AANPASSINGEN EXAMENS 2014 TIJDVAK 1 VMBO-GL en TL BIOLOGIE LET OP! Voor de vragen 25 en 34 is het correctiemodel aangepast. Lees verder bij de betreffende vragen. Algemene opmerking: alle afbeeldingen + bijbehorende verwijzingen vervallen. EXAMENOPGAVEN titelblad Tekst aangepast (Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.) Bij dit examen hoort een bijlage. bladzijde 2 Vraag 1: afbeelding vervalt en tekst aangepast Bij een eerstegraads verbranding worden de twee lagen waaruit de opperhuid bestaat aangetast. Bij een tweedegraads verbranding wordt ook de laag waarin zich de zintuigen bevinden aangetast. Bij het zwaarste type verbranding, de derdegraads verbranding, wordt ook de laag waarin het bindweefsel zich bevindt aangetast. Hoe heten de twee lagen van de opperhuid die worden aangetast bij een eerstegraads verbranding? bladzijde 3: geen aanpassingen bladzijde 4 afbeelding: vervalt Vraag 5: originele tekst vervalt. Vervanging: Uit welk deel van de bloem groeit het vruchtje? (kies uit: A B C) A helmklokje B kelkblad C vruchtbeginsel Vraag 6: De bloemen van oeverkruid hebben geen opvallende kroonbladeren en worden bestoven door de wind. --> Welk ander kenmerk hebben bloemen die door de wind worden bestoven? Vraag 8: verwijzing naar uitwerkbijlage vervalt. Aanpassing: Oeverkruid plant zich voort door uitlopers en door zaden. Geef in de twee zinnen hieronder aan of deze manieren van voortplanting geslachtelijk of ongeslachtelijk zijn. 1 Voortplanting door uitlopers is geslachtelijk / ongeslachtelijk / beide. 1/8 2 Voortplanting door zaden is geslachtelijk / ongeslachtelijk / beide. bladzijde 5: geen aanpassingen bladzijde 6 Afbeelding: vervalt Vraag 14: originele tekst vervalt. Vervanging: Wat is de functie van de kransslagader? (kies uit: A B C D) A aanvoeren van koolstofdioxide en voedingsstoffen, afvoeren van zuurstof en afvalstoffen B aanvoeren van zuurstof en afvalstoffen, afvoeren van koolstofdioxide en voedingsstoffen C aanvoeren van koolstofdioxide en afvalstoffen, afvoeren van zuurstof en voedingsstoffen D aanvoeren van zuurstof en voedingsstoffen, afvoeren van koolstofdioxide en afvalstoffen bladzijde 7: geen aanpassingen bladzijde 8 / 9 Afbeelding: vervalt Vraag 20: tekst vervalt. Aanpassing: Via huidmondjes in bladeren en stengels vindt gaswisseling plaats. Als ze overdag openstaan, gaat waterdamp door de opening het blad uit. Ook wordt via de huidmondjes een gas afgegeven dat gemaakt wordt bij fotosynthese. Dit gas wordt gemaakt door deeltjes die zich in het huidmondje bevinden. Geef de naam van dit deeltje. Vraag 21: tekst vervalt. Aanpassing: Geef de naam van het gas dat ontstaat. Vraag 23: tekst vervalt. Aanpassing: Loes en Jerry doen een proef om het waterverlies van een plant te onderzoeken. Ze gebruiken hiervoor drie takjes van één plant. Elk takje zit in een reageerbuis met water en olie. Het laagje olie laat geen water door. Ze vermoeden dat de takjes water verliezen via de huidmondjes in de stengels en de bladeren. De proefopstelling ziet er als volgt uit: reageerbuis 1: water + laagje olie + takje met zes bladeren reageerbuis 2: water + laagje olie + takje met drie bladeren reageerbuis 3: water + laagje olie + takje met zonder bladeren reageerbuis 4: water + laagje olie Na enkele dagen meten Loes en Jerry hoeveel water de takjes uit de buizen hebben opgezogen. De hoeveelheid opgezogen water is een maat voor het waterverlies. De resultaten van de proef worden weergegeven in een tabel. Hieronder zie je vier tabellen. De tabellen bestaan ieder uit twee kolommen. tabel Q buisnummer; waterniveau in de buis 1: 10 2: 5 3: 2 4: 0 tabel R buisnummer; waterniveau in de buis 1: 10 2/8 2: 5 3: 0 4: 0 tabel S buisnummer; waterniveau in de buis 1: 3 2: 6 3: 10 4: 10 tabel T buisnummer; waterniveau in de buis 1: 3 2: 6 3: 8 4: 10 Uit de resultaten blijkt dat het vermoeden van Loes en Jerry juist is. Welke tabel geeft de resultaten van hun proef juist weer? (kies uit: A B C D) A tabel Q B tabel R C tabel S D tabel T bladzijde 10 Tabel aangepast: Tabel: Gemiddeld aantal hartslagen per minuut bij sporters en niet-sporters De tabel bestaat uit vier kolommen. tijd (minuten); meetmoment; sporters (48); niet-sporters (33) -; rust; 72; 76 0; meteen na inspanning; 119; 124 1; 1 minuut na inspanning; 85; 95 2; 2 minuten na inspanning; 76; 84 4; 4 minuten na inspanning; 72; 77 einde tabel Vraag 25: tekst vervalt. Aanpassing: Welke twee conclusies kun je uit deze resultaten trekken? aanpassing correctievoorschrift vraag 25 (maximumscore 3) Sporters herstellen sneller dan niet-sporters Niet-sporters krijgen een hogere hartslag tijdens de inspanning 1 conclusie goed: 1 punt 2 conclusies goed: 3 punten bladzijde 11 De stamboom vervalt en tekst aangepast. Aanpassing: Bart vindt op internet onderstaande gegevens die de afstamming weergeven van apen en halfapen volgens de evolutietheorie. 43 miljoen jaar geleden; halfapen stammen af van oeraap 35 miljoen jaar geleden; apen van de nieuwe wereld stammen af van de oeraap 35 miljoen jaar geleden; apen van de oude wereld stammen af van de oeraap 25 miljoen jaar geleden; chimpansees stammen af van de apen van de oude wereld 3/8 20 miljoen jaar geleden; gibbons stammen af van de chimpansees 15 miljoen jaar geleden; orang-oetangs stammen af van de chimpansees 10 miljoen jaar geleden; de gorilla’s stammen af van de chimpansees bladzijde 12 Vraag 28: afbeelding vervalt en tekst aangepast. Aanpassing: Als bij een man de zaadleiders verstopt zijn, is hij onvruchtbaar. Door een nieuwe techniek kan een man met verstopte zaadleiders toch een kind krijgen. Er worden dan met een dunne naald zaadcellen opgezogen uit dat deel van het mannelijk voortplantingsorgaan dat zaadcellen opslaat. Wat is de naam van dit deel dat zaadcellen opslaat? (kies uit: A B C D) A zaadblaadjes B prostaat C bijballen D teelballen bladzijde 13 Vraag 30. Tekst aangepast. Aanpassing: Er bestaan enkele ziekten die tot gevolg hebben dat het bindweefsel veel te slap is. Alle ziekten uit deze groep zijn erfelijk en er zijn verschillende genen die zo’n ziekte kunnen veroorzaken. Sommige van die genen zijn dominant, andere zijn recessief. Hieronder worden twee ouderparen weergegeven. Beide mannen komen uit families waarin een ziekte uit de groep voorkomt. Paar P man: drager van gen dat ziekte veroorzaakt, wel ziek vrouw: geen drager, niet ziek Paar Q man: drager van gen dat ziekte veroorzaakt, niet ziek vrouw: geen drager, niet ziek Bij welk van de twee mannen is het gen recessief, bij de man van paar P of de bij de man van paar Q? Leg je antwoord uit. bladzijde 15 Vraag 34: vervalt, vervangende vraag: Kinderen in Nederland worden ingeënt tegen een aantal ernstige ziekten die moeilijk te behandelen zijn. Dit wordt het Rijksvaccinatieprogramma of RVP genoemd. De meeste inentingen uit het RVP moeten één of meerdere keren herhaald worden om een goede immuniteit op te leveren. Vaccins die kinderen krijgen zijn onder andere DKTP-hib en BMR. In het DKTP-hib vaccin zitten alleen dode en geïnactiveerde stoffen. Het BMR vaccin bestaat uit verzwakte levende virussen. Welk(e) vaccin(s) veroorzaakt / veroorzaken actieve immuniteit? (kies uit A B C D) A geen van beide B alleen het BMR vaccin C alleen het DKTP-hib vaccin D zowel het BMR- als het DKTP-hib vaccin aanpassing correctievoorschrift vraag 34 (maximumscore 1) B: alleen het BMR vaccin bladzijde 16 4/8 Afbeeldingen vervallen. bladzijde 17 Vraag 36: Grafiek vervalt, vervangen door twee tabellen. Tekst aangepast: De resultaten worden weergegeven in onderstaande twee tabellen. De tabellen bestaan ieder uit 2 kolommen. Tabel 1: bak 1 zonder oudere kikkervisjes dag; overlevende eitjes en jonge kikkervisjes 0; 100% 1; 100% 2; 100% 3; 100% 4; 100% Tabel 2: bak 2 met oudere kikkervisjes dag; overlevende eitjes en jonge kikkervisjes 0; 100% 1; 90% 2; 80% 3; 50% 4; 35% bladzijde 18 Vraag 38: tekst aangepast naar: In informatie 1 lees je een beschrijving van de organen in het lichaam van een kat. Schrijf de namen op van de orgaanstelsels waarbij de organen horen die zijn aangegeven met cijfers 1 en 2. Vraag 39: afbeeldingen vervallen en tekst vervalt. Aanpassing: Welk type kies heeft een kat? (kies uit: A B C) A knipkies B knobbelkies C plooikies Vraag 41: Bij poezen vindt pas na de paring ovulatie plaats. In welk orgaan komen de eicellen na ovulatie als eerste terecht? (kies uit: A B C D) A eileider B urineleider C baarmoeder D urineblaas bladzijde 19 Vraag 42: toegevoegd “informatie 4” Vraag 44: tekst vervalt. Aanpassing: Vanuit welk van de genoemde darmen in informatie 5 kunnen één of meerdere voedingsstoffen vanuit de voedselbrij in het bloed worden opgenomen? A alleen vanuit de dikke darm B zowel vanuit de dunne als de dikke darm 5/8 C niet vanuit de dikke darm en ook niet vanuit de dunne darm D alleen vanuit de dunne darm bladzijde 20 Vraag 49: tekst vervalt. Vervanging: Als kleine nierstenen worden uitgeplast passeren ze enkele delen van het uitscheidingsstelsel. Dit zijn de nierbekken, de urineleider, de urinebuis en de urineblaas. Waar wordt de urine opgeslagen? (kies uit: A B C D) A in de nierbekken B in de urineleider C in de urinebuis D in de urineblaas Vraag 50: tekst vervalt. Vervanging: In informatie 6 vind je informatie over de erfelijke eigenschappen van een kat met een langharige vacht. Wat is het genotype van een kat met een langharige vacht? BIJLAGE (INFORMATIE) bladzijde 2 Informatie 1 afbeelding vervalt en tekst aangepast: Enkele organen die je in het lichaam van een kat kunt vinden zijn de slokdarm (q), de lever (r), de endeldarm (s) en de dunne darm (t). Dit zijn organen van het verteringsstelsel. Andere organen zijn de hersenen (1), de longen (2) en de nieren (3). Deze laatste behoren tot het uitscheidingsstelsel. bladzijde 3 Informatie 2 afbeelding vervalt en tekst aangepast: Een kat is een vleeseter. Een kat in het wild jaagt op kleine prooien zoals muizen en vogels. Katten die als huisdier gehouden worden, krijgen meestal speciaal kattenvoer. Hieronder zie je een etiket van een doos met kattenbrokjes. Er wordt advies gegeven over de hoeveelheid brokjes die je per dag aan je kat moet geven. Alleen het voeradvies voor een dikke kat is in de tabel weergegeven. Ook staat er op het etiket informatie over de samenstelling van de brokjes. tabel: gewicht kat (kg); hoeveelheid brokjes (gr) 4; 45 5; 55 6; 65 7; 75 einde tabel Samenstelling kattenbrokjes: vocht 7% eiwit 33% vet 22% mineralen 6% vezels 11% 6/8 zetmeel 21% bladzijde 4 Informatie 3 Afbeelding en bijbehorende tekst vervallen en tekst aangepast. Een geslachtsrijpe poes is een aantal keren per jaar krols. In haar urine zitten dan hormonen waaraan katers ruiken dat ze bereid is om te paren. Negen weken na bevruchting van de eicellen worden de jonge katjes geboren. De nieren en voortplantingsorganen van een kat bevinden zich in de buikholte. De organen hebben dezelfde naam als bij de mens. bladzijde 5 Informatie 4 Afbeelding vervalt. Tekst aangepast: Een kattenoog is opgebouwd uit verschillende lagen. In laag P in een kattenoog bevinden zich veel zintuigcellen… (originele tekst) bladzijde 6: geen aanpassingen bladzijde 7 Informatie 6 Afbeelding vervalt. Tekst aangepast. De eerste zin vervalt: In de afbeelding zie je een kat met een langharige vacht. Aanpassing: De eigenschap ‘lang haar’ bij een kat wordt erfelijk bepaald. Informatie 7 Enkele leerlingen doen een onderzoek naar het gedrag van een kat. Ze maken twee lijsten met een aantal handelingen die ze bij de kat waarnemen. lijst 1 (afkorting: omschrijving van de handeling) kh: de kop wordt hoog gehouden gp: de kat loopt met gestrekte poten kr; de kat kromt de rug ho; de haren van de rug en staart staan omhoog sr; de staart staat rechtop lijst 2 (afkorting: omschrijving van de handeling) kl: de kop wordt laag gehouden zp: de kat zakt door zijn poten so: de staart hangt omlaag 7/8 UITWERKBIJLAGE VERVALT Einde 8/8