De Commissie keurt een methode goed ter berekening

advertisement
IP/97/5
Brussel, 8 januari 1997
De Commissie keurt een methode goed ter berekening van de
sancties die zij op basis van artikel 171 van het EG-Verdrag
aan het Hof van Justitie zal voorstellen.
De Europese Commissie heeft heden een methode goedgekeurd voor de berekening van de
dwangsom die zij het Europese Hof van Justitie zal verzoeken de Lid-Staten op te leggen die
een arrest niet hebben uitgevoerd. Het beginsel van dergelijke geldboeten is vervat in artikel
171 van het EG-Verdrag zoals gewijzigd bij het Verdrag betreffende de Europese Unie. Bij
deze methode wordt de dwangsom berekend uitgaande van een uniform forfaitair
basisbedrag van 500 ecu per dag vertraging, waarop coëfficiënten en factoren worden
toegepast naar gelang van de ernst en de duur van de inbreuk en van de financiële situatie
van de Lid-Staat. De Commissie heeft zich daarmee voorzien van een billijk, transparant en
onmiddellijk toepasbaar werktuig met behulp waarvan zij eventueel reeds vanaf de eerste
maanden van 1997 geldboeten zal kunnen voorstellen aan het Europese Hof van Justitie.
Ingevolge artikel 171 van het EG-Verdrag is een Lid-Staat gehouden de maatregelen te nemen
welke nodig zijn ter uitvoering van een arrest van het Hof van Justitie waarbij het vaststelt dat een
Lid-Staat zijn verplichtingen niet is nagekomen. Indien de Lid-Staat deze maatregelen niet heeft
genomen, kan de Commissie zich opnieuw tot het Hof van Justitie wenden. Daarbij stelt de
Commissie het bedrag voor van de geldboete die zij passend acht. De uiteindelijke beslissing
inzake de sanctie wordt genomen door het Hof (artikel 171 van het EG-Verdrag zoals gewijzigd
door het Verdrag betreffende de Europese Unie).
In een op 5 juni 1996 goedgekeurde (en in Publikatieblad C 242, blz. 6, van 21 augustus 1996
bekendgemaakte) mededeling had de Commissie een aantal criteria genoemd aan de hand
waarvan dit artikel kon worden toegepast. Zij had geoordeeld dat het bedrag van de sanctie in
verhouding moest staan tot de ernst van de inbreuk, de duur ervan en de noodzaak om te zorgen
voor de afschrikkende werking van de sanctie om herhaling van de inbreuk te voorkomen. Zij had
tevens geoordeeld dat de sanctie in de vorm van een dwangsom het meest geschikte middel is.
Voortbouwend op deze mededeling heeft de Commissie thans een methode tot berekening van
de dwangsom goedgekeurd waarbij wordt uitgegaan van een uniform forfaitair basisbedrag dat
geldt voor alle soorten van door de Lid-Staten begane inbreuken wanneer deze geen gevolg
hebben gegeven aan een arrest van het Hof waarbij niet-nakoming wordt vastgesteld.
Op het uniforme forfaitaire basisbedrag - dat op 500 ecu per dag vertraging is vastgesteld worden twee coëfficiënten toegepast, waarvan de eerste verband houdt met de ernst van de
inbreuk en de tweede met de duur ervan. Door de eerste coëfficiënt wordt het basisbedrag met
een factor van ten minste 1 en ten hoogste 20 vermenigvuldigd. De tweede coëfficiënt
vermenigvuldigt het basisbedrag met ten minste 1 en ten hoogste 3.
NL/PP/97/00050000.P00 (NL)
/
Om ervoor te zorgen dat de dwangsom een afschrikkende werking heeft is het nodig gebleken de
financiële situatie van de betrokken Lid-Staat in aanmerking te nemen. Dit is de bedoeling van de
"factor" die verband houdt met de financiële draagkracht van de respectieve Lid-Staten zoals
uitgedrukt in hun BBP. Aangezien de dwangsom bovendien proportioneel moet zijn, wordt bij
deze factor eveneens rekening gehouden met het aantal stemmen waarover een Lid-Staat in de
Raad beschikt. Hierdoor kan het gewicht in aanmerking worden genomen dat de respectieve LidStaten hebben bij de totstandbrenging van het gemeenschapsrecht ten aanzien waarvan de
inbreuk is gepleegd. De hieruit resulterende formule maakt een redelijke differentiëring mogelijk
tussen de Lid-Staten (van 1,0 tot 26,4). Deze factor waarbij BBP en weging van de stemmen
worden gecombineerd is onveranderlijk.
Het bedrag van de dagelijkse dwangsom is de uitkomst van de vermenigvulding van het forfaitaire
basisbedrag met de coëfficiënten "ernst" en "duur" en met de onveranderlijke factor voor de
betrokken Lid-Staat. De onveranderlijke factoren voor de Lid-Staten zijn :
België
6,2
Denemarken
3,9
Duitsland
26,4
Griekenland
4,1
Spanje
11,4
Frankrijk
21,1
Ierland
2,4
Italië
17,7
Luxemburg
1,0
Nederland
7,6
Oostenrijk
5,1
Portugal
3,9
Finland
3,9
Zweden
5,2
Verenigd Koninkrijk
17,8
De heden goedgekeurde methode zal in de C-serie van het Publikatieblad van de Europese
Gemeenschappen worden gepubliceerd.
2
NL/PP/97/00050000.P00 (NL)
/
Bijlage :
Voorbeelden van dagelijkse dwangsommen
B
DK
D
GR
E
F
IRL
I
L
NL
Voorbeeld van
dagelijkse
dwangsom bij
minimale duur en
ernst van de
inbreuk
3115
1935
13188
2030
5682
10530
1180
8852
500
3776
Voorbeeld van
dagelijkse
dwangsom bij
maximale duur en
ernst van de
inbreuk
18688
8
11613
0
79129
3
12178
6
34090
3
63177
1
7078
3
531150
30000
2265
7
Deze voorbeelden dienen louter om een beeld te geven van de mogelijke resultaten van toepassing van de methode.
3
Filename:
I97_5.NLR
Directory:
E:\RAPID\ATTENTE
Template:
C:\WAP\WORD6\TEMPLATE\NORMAL.DOT
Title:
NL/PP/97/00050000.P00 (NL) [REPORT]
Subject:
Author:
SPP
Keywords:
Comments:
Creation Date:
28/1/97 9:20
Revision Number:
2
Last Saved On:
28/1/97 9:20
Last Saved By:
SPP
Total Editing Time: 0 Minutes
Last Printed On:
28/1/97 9:20
As of Last Complete Printing
Number of Pages:
3
Number of Words:
726 (approx.)
Number of Characters:
4.140 (approx.)
Download