Secundaire Scholen De ruimte lijkt erg ver weg, maar dat is ze niet. Het Internationaal Ruimtestation ISS draait rond de Aarde op een hoogte van zo'n 400km. Wanneer hij niet naar het ISS moet vliegt de Space Shuttle zelfs maar tot zo'n 250km. En officieel begint de ruimte zelfs al op 100km hoogte, al is daar niet direct een dwingende wetenschappelijke reden voor: de dichtheid van de atmosfeer gaat immers geleidelijk naar nul als de hoogte toeneemt, en ook boven de 100km is er nog een (beetje) lucht, te weinig om te ademen, maar genoeg om meteoren te verbranden bvb. De ruimte kan je (met bestaande technologie) slechts bereiken met raketten, een dure en moeilijke klus. Maar met een stratosfeerballon kan wel je zonder grote kosten 30km hoog raken. Dat lijkt niet veel, maar op 30km hoogte lijkt het net of je bent toch in de ruimte! Kijk maar naar de foto, die is genomen op een hoogte van net geen 30km: de hemel is bijna zwart, de Aarde is helderblauw en als je goed naar de horizon kijkt, zie je dat die lichtjes is gebogen. Je begint de bolvorm van de Aarde al te zien! ©Foto JPAerospace De Wedstrijd Op 15 maart 2012 vliegt vanop het domein van het KMI te Ukkel een stratosfeerballon naar een hoogte van 30 km, met een nuttige lading van ongeveer 1,5 kg. Deze nuttige lading bestaat deels uit apparatuur van de organisatoren. Het overblijvende deel wordt in deze wedstrijd beschikbaar gesteld van leerlingen basis- en secundair onderwijs. Leerlingen secundair uit alle onderwijstypes (ASO, TSO, KSO, BSO, BUSO) krijgen daarom de kans een project uit te werken van wetenschappelijke, technologische, creatieve of commerciële aard, en in het kader van daarvan een wetenschappelijk of technologisch experiment mee te sturen, of een creatief of commercieel* project uit te werken. De organisatoren duiden een jury aan die alle voorstellen bekijkt en er de beste uitkiest. Daarbij wordt gekeken naar originaliteit, groepsgeest, wetenschappelijk en/of technologisch niveau, enz. Meer details hierover kan je vinden in het wedstrijdreglement. Daar kan je ook vinden wat er absoluut niet meekan, hoe groot en hoe zwaar je 'experiment' mag zijn! Lees dit deel zeer aandachtig! Er is geen prijs verbonden aan de wedstrijd, maar de winnaars mogen hun proef bouwen en gratis laten meevliegen op een stratosfeerballon die in maart zal gelanceerd worden op het domein van het KMI te Ukkel. De winnende ploegen zijn ook welkom om het vertrek van de ballon bij te wonen nadat ze - zoals echte wetenschappers dat ook doen - hun proef zelf hebben gemonteerd, geïnstalleerd en gecontroleerd in de gondola. (De gondola is de kist met experimenten die onder de ballon hangt.) *Het verkopen of verhuren van advertentieruimte is uitgesloten, een demonstratieproject kan wel. (Zie ook 'Reglement) Waar naartoe? De dampkring van de Aarde, ook 'atmosfeer' genoemd is de laag lucht die de Aarde omringt. Deze gaslaag heeft de grootste dichtheid bij het aardoppervlak, en deze dichtheid neemt af naarmate de hoogte toeneemt. Weersverschijnselen komen voor in de onderste laag, troposfeer genoemd. De laag daarboven, de stratosfeer, is veel ijler, droger en rustiger dan de troposfeer. Het overgangsgebied tussen beide lagen noemt men de tropopauze. Deze komt voor rond een hoogte van 7 à 18km, afhankelijk van de breedtegraad en het seizoen. De ballon van het KMI is van het latex type en klimt tot een hoogte van ongeveer 30km, waar hij barst. De nuttige lading komt dan aan een parachute terug naar beneden en wordt normaliter teruggevonden dankzij de gps+radiozender aan boord. Volgende grafiek geeft een typisch vluchtpatroon weer. Naarmate de hoogte toeneemt daalt de luchtdruk. Een goede vuistregels is rekening te houden met een halvering van de druk bij elke stijging met 6000m. Dat betekent dat de druk op 30km nog ongeveer 1 à 3% bedraagt van de druk op zeeniveau. Dat is vergelijkbaar met de druk aan het oppervlak van de planeet Mars. De temperatuur vertoont een wat grilliger verloop, in de troposfeer dalend met ongeveer 6,5°C per kilometer, maar in de stratosfeer weer stijgend. Het minimum kan gemakkelijk 60 à 70° onder nul liggen (zie grafiek). Uit de gps-gegevens kan ook heel wat geleerd worden over windsnelheden en -richtingen, zoals bijgaande grafiek van een vorige vlucht aantoont. Welke proef? Misschien wil je graag een project indienen, maar weet je niet goed waar te beginnen. Hierbij alvast enkele voorbeelden. Je mag daaruit gerust iets kiezen, maar je mag ook deze ideeën aanpassen tot iets dat net een ietsje anders en beter is. Of je kan je eigen volledig nieuwe idee uitwerken! Geef je fantasie gerust de vleugels, maar bedenk dat je wat je voorstelt ook zelf moet kunnen maken! Voorbeelden: 1. Zaadjes van planten of bloemen worden meegestuurd met de ballon en daarna geplant. Dagelijks kijkt een leerling na of de zaadjes al zijn uitgekomen. Is er een verschil met een tweede groep zaadjes die niet zijn meegereisd? Groeien de plantjes van beide groepen even snel? 2. Ben je goed in elektronica? Gebruik een microcontroller en een sensor om temperatuur, luchtdruk, ... te meten aan de grenzen van de ruimte. 3. Gebruik een programmeerbare digitale camera of digitaal fototoestel om de reis naar de grenzen van de ruimte vast te leggen.