Informatie steunpunt

Informatie steunpunt
Doel van de functie
Het informatiesteunpunt1 geeft ondersteuning aan gebruikers/management door middel van het genereren van
beheersinformatie (buiten de standaardrapporten) over minstens één proces heen, ten einde ervoor te zorgen dat
management over de juiste informatie, en niet alleen over gegevens, beschikt. Daarnaast speelt het
informatiesteunpunt een ondersteunde rol met betrekking tot data kwaliteit naar de applicatiebeheerders en de
lijn toe, en naar validatie regels met betrekking tot nieuwe IT projecten.
Resultaatsgebieden
1.
Het informatiesteunpunt geeft ondersteuning aan gebruikers/management door middel van het genereren
van beheersinformatie die niet rechtstreeks kan afgeleid worden uit de toepassingen.
Enkele voorbeelden van activiteiten









1.
Beheerst de gegevensstructuur in de toepassingen op de wijze zoals bepaald door de data-architect
(Sturing & Controle);
Levert beheersinformatie die kan geput worden uit interne operationele systemen, externe systemen en
registratie-systemen;
Verwerft grondige kennis van de structuur, de betekenis (inhoud) van, en de relaties tussen de gegevens
verwerkt door de toepassingen;
Voert ad-hoc ondervragingen uit op de systemen en gegevens om zo te antwoorden op specifieke
vragen van gebruikers/management
Is gesprekspartner van supergebruikers en applicatiebeheerders voor het leveren van beheersinformatie;
Staat in voor de modelbouw van deze beheersgegevens
Kan gegevens over verschillende activiteitendomeinen samenbrengen en integreren;
Vormt het contactpunt om aan te duiden waar welke informatie aanwezig is;
Levert antwoorden op ad-hoc vragen gebaseerd op de informatie die het ter beschikking heeft;
Geeft feedback aan de lijn teneinde de consistentie en de kwaliteit van de gegevens te verbeteren (detectief)
en geeft ondersteuning naar data-validatie regels toe teneinde data -kwaliteit in te bouwen bij additioneel
onderhoud en/of nieuwe projecten (preventief);
Enkele voorbeelden van activiteiten


Feedback geven aan applicatiebeheerders en lijnmanagement inzake consistentie van gegevens uit
operationele (transactionele) systemen;
Adviseert met betrekking tot het ontwerp van nieuwe systemen, zodat op een eenvoudige manier MIS
informatie kan afgeleid worden, en zodat validatieregels voor gegevens correct worden toegepast.
Technisch profiel


1
Gebruiker die goed vertrouwd is met de materie van het activiteitenprogramma;
Goede tot zeer goede kennis van de middelen beschikbaar voor gegevensmanipulatie;
Deze functie kan op een aantal niveaus (niet mutueel exclusief) ingericht worden, bv. departement,
activiteitenprogramma, …


Basiskennis van statistiek (kan eventueel beroep doen op een gespecialiseerde statisticus);
Basis kennis van “operational research” technieken .
Persoonlijk profiel





Analytisch denken
Stelt relevante vragen en pertinent opmerkingen;
Achterhaalt de kern van het probleem.
Zin voor synthese
Kijkt verder dan de grenzen van zijn eigen entiteit;
Overzit de hele waaier van aspecten en contexten, verbanden en gevolgen
Kan elke actie toetsen aan het grotere geheel
Communicatief
Geeft gedachten, informatie en gegevens geordend en bondig weer
Weet het eigen standpunt zorgvuldig te formuleren
Luistert actief naar mensen. Maakt daarvoor tijd vrij.
Creativiteit
Denkt vernieuwend
Doorbreekt immobilisme
Gebruikt andere denkpistes om oplossingen te bedenken
Kan lateraal denken
Nauwkeurigheid
Is exact in de cijfergegevens;
Maakt een inschatting van de details;
Kiest de juiste grootheid om iets weer te geven;
Gaat niet overhaast te werk.