de tempel herbouwen geboorte Abram 2000 uittocht uit Egypte 500 jaar 2500 geboorte Abram 2000 uittocht uit Egypte 500 jaar uittocht uit Egypte 2500 2500 tempel & paleis af 500 jaar 3000 geboorte Abram 2000 uittocht uit Egypte uittocht uit Egypte 2500 tempel & paleis af 3000 2500 500 jaar tempel & paleis af 500 jaar 3000 tempel verwoest 430 jaar 3430 2Kronieken 36 Hij deed de koning der Chaldeeen tegen hen optrekken, deze doodde hun jongelingen met het zwaard in hun heiligdom, en hij spaarde jongeling noch maagd, oude noch grijsaard; alles gaf Hij in zijn macht. 17 = Nebukadnezar (36:10,13) 2Kronieken 36 Hij deed de koning der Chaldeeen tegen hen optrekken, deze doodde hun jongelingen met het zwaard in hun heiligdom, en hij spaarde jongeling noch maagd, oude noch grijsaard; alles gaf Hij in zijn macht. 17 = God, de HERE (JAHWEH) 2Kronieken 36 Al het gerei van het huis Gods, het grote en het kleine, de schatten van het huis des HEREN en de schatten van de koning en van zijn vorsten, alles bracht hij naar Babel. 18 2Kronieken 36 Zij verbrandden het huis Gods en braken de muur van Jeruzalem af; al zijn paleizen verbrandden zij met vuur en alle kostbaarheden vernietigden zij. 19 = de Chaldeeën 2Kronieken 36 Ook voerde hij hen die aan het zwaard ontkomen waren, naar Babel, en zij werden hem en zijn zonen tot slaven, totdat het koninkrijk van Perzie de heerschappij verkreeg; 20 verwoesting Jeruzalem begin heerschappij koninkrijk Perzië 2Kronieken 36 om het woord des HEREN, door Jeremia verkondigd, in vervulling te doen gaan: totdat het land zijn sabbatsjaren vergoed gekregen heeft. Al de dagen die het woest lag, heeft het gerust, om zeventig jaar vol te maken. 21 Jer.25:12; 29:10 2Kronieken 36 om het woord des HEREN, door Jeremia verkondigd, in vervulling te doen gaan: totdat het land zijn sabbatsjaren vergoed gekregen heeft. Al de dagen die het woest lag, heeft het gerust, om zeventig jaar vol te maken. 21 verwoesting Jeruzalem begin heerschappij koninkrijk Perzië 70 jaar 2Kronieken 36 om het woord des HEREN, door Jeremia verkondigd, in vervulling te doen gaan: totdat het land zijn sabbatsjaren vergoed gekregen heeft. Al de dagen die het woest lag, heeft het gerust, om zeventig jaar vol te maken. 21 50 jaar 500 jaar > 7 sabbatsjaren > 70 sabbatsjaren geboorte Abram 2000 uittocht uit Egypte 500 jaar uittocht uit Egypte 2500 tempel & paleis af 500 jaar 3000 tempel herbouwd tempel & paleis af 3000 2500 430 + 70 jaar = 500 jaar 3500 2Kronieken 36 Maar in het eerste jaar van Kores, de koning van Perzie, wekte de HERE, (opdat het woord des HEREN, door Jeremia verkondigd, zou worden voltrokken), de geest van Kores, de koning van Perzie, op... 22 verwoesting Jeruzalem 1e jaar Kores koning van Perzië 70 jaar 2Kronieken 36 ... om door zijn gehele koninkrijk, ook in geschrifte, deze oproep te doen uitgaan: 22 2Kronieken 36 Zo zegt Kores, de koning van Perzie: alle koninkrijken der aarde heeft de HERE, de God des hemels, mij gegeven en Hij heeft MIJ opgedragen Hem een huis te bouwen in Jeruzalem, in Juda. 23 hoezo? van waar? waarom nu? 2Kronieken 36 ... Wie nu onder u tot enig deel van zijn volk behoort, de HERE, zijn God, zij met hem, hij trekke op. 23 Jesaja profeteerde ± 140 jaar vóór de verwoesting van Jeruzalem 1:1 Het gezicht van Jesaja, de zoon van Amoz, dat hij heeft gezien over Juda en Jeruzalem in de dagen van Uzzia, Jotam, Achaz en Jechizkia, koningen van Juda. Jesaja 44 Zo zegt de HERE, uw Verlosser, en uw Formeerder van de moederschoot aan: Ik ben de HERE, die alles gemaakt heb; die de hemel heb uitgespannen, Ik alleen; die de aarde uitgebreid heb door eigen kracht; 24 Jesaja 44 die de tekenen der leugenprofeten tenietdoe en de waarzeggers als dwazen aan de kaak stel; die de wijzen doe terugwijken en hun kennis tot dwaasheid maak; 25 Jesaja 44 die het woord van mijn knecht gestand doe en de aankondiging mijner boden volvoer; die tot Jeruzalem zeg: Het worde bewoond; tot de steden van Juda: Laten zij herbouwd worden, haar puinhopen richt Ik weer op; 26 Jesaja 44 (...) 28 die tot Kores zeg: Mijn herder, hij zal al mijn welbehagen volvoeren door tot Jeruzalem te zeggen: Het worde herbouwd en de tempel worde gegrondvest. ± 140 jaar vóór Jeruzalems verwoesting! Jesaja 45 Zo zegt de HERE tot zijn gezalfde, tot Kores, wiens rechterhand Ik gevat heb om volken voor hem neer te werpen: de lendenen van koningen ontgord Ik; om deuren voor hem te openen, geen poorten blijven gesloten. 1 Jesaja 45 (...) opdat gij weet, dat Ik, de HERE, het ben, die u bij uw naam riep, de God van Israel. 3 = Kores Jesaja 45 Ter wille van mijn knecht Jakob en van Israel, mijn uitverkorene, riep Ik u bij uw naam, gaf u een erenaam, hoewel gij Mij niet kendet. 4 Jesaja 45 Ik ben de HERE en er is geen ander; buiten Mij is er geen God. Ik gordde u, hoewel gij Mij niet kendet, 5 Jesaja 45 opdat men het wete waar de zon opgaat en waar zij ondergaat, dat er buiten Mij niemand is; Ik ben de HERE, en er is geen ander, 6 Jesaja 45 die het licht formeer en de duisternis schep, die de vrede maakt en het kwade schept; Ik, de HERE, doe dit alles. 7 Jesaja 45 (...) 11 Zo zegt de HERE, de Heilige Israels, en zijn Formeerder: Vraagt MIJ naar de toekomstige dingen, vertrouwt Mij mijn zonen en het werk mijner handen toe. Jesaja 45 (...) 13 Ik ben het, die hem verwekt heb in gerechtigheid, en al zijn wegen zal Ik effen maken; hij is het, die mijn stad herbouwen zal en mijn ballingen vrijlaten, zonder koopprijs en zonder geschenk, zegt de HERE der heerscharen. = Kores samenvatting: aan het einde van de voorzegde termijn van 70 jaar (Jeremia) wordt de tempel in opdracht van koning Kores herbouwd; ± 200 jaar eerder had God Kores' naam al genoemd (Jesaja) als herbouwer van de tempel; Kores was bekend gemaakt met deze Hebreeuwse profetie (Daniël?!); onder de indruk van deze voorzegging laat koning Kores (in de naam van Israëls God) de tempel herbouwen.