deze vorm heeft
geen uitgaande flowlijnen.
Werkelijke financiën: geeft een
financieel boekingsdocument
weer.
Komt niet overeen met een
taakstap in een document. In
plaats daarvan wordt het gebruikt
om een document weer te geven
dat door een taakstap is
gegenereerd. Deze vorm heeft
geen uitgaande flowlijnen.
Budgetplanning: geeft een
budgetplanningsdocument weer.
Komt niet overeen met een
taakstap in een document. In
plaats daarvan wordt het gebruikt
om een document weer te geven
dat door een taakstap is
gegenereerd. Deze vorm heeft
geen uitgaande flowlijnen.
Handmatig proces: een taak die
handmatig wordt uitgevoerd.
Komt normaal gezien niet overeen
met een taakstap in een
document. Het wordt in plaats
daarvan gebruikt om een taak
weer te geven die handmatig
wordt uitgevoerd, zoals het
uitladen van een vrachtwagen in
een magazijn, en die de
processtroom beïnvloedt.
Bestaande versie/gegevens: dit
blok geeft gegevens weer die
vanuit een extern proces komen.
Komt normaal gezien niet overeen
met een taakstap in een
document. In plaats daarvan geeft
deze vorm gegevens weer die
afkomstig zijn van externe bron.
Deze stap bevat geen inkomende
flowlijnen.
Systeembeslissing
geslaagd/mislukt: dit blok geeft een
automatische beslissing van de
software weer.
Komt normaal gezien niet overeen
met een taakstap in het document.
In plaats daarvan wordt het
gebruikt voor het weergeven van
een automatische beslissing die
is genomen nadat een stap is
uitgevoerd.
Budgetplanning
Handm
a-tig
proces
Bestaande
versie/
gegevens
Systee
mbeslissing
geslaag
d/misluk
t
10
© 2011 SAP AG. All rights reserved
No part of this publication may be reproduced or transmitted in any form or for any purpose
without the express permission of SAP AG. The information contained herein may be
changed without prior notice.
Some software products marketed by SAP AG and its distributors contain proprietary
software components of other software vendors.
Microsoft, Windows, Excel, Outlook, and PowerPoint are registered trademarks of Microsoft
Corporation.
IBM, DB2, DB2 Universal Database, System i, System i5, System p, System p5, System x,
System z, System z10, System z9, z10, z9, iSeries, pSeries, xSeries, zSeries, eServer,
z/VM, z/OS, i5/OS, S/390, OS/390, OS/400, AS/400, S/390 Parallel Enterprise Server,
PowerVM, Power Architecture, POWER6+, POWER6, POWER5+, POWER5, POWER,
OpenPower, PowerPC, BatchPipes, BladeCenter, System Storage, GPFS, HACMP,
RETAIN, DB2 Connect, RACF, Redbooks, OS/2, Parallel Sysplex, MVS/ESA, AIX,
Intelligent Miner, WebSphere, Netfinity, Tivoli and Informix are trademarks or registered
trademarks of IBM Corporation.
Linux is the registered trademark of Linus Torvalds in the U.S. and other countries.
Adobe, the Adobe logo, Acrobat, PostScript, and Reader are either trademarks or
registered trademarks of Adobe Systems Incorporated in the United States and/or other
countries.
Oracle is a registered trademark of Oracle Corporation.
UNIX, X/Open, OSF/1, and Motif are registered trademarks of the Open Group.
Citrix, ICA, Program Neighborhood, MetaFrame, WinFrame, VideoFrame, and MultiWin are
trademarks or registered trademarks of Citrix Systems, Inc.
HTML, XML, XHTML and W3C are trademarks or registered trademarks of W3C®, World
Wide Web Consortium, Massachusetts Institute of Technology.
Java is a registered trademark of Sun Microsystems, Inc.
JavaScript is a registered trademark of Sun Microsystems, Inc., used under license for
technology invented and implemented by Netscape.
Business Objects and the Business Objects logo, BusinessObjects, Crystal Reports, Crystal
Decisions, Web Intelligence, Xcelsius, and other Business Objects products and services
mentioned herein as well as their respective logos are trademarks or registered trademarks
of Business Objects Software Ltd. Business Objects is an SAP company.
Sybase and Adaptive Server, iAnywhere, Sybase 365, SQL Anywhere, and other Sybase
products and services mentioned herein as well as their respective logos are trademarks or
registered trademarks of Sybase, Inc. Sybase is an SAP company.
All other product and service names mentioned are the trademarks of their respective
companies. Data contained in this document serves informational purposes only. National
product specifications may vary.
The information in this document is proprietary to SAP. No part of this document may be
reproduced, copied, or transmitted in any form or for any purpose without the express prior
written permission of SAP AG.
This document is a preliminary version and not subject to your license agreement or any
other agreement with SAP. This document contains only intended strategies, developments,
and functionalities of the SAP® product and is not intended to be binding upon SAP to any
particular course of business, product strategy, and/or development. Please note that this
document is subject to change and may be changed by SAP at any time without notice.
SAP assumes no responsibility for errors or omissions in this document. SAP does not
warrant the accuracy or completeness of the information, text, graphics, links, or other items
contained within this material. This document is provided without a warranty of any kind,
either express or implied, including but not limited to the implied warranties of
merchantability, fitness for a particular purpose, or non-infringement.
SAP shall have no liability for damages of any kind including without limitation direct,
special, indirect, or consequential damages that may result from the use of these materials.
This limitation shall not apply in cases of intent or gross negligence.
The statutory liability for personal injury and defective products is not affected. SAP has no
control over the information that you may access through the use of hot links contained in
these materials and does not endorse your use of third-party Web pages nor provide any
warranty whatsoever relating to third-party Web pages.
SAP, R/3, SAP NetWeaver, Duet, PartnerEdge, ByDesign, SAP BusinessObjects Explorer,
StreamWork, and other SAP products and services mentioned herein as well as their
respective logos are trademarks or registered trademarks of SAP AG in Germany and other
countries.
© 2011 SAP AG. All rights reserved.
11
Download