Bard: zanger uit oude tijden Druïde: priester bij de oude Kelten in Gallië en Brittannië Statig: plechtig, deftig Menhirs: voorhistorische stenen zuil in Bretagne IJlbode: zeer snelle boodschapper (renbode) Smoren: (voedsel) met weinig vocht en vet in een gesloten pan boven een vuur gaar laten worden Legionnair: militair van het Franse vreemdelingenlegioen => legioensoldaat Steur: glansschubbige, kraakbenige zoetwatervis waarvan de kuit gebruikt wordt om er kaviaar uit te bereiden Circus: ophef (overdreven drukte) Kiet: (gelijk) Miezer: klein exemplaar Garnizoen: legeronderdeel dat in een stad een vaste standplaats heeft Lieden: personen, mensen Ave: weesgegroet Hellenen: Onmetelijk: eindeloos, oneindig groot Toutatis: Kiertje: nauwe opening Erepalm: palmtak, als eerbewijs aangeboden => lauwerkrans Me dunkt: (dunk = mening) Mars: muziekstuk in 2/4 of 4/4 maat met duidelijk ritme Componeren: (muziek) schrijven, samenstellen Schuit: eenvoudig vaartuig Pruttelen: morren, binnensmonds mopperen Beslommeringen: rompslomp, lastige bezigheden Monotone: eentonig, saai Enteren: aanklampen, aanhouden Laconiek: doodkalm, zonder zich druk te maken Inheemsen: van het eigen land Span: paar => duo Sas: schutsluis Logement: eenvoudig hotel => herberg Inborst: aard, karakter Aanstekelijk: onwillekeurige navolging opwekkend Delegatie: vertegenwoordiging Decadent: ontaard, verworden Intensief: krachtig, met hoog opgevoerde productiviteit Drastisch: krachtig, doortastend => ingrijpend Magistraat: rechterlijk ambtenaar Statuten: reglement van een vereniging of stichting omtrent doel, rechten, plichten en bevoegdheden van de betrokken personen Onteren: (iem.) van zijn eer beroven, te schande maken => schenden Mineur: soldaat van een afdeling van de genie Amphora: bij de oude Grieken en Romeinen gebruikte buikige kruik met twee oren (eigenlijk: amfora) Deputatie: vertegenwoordiging [Belg.] Kranig: een ferme indruk makend => moedig Kolos: voorwerp, gebouw van enorme afmetingen Altaar: tafel of verhoogde plaats om te offeren of andere godsdienstige plechtigheden te verrichten Ruïne: bouwval Ontboden: (ontbieden = laten komen) Wedloop: hardloopwedstrijd Tribuun: zeker vertegenwoordigend functionaris in het oude Romeinse Rijk => volkstribuun Stug: stevig, flink => volhardend Jota: de Griekse letter 'i' Propyleeën: ingang van oude tempelcomplexen in Griekenland