Protocol: Grenzen aan gedrag (Waaronder schorsingsprotocol) Inleiding: In toenemende mate krijgen wij (en ook andere scholen) te maken met grensoverschrijdend gedrag van kinderen tegen leerkrachten en andere volwassenen. In dit protocol staat beschreven welke stappen we nemen bij het omgaan met grensoverschrijdend gedrag. De communicatie tussen ouders en school over deze gedragingen willen wij als school optimaal laten verlopen. Vandaar dat ook dat aspect is meegenomen in dit protocol. Basis regels van de school De 5 basisregels van de School met de Bijbel horen bij de hoofdregel: God liefhebben boven alles en de naaste als jezelf. De 5 basisregels zijn: 1. We helpen elkaar. 2. We luisteren naar elkaar. 3. We respecteren elkaar in woord en daad. 4. We houden het in en om de school netjes. 5. We gaan zorgvuldig om met de spullen van een ander en die van onszelf Grensoverschrijdend gedrag: Grensoverschrijdend gedrag is gedrag waarbij de genoemde basisregels bij herhaling worden overtreden en/of waarbij het de leerkracht onmogelijk wordt gemaakt om zijn of haar belangrijkste taak (het geven van goed onderwijs) naar behoren uit te voeren. Dit protocol gaat in als: Kinderen een bedreiging vormen voor zichzelf, andere kinderen of voor de leerkracht. Bij aanhoudend pestgedrag wat niet stopt nadat het pestprotocol doorlopen is. Als de problematiek de mogelijkheden van de leerkracht of de school overstijgt. Bedreiging houdt hier ook in: een situatie waarin een kind zich fysiek dan wel psychisch onveilig voelt of dat ontwikkelingsmogelijkheden worden geblokkeerd, of het handelen van de leerkracht zodanig wordt belemmerd dat deze het belang van de groep niet kan waarborgen. Concreet: Gedrag wat onaanvaardbaar is! Bijvoorbeeld: Kinderen schreeuwen voortdurend overal doorheen; Kinderen hebben zodanig ernstige driftbuien dat ze regelmatig door het dolle heen andere kinderen ( in elkaar) slaan; Kinderen passen andere vormen van fysiek geweld toe; Kinderen hebben ernstige psychische stoornissen, dat ze andere kinderen voortdurend afleiden of lastig vallen met hun gedragingen Kinderen tarten je door je lachend aan te kijken en ondertussen doorgaan met het ongewenste gedrag; Kinderen luisteren systematisch niet naar de leerkrachten of medewerkers op school of lopen van school weg; Kinderen hebben een schrikbewind opgezet, die angst zaait onder de andere kinderen; Kinderen stelen of bekladden spullen van school en maken dingen van een ander kapot; Kinderen houden zich willens en wetens niet aan de klassenregels en belemmeren je onderwijskundige mogelijkheden; Kinderen schelden, treiteren, maken gebaren of andere uitingen van minachting; Kinderen bedreigen andere kinderen herhaaldelijk of wachten ze daadwerkelijk op; Hoe te handelen? Stappenplan: Stap 1: Bestraffend gesprek tussen leerkracht en kind Ouders worden door de leerkracht telefonisch van het incident op de hoogte gesteld. Locatiedirecteur en de interne begeleider worden door de leerkracht geïnformeerd. Korte notitie door de leerkracht in ParnasSys (Oudercontacten, titel: “Gedrag”) Stap 2: Gesprek met ouders, leerkracht, interne begeleider en eventueel het kind. Verslaglegging door de leerkracht in ParnasSys (toevoegen aan eerdere notitie “Gedrag” in oudercontacten). Er wordt samen met de interne begeleider een handelingsplan opgesteld en door de ouders ondertekend. Stap 3: Plaatsing van één dag buiten de klas. Gesprek met ouders, leerkracht, interne begeleider, locatiedirecteur en eventueel het kind. Verslaglegging door de leerkracht in ParnasSys (toevoegen aan eerdere notities “Gedrag” in oudercontacten, plus een handtekening van de ouders). Het handelingsplan wordt bijgesteld. Stap 4: Plaatsing van …….. dagen (nader te bepalen) buiten de klas. Gesprek met ouders, leerkracht, interne begeleider, locatiedirecteur en eventueel het kind. De algemeen directeur wordt door de locatie directeur op de hoogte gebracht. Verslaglegging in ParnasSys (toevoegen aan eerdere notities “Gedrag” in oudercontacten, plus een handtekening van de ouders op een uitdraai van deze notities). We denken na of de leerling na deze periode weer volledig terug mag in de klas of dat we dat stapsgewijs doen. Stap 5: Schorsing voor ……… dagen. Gesprek met ouders, leerkracht, interne begeleider, locatiedirecteur/ algemeen directeur voor het zoeken van een structurele oplossing. Verslaglegging in ParnasSys (toevoegen bij eerdere notities “Gedrag” in oudercontacten, plus een handtekening van de ouders). De algemeen directeur en de locatiedirecteur brengen de ouders van deze beslissing schriftelijk of per mail op de hoogte. De algemeen directeur zal hier de inspectie via het formulier op het schoolportaal van op de hoogte stellen. De algemeen directeur meldt de schorsing bij de voorzitter van het toezichthoudend bestuur. Reageren op grensoverschrijdend gedrag: Een conflict met een leerling kan je als leerkracht soms behoorlijk raken. Zeker als de leerling de grenzen van de leerkracht overschrijdt. Hieronder volgen een aantal tips uit het boek “groepsplan gedrag” van Kees Overveld om beter met grensoverschrijdend gedrag om te gaan: Wees bewust van je grenzen en merk op tijd op dat deze overschreden wordt. Geef een duidelijke reactie in woord en gebaar. Let op je lichaamstaal. Straal uit dat je zeker bent van jezelf. Ga niet in discussie. Benoem het concrete gedrag dat je wilt stoppen en vertel wat de effecten van dat gedrag zijn voor jezelf en voor de ander. Agressie wordt niet genegeerd, er wordt direct op gereageerd. Door niet te reageren wordt de boodschap afgegeven dat het gedrag blijkbaar getolereerd wordt. Reageer emotioneel-neutraal, zonder stemverheffing en machtsvertoon. Ook al kook je van binnen of heb je sterk het gevoel dat je moet huilen, wees sterk en laat je niet van je stuk brengen. Bewaar je woede en tranen voor later als je collega’s je ondersteuning kunnen geven. Gebruik een lage stem (vooral vrouwen hebben de neiging om in een conflictsituatie met de stem de hoogte in te gaan). Vermijd symmetrische reacties (oog om oog, tand om tand). Niet doen: sarcasme, cynisme, kleineren, leerling bespotten, steken onder water geven, andere leerlingen in je ongenoegen betrekken (wat een irritant mannetje, vinden jullie ook niet?) Baken het conflict af, reageer niet op nieuwe provocaties. Hoe verhoudt dit protocol zich tot het pestprotocol? Dit protocol kan los van het kinder(pestprotocol) functioneren maar ook als onderdeel van daarvan. In dat geval valt stap 5 van het (kinder)pestprotocol samen met stap 2 van het protocol “Grenzen aan gedrag”. Aanvullende opmerking schorsing. Als een leerling de goede gang van het onderwijs verstoort en/of een gevaar voor zichzelf, de andere leerlingen of de leerkrachten is, kan de directie besluiten een leerling tijdelijk buiten de groep op te vangen. Ook behoort het voor het bestuur tot de mogelijkheden een leerling te schorsen (conform WPO, artikel 40c). Een schorsing kan hooguit voor een periode van vijf dagen gelden. De directie of het bestuur zal de ouders met redenen omkleed op de hoogte stellen en samen met ouders op zoek gaan naar een structurele oplossing.