politieke ontwikkelingen 9

advertisement
MINISTERIE VAN ONDERWIJS
EN VOLKSONTWIKKELING
EXAMENBUREAU
UNIFORM EINDEXAMEN MULO 2013
VAK
: GESCHIEDENIS
DATUM: WOENSDAG 10 JULI 2013
TIJD
: 07.45 – 09.00 UUR
DEZE TAAK BESTAAT UIT 40 ITEMS.
DEKOLONISATIE
3
1
Wanneer de Derde Wereldlanden zelf de handel met
het buitenland controleren, spreken we van
Hieronder staan problemen waarmee Derde
Wereldlanden te kampen hebben:
I
II
III
IV
Een snel groeiende bevolking.
De afhankelijkheid van monoculturen.
Het toenemende aantal analfabeten.
De ongelijke verdeling van de welvaart.
Welke problemen zijn een gevolg van het
kolonialisme in deze landen?
A
B
C
D
I en II
I en III
II en IV
III en IV
A
B
C
D
culturele dekolonisatie.
economische dekolonisatie.
politieke dekolonisatie.
staatkundige dekolonisatie.
4
De ACP-EU vergadering die in de periode 22 ‒ 29
november 2012 in Paramaribo is gehouden, kunnen
we rekenen tot
A
B
C
D
G8 - conferentie
Noord -Zuid dialoog
Vreedzame Co- existentie
Zuid -Zuid dialoog
5
2
Het onafhankelijkheidsstreven van de meeste
koloniën in Afrika was na 1945 succesvol, omdat …
A de idealen van de Russische revolutie de
nationalisten aanspraken.
B de koloniale overheid de nationalisten
discrimineerde.
C de VN het zelfbeschikkingsrecht der volkeren
erkende.
D de VSA financiële ondersteuning aan de
nationalisten bood.
Bekijk de kaart heel goed.
Welke gebieden worden gerekend tot de Derde
Wereld?
A
B
C
D
gebied I ‒ II ‒ VI
gebied I ‒ IV ‒ V
gebied II ‒ V ‒ VI
gebied III ‒ IV ‒ V
POLITIEKE ONTWIKKELINGEN
6
Wie was niet actief betrokken bij de
onafhankelijkheidsstrijd van Guyana?
A
B
C
D
Forbes Burnham
Nathaniël Critchlow
Chedi Jagan
Bharat Jagdeo
9
De president van Suriname kan op twee manieren
worden gekozen.
Welke van de onderstaande feiten zijn beiden juist?
De president wordt gekozen:
7
Bekijk de tekening goed.
I
A In DNA met de
gekwalificeerde
meerderheid.
B In DNA met de
gekwalificeerde
meerderheid.
C In DNA met de
gewone meerderheid.
II
In de VVV met de
gewone meerderheid.
D In DNA met de
gewone meerderheid.
In de VVV met de
gekwalificeerde
meerderheid.
Wat wil de tekenaar met deze spotprent tot
uitdrukking brengen?
I De verbreking van de neo - koloniale banden.
II De strijd om emancipatie.
III De beëindiging van het kolonialisme.
A
B
C
D
Alleen I is juist.
Alleen I en II zijn juist.
Alleen II en III zijn juist.
I, II en III zijn allen juist.
8
De strijd van Nelson Mandela om de apartheid in
Zuid- Afrika te beëindigen kunnen we rekenen tot de
A
B
C
D
eerste dekolonisatiegolf.
tweede dekolonisatiegolf.
derde dekolonisatiegolf.
vierde dekolonisatiegolf.
In de VVV met de
gekwalificeerde
meerderheid.
In de VVV met de
gewone meerderheid.
10
Geef de chronologische volgorde aan van de
handelingen na de Algemene, Vrije en Geheime
verkiezingen voor DNA - leden.
I Het bepalen van het aantal zetels per politieke
partij of combinatie.
II Het tellen van de uitgebrachte stemmen per
politieke partij of combinatie.
III Het nagaan welke kandidaten gekozen zijn
middels het disciplinair stemmen of
voorkeurstemmen.
A
B
C
D
I, II, III
III, II, I
II, I, III
I, III, II
11
Er is sprake van een rechtstaat wanneer de rechten
van de burgers worden beschermd door de
A
B
C
D
grondwet.
politieke partijen.
vakbeweging.
volksvertegenwoordiging.
12
15
De huidige voorzitter en ondervoorzitter van De
Nationale Assemblee zijn:
Het Nieuw Front voor Democratie en
Ontwikkeling is een politieke combinatie.
A Diana Poki
B Jennifer Geerlings Simons
C Ruth Wijdenbosch
D Noreen Cheung
Deze combinatie bestaat uit
Jennifer Geerlings - Simons
Ruth Wijdenbosch
Diana Poki
Ruth Wijdenbosch
A
B
C
D
NPS ‒ VHP ‒ SPA ‒ DA-91
NPS ‒ VHP ‒ SPA ‒ BEP
NPS ‒ VHP ‒ DA-91‒ KTPI
NPS ‒ VHP ‒ DA-91‒ BEP
13
16
Er is onder andere sprake van democratie in ons land
wanneer
A burgers inzage krijgen in de beleidsplannen van
de regering.
B een groep mensen aan de macht probeert te
komen door een staatsgreep.
C het land middels decreten bestuurd wordt.
D het volk meer inspraak krijgt in het bestuur van
het land.
14
Het parlement is het hoogste orgaan van de staat
omdat:
A de leden gekozen worden bij Algemene, Vrije
en Geheime verkiezingen.
B de president verantwoording verschuldigd
is aan het parlement.
C de regering verantwoording verschuldigd
is aan het parlement.
D de Staatsraad adviezen uitbrengt aan het
parlement.
Schematisch overzicht van de politieke ontwikkeling
in Suriname na 1945
17
In ons parlement is er sprake van een oppositie en
een coalitie.
Welke van de politieke partijen behoren
onder andere tot de coalitie?
A
B
C
D
BEP en ABOP
DOE en NPS
Palu en NDP
VHP en SPA
18
Welk staatsorgaan of politieke ontwikkeling moet
worden ingevuld bij I en II in de bovenstaande tabel?
A Regering o.l.v. de premier ‒ capaciteitskiesrecht
B Regering o.l.v. de premier ‒ algemeen
kiesrecht vanaf 23 jaar
C Regering o.l.v. de gouverneur ‒
capaciteitskiesrecht
D Regering o.l.v. de gouverneur ‒ algemeen
kiesrecht vanaf 23 jaar
Volgens ons huidig kiesstelsel is ons kleinste
kiesdistrict:
A
B
C
D
Coronie.
Saramacca.
Sipaliwini.
Wanica.
23
ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN NA 1945
19
Tot de secundaire beroepen behoren onder andere:
A het delven van goud en het inzaaien van rijst.
B het exploiteren van aardolie en het kappen
van bomen.
C het ontginnen van bauxiet en het exploiteren
van aardolie.
D het verwerken van vis en het verwerken van
cassave.
20
Welk type economische ontwikkeling lees je uit
bovenstaande tekening?
A
B
C
D
Diversificatie
Industrialisatie
Monocultuur
Vervangingsindustrie
Welke van de projecten zijn uit het Tienjarenplan
gerealiseerd?
A het Academisch Ziekenhuis en de Melk Centrale
B de oprichting van het Planbureau en de
Volkskredietbank
C de Landbouwbank en de Universiteit van
Suriname
D de Volkswoningbouw te Hanna’s Lust en het
Scholenbouw programma
24
“ Vertrouwen in eigen kunnen”.
Bij welk Surinaams bedrijf hoort deze slogan?
A
B
C
D
de C.I.C.
de Staatsolie
de NV. E.B.S.
Rudisa
21
SOCIALE ONTWIKKELINGEN NA 1945
Onze economie is voor een groot deel afhankelijk
van de inkomsten die worden verkregen uit de
A
B
C
D
aardoliewinning.
aluminium industrie.
dienstensector.
visserijsector.
22
25
Welke van de onderstaande vakbondsactiviteiten
vallen onder welvaartsverbetering?
A
B
C
D
Kinderbijslag en veiligheidsmaatregelen
Loonsverhoging en zwangerschapsverlof
Studietoelage en zwangerschapsverlof
Vakantiegeld en kerstbonus
Bij welke van de volgende economische
activiteiten in Suriname is er sprake van resource
based industrie?
26
Een vakbond is …
A
B
C
D
de verwerking van de cocabonen tot Coca Cola
de verwerking van tarwekorrels tot brood
de verwerking van ruwe aardolie tot diesel
de verwerking van gouden sieraden tot
goudstaven
A een bundeling van arbeiders die politieke
doelen nastreven.
B een bundeling van arbeiders die zich bezig
houden met sociale activiteiten.
C een bundeling van arbeiders die opkomen
voor arbeidersbelangen.
D een bundeling van arbeiders die opkomen voor
de belangen van de werkgevers.
27
LATIJNS-AMERIKA
De Bemiddelingsraad voor geheel Suriname treedt
onder andere op bij conflicten tussen:
31
A
B
C
D
arbeiders en vakbonden.
overheid en particuliere werkgevers.
overheid en vakbeweging.
vakbondsleiders onderling.
28
Een sociaal grondrecht dat in onze grondwet is
opgenomen is onder andere het recht op
A
B
C
D
Lees de onderstaande beweringen goed.
I
II Met de Monroedoctrine bedoelden de VSA
dat de Latijns-Amerikaanse landen hun eigen
koers konden bepalen.
Van bovenstaande beweringen geldt:
A
B
C
D
eigendom.
medische zorg.
staken.
vrije meningsuiting.
De Monroedoctrine, afgekondigd in 1823, was
gericht tegen het Europese imperialisme.
I is juist.
II is juist.
I en II zijn juist.
I en II zijn onjuist.
32
CARAЇBISCH GEBIED
29
Suriname en Guyana hebben veel kenmerken
gemeen.
Wat is in dit opzicht niet juist?
A Ze hebben beiden het Engels Tussenbestuur
gehad.
B Ze kregen kort na elkaar autonomie.
C Ze maakten beide deel uit van het gebied
Guyana.
D Ze waren beide kolonies van Nederland en
Frankrijk.
30
Lees de onderstaande beweringen goed.
I Het Caraїbisch gebied werd in de 19 e eeuw
interessanter voor de Europeanen door de
uitvinding van de Cottongin.
Om de betrekkingen tussen Latijns-Amerika en
het Caraїbisch gebied te verbeteren heeft men
een organisatie opgericht
Om welke organisatie gaat het?
A
B
C
D
de Andesgroep.
Caricom.
Mercosur.
Unasur.
33
Welke van de onderstaande landen is geen lid van de
Caricom?
A
B
C
D
Antigua
Belize
Frans-Guyana
Trinidad & Tabago
ARABISCH-ISRAËLISCH CONFLICT
II Het Caraїbisch gebied was in de 19 eeuw
minder interessant voor Europeanen vanwege
de goedkope suiker uit Brits-Indie.
e
Van bovenstaande beweringen geldt:
A
B
C
D
I is juist.
II is juist.
I en II zijn juist.
I en II zijn onjuist.
34
Welke van de onderstaande gebieden was niet een
van de gebieden die Israël tijdens de oorlog van
1967 bezette?
A
B
C
D
de Ghaza strook
de Golanhoogte
de Sinaї
de West-Bank
35
Volgens het verdelingsplan van de VN in 1947 zou
A Palestina alleen aan de Joden toebehoren.
B Palestina in een Joods, Palestijns en Engels deel
verdeeld worden.
C Palestina in een Joods en Palestijns deel verdeeld
worden.
D Palestina in een Joods, Palestijns en in een
neutraal deel verdeeld worden.
36
Welke oorlog speelt geen rol bij het Arabischlsraëlisch conflict?
A
B
C
D
de Eerste Wereldoorlog
de Tweede Wereldoorlog
de Koude oorlog
de Japans - Russische oorlog
37
Op welke periode van het Arabisch-lsraëlisch
conflict heeft de Suez - oorlog betrekking?
A
B
C
D
de periode 1919 ‒ 1948
de periode 1948 ‒ 1967
de periode 1967 ‒ 1979
de periode 1979 ‒ 1991
38
Welke omschrijving past het best bij het begrip
Zionisme?
A De discriminatie van de Joden in gebieden waarin
zij zich vestigden.
B Het streven naar het stichten van een nationaal
tehuis voor de Joden.
C De vernederingen en vervolgingen van de
Joden in Palestina.
D De verwoesting van Jeruzalem, waardoor de
Joden verspreid gingen wonen in het Romeinse
Rijk.
39
Welke van deze organisaties is geen Palestijnse
verzetsorganisatie?
A
B
C
D
Al Fatah
Hezbollah
Moslim Broederschap
Palestijnse Bevrijdingsorganisatie
40
Een oorzaak van het Arabisch-lsraëlisch conflict is
A de aanval van Engeland, Frankrijk en Israël op
Egypte in 1956.
B de massale immigratie van Joden naar
Palestina.
C het bezetten van Arabisch gebied door Israël in
1967.
D het verzet van de Arabische Staten tegen de
verdeling van Palestina.
Download