Gebiedsrapportage KRW Waterlichaam Barchemse Veengoot 2007 Versie januari 2008 Definitief Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 1 Samenvatting Deze gebiedsrapportage KRW bevat de doelen, maatregelen en kosten voor het waterlichaam de Barchemse Veengoot. Dit is een bijlage van de hoofdrapportage KRW Rijn en IJssel 2007. In de hoofdrapportage is de algemene methodiek uitgewerkt, in deze gebiedsrapportage is deze methodiek toegepast voor het waterlichaam Barchemse Veengoot. Sinds mei 2007, zijn de gebiedsrapportages in detail aangepast. De aanpassingen komen voort uit de landelijke en regionale harmonisatie, actualisatie van de normen en nadere onderlinge afstemming van de betrokken overheden. Deze gebiedsrapportage is schematisch samengevat in de bijbehorende factsheet. De factsheet geeft een beknopt overzicht van de functies, de huidige situatie, de knelpunten voor de ecologische en chemische kwaliteit, de maatregelen en de kosten. In de overzichten met maatregelen is zichtbaar gemaakt welke maatregelen geselecteerd zijn om op te nemen in het Stroomgebiedbeheerplan (lees de rapportage naar Brussel) en welke daar niet in worden opgenomen, maar wel deel uitmaken van het toekomstige waterbeheerplan. Leeswijzer voor de factsheet - samenvattingstabel De factsheet start met de naam van het waterlichaam, de status van het waterlichaam, tot welk rapportagegebied het waterlichaam behoort en het watertype. Daaronder is de huidige situatie beschreven aan de hand van omvang, lengte, grondgebruik en waterfuncties. De waterfuncties worden nader toegelicht in Hoofdstuk 3. Ook is in de factsheet een korte beschrijving opgenomen van de huidige hydromorfologische ingrepen, ecologische en chemische kwaliteit. Dit wordt in hoofdstuk 5 nader toegelicht. In het midden van de factsheet is een overzichtskaart met de toegekende functies in het gebied opgenomen. Deze functies zijn bepalend voor het ambitieniveau en daarmee voor de selectie van maatregelen. Ten slotte is onderaan de factsheet de maatregelenlijst opgenomen, waarin conform de voorgeschreven methodiek vanuit een groslijst van mogelijk zinvolle maatregelen via een aantal stappen wordt toegewerkt naar de selectie van maatregelen voor het ecologisch doel in 2027 (GEP) en het beleidsdoel voor 2015. In de eerste stap is beoordeeld welke maatregelen van de groslijst tot significante schade aan functies leiden. Deze maatregelen vervallen en wat overblijft, is de maatregelenlijst Maximaal Ecologisch Potentieel (MEP). Vervolgens is van deze lijst beoordeeld welke maatregelen weinig ecologisch effect sorteren. Ook deze maatregelen vervallen dan en wat overblijft, is de maatregelenlijst GEP (einddoel 2027). Van deze maatregelenlijst is beoordeeld welke maatregelen voor de periode tot 2015 kosteneffectief zijn. Deze maatregelenlijst vormt het beleidsdoel 2015. Per maatregel is aangegeven of deze tot MEP, GEP of beleidsdoel 2015 behoort. Ook zijn de kosten, de taakhouder en de verwachte periode van uitvoering weergegeven. Tevens is aangegeven of de maatregel al vanuit het autonome beleid gepland was (bijvoorbeeld GRP, waterbeheersplan etc.). Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 2 Inhoudsopgave Samenvatting ........................................................................................................................ 2 1 Inleiding.......................................................................................................................... 4 1.1 Achtergrond ........................................................................................................... 4 1.2 Leeswijzer ............................................................... Error! Bookmark not defined. 2 Watersysteem ................................................................................................................ 4 3 Gewenst landgebruik ...................................................................................................... 8 4 Actuele situatie landgebruik ...........................................................................................10 5 Beschrijving huidige kwaliteit .........................................................................................11 5.1 Hydromorfologische ingrepen ...............................................................................11 5.2 Ecologische kwaliteit .............................................................................................12 5.2.1 Macrofauna .......................................................................................................12 5.2.2 Vissen ...............................................................................................................12 5.2.3 Waterplanten.....................................................................................................12 5.2.4 Diatomeeën.......................................................................................................12 5.3 Chemische kwaliteit ..............................................................................................12 5.3.1 Prioritaire stoffen ...............................................................................................13 5.3.2 Overig verontreinigende stoffen ........................................................................13 5.3.3 Biologie ondersteunende stoffen .......................................................................14 5.4 Samenvatting huidige situatie en belangrijkste knelpunten ...................................14 6 Status ............................................................................................................................16 7 Groslijst maatregelen en het MEP .................................................................................17 8 Het GEP ........................................................................................................................19 9 Haalbare en betaalbare maatregelen ............................................................................21 10 Doelen en visualisatie ...............................................................................................24 Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 3 1 Inleiding 1.1 Achtergrond Op 22 december 2000 is de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) vastgesteld. De KRW heeft als doel de kwaliteit van de Europese wateren in een goede toestand te brengen en te houden. Waterbeheer op het niveau van stroomgebieden is daarbij het uitgangspunt. In 2009 moeten de lidstaten voor ieder stroomgebied concrete chemische- en ecologische doelen opgesteld hebben. Om deze doelstellingen te bereiken wordt een bindend en toetsbaar maatregelenprogramma opgesteld. Deze gebiedsrapportage KRW is na bestuurlijke vaststelling samen met die van de andere waterschappen (regionale waterlichamen), Rijkswaterstaat (Rijkswateren) en de provincies (grondwaterlichamen), input voor de Regionale nota Rijn-Oost. De ontwerp Regionale Nota Rijn-Oost wordt in oktober 2007 in het RBO ingediend. De Regionale Nota Rijn-Oost vormt input voor het nationale Stroomgebiedsbeheersplan Rijn-delta die de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat aan de Europese Commissie rapporteert. Vervolgens zorgen de waterbeheerders weer dat de nieuwe Waterbeheersplannen 2010-2015 op hun beurt consistent zijn met het Stroomgebiedsbeheerplan Rijn-delta. In figuur 1-1 is de samenhang tussen de planfiguren weergegeven. Met het oog op de bovengenoemde waterbeheerplannen, zijn behalve de maatregelen vanuit de KRW-verplichtingen ook de maatregelen opgenomen die vanuit nationale en regionale wateropgaven noodzakelijk zijn. In de overzichten met maatregelen is zichtbaar gemaakt welke maatregelen geselecteerd zijn om op te nemen in de Regionale Nota Rijn-Oost (lees de rapportage naar Brussel) en welke daar niet in worden opgenomen, maar wel deel uitmaken van het toekomstige waterbeheerplan. Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 4 # Waterschappen e.a. Gebiedsrapportages per WL - beschrijving watersysteem huidige kwaliteit ecol./ chem. status waterlichaam groslijst maatregelen het GEP haalbare/betaalbare mtrgln. doelen en visualisatie # Rijn-Oost partners Regionale nota Rijn-Oost 2007 - # Waterschappen e.a. Waterbeheerplan 2010-2015 - visie en strategie ontwikkelingen schoon water levend water ruimte voor water genieten van water veilige dijken financiële gevolgen Figuur 1-1 beschrijving stroomgebied bronnen van vervuiling monitoring, meetnet doelen opp./grondwater maatregelen opp./grondwater kosten, baten relatie KRW - andere thema's # Ministerie Verkeer en Waterstaat Stroomgebiedbeheersplan 2009 - beschrijving stroomgebied bronnen van vervuiling monitoring, meetnet doelen opp./grondwater maatregelen opp./grondwater kosten, baten relatie KRW - andere thema's Samenhang verschillende nationale en regionale planfiguren In de voorliggende gebiedsrapportage zijn de doelstellingen en concrete maatregelenprogramma’s voor het waterlichaam Barchemse Veengoot beschreven. Ook is vastgelegd hoe deze doelstellingen tot stand gekomen zijn. Hierbij is volgens het zogenaamd Praags stappenplan te werk gegaan (Bijlage 1). In het hoofdrapport voor het hele beheersgebied van Waterschap Rijn en IJssel wordt de werkwijze uitgebreid beschreven. Na 6 jaar (in 2015) wordt het waterbeheerplan herzien. Indien noodzakelijk worden doelstellingen en maatregelenprogramma’s dan aangepast. 1.2 Leeswijzer Deze gebiedsrapportage voor de Barchemse Veengoot volgt het Praags Stappenplan. De kern van het Praags Stappenplan is dat de ecologische doelen op basis van gegeven gebiedsfuncties en bijdrage aan de verbetering van de ecologie van het waterlichaam regionaal worden afgeleid. Voor de chemie geldt dat de (inter)nationale of regionale normen leidend zijn, en dat kosteneffectieve maatregelen moeten worden geformuleerd om die normen te halen. We raden u aan eerst het hoofddocument te lezen voor de terminologie, begrippen, stappen en overwegingen. In hoofdstuk 2 wordt gestart met de beschrijving van het watersysteem. Vervolgens wordt in hoofdstuk 3 het gewenste landgebruik beschreven, waarna in hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de huidige situatie m.b.t. het landgebruik. Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 5 Hoofdstuk 5 geeft een overzicht van de huidige ecologische, chemische en hydromorfologische toestand. In hoofdstuk 6 wordt de status van het waterlichaam Barchemse Veengoot bepaald. Vervolgens wordt in de hoofdstukken 7 t/m 9 het maatregelenpakket afgeleid. Vertrekpunt voor het afleiden van maatregelenprogramma’s is een groslijst van maatregelen die in principe kúnnen bijdragen aan de verbetering van de ecologie en chemie van het watertype. Met deze groslijst als uitgangspunt is beoordeeld welke hydromorfologische maatregelen tot significante schade aan functies van het omliggende gebied of het waterlichaam zelf leiden. Deze hydromorfologische maatregelen vervallen en wat overblijft, is de maatregelenlijst MEP. Vervolgens is van deze lijst beoordeeld welke hydromorfologische maatregelen weinig ecologisch effect sorteren. Ook deze hydromorfologische maatregelen vervallen dan en wat overblijft, is de maatregelenlijst GEP, hoofdstuk 8 (einddoel 2027). Niet alle overgebleven maatregelen van het GEP zijn haalbaar en betaalbaar. Van deze maatregelenlijst (hydromorfologie én chemie) is dan ook beoordeeld welke maatregelen voor de periode tot 2015 kosteneffectief zijn. Deze maatregelenlijst vormt het beleidsdoel 2015, en staat beschreven in hoofdstuk 9. Ten slotte wordt in hoofdstuk 10 het uiteindelijke doel (GEP) en het beleidsdoel 2015 gevisualiseerd. Eveneens komt in dit hoofdstuk aan bod hoe het effect van de maatregelen gemonitord gaat worden. Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 6 2 Watersysteem Het waterlichaam Barchemse Veengoot behoort tot de KRW categorie “Rivieren”. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Barchemse Veengoot is volledig in beheer bij Waterschap Rijn & IJssel. Het waterlichaam valt in de Provincie Gelderland binnen de gemeenten Lochem, Bronckhorst en Berkelland. Het waterlichaam, de Barchemse Veengoot, heeft een lengte van 3 kilometer en een stroomgebied van 2371 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in het stroomgebied van de Barchemse Veengoot en mondt uit in de Berkel. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam Barchemse Veengoot twee regelbare stuwen aanwezig. Deze stuwen zijn niet vispasseerbaar. In het waterlichaam Barchemse Veengoot wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd met behulp van de stuwen. Het profiel van het waterlichaam wordt gewaarborgd door een traditioneel maaibeheer van 2-3 maal per jaar. Het waterlichaam Barchemse Veengoot is niet het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van het waterlichaam droog. In het stroomgebied van de Barchemse Veengoot liggen geen RWZI’s of IBA’s. Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 7 3 Gewenst landgebruik In Tabel 3-1 zijn voor het stroomgebied Barchemse Veengoot de toegekende functies weergegeven. Deze tabel geeft een overzicht van het landgebruik en de functies in het stroomgebied van de Barchemse Veengoot. De toegekende functies zijn in Figuur 3-1 ruimtelijk weergegeven. Tabel 3-1 Toegekende functies in het stroomgebied van de Barchemse Veengoot Barchemse Veengoot Ecologische functies EVZ HEN/SED functie Natte natuur EVZ Kamsalamander – bovenstrooms van het waterlichaam 5% van het stroomgebied Ca. 30% natte natuur beschermingszone Overige Functies Strategisch actiegebied Recreatie Veiligheid Drinkwaterwinning Landbouwfunctie Stedelijke functie Scheepvaart Het gehele stroomgebied Ca. 50% van het stroomgebied 13% van het stroomgebied - Beschermde gebieden Zwemwater Natura 2000 Drinkwaterbeschermingsgebied Grondwater Aanwezig - Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 8 Figuur 3-1 Veengoot Ligging van de toegekende functies in het stroomgebied van de Barchemse Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 9 4 Actuele situatie landgebruik In de huidige situatie is het landgebruik in het gebied voornamelijk landbouw (70%). De bos en natuurgebieden beslaan 17% van het gebied, de rest van het gebied bestaat uit stedelijk gebied en infrastructuur (13%), zie Figuur 4-1. Ten slotte komt in het stroomgebied één stedelijke kern voor (Lochem). Landbouw Bos en natuur Stedelijk en infrastructuur Figuur 4-1 Huidig grondgebruik in het waterlichaam Barchemse Veengoot Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 10 5 Beschrijving huidige kwaliteit De huidige kwaliteit van het waterlichaam de Barchemse Veengoot wordt hieronder achtereenvolgens besproken voor de hydromorfologische ingrepen, de ecologische kwaliteit en de chemische kwaliteit. 5.1 Hydromorfologische ingrepen De hydromorfologie van het waterlichaam de Barchemse Veengoot is sterk aangetast ten opzicht van de (half)natuurlijke situatie. Op basis van expert-judgement is geschat dat de invloed op de ecologie groot is. De volledige kanalisatie, normalisatie en een onnatuurlijk peilbeheer zijn de belangrijkste ingrepen, die de ecologische ontwikkeling hebben verstoord. Tabel 5-1 geeft een overzicht van de hydromorfologische ingrepen in het waterlichaam. Tabel 5-1 Huidige hydromorfologische ingrepen in het waterlichaam Barchemse Veengoot Hydromorfologische ingreep Beschrijving Locatie Bijdrage ingreep Hydrologie Peilbeheer Drainage Grondwaterwinning Wateraanvoer Onnatuurlijk peilverloop, pieken vlakken weg, peil is afgestemd op landbouw Veel drainage, sterk versnelde afvoer Geen grondwaterwinning voor drinkwater in gebied Geen inlaat, waterlichaam valt bovenstrooms droog in droge perioden Hele waterlichaam Groot Hele waterlichaam Groot Geen Geen Inrichting Normalisatie Kanalisatie Afname van variatie in waterdiepte en stroomsnelheid Grote en kleine meanders zijn verloren gegaan, minder variatie in bodemsamenstelling, waterdiepte en stroomsnelheid Hele waterlichaam Groot Hele waterlichaam Groot Continuïteit Barrières 2 stuwen, deze zijn niet passeerbaar voor vissen Hele waterlichaam Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot Matig 11 5.2 Ecologische kwaliteit De volgende paragrafen behandelen per kwaliteitsgroep de huidige ecologische kwaliteit van het waterlichaam. Actuele meetgegevens van macrofauna, vissen, waterplanten en diatomeeën ontbreken. De huidige situatie van deze kwaliteitsgroepen is geschat op basis van kennis over hydromorfologie en chemie. 5.2.1 Macrofauna De score op de maatlat wordt geschat tussen 0.2-0.4 Stromingsminnende soorten zullen ontbreken als gevolg van kanalisatie en normalisatie. Daarom zal de macrofauna vooral lijken op die van stagnante wateren en nauwelijks tot geen typische beeksoorten bevatten. 5.2.2 Vissen De score op de maatlat wordt geschat tussen 0.2-0.4 Waarschijnlijk is het visbestand evenmin kenmerkend voor een beek. Stroming is nagenoeg afwezig door kanalisatie en normalisatie. Bovendien zullen hoge gehaltes aan voedingsstoffen regelmatig tot algenbloei leiden, waardoor zuurstofgehaltes te ver dalen voor de echte beeksoorten. Daarnaast bestaat de watergang uit een aaneenschakeling van stilstaande compartimenten vanwege de stuwen. Deze compartimenten vallen bovendien gedeeltelijk droog in warme zomers. Vanwege deze beperkingen zal stromingsminnende vis geheel ontbreken en zal alleen een beperkt aantal stagnante soorten zich weten te handhaven. 5.2.3 Waterplanten De score op de maatlat wordt geschat tussen 0.2-0.4 Ook de vegetatie zal slechts een geringe kwaliteit hebben. Kanalisatie en normalisatie beperken de soorten van stromend water. Daarnaast spelen nog enkele specifieke beperkingen: het onnatuurlijke peilbeheer verhindert de vestiging van een groot aantal typische waterplanten. De hoge concentraties voedingsstoffen leiden ertoe dat algemene plantensoorten en algen zich snel uitbreiden en de meer bijzondere soorten verdringen. In het water zullen flab en kroos dan ook domineren en zal de diversiteit aan waterplanten zal erg laag zijn. 5.2.4 Diatomeeën Diatomeeën zullen veelal verdrongen worden door algen die meer profiteren van het hoge gehalte aan stikstof en fosfaat. Er zullen daarom weinig kenmerkende soorten voorkomen. De soorten die er zijn zullen bovendien nooit hoge aantallen bereiken. 5.3 Chemische kwaliteit In 2005 is een nulmeting prioritaire stoffen in een vijftal waterlichamen uitgevoerd. De concentraties prioritaire stoffen zijn getoetst aan de normen uit het voorstel Dochterrichtlijn Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 12 prioritaire stoffen (juli 2006). Daarnaast is de chemische kwaliteit voor de Overige Verontreinigende Stoffen voor 2006 getoetst aan de nationale normen conform de Regeling milieukwaliteitseisen (MKE) gevaarlijke stoffen (Staatscourant 2002.) De Biologie Ondersteunende Stoffen zijn getoetst aan de regionale richtwaarde voor Biologie Ondersteunende Stoffen (Rijn-Oost rapport werknormen chemie, maart 2007). In de volgende paragrafen wordt per stofgroep dieper ingegaan op geconstateerde knelpunten en de bronnen van deze normoverschrijdende stoffen. 5.3.1 Prioritaire stoffen De nulmeting voor prioritaire stoffen is in dit waterlichaam niet uitgevoerd. Toetsing aan de normen uit het voorstel Dochterrichtlijn prioritaire stoffen (juli 2006) is hier daarom niet uitgevoerd. 5.3.2 Overig relevante stoffen MKE In het waterlichaam Barchemse Veengoot zijn de concentraties van de koper uit de categorie ‘Overig relevante stoffen MKE’ normoverschrijdend (tot 2 maal de MKE). In Figuur 5-1 zijn de belangrijkste bronnen voor koper gegeven in Berkel West. Het waterbalansgebied, dat voor de bronnenanalyse in beschouwing zijn genomen, bestaat uit de KRW stroomgebieden Berkel West, Barchemse Veengoot en Vierakkerselaak. Berkel West Koper Uitspoeling landelijk gebied Afspoeling landelijk gebied Meemesten Uit en afspoeling natuurgebied Glastuinbouw Riolering stedelijk gebied Atmosferische depositie op open water Kwel op open water Afvalverwijdering IBA’s Verkeer Antifouling Afvalwater boten Vuurwerk RWZI Aanvoer bovenstrooms gebied Figuur 5-1 Schatting van het aandeel van afzonderlijke bronnen op de totale vracht van koper De belangrijkste bron voor koper in het balansgebied Berkel West is de aanvoer uit bovenstrooms gebied 90,6%. Deze aanvoer is afkomstig vanuit verschillende bovenstroomse gebieden, zie Figuur 5-2. Hierin is te zien dat 75% van de bovenstroomse aanvoer terug te leiden is naar Duitsland. Kleinere bronnen voor koper in Berkel West zijn: verkeer 3,5%, riolering 3,3%, uitspoeling landbouwgronden 1,1%, vuurwerk 0,7%, atmosferische depositie 0,4%, uit/afspoeling natuurgebieden 0,3% en IBA’s 0,1%. Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 13 Vrachtverdeling aanvoer koper Berkel West groenlose slinge winterwijkse beken duitsland berkel oost Figuur 5-2 vrachtverdeling van aanvoer bovenstroomse gebieden voor koper 5.3.3 Biologie ondersteunende stoffen In de Barchemse Veengoot zijn de concentraties van de stoffen uit de categorie ‘Biologie ondersteunende stoffen’ niet boven de Regionale Richtwaarde aangetroffen. Wel was het zuurstofgehalte onvoldoende. 5.4 Samenvatting huidige situatie en belangrijkste knelpunten In Tabel 5-2 wordt voor de Barchemse Veengoot een samenvatting gegeven van de hydromorfologische ingrepen, de huidige ecologische toestand en de huidige chemische toestand. De hydromorfologische ingrepen, alsmede chemische norm overschrijdingen kunnen knelpunten zijn voor de ecologische en/of chemische toestand. Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 14 Tabel 5-2 Huidige hydromorfologische ingrepen, ecologische en chemische toestand van het waterlichaam Barchemse Veengoot Huidige situatie Hydromorfologische ingrepen Hydrologie Onnatuurlijk peilbeheer Veel drainage Sterk versnelde afvoer Inrichting Totaal genormaliseerd Totaal gekanaliseerd Continuïteit 2 stuwen in stroomgebied Ecologische kwaliteit Macrofauna Veel soorten van stagnante wateren Weinig kenmerkende soorten Vissen Veel soorten van stagnante wateren Weinig verschillende soorten Waterplanten Hoge bedekking kroos en flab Weinig soorten, lage bedekking Diatomeeën Enkele kenmerkende mesosaprobe soorten Hoge algen biomassa Chemische kwaliteit Prioritaire stoffen Niet getoetst Overige Koper tot 2 * MKE verontreinigende stoffen Biologie Voldoen aan regionale richtwaarde, wel ondersteunende onderschrijding van zuurstof stoffen Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 15 6 Status Het waterlichaam Barchemse Veengoot is bij de eerste toewijzing in 2004 als “sterk veranderd” waterlichaam benoemd. Gelet op de toegekende functies (landbouwfunctie en stedelijk gebied) in het gebied zijn de meeste hydromorfologische ingrepen uit Tabel 5-2 slecht omkeerbaar/mitigeerbaar (midden ambitieniveau). Hierdoor is vooralsnog de verwachting dat de Goede Ecologische Potentieel (GEP), zoals voor sterk veranderde wateren met een midden ambitieniveau geldt, voor alle ecologische kwaliteitsgroepen bereikt kan worden. De Goede Ecologische Toestand (GET) voor natuurlijke wateren zal niet voor alle ecologische kwaliteitsgroepen bereikt worden. Dit is reden om het waterlichaam als status “sterk veranderd” aan te merken. Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 16 7 Groslijst maatregelen en het MEP De inrichtings-, beheers- en emissiemaatregelen voor R-typen, die de groslijst maatregelen vormen, staan vermeld in Tabel 7-1. Daarbij is in kolom “MEP” aangegeven of een maatregel tot het MEP (maximaal ecologisch potentieel) behoord (x) of niet ( ). Voor de inrichtingsmaatregelen is in kolom “MEP %” ook nog aangegeven voor welk percentage van de waterlichaam lengte, de maatregel uitgevoerd kan worden. In het hoofdrapport is globaal aangegeven (tabel 5) wanneer significante schade op toegekende functies plaats vindt. De toegekende functies voor het waterlichaam Barchemse Veengoot zijn landbouw en stedelijk gebied, maar ook natte natuur beschermingszone. Daarnaast ligt het waterlichaam in een strategisch actiegebied. Dit betekent dat dit een gebied is waarin zowel landbouw als natuur zich kan ontwikkelen. Dit heeft tot gevolg dat de beheersmaatregelen natuurlijker peil, het GGOR maatregelen pakket, beekherstel/meanderen (binnen RC-pakket en binnen EVZ-profiel) en stuwen verwijderen een schadelijk effect kunnen hebben op de landbouwfunctie. Hierom zijn deze maatregelen niet meegenomen in het Maximaal matig Ecologisch Potentiaal, MEP, zie kolom MEP. Het GGOR maatregelpakket t.b.v. het tegengaan van verdroging is wel opgenomen in het MEP. Een aantal maatregelen, die in de groslijst vermeld staan, zijn niet van toepassing voor het waterlichaam de Barchemse Veengoot. In de kolom “KRW rapportage” is dan “nvt” gezet. Hieronder wordt kort toegelicht waarom deze maatregelen voor dit waterlichaam niet van toepassing zijn. In het stroomgebied van de Barchemse Veengoot zijn geen Natura2000 gebieden, HEN/SED wateren, zwemwateren of RWZI aanwezig daarom is deze maatregelen niet van toepassing. In het waterlichaam zelf is geen inzicht in de knelpunten als gevolg van slibaanwas, daarom is in plaats van een concrete baggermaatregel, het opnemen van het profiel in landelijk gebied toegevoegd aan de groslijst. In Tabel 7-1 is ook aangegeven of maatregelen wel of niet gerapporteerd worden naar Brussel. Maatregelen die effect hebben op het waterlichaam zelf, en gerealiseerd worden na 2010, en geen significante schade veroorzaken aan een van de toegekende gebiedsfuncties worden gerapporteerd. Voor deze maatregelen is in de kolom “KRW rapportage” een “x” gezet. Daarnaast worden maatregelen t.b.v. beschermde wateren, zoals zwemwateren en Natura2000-gebieden), indien aanwezig altijd gerapporteerd naar Brussel. Ook worden WB21 maatregelen altijd gerapporteerd. Tabel 7-1 laat zien dat de emissiemaatregelen vermeld in de groslijst niet worden meegenomen in het MEP (grijs gearceerd). Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 17 Tabel 7-1 Groslijst van maatregelen en hun mogelijke significante schade aan de toegekende functies natuur, landbouw, stedelijk gebied en/of scheepvaart in het afwateringsgebied van het waterlichaam Barchemse Veengoot. De maatregelen zonder significante schade aan een van de functies behoren tot het MEP en zijn aangekruist in de kolom. In grijs zijn de emissiemaatregelen weergegeven. Groslijst zinvolle maatregelen Inrichtingsmaatregelen Inrichting Beekherstel/meanderen (binnen EVZ-profiel) herprofilering (binnen EVZ) inundatiezones (binnen EVZ) Herstel natuurlijke houtopstanden (zuidzijde) versterken natuurlijk stromingspatroon (binen EVZ) Beekherstel/meanderen (RC-pakket) herprofilering inundatiezones houtopstanden versterken natuurlijk stromingspatroon stuwen verwijderen Baggeren waterbodem Opname profiel in landelijk gebied Opname profiel in stedelijk water Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaarheid van stuwen EVZ Kamsalamander Herinrichting HEN/SED wateren Natura 2000 Stuwen verwijderen Beheersmaatregelen Ecologisch beheer Ecologisch onderhoud oevers Ecologisch maaibeheer keringen, oevers : Implementeren onderhoudsplan Natuurvriendelijk schonen Ecologisch maaibeheer wateren : Implementeren onderhoudsplan Visstandbeheer Voorlichting visstandbeheer Waterbeheer WB21 maatregelpakket Natuurlijker peil natuurlijker peil GGOR maatregelpakket t.b.v. droogval tegen gaan minimale inspanning tegen verdroging GGOR maatregelpakket maatregelen GGOR Overig Zwemwateren Emissie maatregelen Mestbeleid Landelijk mestbeleid generieke maatregelen landbouw Bronnen Overige bronnen saneren studie naar bijdrage overige bronnen Diffuse bronnen saneren bouw en consumenten generieke maatregelen particulieren Verhogen naleefgedrag LOTV erfsitu : Handhaving Verhogen naleefgedrag LOTV perceelssitu : Handhaving Diffuse bronnen saneren verkeer generieke maatregelen verkeer Rioleringsplannen (overstorten, afkoppelen) Aanscherpen aansluitvergunningen : Bepalen vergunningeisen tav kwaliteit (uitloging/bestrijdingsmiddelen). basisinspanning Lochem: voldoen aan basisinspanning Lochem: afkoppelen kern ten zuiden van Twentekanaal (15 Ha) afkoppelen kern Barchem (0,56 Ha) aanvullend Studie uitvoeren tot maatregelpakket waterkwaliteitspoor (gem lochem) Inzet waterkwaliteitsspoor : Uitvoeren waterkwaliteitsspoor Beperken bestrijdingsmiddelen Studie uitvoeren tot beperken bestrijdingsmiddelen (Barchemse Veengoot) RWZI aanpassen rapportage KRW x x x Significante schade aan MEP %MEP landbouw landbouw landbouw landbouw landbouw landbouw landbouw landbouw landbouw landbouw landbouw nee nee nee nee nee x x x x x 100 100 nvt nvt landbouw x x x x x x nee nee nee nee nee nee x x x x x x x nee landbouw landbouw nee nee landbouw landbouw x x x nvt x x 100 100 100 100 nee x x x x x x x x x x x x nvt Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 18 8 Het GEP Met behulp van de ‘beslisboom ecologie voor R-typen’ is bepaald welke maatregelen binnen het MEP een voldoende groot ecologisch effect bewerkstelligen voor de Barchemse Veengoot. In Tabel 8-1 is weergegeven welke maatregelen tot het GEP behoren. Hiervoor is de beslisboom gebruikt zoals weergegeven in Figuur 8-1. In het hoofddocument wordt de beslisboom nader toegelicht. Start ja is er sprake van droogval? (niet natuurlijk) Tegen te gaan? nee nee overige maatregelen niet zinvol ja GGOR-maatregelpakket droogval tegengaan is er ‘s zomers langdurige afvoerloze periode? > 6 weken afvoerloosheid nee ja Tegen te gaan? Zijn er bovenstroomse populaties of is er verbindingsfunctie (EVZ)? nee R-A •Baggeren waterbodem •Ecologisch onderhoud oevers •Natuurvriendelijk schonen •Visstandbeheer R-B •Beekherstel/meanderen (binnen EVZ profiel) •Baggeren waterbodem •Ecologisch onderhoud oevers •Natuurvriendelijk schonen •Visstandbeheer •Stuwen passeerbaar maken R-C ja •Beekherstel/meanderen (RC-pakket) •Baggeren waterbodem •Ecologisch onderhoud oevers •Natuurvriendelijk schonen •Visstandbeheer •Stuwen passeerbaar maken nee waterbeheersmaatregelen Er is voldoende stroming.mogelijk (aaneengesloten periode van min. 6 weken met stroomsnelheid >= 0.1 m/s) ja nee ja Figuur 8-1 Beslisboom voor het waterlichaam Barchemse Veengoot Het waterlichaam Barchemse Veengoot valt ’s zomers droog dus de maatregel ‘GGOR tegengaan droogval’ is noodzakelijk om de ecologische toestand van het waterlichaam te verbeteren. Deze maatregel behoort daarom tot het GEP. In de zomer is een langdurig afvoerloze periode (> 6 weken afvoerloosheid). Voor het waterlichaam Barchemse Veengoot is deze afvoerloze periode echter niet tegen te gaan, omdat dit tot significante schade leidt (hoofdstuk 7). In het waterlichaam Barchemse Veengoot ligt niet in een ecologische verbindingszone en functioneert ook niet als verbinding voor bovenstroomse populaties. Daarom zijn in het waterlichaam Barchemse Veengoot alleen de beheersmaatregelen baggeren, ecologisch onderhoud oevers, natuurvriendelijk schonen en visstandbeheer effectief. Dit zijn de maatregelen die behoren tot het GEP. Daarnaast zijn een aantal emissie maatregelen toegevoegd aan het GEP. Met deze maatregelen wordt getracht de normen overschrijdingen voor de stoffen koper en zuurst te Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 19 reduceren. Dit zijn alle generieke maatregelen en studies, die voor meer inzicht zullen zorgen in periodieke of lokale knelpunten. Tabel 8-1 aangegeven. GEP en beleidsdoel 2015. Als een maatregel aansluit bij een bestaand plan is dit Groslijst zinvolle maatregelen Inrichtingsmaatregelen Inrichting Baggeren waterbodem Opname profiel in landelijk gebied Opname profiel in stedelijk water Beheersmaatregelen Ecologisch beheer Ecologisch onderhoud oevers Ecologisch maaibeheer keringen, oevers : Implementeren onderhoudsplan Natuurvriendelijk schonen Ecologisch maaibeheer wateren : Implementeren onderhoudsplan Visstandbeheer Voorlichting visstandbeheer Waterbeheer WB21 maatregelpakket GGOR maatregelpakket t.b.v. droogval tegen gaan minimale inspanning tegen verdroging Emissie maatregelen Mestbeleid Landelijk mestbeleid generieke maatregelen landbouw Bronnen Overige bronnen saneren studie naar bijdrage overige bronnen Diffuse bronnen saneren bouw en consumenten generieke maatregelen particulieren Diffuse bronnen saneren verkeer generieke maatregelen verkeer Rioleringsplannen (overstorten, afkoppelen) aanvullend Inzet waterkwaliteitsspoor : Uitvoeren waterkwaliteitsspoor Beperken bestrijdingsmiddelen Studie uitvoeren tot beperken bestrijdingsmiddelen (Barchemse Veengoot) rapportage KRW GEP x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x x 100 x x x x 100 100 100 100 Landelijk mestbeleid x x x x x x x x x x x x x x 100 100 x x x x x x %GEP Beleids doel 2015 Aansluiten bij bestaand plan 100 100 Baggerbeleidsplan Baggerbeleidsplan WBP WRIJ Onderhoudsplan Onderhoudsplan WRIJ Onderhoudsplan Onderhoudsplan WRIJ Onderhoudsplan Nationaal bestuursakkoord water 100 WBP - WRIJ Landelijk beleid diffuse bronnen Landelijk beleid diffuse bronnen 100 100 100 100 waterkwaliteitspoor 100 100 Naast de maatregelen om het GEP te bereiken worden in het stroomgebied van de Barchemse Veengoot ook maatregelen uitgevoerd die niet voor de KRW worden gerapporteerd. Deze maatregelen dragen bij aan het lokaal ecologisch effect en zijn in Tabel 8-2 opgenomen. Tabel 8-2 Maatregelen in het stroomgebied die niet worden gerapporteerd voor de KRW, maar die wel bijdragen aan de verbetering van de lokale ecologische kwaliteit. Groslijst zinvolle maatregelen Taakhouder gemeente Inrichtingsmaatregelen Inrichting EVZ Kamsalamander waterschap Beheersmaatregelen Ecologisch beheer Waterbeheer Emissie maatregelen Mestbeleid Bronnen Diffuse bronnen saneren bouw en consumenten Verhogen naleefgedrag LOTV erfsitu : Handhaving waterschap Verhogen naleefgedrag LOTV perceelssitu : Handhaving waterschap Aanscherpen aansluitvergunningen : Bepalen vergunningeisen tav kwaliteit (uitloging/bestrijdingsmiddelen). waterschap basisinspanning Lochem: voldoen aan basisinspanning gemeente lochem Lochem: afkoppelen kern ten zuiden van Twentekanaal (15 Ha) gemeente lochem afkoppelen kern Barchem (0,56 Ha) gemeente lochem aanvullend Studie uitvoeren tot maatregelpakket waterkwaliteitspoor (gem lochem) waterschap lochem Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 20 9 Haalbare en betaalbare maatregelen Op basis van (landelijke) kentallen en begrotingen in gemeentelijke rioleringsplannen, baggerplannen etc. zijn voor de Barchemse Veengoot de kosten geschat, die maximaal nodig zijn om het ecologisch einddoel (GEP) te bereiken. De uitgangspunten hiervoor zijn in het overkoepelende hoofdrapport (hoofdstuk 9) gegeven. De kosten voor het GEP zijn de maximale kosten om het GEP te bereiken. De kosten voor het GEP worden in de gebiedsgerichte uitwerking (uitvoering tot 2015) nader bepaald. Om het maatregelpakket haalbaar en betaalbaar te houden is een fasering in de tijd aangebracht om te komen tot het beleidsdoel 2015. Hierbij zijn de uitgangspunten van de Decembernota 2006 en de Statennotitie van de provincie Gelderland als leidraad gehanteerd. Dit betekent dat tot 2015 de maatregelen die reeds in het huidige beleid zijn opgenomen uitgevoerd worden. Na 2015 worden de overige maatregelen in de periode tot 2027 uitgevoerd. Bij het opstellen van de kosten is een onderscheid gemaakt van maatregelen tbv het realiseren van het KRW doel, en overige maatregelen. De overige maatregelen hebben geen meetbaar effect op het waterlichaam (indeling zie hoofdrapport hoofdstuk 9). De totale kosten voor het waterlichaam is de som van KRW en niet-KRW maatregelen. De totale kosten voor het waterlichaam Barchemse Veengoot om het ecologisch einddoel (GEP) te bereiken bedraagt €2.000,- aan investeringskosten en €0,- aan grondkosten (exclusief p.m. posten). De kosten van het beleidsdoel 2015 bedragen €2.000,- aan investeringskosten en 0,- aan grondkosten (exclusief p.m. posten). De kosten van maatregelen voor 2010 zijn niet meegenomen in de totale kosten. In de onderstaande tabel zijn de KRW-kosten de som van KRW-maatregelen en maatregelen t.b.v. WB21 en GGOR. In het hoofdrapport zijn de maatregelen en daarmee gemoeide kosten opgesplitst naar KRW maatregelen, WB21/GGOR en overige maatregelen conform de regionota. In Tabel 9-2 zijn de kosten per maatregel zichtbaar. Het doorvoeren van de beheersmaatregelen natuurvriendelijk schonen, ecologisch onderhoud oevers en visstandbeheer levert, ten opzichte van de huidige onderhoudskosten, geen extra kosten op. In de tabel is te zien dat niet alle maatregelen op kosten zijn gezet. Een aantal is als p.m. post opgenomen. Van deze maatregelen zijn momenteel onvoldoende gegevens beschikbaar om een goede kostenraming op te stellen. De totale kosten per taakhouder (gemeente, waterschap en provincie) zijn in Tabel 9-2 weergegeven. De totale kosten voor niet-KRW maatregelen zijn in Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 21 Tabel 9-3 weergegeven. Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 22 Groslijst zinvolle maatregelen Taakhouder Inrichtingsmaatregelen Inrichting Baggeren waterbodem waterschap Opname profiel in landelijk gebied waterschap Opname profiel in stedelijk water waterschap Beheersmaatregelen Ecologisch beheer Ecologisch onderhoud oevers waterschap Ecologisch maaibeheer keringen, oevers : Implementeren onderhoudsplanwaterschap Natuurvriendelijk schonen waterschap Ecologisch maaibeheer wateren : Implementeren onderhoudsplan waterschap Visstandbeheer waterschap Voorlichting visstandbeheer waterschap Waterbeheer WB21 maatregelpakket waterschap GGOR maatregelpakket t.b.v. droogval tegen gaan waterschap minimale inspanning tegen verdroging waterschap Emissie maatregelen Mestbeleid Landelijk mestbeleid generieke maatregelen landbouw landelijk Bronnen Overige bronnen saneren waterschap studie naar bijdrage overige bronnen waterschap Diffuse bronnen saneren bouw en consumenten generieke maatregelen particulieren landelijk Diffuse bronnen saneren verkeer generieke maatregelen verkeer landelijk Rioleringsplannen (overstorten, afkoppelen) aanvullend Inzet waterkwaliteitsspoor : Uitvoeren waterkwaliteitsspoor waterschap Beperken bestrijdingsmiddelen waterschap Studie uitvoeren tot beperken bestrijdingsmiddelen (Barchemse Veengoot)waterschap gemeente 100 kosten neutraal x x x x x x 2000 0 0 0 0 0 0 100 niet bekend 100 100 Totale kosten GEP Totale kosten Kosten beleidsdoel Investeringskosten GEP Grondkosten KRW (2010-2015) Investeringskosten x x x 100 niet op kosten gezet 100 niet op kosten gezet x x x x x x x 0 0 0 2.000 0 0 0 100 niet op kosten gezet 100 niet op kosten gezet 100 niet op kosten gezet x x 0 Tabel 9-2 100 gemeente landelijk waterschap¹ waterschap/gemeente¹ provincie² overig³ x x x Grondkosten (na 2015) 1) 2) 3) 100 kosten neutraal Grondkosten (2010-2015) Taakhouder 100 kosten neutraal 100 PM Beleids Investeringskosten (2010-Investeringskosten (na doel 2015 2015) 2015) x x x GEP Tabel 9-1 Kosten van het GEP en het beleidsdoel 2015 per taakhouder Investeringskosten incl. grondkosten Kosten beleidsdoel KRW (2010-2015) Grondkosten 0 0 2.000 0 0 0 Kosten niet KRW Investeringskosten 0 0 0 0 0 0 Kosten niet KRW Investeringskosten Grondkosten 8.350.000 0 17.143 0 0 0 Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot Kosten niet KRW – uitvoering voor 2015 Investeringskosten 0 0 0 0 0 0 8.350.000 0 17.143 0 0 0 Kosten kunnen lager uitvallen afhankelijk van subsidies van de provincie Kosten zijn afhankelijk van de subsidieverlening Particulieren Kosten per GEP maatregel voor de Barchemse Veengoot 23 Groslijst zinvolle maatregelen Taakhouder Inrichtingsmaatregelen Inrichting EVZ Kamsalamander waterschap Beheersmaatregelen Ecologisch beheer Waterbeheer Emissie maatregelen Mestbeleid Bronnen Diffuse bronnen saneren bouw en consumenten Verhogen naleefgedrag LOTV erfsitu : Handhaving waterschap Verhogen naleefgedrag LOTV perceelssitu : Handhaving waterschap Aanscherpen aansluitvergunningen : Bepalen vergunningeisen tav kwaliteit (uitloging/bestrijdingsmiddelen). waterschap basisinspanning Lochem: voldoen aan basisinspanning gemeente Lochem: afkoppelen kern ten zuiden van Twentekanaal (15 Ha) gemeente afkoppelen kern Barchem (0,56 Ha) gemeente aanvullend Studie uitvoeren tot maatregelpakket waterkwaliteitspoor (gem lochem) waterschap 8350000 niet bekend niet op kosten gezet 17143 lochem niet op kosten gezet niet op kosten gezet Investeringskosten (voor 2010) lochem lochem lochem gemeente Investeringskosten (2010-2015) niet op kosten gezet Investeringskosten (na 2015) Grondkosten (voor 2010) Grondkosten (2010-2015) Grondkosten (na 2015) Tabel 9-3 Kosten per maatregel (niet KRW rapportage) voor de Barchemse Veengoot Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 24 10 Doelen en visualisatie Het waterlichaam de Barchemse Veengoot is een R5 type met ambitieniveau laag. De volgende doelen worden daarom nagestreefd. Bij het ambitieniveau laag is er weinig hydrologische dynamiek en weinig variatie in dwarsprofiel, vanwege de toegekende functies die het waterlichaam dient te vervullen voor bijvoorbeeld landbouw, scheepvaart en stedelijk gebied, waardoor de diversiteit en abundantie in habitats en daarmee in soortensamenstelling en aantal soorten beperkt is. Figuur 10-1: Voorbeeld van een R-type in gebieden met agrarische functie/stedelijk gebied ambitieniveau laag. Het water is helder en er zijn lokaal onderwaterplanten en drijfbladplanten aanwezig. De soorten die voorkomen zijn algemeen en weinig specifiek voor beekmilieus. In Error! Reference source not found. is de verwachte ondergrens van het GEP weergegeven voor de verschillende biologische groepen op de KRW-maatlat voor het waterlichaam Barchemse Veengoot (R-type met ambitieniveau laag). In het hoofdrapport wordt een nadere toelichting gegeven op deze verwachte ondergrens (paragraaf 10.6) Figuur 10-2 Minimumniveau GEP op de KRW maatlat voor de Barchemse Veengoot (R-type met ambitieniveau laag). Minimumniveau GEP ambitieniveau laag, R-typen Macrofyten Macrofauna Vissen 1.0 1.0 1.0 0.8 0.8 0.8 0.6 0.6 0.6 0.4 0.2 Ondergrens GEP 0.4 0.4 0.2 Ondergrens GEP 0,35 0.4 Ondergrens GEP 0,3 0.2 Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 25 Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 26 Bijlage 1.Praags Stappenplan Praags stappenplan voor het formuleren van maatregelen en ecologische doelen en kosten per waterlichaam 1. Benoem het watersysteem (geef waterlichamen en typen aan). 2. Beschrijf het gewenste landgebruik vanuit de toegekende functies. 3. Beschrijf de actuele situatie (landgebruik; knelpunten op basis van de verzamelde informatie); geef kort aan wat er reeds is uitgevoerd in het gebied en gebruik foto’s. 4. Geef een beschrijving van de huidige situatie met de volgende onderwerpen: a. Biologie (relevante groepen bij het betreffende watertype) b. Chemie (in relatie tot werkdoelen KRW) c. Hydromorfologie. Gebruik KRW-beoordelingssystemen voor het meest vergelijkbare natuurlijke watertype voor de ecologie en werkdoelen KRW voor de chemie. Gebruik beschrijvingen en expert judgement, zolang er geen goed toepasbare nationale systemen zijn of indien kwantitatieve data ontbreken. 5. Beargumenteer de status (fysieke ingrepen die niet zijn te herstellen). 6. Maak een groslijst van zinnige maatregelen, specifiek voor dít watersysteem. Geef aan welke inrichtings- en beheersmaatregelen significante schade toebrengen aan bestaande functies en/of aan het milieu in het algemeen. Sluit deze uit. Het resultaat is het MEP. 7. Bepaal effectiviteit en kosten van de (overgebleven) maatregelen. Sluit maatregelen uit die samen een gering ecologische effect hebben. Het resultaat is het GEP. Dit is de inzet voor afstemming op stroomgebiedniveau. 8. Bepaal een haalbaar en betaalbaar pakket aan maatregelen. Wat overblijft zijn de maatregelen die voor 2012 uitgevoerd moeten worden. Dit vormt de beleidsdoelstelling 2015. Het verschil met het GEP moet middels ontheffingen worden beargumenteerd. 9. Werk MEP, GEP en ontheffing uit. Vul de operationele monitoring in aan de hand van de geconstateerde knelpunten. Visualiseer het GEP en de beleidsdoelstelling (indien deze daarvan afwijkt) met foto’s of andere illustraties. Versie januari 2008 – Definitief - gebiedsrapportage Barchemse Veengoot 27