Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Wetgeving, Rechtspleging en Rechtsbijstand Directie Wetgeving Antwoorden van de Minister van Justitie op de schriftelijke vragen van het lid Van der Staaij Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Sector Privaatrecht 25 oktober 2005 5381188/05/6 2050600330 1 Kamervragen van het lid Van der Staaij inzake een samenlevingscontract tussen twee vrouwen en een man Onderdeel Datum Ons kenmerk Uw kenmerk Bijlage(n) Onderwerp Bezoekadres Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Telefoon (070) 3 70 79 11 Fax (070) 3 70 79 32 www.justitie.nl Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen. over een samenlevingscontract tussen twee vrouwen en een man ( 2050600330) 1. Is het bericht waar dat een Roosendaals echtpaar bij de notaris een samenlevingscontract heeft getekend met hun gezamenlijke vriendin? 1) Ja. 2 Hoe beoordeelt u een dergelijk samenlevingscontract? De desbetreffende notaris acht zich op grond van zijn geheimhoudingsplicht niet vrij om van de akte inzage of afschrift te verlenen. De geheimhoudingsplicht wordt in het onderhavige geval niet doorbroken doordat “bij of krachtens de wet anders is bepaald” (vgl. artikel 22 van de Wet op het notarisambt). Blijkens artikel 49 van de Wet op het notarisambt mag de notaris van de tot zijn protocol behorende notariële akten niet aan derden afschrift, uittreksel of grosse dan wel inzage geven, maar uitsluitend aan partijen bij de akte of bijvoorbeeld personen die een recht ontlenen aan de inhoud van de akte. Met de concrete inhoud van het contract ben ik dus niet bekend. In het algemeen merk ik op, dat contracten die een feitelijk bestaande samenwoning en/of samenleving van meer dan twee personen regelen, op zich een nuttige, ordenende functie kunnen vervullen. 3 Wordt het verbod op polygamie met deze constructie niet omzeild? De regel van artikel 33 Boek 1 BW “Een persoon kan tegelijkertijd slechts met één andere persoon door het huwelijk verbonden zijn” is hier niet geschonden. Er is immers geen tweede huwelijk in de zin van 5381188/05/6 /25 oktober 2005 artikel 30 lid 2 Boek 1 BW , dat wil zeggen een huwelijk gesloten ten overstaan van de ambtenaar van de burgerlijke stand, tot stand gekomen. Echtgenoten die een samenlevingscontract met een derde persoon sluiten, kunnen dus niet daardoor de huwelijkse staat met die persoon bewerkstelligen. Van polygamie is in de onderhavige situatie evenmin sprake. Het misdrijf van artikel 237 Sr. ziet op het opzettelijk aangaan van een dubbel huwelijk en voorts het aangaan van een huwelijk in de wetenschap dat de wederpartij daardoor een dubbel huwelijk aangaat. “Huwelijk” wordt ook hier opgevat als het “burgerlijk” huwelijk, dus het huwelijk zoals de wet dit uitsluitend erkent. 4 Is het - op grond van de vigerende wetgeving - een notaris toegestaan een dergelijk samenlevingscontract voor drie personen op te stellen? Is een dergelijk contract rechtsgeldig? De vigerende wetgeving houdt in dat een notaris verplicht is zijn diensten te weigeren wanneer naar zijn redelijke overtuiging de werkzaamheid die van hem verlangd wordt leidt tot strijd met het recht of de openbare orde, wanneer zijn medewerking wordt verlangd bij handelingen die kennelijk een ongeoorloofd doel of gevolg hebben of wanneer hij andere gegronde redenen voor weigering heeft (artikel 21 Wet op het notarisambt). De notaris heeft meegedeeld zijn diensten niet op een van deze gronden te hebben kunnen of moeten weigeren. Ten aanzien van de vraag of een contract als hier aan de orde, rechtsgeldig is het volgende. Het is op zich niet in strijd met het recht of de openbare orde of een andere in artikel 21 van de Wet op het notarisambt genoemde grond, dat een echtpaar aspecten van samenwonen en samenleven met nog een derde persoon notarieel regelt. Vanzelfsprekend kan het samenlevingscontract geen gevolg hebben indien en voor zover dit in strijd zou zijn met het recht. De geldigheid van (onderdelen van) een samenlevingscontract als hier aan de orde kan, anders gezegd, slechts in het concrete geval worden beoordeeld. Ik vertrouw dat een notaris die meewerkt aan een samenlevingscontract waarbij meer dan twee partijen betrokken zijn, in het bijzonder zal letten op de vraag of het contract niet in strijd is met het recht, en dit zal doen juist ook in het belang van de betrokken partijen. Het laatste woord over de geldigheid van (onderdelen van) een samenlevingscontracten als hier aan de orde is, in geval van verschil van mening tussen partijen of van niet-acceptatie door derden, uiteindelijk aan de rechter. 5.Wat zijn de juridische effecten (mede in het licht van de wettelijke bepalingen ten aanzien van het duurzaam samenwonen) van de nu gesloten constructie? Verwezen zij naar hetgeen ik bij de vorige vraag ten aanzien van de rechtsgeldigheid van zulke contracten heb opgemerkt. 6. Bent u bereid om stappen te zetten, die het onmogelijk maken om samenlevingscontracten met drie of meer personen te sluiten? Er is geen reden om contracten die aspecten van samenwonen en samenleven regelen en uit dien hoofde een nuttige, ordenende functie vervullen te verbieden. Ik heb ook geen reden om aan te nemen dat de notaris bij de opstelling ervan niet zal trachten te blijven binnen de grenzen van hetgeen het geldende recht toelaat. 7. Wat zijn de mogelijkheden om het inmiddels gesloten samenlevingscontract alsnog te ontbinden? Wilt u deze mogelijkheden benutten? Zoals uit het antwoord op vraag 2 moge blijken weet ik niet of er voor ontbinding aanleiding zou kunnen zijn. Overigens beschik ik niet over mogelijkheden om het onderhavige samenlevingscontract te ontbinden als daar aanleiding voor zou zijn. Alleen de partijen bij de akte kunnen hun overeenkomst wijzigen of beëindigen. 1) Reformatorisch Dagblad, 23 september 2005 2/2