Latijn in 6de jaar

Klassieke Talen
de
in de 3 graad
LWi
LWe
LMt
Gla
Latijn-Wiskunde
Latijn-Wetenschappen
Latijn-Moderne Talen
Grieks-Latijn
LWi LWe LMt
GLa
Latijn
4
4
4
4
Grieks
-
-
-
4
Voor wie?





Je moet geslaagd zijn voor Grieks/Latijn in de 2de
graad.
Je bent bereid regelmatig te studeren en hebt een
goede studiemethode.
Je hebt een synthetisch én analytisch
denkvermogen.
Je hebt naast een literaire belangstelling ook een
brede culturele en maatschappelijke interesse.
Je hebt een kritische ingesteldheid: je stelt kritische
vragen bij de inhoud en vorm van de aangeboden
teksten. Je wil de inhoud confronteren met de
opvattingen van onze tijd/je eigen opvattingen.
Waarom nog
Latijn/Grieks ?



4 jaar hard gewerkt aan basiskennis
nog maar weinig originele teksten gelezen:
Caesar, Plinius, Ovidius, Herodotus
In 3de graad nog een hele waaier van
teksten die andere aspecten van
Rome/Griekenland belichten
Wat en hoe : algemeen




Bestuderen, vertalen en bespreken van
Latijnse/Griekse teksten (taal- en
lectuurreflectie)
Vocabularium en spraakkunst wordt hernomen
in functie van die teksten.
Antieke cultuur: onderwerpen die met de
schrijvers of de teksten te maken hebben
(cultuurreflectie)
Kleine onderzoekjes, in kader van
onderzoeksvaardigheden, alleen of in groep
Latijn:
6 aspecten te bestuderen :






epische
lyrische
retorische
historische
juridische
filosofische aspect
Latijn in 5de jaar


Epische aspect: Vergilius (verplichte
auteur): het verhaal van Aeneas, de
mythische vader van de Romeinen
Lyrische aspect: Catullus (worstelend
met zijn grote liefde) en Horatius
(liefde, de zin van het leven, het leven
van de dichter t.t.v.keizer Augustus,
e.a.
Latijn in 6de jaar


Retorische aspect: Cicero: de grote
Romeinse redenaar die opkomt voor
Romeinse republiek wanneer die door
Catilina bedreigd wordt
Juridische aspect: aan bod komen
Gaius, de codex Justinianus e.a.
Latijn in 6de jaar


Historische aspect: Tacitus (verplichte
auteur): een soms zeer kritisch relaas over
de gebeurtenissen in Rome in de eerste
eeuw na Christus (vb Nero)
Filosofische aspect: filosoferen aan de hand
van teksten van vooral Lucretius, Seneca en
Cicero
Grieks :
5 aspecten te bestuderen:





epische
lyrische
retorische
filosofische
tragische
Grieks in 5de jaar


epische aspect : Homerus (Ilias en
Odyssee): de grondlegger van het epos
lyrische aspect: allerlei onderwerpen in
evenveel soorten verzen komen aan bod.
Vb: Sappho van Lesbos: vrouw én
dichteres.
Grieks in 6de jaar



Retorische aspect: Demosthenes, de
redenaar die de Atheners blijft wijzen op het
gevaar dat hun stad bedreigt
Filosofische aspect: vooral Socrates en Plato
zullen aan bod komen (een overzicht van de
filosofie krijgen de leerlingen in de les
Latijn.)
Tragische aspect: inleiding op de klassieke
tragedie en enkele uitreksels uit de meeste
klassieke tragedie: Oedipus
Enkel vertalen ?




Je leert ook nauwkeurig te zijn
Je krijgt meer inzicht in hoe taal werkt
Je leert je eigen opvattingen te relativeren
Je leert kritisch een oordeel uit te spreken
over inhoud en vorm van teksten
Wat na 6Latijn-…/6GrieksLatijn ?



de leerlingen kunnen starten in alle vormen
van het hoger onderwijs
de slagingskansen van leerlingen die
Latijn/Grieks gestudeerd hebben zijn groot
Vele oud-leerlingen zijn tevreden over wat
ze op het STK hebben meegekregen, ook
over de studiemethode die zij er zich eigen
maakten.