Minder barrières, meer handel

advertisement
Handelsfacilitatie en regionale handel
Minder barrières, meer handel
Foto TMEA
In veel ontwikkelingslanden groeit de economie, maar
stagneert de regionale handel. Het onbenut laten van dat
handelspotentieel kost jaarlijks miljarden. Meer onderlinge handel is goed voor producenten, de voedselvoorziening en leidt tot professionalisering van de landbouw.
Nederland ondersteunt initiatieven die regionale handel
bevorderen.
Afrikaanse regeringsleiders streven naar een verdrievoudiging
van de interne handel in 2025. Met 12 procent is het niveau van
de intraregionale handel er laag (in de Asean-landen ligt dat op
25 procent, in de Europese Unie zelfs op 65 procent). Gebrekkige
infrastructuur maakt het lastig om producten naar de lokale markt
te brengen. En als er wel redelijke infrastructuur aanwezig is zijn
er wel andere logistieke belemmeringen, zoals gebrek aan koeltransport of traag verlopende douaneprocedures.
Kansen
Internationale handel is een motor voor economische groei en
ontwikkeling, en onontbeerlijk in de strijd tegen armoede. Het lage
niveau van intraregionale handel zoals in Afrika biedt kansen.
•H
andel binnen regio’s is een meer efficiënte manier om voedsel
bij de consument te krijgen.
• E en grotere markt is een stimulans voor bedrijven, ook grote
bedrijven zoals Unilever en Heineken, om te investeren.
•H
andel versterkt regionale politieke samenwerking, die weer
economische banden versterkt.
•R
egionale handel draagt zo ook bij aan stabiliteit, een belangrijk
doel van zowel Nederland als de partnerschappen vanuit de EU.
Kenia: kosten verwerking containers gehalveerd
Regionale integratie vraagt om een combinatie van politieke
wil en praktische uitvoering. Dat is het uitgangspunt van
TradeMark East Africa, dat als makelaar en schakelaar fungeert
tussen belanghebbenden als overheden, het bedrijfsleven
en donoren. TMEA richt zich op betere toegang tot regionale
markten, een verbeterd handelsklimaat, en betere kwaliteit
en prijs van producten. Er wordt gewerkt aan duidelijkere
douaneregels en het samenvoegen van douaneautoriteiten
aan weerszijden van landsgrenzen (One-Stop grensposten).
Vrouwelijke handelaren krijgen voorlichting over douaneprocedures. Nederland is al sinds jaren een van de belangrijkste
donoren van TMEA.
Dalende transactiekosten
Het programma is succesvol. Zo is de tijd voor de invoer van
goederen in Kenia teruggebracht van 11 naar 6 dagen (het
gemiddelde voor Afrika is 34 dagen). De tijd om een container
te vervoeren van de havenstad Mombasa naar Kigali in
Rwanda is met 16 dagen bekort. Transactiekosten daalden met
de helft: van 800 naar 400 dollar per container. Dit alles droeg
bij aan een stijging met 10 procent van de exportwaarde van
de zes deelnemende landen. De intraregionale handel groeide
zelfs met 25 procent. Vanwege het succes van TMEA helpt
Nederland nu een soortgelijk programma voor West-Afrika te
ontwikkelen.
Toegang tot de Europese markt
Toegang tot internationale markten is vaak een stap te ver voor het midden- en kleinbedrijf in ontwikkelingslanden. Ondernemers
kennen die markten onvoldoende, en hebben moeite te voldoen aan de hoge markttoegangseisen en kwaliteitsstandaarden.
Het CBI-programma bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland helpt exporteurs in ontwikkelingslanden hun weg te vinden
naar de Europese en mondiale markt. Zij krijgen steun in de vorm van coaching, training en marktkennis. Het CBI werkt ook samen
met het International Trade Centre aan betere toegang voor het mkb op andere markten.
Foto CBI
Door handelsbarrières te helpen slechten en productie- en
handelsketens beter te laten functioneren draagt Nederland bij
aan meer werkgelegenheid en grotere voedselzekerheid: dankzij
een efficiëntere markt is er meer voedsel beschikbaar. Essentieel
voor vergroting van de marktkansen zijn ook de opbouw van
handelscapaciteit, investeringen in (agro)infrastructuur en
logistiek, toegang tot markt- en handelsinformatie (zoals voldoen
aan productnormen, oorsprongs- en certificeringsregels), snellere
douaneafhandeling en de opbouw van marktinstituties.
Wereldbank draagt bij aan lagere handelskosten
Veel ontwikkelingslanden profiteren nog onvoldoende van de
kansen die globalisering biedt. Een belangrijk obstakel zijn de hoge
transactiekosten. Daarom ontwikkelde de Wereldbank, met steun
van Nederland, een programma om landen concurrerender te
maken door hun handelskosten te helpen verminderen. De Trade
Facilitation Facility (TFF) steunt onder meer de ontwikkeling van
transit corridors en andere regionale handelsinitiatieven.
Tegengaan voedselverlies
Van oudsher is Nederland sterk in logistiek. Daarom lanceerden
we bij de Wereldbank een programma gericht op verbetering van
logistieke ketens in ontwikkelingslanden. Regionale en internationale handel kunnen groeien door barrières aan te pakken en
handelsketens beter te laten functioneren. Zoals het vervoer van
groente en fruit. Volgens de FAO gaat een derde van alle voedsel
dat wereldwijd wordt geproduceerd verloren. In sommige
aanvoerketens loopt dat op tot de helft. Het Postharvest Network
draagt bij aan de aanpak van lokale ketenproblemen door
investeringen in hygiëne, koeling, opslag en transport. Goed voor
Afrika, en goed voor het Nederlands bedrijfsleven. Ook op het
gebied van kwetsbare landbouwproducten heeft Nederland veel
kennis en ervaring.
Vrijhandelsverdragen
Het wegnemen van internationale handelsbarrières door het
afsluiten van bilaterale en multilaterale vrijhandelsverdragen is
belangrijk voor producenten uit lage- en middeninkomenslanden.
Daarom zet Nederland in op een nieuw WTO-akkoord en het
afsluiten van bilaterale handelsverdragen. RVO en de Nederlandse
ambassades helpen ondernemers in ontwikkelingslanden hun
zakenpartners op de Europese of wereldmarkt te vinden, en hun
producten te verhandelen. Ook is er steun voor de opbouw van
kamers van koophandel, kadasters en douanediensten.
Foto TMEA
‘We werken samen met partnerlanden om er voor te zorgen
dat juist ook middelgrote en kleine bedrijven hun producten
sneller en goedkoper op de markt kunnen brengen, in eigen land
of over de grens.’
Voor meer informatie over de Nederlandse inzet op
duurzame, inclusieve economische groei:
Ministerie van Buitenlandse Zaken
Directie Duurzame Economische Ontwikkeling
Postbus 20061
2500 EB Den Haag, Nederland
[email protected]
www.rijksoverheid.nl
Download