Ambassade van België Parijs Vlaamse Vertegenwoordiging

advertisement
Maandbericht uit Parijs
Jorinde VERPOORTEN
Adjunct van de Landbouwraad
Ambassade van België
Parijs
Vlaamse Vertegenwoordiging
25 Avenue Pierre I de Serbie
75116 PARIJS
Tel. (+33) 01 5689 1439
Fax (+33) 015689 1438
GSM (+33) 06 9801 8656
Vlaamse Vertegenwoordiging
LANDBOUWDIENST
E-mail: [email protected]
30 april 2007
Maandbericht april 2007
Inhoud
Korte inhoud te bereiken met ctrl+klik of klik op de titel
(bldz. 3-6)
A Frankrijk ............................................................................................................................. .7
1 ALGEMEEN LANDBOUWBELEID ............................................................................... .7
1.1 FNSEA 61ste Congres Marseille 27-29 maart .................................................................... .7
1.2 FNAB wil veeleisender keurmerk dan Europese regelgeving omtrent bioproducten ........ .7
1.3 FNSEA en JA betalen boete aan Brussel ........................................................................... .7
1.4 Oogstverzekering: eerste samenkomst van het CNAA ...................................................... .8
2 PLANTAARDIGE PRODUCTIES ................................................................................... .9
2.1 Wintergroenten: steunmaatregelen van 7,5 miljoen euro ................................................... .9
3 DIERLIJKE PRODUCTIES .............................................................................................. .9
3.1 Congres Franse melkveehouders in Sables d’Olonne 21-22 maart.................................... .9
4 VISSERIJ ........................................................................................................................... .11
4.1 Bussereau verdedigt Franse visserij van glasaal en ansjovis ........................................... .11
5 MILIEU .............................................................................................................................. .12
5.1 PPO: publicatie decreet omtrent de distributie ................................................................. .12
5.2 Droogte : waakzaamheid geboden ................................................................................... .12
6 DIERZIEKTEN ................................................................................................................. .13
6.1 Blauwtongmaatregelen hervat .......................................................................................... .13
7 DIERENWELZIJN ........................................................................................................... .13
7.1 FNB bekritiseert randvoorwaarden dierenwelzijn ........................................................... .13
7.2 Randvoorwaarden dierenwelzijn: Ministerie doet water bij de wijn ............................... .14
8 ANDERE ............................................................................................................................ .15
8.1 Fytosanitaire producten: intoxicatiemeldingen ................................................................ .15
8.2 Agri US Analyse nr.135, april 2007 ................................................................................. .15
1
B. Spanje ............................................................................................................................... .20
1 ALGEMEEN LANDBOUWBELEID ............................................................................. .20
1.1 Veeteelt- en plattelandsontwikkelingsprogramma’s ........................................................ .21
2 VISSERIJ ........................................................................................................................... .21
2.1 Ansjovisconflict ............................................................................................................... .21
2.2 MAPA maakt acht miljoen euro vrij voor Cantabrische vloot ......................................... .21
2.3 Jacht op ansjovis............................................................................................................... .22
2.4 Regering kent 256 miljoen euro toe aan Spaanse visserijsector ...................................... .22
3 PLANTAARDIGE PRODUCTIES ................................................................................. .23
3.1 Bijeenkomst van het Frans/Spaanse Comité voor Fruit en Groenten in Madrid.............. .23
4 DIERZIEKTEN ................................................................................................................. .24
4.1 Blauwtongmaatregelen verscherpt ................................................................................... .24
2
Korte inhoud
Volledig bericht te bereiken met ctrl+klik of klik op de titel
A. Frankrijk
1 ALGEMEEN LANDBOUWBELEID
1.1 FNSEA 61ste Congres Marseille 27-29 maart
Het 61ste FNSEA congres (=Fédération nationale des syndicats d'exploitants agricoles) vond
plaats in Marseille van 27 tot 29 maart. Het was de eerste keer sinds de klinkende
overwinning van de FNSEA vertegenwoordigers in de Franse landbouwkamerverkiezingen,
dat de afgevaardigden vergaderden. FNSEA wilde op het congres aantonen dat ze als
grootste Franse landbouworganisatie attractief en efficiënt kan zijn.
1.2 FNAB wil een veeleisender keurmerk dan de Europese regelgeving omtrent
bioproducten
Tijdens de algemene vergadering van de Fédération Nationale de l’Agriculture Biologique
(FNAB) op 27 en 28 maart, benadrukte de federatie gekant te zijn tegen de nieuwe Europese
reglementering omtrent bioproducten die in voorbereiding is. Bijgevolg heeft de organisatie
voorgesteld om een eigen keurmerk op te richten. In verschillende landen bestaat er
opschudding omtrent het Europese voorstel, dat het risico op GGO-besmetting bij biologische
producten niet uitsluit, en het verbod op het gebruik van synthetische pesticiden niet expliciet
vermeldt.
1.3 FNSEA en JA betalen boete aan Brussel
De belangrijkste Franse syndicale organisatie FNSEA (=Fédération Nationale des
Syndicats), en de “Jeunes Agriculteurs”, de vakbond die de belangen van de jonge Franse
landbouwers verdedigt, hebben besloten om de boete die hun opgelegd werd door het
Europese Hof van Justitie, te betalen. De syndicale organisaties werden veroordeeld omdat ze
tijdens de crisis van “de gekkekoeienziekte” een minimale aankoopprijs vastlegden voor
bepaalde soorten runderen. FNSEA en JA namen de beslissing om Brussel te betalen in
afwachting van het aangetekende beroep, omdat ze “er genoeg van hadden intresten te
betalen”.
1.4 Oogstverzekering: eerste samenkomst van het CNAA
Op 22 maart 2007 vergaderde voor de eerste keer het “Comité national de l’assurance en
agriculture” (CNAA).
2 PLANTAARDIGE PRODUCTIES
2.1 Wintergroenten : Bussereau voorziet steunmaatregelen van 7,5 miljoen euro
Sinds enkele weken worden de Franse producenten van wintergroenten geconfronteerd met
sterke prijsdalingen van hun producten, voornamelijk te wijten aan het uitzonderlijk
gematigde klimaat. De regering beloofde in het totaal 7,5 miljoen euro steunmaatregelen ten
voordele van de producenten. Deze bestaan uit een geldelijke steun van 1,5 miljoen euro; een
uitstel van sociale lasten ter waarde van 4,5 miljoen euro en een overname van sociale
premies goed voor nog eens 1,5 miljoen €.
3
3 DIERLIJKE PRODUCTIES
3.1 Congres Franse melkveehouders in Sables d’Olonne 21-22 maart
De Franse melkveehouders aangesloten bij de FNPL (sectororganisatie van FNSEA) hielden
hun algemene vergadering in Sables d’Olonne, op 21 en 22 maart. Meer dan 500
congressisten woonden de vergaderingen bij.
4 VISSERIJ
4.1 Bussereau verdedigt Franse visserij van glasaal en ansjovis
Minister van Landbouw en Visserij, Dominique Bussereau, heeft in de Raad van de
Landbouw- en Visserijministers op 16 april 2007 te Luxemburg, de toekomst van de Franse
vangsten van glasaal en ansjovis verdedigd.
5 MILIEU
5.1 PPO: publicatie decreet omtrent de distributie
Met de publicatie in de Journal Officiel van 28 maart van een decreet aangaande PPO of
pure plantaardige olie (huiles végétales pures of HVP), heeft het Ministerie van Financiën de
reeks van de reeds gepubliceerde teksten omtrent PPO, vervolledigd (zie ook maandbericht
februari 2007). Het decreet betreft hoofdzakelijk de eisen waaraan PPO distributeurs moeten
voldoen.
5.2 Droogte : waakzaamheid geboden
Op 10 april kwam het nationaal comité voor de droogte (comité national de suivi des effets de
la sécheresse sur la ressource en eau) bijeen in Parijs, en concludeerde dat de situatie
aanzienlijk verbeterd is. Tijdens het vorige comité op 1 maart 2007, leek de situatie
zorgwekkend en vreesde men in verschillende Franse gebieden een gelijkaardige situatie als
in 2005. De pluviometrie van midden maart is dus al wat geruststellender, maar volgens
Minister van Milieu en Duurzame Ontwikkeling, Nelly Olin, blijft waakzaamheid geboden.
6 DIERZIEKTEN
6.1 Blauwtongmaatregelen hervat
De mug (knut) die verantwoordelijk is voor de verspreiding van het blauwtongvirus werd op 6
april 2007 officieel terug vastgesteld in het noordoosten van Frankrijk. De DGAL (Direction
générale de l’alimentation) heeft onmiddellijk de maatregelen aangaande dieren in
gereglementeerde zones (ZR of zones réglementées) en verboden gebieden (PI of périmètres
interdits) herdefinieerd.
7 DIERENWELZIJN
7.1 FNB bekritiseert maatregelen dierenwelzijn
Het Franse landbouwministerie heeft in februari 2007 de geactualiseerde fiches voor de
randvoorwaarden beschikbaar gemaakt. De veehouders zijn niet gelukkig met de
administratieve aanpak en voelen zich beledigd.
7.2 Randvoorwaarden dierenwelzijn: het Franse ministerie doet water bij de wijn
Naar aanleiding van de kritieken op de fiches voor de randvoorwaarden aangaande
dierenwelzijn, heeft het Ministerie besloten water bij de wijn te doen.
4
8 ANDERE
8.1 Fytosanitaire producten: intoxicatiemeldingen
Volgens de directeur van Gezondheid van de Mutualité Sociale Agricole (MSA), zijn de
meldingen omtrent intoxicatie door fytosanitaire producten gestegen.
8.2 Agri US Analyse nr.135, april 2007
Editoriaal: restaurateurs houden rekening met dierenwelzijn
Impact van biobrandstoffen op landbouwprijzen
Akkerbouw: welke marktprijzen in 2007/2008?
Weinig gronden onttrokken aan braakligging
Het belang van de industrie van de landbouwmechanisatie
Sterkere daling in aantal melkproducenten
Dierlijke producties: nichemarkten
Een eeuw consumptie in de VS
Contrasterende evolutie van de vraag in de mondiale landbouw
Naar een vrijhandelsakkoord met Zuid-Korea?
Vlees: de Chinese pletwals
EU levert grootste bijdrage in ontwikkelingshulp
Amerikaans Rekenhof heeft kritiek op VS voedselhulp
Farm bill 2007: melkproducenten voorstanders van ontkoppelde steun
Steunmaatregelen voor de landbouw en de financiering van de oorlog in Irak
EPA (Environmental Protection Agency) zou broeikasgassenemissie kunnen regulariseren
Bereken uw behoefte aan vetstoffen
Food and Drug Administration wil bestraling van voedingsmiddelen promoten
Wetsontwerp in het voordeel van cellulose ethanol
Moeten antibiotica in de veeteelt verboden worden?
B. Spanje
1 ALGEMEEN LANDBOUWBELEID
1.1 Veeteelt- en plattelandsontwikkelingsprogramma’s
Tijdens de “Conferencia Sectorial de Agricultura y Desarrollo Rural” van 10 april 2007,
voorgezeten door Minister van Landbouw en Visserij Elena Espinosa, werden 58.819.127
euro uitgetrokken voor de uitvoering van veeteelt- en plattelandsontwikkelingsprogramma’s,
waarbij ook een deel zal gaan naar de schade veroorzaakt door de tropische storm “Delta”
in de Canarische eilandengroep in november 2005.
2 VISSERIJ
2.1 Ansjovisconflict
De experimentele ansjovis visserij in de Golf van Biskaje is van start gegaan, maar de
problemen hieromtrent, zijn nog steeds niet opgelost. Op het laatste moment besloot de
Spaanse visserijsector niet te vertrekken en te wachten tot er betere afspraken gemaakt
werden. De Spanjaarden willen onder andere de zone waar de Cantabrische vloot zal vissen,
uitgebreid zien.
2.2 Spaans Ministerie van Landbouw en Visserij maakt acht miljoen euro vrij voor
Cantabrische vloot
De Cantabrische vloot wordt getroffen door een vangstverbod op ansjovis in de Golf van
Biskaje. Het Spaanse Ministerie van Landbouw en Visserij heeft besloten acht miljoen euro
vrij te maken om de tijdelijke vangstonderbreking van de noordoostelijke Cantabrische vloot
5
te subsidiëren. Bovendien kunnen de vissers ook aanspraak maken op toelagen die worden
toegekend door de autonome regio’s.
2.3 Jacht op ansjovis
Op het laatste moment besloot de Spaanse visserijsector niet deel te nemen aan de
experimentele vangst van ansjovis in de Golf van Biskaje en te wachten tot er betere
afspraken gemaakt werden. De Spanjaarden wouden de zone waar de Cantabrische vloot zou
vissen, uitgebreid zien. Op 25 april keurde de Europese Commissie de uitbreiding van de zone
goed en op 27 april hebben de eerste drie Spaanse vissersboten dan toch het anker gelicht. De
Spaanse vissers zullen in tegenstelling tot de Franse, de ansjovisvangsten niet
commercialiseren.
2.4 Regering kent 256 miljoen euro toe aan Spaanse visserijsector
De Conferencia Sectorial de Pesca, die op 10 april 2007 bijeenkwam onder het
voorzitterschap van Minister van Landbouw en Visserij Elena Espinosa, heeft 256.079.877
euro van de rijksbegroting aan de visserijsector toegekend, voor de periode 2007-2013.
3 PLANTAARDIGE PRODUCTIES
3.1 Bijeenkomst van het Frans/Spaanse Comité voor Fruit en Groenten in Madrid
Op vrijdag 30 maart 2007 kwam het Frans-Spaanse Comité voor Fruit en Groenten voor de
dertiende keer samen. Dit Comité brengt de vertegenwoordigers van de overheid en de
professionelen uit de Spaanse en Franse fruit- en groentesector bijeen. Op de samenkomst
eind maart werd de balans opgemaakt van de werkzaamheden die in de loop van de twaalf
afgelopen maanden door de contactgroepen werden verricht, bestaande uit professionals van
de tomatensector, de sector van aardbeien, knoflook en steenvruchten. Ze bogen zich over de
oogst, de marktontwikkeling en het campagneverloop van laatstgenoemde producten.
4 DIERZIEKTEN
4.1 Blauwtongmaatregelen verscherpt
Omwille van de toenemende temperaturen, waarin de knut die het blauwtongvirus overdraagt
goed gedijt, gelden er terug strengere maatregelen in Spanje om de verspreiding van het virus
te voorkomen. De bepalingen hieromtrent werden op 28 april 2007 gepubliceerd in het
Staatsblad (8826 ORDEN APA/1128/2007, de 26 de abril, por la que se establecen medidas
específicas de protección en relación con la lengua azul:
http://www.boe.es/boe/dias/2007/04/28/pdfs/A18598-18603.pdf).
6
Volledig bericht
A. Frankrijk
1 ALGEMEEN LANDBOUWBELEID
1.1 FNSEA 61ste Congres Marseille 27-29 maart
Het 61ste FNSEA congres (=Fédération nationale des syndicats d'exploitants agricoles) vond
plaats in Marseille van 27 tot 29 maart. Het was de eerste keer sinds de klinkende
overwinning van de FNSEA vertegenwoordigers in de Franse landbouwkamerverkiezingen,
dat de afgevaardigden vergaderden. FNSEA wilde op het congres aantonen dat ze als grootste
Franse landbouworganisatie attractief en efficiënt kan zijn.
Op het georganiseerde rondetafeldebat wilde de organisatie aantonen dat samenwerken de
individuele producent de mogelijkheid biedt om sterk te staan tegen de grote macht van de
distributie. Vertegenwoordigers van Coöperatieven uit Denemarken, België en Nieuw
Zeeland onderstreepten dit standpunt.
Ook de komende EU Health Check kwam uitgebreid aan bod. De kabinetschef van Marian
Fischer Boel probeerde de aanwezige afgevaardigden gerust te stellen over de bedoeling van
de tussentijdse MTR evaluatie en stelde dat de commissaris niet de bedoeling heeft om het
GLB voor 2013 aan te pakken.
(28/03/2007)
1.2 FNAB wil een veeleisender keurmerk dan de Europese regelgeving omtrent
bioproducten
Doordat de vraag naar biologische voedingsproducten stijgt, groeit ook de noodzaak om deze
beter te reglementeren. Niet iedereen is het er echter over eens, hoe dit moet gebeuren…
Tijdens de algemene vergadering van de Fédération Nationale de l’Agriculture Biologique
(FNAB) op 27 en 28 maart, benadrukte de federatie nogmaals gekant te zijn tegen de nieuwe
Europese reglementering die in voorbereiding is. Volgens FNAB zou deze reglementering de
vereisten in de biologische landbouw verzwakken. Bijgevolg heeft de organisatie voorgesteld
om een keurmerk op te richten dat de huidige kwaliteit vrijwaart. In verschillende landen
bestaat er opschudding omtrent het Europese voorstel, dat het risico op GGO-besmetting bij
biologische producten niet uitsluit, en het verbod op het gebruik van synthetische pesticiden
niet expliciet vermeldt.
FNAB vertegenwoordigt ongeveer 70% van de biologische landbouwers. Volgens de
voorzitter is de oprichting van dergelijk keurmerk een manier om zich te verzetten tegen de
Europese Commissie, zoals dat in meerdere andere Europese landen ook werd gedaan.
(30/03/2007)
1.3 FNSEA en JA betalen boete aan Brussel
De belangrijkste Franse syndicale organisatie FNSEA (=Fédération Nationale des Syndicats),
en de “Jeunes Agriculteurs”, de vakbond die de belangen van de jonge Franse landbouwers
verdedigt, hebben besloten om de boete die hun opgelegd werd door het Europese Hof van
Justitie, te betalen. De syndicale organisaties werden veroordeeld omdat ze tijdens de crisis
van “de gekkekoeienziekte” een minimale aankoopprijs vastlegden voor bepaalde soorten
7
runderen. FNSEA en JA namen de beslissing om Brussel te betalen in afwachting van het
aangetekende beroep, omdat ze “er genoeg van hadden intresten te betalen”.
Het Hof van Justitie vaardigde in december laatstleden in verband met deze kwestie boetes uit
aan Franse vakbonden en federaties voor ongeveer 12 miljoen euro, waarvan 9 miljoen euro
alleen al voor de FNSEA. Volgens de voorzitter van de FNSEA zou de Europese Commissie
in afwachting van de eindbeslissing, die binnen de twee volgende jaren zal vallen, de intresten
op de nu betaalde som, die geblokkeerd wordt in afwachting van de uitspraak in beroep, aan
de vakbonden moeten terugstorten.
Sinds de eerste veroordeling zijn de intresten op de boetes beginnen lopen, en de totale som
bedraagt momenteel 10,5 miljoen euro voor de FNSEA en 543.000 euro voor de JA (de boete
voor de JA bedroeg 450.000 euro, de interest tot nu toe 93.000 euro). FNSEA en JA zullen
een gewaarborgde lening aangaan om de boetes te betalen.
(13/04/2007)
1.4 Oogstverzekering: eerste samenkomst van het CNAA
Oogstverzekering: eerste samenkomst van het CNAA
Op 22 maart 2007 vergaderde voor de eerste keer het “Comité national de l’assurance en
agriculture” (CNAA).
Het comité heeft een positief advies gegeven over de erkenning van de verliezen in Var
(overstromingen 2 en 3 december) en, aangaande de droogte 2006, uitbreidingen naar les
Hautes Alpes, la Drôme, le Gard, le Lot, la Mayenne, le Bas Rhin, le Vaucluse en la Vienne.
Ook heeft het comité zich positief uitgesproken in verband met de schadevergoedingen van
dossiers die eerder al werden erkend voor 46,8 miljoen euro aangaande de droogte 2006, en
4,9 miljoen euro voor de andere rampen alsook eerste erkenningen.
Een voorlopige balans van de oogstverzekering 2006 werd voorgesteld.
De leden van het comité werden geïnformeerd over de evolutie van de reglementering en in
het bijzonder van de publicatie van decreten aangaande landbouwrampen (decreet van 19
januari 2007) en de oogstverzekering 2007 (decreet van 30 januari 2007). Een ander decreet,
die deze teksten zal vervolledigen wordt opgemaakt.
Ook werden de conclusies van het rapport “Une nouvelle étape pour la diffussion de
l’assurance récolte » van senator Mortemousque besproken.
De volgende bijeenkomst zal plaatsvinden op 7 juni 2007.
(Zie ook maandberichten mei 2006, december 2006, januari 2007, februari 2007, en maart
2007.)
(2-3/04/2007)
8
2 PLANTAARDIGE PRODUCTIES
2.1 Wintergroenten : Bussereau voorziet steunmaatregelen van 7,5 miljoen euro
Sinds enkele weken worden de Franse producenten van wintergroenten (salade, prei,
bloemkool, enz.) geconfronteerd met sterke prijsdalingen van hun producten, voornamelijk te
wijten aan het uitzonderlijk gematigde klimaat (zie ook maandbericht maart 2007).
Landbouwminister Bussereau ontving, naar aanleiding van de laatste nationale conferentie
over de wintergroenten, en in aanwezigheid van Gérard Pelhate, voorzitter van de Caisse
Centrale de la Mutualité Sociale Agricole, een delegatie producenten onder leiding van
Angélique Delahaye, voorzitter van FNPL (=Fédération Nationale des Producteurs de
Légumes). Tijdens de ontmoeting werden de eisen van de producenten, de uitdagingen en
perspectieven voor de sector geanalyseerd.
De regering beloofde in het totaal 7,5 miljoen euro steunmaatregelen ten voordele van de
producenten van wintergroenten. Deze bestaan uit een geldelijke steun van 1,5 miljoen euro,
een uitstel van sociale lasten ter waarde van 4,5 miljoen euro en een overname van sociale
premies goed voor nog eens 1,5 miljoen €. Deze kredieten betreffen de persoonlijke bijdragen
van de ondernemers en die van hun werknemers en kunnen herzien worden afhankelijk van de
duur van de crisis. Het ministerie zal eveneens de banken aansporen om de landbouwers
voordelige leningen aan te bieden.
In een communiqué dat werd verspreid naar aanleiding van de bijeenkomst, vraagt FNPL, die
deze maatregelen als een eerste stap in de goede richting ziet, dat alles in het werk gesteld zou
worden om de bedrijven terug concurrentieel te maken en de organisatie is zelfs bereid om te
experimenteren met sociale BTW om de arbeidsplaatsen te behouden.
(10/04/2007)
3 DIERLIJKE PRODUCTIES
3.1 Congres Franse melkveehouders in Sables d’Olonne 21-22 maart
Samenvatting slottoespraken
De Franse melkveehouders aangesloten bij de FNPL (sectororganisatie van FNSEA) hielden
hun algemene vergadering in Sables d’Olonne, op 21 en 22 maart. Meer dan 500
congressisten woonden de vergaderingen bij.
De huidige problemen van de Franse melksector en de toekomst ervan stonden op de agenda
en kwamen ook aan bod in de afsluitende toespraak van de gedreven voorzitter Henri
Brichart.
Landbouwminister Bussereau antwoordde op de vele gestelde vragen. Voor de
landbouwminister was het de laatste officiële en openbare toespraak in deze legislatuur.
Voorzitter Brichart benadrukte dat de melkveehouders vooruitziend willen zijn, dat zij willen
nadenken over de nodige productiebeheersing maar niet blind kunnen zijn voor de
bedreigingen die afkomen op het Franse model met quotabeheersing en sectoroverleg dat
garant staat voor de competitiviteit, de menselijke dimensie, het landschapsbeheer en een
goede maatschappelijke integratie van de sector.
9
De Franse melkveehouders willen dat model vrijwaren en zijn bereid aanpassingen te
aanvaarden. Dat het Franse quotabeleid zal moeten aangepast worden, staat buiten twijfel. De
fundamenten, kosteloosheid van de quota en een zekere grondgebondenheid, moeten echter
overeind blijven. Wat de productiebeheersing betreft, zei de voorzitter dat hij en de vakbond
open staan voor evoluties die meer vrijheid geven aan de bedrijven op voorwaarde dat de
bedrijfsdossiers goed in elkaar zitten (“que les dossiers soient bien ficelés”). In verband met
de nieuwe mogelijkheden van de “Acal professionnel” (specifieke overdrachten van
melkquota's zonder overdracht van grond, bovenop het klassieke Acaldispositief,
steunmaatregelen voor de stopzetting van melkactiviteit) verbond de voorzitter een
voorwaarde aan de bereidheid tot uitvoering ervan. Het gebruik van de betaalde
superheffingen moet blijven dienen om de Acal te financieren.
In de slottoespraak beloofde de minister dat de opbrengst van de superheffingen voor het
overschrijden van de melkquota voor de campagne 2007/2008 volledig aan de financiering
van de Acal toegewezen zal worden.
Verder in zijn toespraak wees Brichart op het belang van het “Plan Bâtiments” (aanpassing
aan de nieuwe normen). Hij hekelde de vele wachtlijsten in bijna alle Franse departementen
als gevolg van onvoldoende financieringsmiddelen. De landbouwminister vond de opmerking
blijkbaar weinig gepast want hij vermeldde dat de regering meer dan 300 miljoen euro over
twee jaar vrijgemaakt had en vond het niet nodig om er verder op in te gaan.
Henri Brichart meende voorts dat dit Franse melksectormodel, de uitdrukking is van een
contract tussen de maatschappij en de landbouw. Dit model kan op elk moment door slechte
landbouwbeleidsbeslissingen opgeblazen worden. De toekomst ervan is bedreigd. Het
komende verslag over de melkquota's voorzien in de evaluatie van de MTR (akkoorden van
Luxemburg) voorspelt goeds. In reactie heeft de melksector (producerende en verwerkende),
tot nu toe, de handtekening verkregen van 125 kamerleden of senatoren op hun open brief
bestemd voor de Europese Commissaris Mariann Fischer Boel en nog meer handtekeningen
zullen in de komende dagen verkregen worden. Een gelijksoortige actie voor de verdediging
van het Europese melkmodel is in de herfst bij het Europees Parlement voorzien.
De Franse producenten zijn verbijsterd over de Europese WTO toegevingen. Het risico dat we
onze voedselsoevereiniteit verliezen is reëel, en dat zullen we nooit aanvaarden, verwittigde
Henri Brichart. Het WTO onderhandelingsverloop is des te meer absurd daar het belang van
de intercontinentale wereldhandel in de melksector een minimale fractie van de handel
betekent; de melkhandel is hoofdzakelijk een regionaal gebeuren.
Terugkerend op de beheersingsproblematiek zei de voorzitter dat de Franse melkproducenten
over de toekomstige evolutie van het begrip ‘productiebeheersing’ willen nadenken omdat de
Commissie waarschijnlijk het einde van de quota’s zal aankondigen.
Ondertussen heeft de Franse minister besloten om de herverdeling van de jaarlijkse verhoging
met 0,5% van de aanvullende quota's te vereenvoudigen (verhoging voorzien in de MTR
hervorming van Luxemburg). Elke veehouder zal op automatische wijze een bijkomende
hoeveelheid van 0,5% toegewezen krijgen van de quota die hij op 31 maart 2007 in handen
had. Jean-Michel Lémétayer, voorzitter van FNSEA, stelde in zijn toespraak dat het nodig is
de toekomst tegemoet te zien met aandacht voor het behoud van de productiebeheersing en
voor de hefbomen van het marktbeleid.
10
Uit de toespraak van voorzitter Brichart bleek dat in de besloten vergaderingen van 21 maart
er veel gediscussieerd werd over de inhoud en betekenis van de contracten tussen de
producenten en de verwerkers. Zowel Henri Brichart als Jean-Michel Lemétayer verwittigden
de zuivelindustriëlen dat het van hunnentwege een verkeerde berekening zou zijn om te
proberen de Franse interprofessionele organisatie en akkoorden af te zwakken. De verwerkers
moeten weten dat zij dan zwaar af te rekenen zullen krijgen met het frontaal verzet van de
producenten.
De producenten dragen met een verplichte vrijwillige bijdrage (cvo-heffing) bij tot de
financiering van een investeringsfonds voor de modernisering van de melkophaling en de
verwerkende industrie. De landbouwminister steunt dit producenteninitiatief ten volle en
beloofde bij de Minister van Financiën tussen te komen om een voordelige fiscale
behandeling van de maatregel te bekomen. Voor de komende drie jaren zouden aldus 15
miljoen euro beschikbaar zijn bij dit fonds dat beheerd zal worden door Sofiprotéol1.
Tenslotte valt op te merken dat Jean Michel Lemétayer in zeer warme bewoordingen de
uitstekende werkrelatie met de minister, de ministeriële directies en het kabinet geprezen heeft
en de minister hiervoor bedankte. “Jammer dat u steeds met geldgebrek af te rekenen had”,
zei de voorzitter van FNSEA. De toespraken van Brichart en van de minister zijn beschikbaar
op deze dienst.
(28-03-2007)
4 VISSERIJ
4.1 Bussereau verdedigt Franse visserij van glasaal en ansjovis
Minister van Landbouw en Visserij, Dominique Bussereau, heeft in de Raad van de
Landbouw- en Visserijministers op 16 april 2007 te Luxemburg, de toekomst van de Franse
vangsten van glasaal en ansjovis verdedigd.
Wat betreft de jonge paling of glasaal, herinnerde de Minister eraan dat het hier gaat om een
zeer belangrijke onderhandeling die de toekomst van bijna 2000 professionele vissers treft,
verspreid over de Atlantische Oceaan, de Noordzee en het Kanaal. Frankrijk weigerde het
voorstel van de Commissie te aanvaarden, waarbij de Franse en Spaanse vissers verplicht
zouden worden om 75% van hun vangsten te gebruiken voor het herstel van de bestanden in
de wateren van Noord en Oost-Europa. Bussereau verdedigde het Franse voorstel waarbij er
beheersplannen per bassin opgesteld zouden worden die de voorwaarden voor een herstel
vastleggen en de versterking van controlemaatregelen. De Fransen werden hierin gesteund
door de Spanjaarden, de Italianen, de Hongaren en de Roemenen. Er werd echter geen
akkoord bereikt.
Aangaande de ansjovisvangsten gingen de onderhandelingen met de Commissie en met
Spanje over de experimentele campagne. Bussereau is erin geslaagd om de Commissie de
Spaanse boycot van de Franse ansjoviscommercialisering te laten veroordelen. Daartegenover
is Frankrijk akkoord gegaan met het terugroepen van de Franse boten in afwachting van de
bijeenkomst op 19 april waarin overlegd zal worden over de vangstvoorwaarden. De Franse
boten zullen wel terug kunnen uitvaren vanaf maandag 23 april.
(17/04/ 2007)
1
Sofiproteol beheert o.a. de financiële poot van Prolea. http://www.prolea.com/index.php?id=1460
11
5 MILIEU
5.1 PPO: publicatie decreet omtrent de distributie
Met de publicatie in de Journal Officiel van 28 maart van een decreet aangaande PPO of pure
plantaardige olie (huiles végétales pures of HVP), heeft het Ministerie van Financiën zojuist
de reeks van de reeds gepubliceerde teksten omtrent PPO, vervolledigd (zie ook maandbericht
februari 2007).
Het decreet betreft hoofdzakelijk de eisen waaraan distributeurs van PPO moeten voldoen:
wanneer de verkoop bestemd is voor landbouwmachines, moet de PPO gekleurd worden
volgens dezelfde voorwaarden als die voor stookolie, dus in een rode scharlakenkleur met de
communautaire indicator of verklikkerstof Solvent Yellow 124, en in het blauw met de
communautaire indicator wanneer de PPO bestemd is voor vissersvaartuigen.
Volledige pakketten (kleurstof/indicator) bestaan. Elke distributeur is verantwoordelijk voor
de wettelijke bestemming van de verkochte olie. De factuur geeft de personalia van de koper
aan, met een vermelding dat het gebruik van het product aan reglementeringen onderworpen
is en dat het gebruik ervan in een motor onder de verantwoordelijkheid van de gebruiker valt.
Ook is bepaald dat de plaatselijke instanties die PPO gebruiken, de activiteit van distributeur
niet kunnen uitoefenen.
Decreet n° 2007-446 van 25 maart 2007 « fixant les mesures auxquelles doivent se conformer
les distributeurs et les utilisateurs d’huiles végétales pures en application de l’article 265
quater du code des douanes ».
(04/04/2007)
5.2 Droogte : waakzaamheid geboden
Op 10 april kwam het nationaal comité voor de droogte (comité national de suivi des effets de
la sécheresse sur la ressource en eau) bijeen in Parijs, en concludeerde dat de situatie
aanzienlijk verbeterd is. Tijdens het vorige comité op 1 maart 2007, leek de situatie
zorgwekkend en vreesde men in verschillende Franse gebieden een gelijkaardige situatie als
in 2005.
De regen die sinds het begin van de maand maart is gevallen, was gunstig voor verschillende
zones die zwaar in moeilijkheden zaten, voornamelijk Aquitaine, Poitou-Charentes, en het
westen van de Pyreneeën. De situatie blijft echter gespannen ten oosten van de Pyreneeën, in
Ariège en la Garonne. Het tekort blijft tevens aanzienlijk in een gedeelte van het zuidoosten
van Frankrijk als in Corsica, de Rhonevallei, en het Parijse bekken.
Op verzoek van Minister van Milieu en Duurzame Ontwikkeling, Nelly Olin, heeft de prefect
van het bekken Adour-Garonne de landbouwbedrijven van het zuidwesten opgeroepen om
rekening te houden met de hydrologische situatie bij de keus van hun gewassen.
De pluviometrie van midden maart is dus al wat geruststellender, maar volgens Nelly Olin
blijft waakzaamheid geboden aangezien het tij nog kan keren indien de temperaturen in de
volgende maanden hoger liggen dan gewoonlijk.
Het rapport van het comité over de hydrologische situatie in Frankrijk op 10 april 2007 is
beschikbaar op deze dienst.
12
(10/04/2007)
6 DIERZIEKTEN
6.1 Blauwtongmaatregelen hervat
Eerder al werd duidelijk dat de Franse veehouders moeten leren leven en werken met het
blauwtongvirus. Tot op heden werd het virus beschouwd als een tropische ziekte, maar nu
blijkt dat bluetongue zich blijvend zal vestigen ook in meer noordelijke streken van Europa.
Volgens Inra en Cirad ligt een nieuwsoortige knut die beter bestand is tegen de koude aan de
basis van de uitbraak van het virus in Duitsland, Frankrijk en België in 2006 (zie ook
maandberichten augustus 2006, november 2006, december 2006).
De mug (knut) die verantwoordelijk is voor de verspreiding van het blauwtongvirus werd op 6
april 2007 officieel terug vastgesteld in het noordoosten van Frankrijk. De DGAL (Direction
générale de l’alimentation) heeft onmiddellijk de maatregelen aangaande dieren in
gereglementeerde zones (ZR of zones réglementées) en verboden gebieden (PI of périmètres
interdits) herdefinieerd.
De maatregelen zijn nog niet zo streng als vorig jaar, maar kunnen nog herzien worden indien
de situatie verergert. In dat geval zouden de autoriteiten kunnen opteren voor een
vervoersverbod van PI naar ZI (=zone indemne) en de overdrachten van PI naar ZR onder
zeer strikte voorwaarden laten verlopen. De prefecten kunnen afwijkingen toestaan voor het
vervoer van dieren van PI en ZR naar slachthuizen van ZI, op voorwaarde dat de dieren een
desinsectie behandeling ondergingen voordat ze geladen werden. Het vee van de
gereglementeerde zones kan eveneens naar bedrijven in de ZI gebieden gaan, op voorwaarde
dat er een serologische test werd uitgevoerd die negatief is, na een desinsectie behandeling
van minstens 28 dagen (de sanitaire autoriteiten bevelen het gebruik van pyrethrumderivaten
aan). De herkauwers van PI, die bestemd zijn voor ZR of ZI, moeten ook een tweede
serologische test ondergaan 28 dagen na hun aankomst in het bedrijf van bestemming.
Kalveren van acht dagen oud vallen onder specifieke maatregelen. Enkel de kalveren
afkomstig van ZR kunnen naar een vetmestingsplaats van ZI, op voorwaarde dat deze laatste
gesloten is en op voorhand een desinsectie behandeling onderging.
Voor meer gedetailleerde informatie: zie bijgevoegde documenten.
dgaln20078085z[4]. dgaln20078084z[3]. dgaln20078083z[2]. dgaln20078078z[1].
pdf
pdf
pdf
pdf
(11/04/2007)
7 DIERENWELZIJN
7.1 FNB bekritiseert maatregelen dierenwelzijn
Het Franse landbouwministerie heeft in februari 2007 de geactualiseerde fiches voor de
randvoorwaarden beschikbaar gemaakt (zie maandbericht februari 2.2).
De veehouders zijn niet gelukkig met de administratieve aanpak. De Franse nationale
veehoudersbond (FNB) wees erop dat deze technische fiches bepalen dat de veehouders de
fysiologische behoeften van de dieren inzake voedering en drinken moeten respecteren
13
waarbij vermeld is dat ze erop moeten toezien dat de kalveren binnen de zes uur na het kalven
colostrum te drinken krijgen.…. De overheid moet dit gegeven ter plaatse controleren.
FNB betreurt deze formulering die voor de veehouders eigenlijk een belediging is.
De FNB herinnert eraan dat tegenover de verwachtingen van de maatschappij, die blijkbaar
wel belang stelt in het kennen van de veeteeltvoorwaarden, de veehouders collectieve stappen
hebben afgesproken. Bij het handvest over goede veehouderspraktijken zijn 126.000
bedrijven aangesloten. Dit handvest concretiseert voor het beroep de ethiek, de professionele
know-how en de individuele verplichtingen die op verantwoordelijkheid zijn gebaseerd, ook
wat de goede behandeling van de dieren betreft.
De voorgestelde maatregel is dan ook de weerspiegeling van een administratieve wurggreep
en creëert een situatie waarbij de veehouder een ideale schuldige bij voorbaat is, meent het
FNB.
(03/04/2007)
7.2 Randvoorwaarden dierenwelzijn: het Franse ministerie doet water bij de wijn
De randvoorwaarden voor de steunmaatregelen, zijn een van de belangrijkste maatregelen van
de hervorming van het Gemeenschappelijke Landbouwbeleid dat in juni 2003 werd
goedgekeurd. De directe landbouwsteun wordt verbonden aan randvoorwaarden die de
verwachtingen van de maatschappij op vlak van gezondheid, milieu en op sociaal vlak,
zouden moeten weergeven. Deze randvoorwaarden, waarvan de toepassing progressief werd
ingevoerd, gespreid over een periode van drie jaar, hebben betrekking op verschillende
domeinen. Voor het jaar 2007, was de toepassing van het laatste aspect, namelijk het
dierenwelzijn, voorzien.
Dominique Bussereau, Minister van Landbouw en Visserij, benadrukte nogmaals dat slechts
één domein van de voorwaarden tegelijk gecontroleerd mag worden per landbouwbedrijf.
Hierover werd een instructie verzonden naar de Prefecten.
De Minister heeft voorts aan de Prefecten gevraagd om, in overleg met de plaatselijke
beroepsorganisaties, de controles in de bedrijven te organiseren. Werkgroepen samengesteld
uit vertegenwoordigers van de overheid en het beroep, zullen eveneens een discussie moeten
voeren over de technische fiches van de randvoorwaarden. Voor het dierenwelzijn gaat het
erom, rekening houdend met de plaatselijke gebruiken en de werkelijkheid op het terrein, de
verschillende criteria vast te leggen die de landbouwer moet eerbiedigen.
Bovendien merkte de Minister op dat de arealen waar geen fytosanitaire producten gebruikt
mogen worden, die arealen zijn die voorheen als dusdanig bepaald werden in het kader van
goede landbouw- en milieupraktijken.
Bussereau wil dat de randvoorwaarden “met pedagogie” wordt toegepast. In 2007 zullen op
vlak van dierenwelzijn, "minder belangrijke" afwijkingen die bij een controle vastgesteld
worden, geen vermindering van de steunmaatregelen tot gevolg hebben maar de landbouwer
zal een eenvoudige herinnering aan de regelgeving ontvangen. De boer zal een
waarschuwingsbrief krijgen die hem de aard van de vastgestelde afwijkingen, evenals de te
nemen maatregelen, aangeeft.
14
Het perscommuniqué van het Ministerie kan geraadpleegd worden op:
http://www.agriculture.gouv.fr/spip/IMG/pdf/cp_simplifications_040407.pdf
De reactie van de minister volgt op de snijdende opmerkingen van de FNB (zie ook in dit
maandbericht “Dierenwelzijn - Kafkaiaans”). Ook laat het recente commissieverslag (28
maart) over de toepassing van de randvoorwaarden, ruimte voor meer soepele interpretaties.
Het merendeel van de voorgestelde maatregelen in het commissieverslag, heeft betrekking op
aanpassingen bij controles en sancties, maar wijzigt niet de verplichtingen die aan de
landbouwers worden opgelegd.
(04/04/2007)
8 ANDERE
8.1 Fytosanitaire producten: intoxicatiemeldingen
De meldingen omtrent intoxicatie door fytosanitaire producten zijn gestegen, verklaarde de
directeur van Gezondheid van de Mutualité Sociale Agricole (MSA) op 30 maart. Volgens de
MSA heeft het groene telefoonnummer “Phyt’Attitude” 319 meldingen van landbouwers
geregistreerd, waarvan 183 in 2004, en 136 tijdens het eerste semester van 2005 (=actueelste
cijfers). 48% van de meldingen zijn afkomstig van slachtoffers (oftewel 17% meer dan in
2002-2003) en 43% van landbouwondernemers (=30% meer). De meerderheid van de
meldingen gaan over insecticiden (35%), fungiciden (27%) en herbiciden (27%).
Het grootste aantal meldingen betreft incidenten met graangewassen (33%), oftewel een
stijging van 17% ten opzichte van 2002-2003. De MSA merkt op dat 7% van de intoxicaties
“passief” zijn, waarvan 80% zich voordoen na een behandeling van de gewassen en 20% in de
nabijheid van een behandeling in uitvoering.
Naast de adviserende en preventieve acties van de MSA, leidt de mutualiteit ook
verschillende studies aangaande de gevolgen van het gebruik van fytosanitaire producten. Dit
is het geval bij de studie Partage, die gelanceerd werd in februari aangaande de Parkinson
ziekte in het landbouwersmilieu et de studie Agrican, die eind 2005 gestart werd, en waarbij
het verband tussen kankers en landbouwactiviteiten onderzocht wordt.
(2/04/2007)
8.2 Agri US Analyse nr.135, april 2007
Samenvattingen
Volledige Franse tekst kan bij aanvraag toegestuurd worden.
Editoriaal: restaurateurs houden rekening met dierenwelzijn
Wie had dat verwacht? De Amerikanen bekommeren zich tegenwoordig over het comfort van
kalveren, kippen en varkens. Burger King, de tweede belangrijkste mondiale fastfoodketen
verklaarde tegen het einde van het jaar zijn aankoop van eieren en varkens afkomstig van
veeteeltbedrijven die strikte criteria hanteren op vlak van dierenwelzijn, te verdubbelen. De
chefkok Wolfgang Puck, voormalig leerling van “Oustau de Baumanière” in Baux-deProvence, die vandaag aan het hoofd van een imperium staat dat tien miljoen maaltijden per
jaar opdient, is gelijkaardige verbintenissen aangegaan. Smithfield, eerste producent en
verwerkend bedrijf op mondiaal vlak van varkens, heeft onder druk van McDonalds en de
grootdistributeurs beslist om de veehouderij van drachtige zeugen in individuele boxen te
verbannen.
15
Twee zaken springen Franse waarnemers in het oog: enerzijds wordt deze evolutie niet
aangewakkerd door de overheden zoals wel het geval is in Europa: het zijn de bedrijven aan
de afnemerzijde die in naam van hun zelfverklaarde “sociale verantwoordelijkheid”, aan hun
leveranciers vragen om de kooien van legkippen en de stallen van varkens en kalveren af te
schaffen. Tevens hebben ook verschillende Amerikaanse staten ervoor gekozen om hun
wetgeving te wijzigen. Wat de markt hiermee bereikt, traag, dat is waar, en op een chaotische
manier, is een nieuw evenwicht in de concurrentie aan beide kanten van de Atlantische
Oceaan en dat is geruststellend voor de Europese producenten die een nadeel ondervinden in
de internationale concurrentie door de steeds striktere reglementeringen op vlak van
dierenwelzijn.
Anderzijds zijn de bedrijven die in de VS een verandering opleggen in de veeteelt,
voornamelijk multinationals. Ze passen hun bevoorradingsbeleid aan in functie van
consumptietendensen die waargenomen worden in verschillende landen waar ze gevestigd
zijn. De Europese ervaring van McDonalds en Burger King heeft zeker niet voor niets
meegespeeld in hun beslissing om beter te waken over het welzijn van kippen en varkens,
zelfs als de druk van dierenrechtenorganisaties een bepalende rol gespeeld heeft. De criteria
van “sociale verantwoordelijkheid” zijn niet overal dezelfde, maar hebben de neiging om naar
elkaar toe te groeien. De multinationals in de restauratie dragen zo bij, op hun manier
weliswaar, aan veeteeltnormen die een beetje verzachtend zouden moeten werken voor de
Europese producenten.
De impact van biobrandstoffen op landbouwprijzen
De voorspellingen van FAPRI (=Food and Agricultural Policy Research Institute), die begin
maart bekend gemaakt werden, verwachten aanhoudende hoge mondiale prijzen in de
akkerbouw, in dollars, in het volgende decennium, voornamelijk door de boom in
biobrandstoffen. (Emerging Biofuels: Outlook of Effects on U.S. Grain, Oilseed, and
Livestock Markets May 2007 [07-SR 101] )
http://www.card.iastate.edu/publications/synopsis.aspx?id=1050
Economische actualiteit
Akkerbouw: welke marktprijzen in 2007/2008?
Volgens de nieuwsbrief van 14 april 2007 van Pro Farmer, gebaseerd op het gemiddelde
rendement in de Verenigde Staten, zouden de prijzen aan de producenten van maïs en soja
stijgen met respectievelijk 3% en 6% gedurende de campagne 2007/2008. De prijs van tarwe
zou dalen met 8%. De marktprijs van varkensvlees zou dalen met ongeveer 3% in 2007, maar
de prijzen van de andere dierlijke producties zouden stijgen.
Weinig gronden worden onttrokken aan braak
Op de 11,3 miljoen hectare die op dit moment in het braakleggingprogramma op lange termijn
zitten (Conservation Reserve Program of CRP) en waarvan het contract ten einde loopt tussen
2007 en 2010, zal de overgrote meerderheid ofwel 9,4 miljoen hectare, waarschijnlijk in de
CRP blijven. Dit is toch de wens van de grondeigenaars die door het Amerikaanse
landbouwministerie ondervraagd werden en die in de mogelijkheid verkeren om hun
contracten te vernieuwen. Indien men uitgaat van deze schattingen, zullen enkel 1,9 miljoen
hectare gronden terug gebruikt worden voor het verbouwen van gewassen voor de oogsten
2008-2011, waarvan 0,6 miljoen hectare in de voornaamste maïsproducerende Staten. Er moet
dus niet gerekend worden op de CRP om het maïsareaal aanzienlijk te verhogen (=36,6
miljoen hectare in 2006), als antwoord op de boom in bio-ethanol. Enkel indien de
landbouwminister de producenten toelaat om voortijdig uit de braaklegging op lange termijn
16
te stappen, zonder dat daar een boete op staat, en indien de producenten geloven in een
aanhoudende stijging in de prijzen van de akkerbouwgewassen, zal een aanzienlijke
areaaluitbreiding werkelijkheid worden.
Het belang van de industrie van de landbouwmechanisatie
De professionele organisaties van de landbouwmechanisering in de VS, hebben een studie
vrijgegeven die de bijdrage van hun sector aan de economische activiteit en de
werkgelegenheid, in de verf zet. De studie, die 48 pagina’s telt heet “U.S. Agricultural
Equipment: Powering Jobs and Dollars”, en is beschikbaar op
http://www.aem.org/news/aemNews/pdf/USAgEquip2007.pdf.
Sterkere daling in aantal melkproducenten
Volgens het tijdschrift Hoard’s Dairyman (10/03/07), is het aantal professionele
melkbedrijven in de Verenigde Staten gedaald met 4% in 2006, tegenover 3,4% in 2005.
Sinds 1992 werd er een daling van 53% vastgesteld. In 2006 registreerde het Amerikaanse
landbouwministerie 62.000 professionele producenten, dit zijn producenten die over een
vergunning beschikken om melk te verkopen. Ongeveer 80% van de melkbedrijven worden
als professioneel beschouwd. Sinds 1992 is hun aantal gedaald met gemiddeld zo’n 5% per
jaar, oftewel een daling met meer dan de helft in veertien jaar tijd. Deze daling correleert in
het algemeen met een daling in de melkprijs. In 2006 heeft de stijging in de lasten, verbonden
aan de toenemende kosten in energie en veevoeder, er ook bepaalde producenten toe aangezet
hun activiteit stop te zetten. Tussen 1992 en 2006 is de daling in het aantal melkkoeien (-6%
tot 9,1 miljoen koeien) minder snel gegaan dan de daling in het aantal bedrijven, daar de
gemiddelde rundveestapel per professioneel bedrijf, is verdubbeld. Het nationale gemiddelde
bedroeg 147 koeien per bedrijf in 2006, maar er zijn grote regionale verschillen. Het artikel
geeft de website aan waar de studie te vinden is.
Dierlijke producties: nichemarkten
De Amerikaanse landbouwers diversifiëren door voor nieuwe producties met een sterke
toegevoegde waarde te kiezen, zoals de bizon, struisvogel en alpaca. De expansie van deze
markten is echter beperkt door de zwakke vraag en door het speculatieve karakter van
dergelijke markten.
Een eeuw consumptie in de VS
In de 20ste eeuw zijn de uitgaven van de Amerikaanse huishoudens meer dan verdubbeld in
reële waarde. Het gemiddelde inkomen per familie, in constante dollars vóór belastingen, is
verdrievoudigd in honderd jaar tijd. Het deel van de levensmiddelen (thuis en buitenshuis) in
het gezinsbudget is gedaald van 42% in 1901 naar 13% in 2002/2003. Deze daling wordt
vooral toegeschreven aan het feit dat de inkomens gestegen zijn, maar de uitgaven aan
voedsel in reële termen zijn per familie wel met 26% gedaald. De studie “100 Years of U.S.
Consumer Spending” van het Bureau of Labor Statistics (=BLS), geeft een overzicht van de
grote evoluties in de consumptie van Amerikaanse huishoudens gedurende de voorgaande
eeuw (http://www.bls.gov/opub/uscs/report991.pdf)..
Internationale markten en commercieel beleid
Contrasterende evolutie van de vraag in de mondiale landbouw
In het volgende decennium zal volgens FAPRI (=Food and Agricultural Policy Research
Institute) de stijging in de mondiale consumptie vooral zeer groot zijn voor plantaardige oliën,
dierlijke producten (vlees, melk) en veevoeder, waaronder maïs, dat zowel als veevoeder,
17
alsook voor de vervaardiging van bio-ethanol gebruikt wordt.
(http://www.fapri.iastate.edu/brfbk07/BrfBk2007.pdf)
Naar een vrijhandelsakkoord met Zuid-Korea?
De Verenigde Staten en Zuid-Korea hebben op 1 april 2007 een akkoord bereikt dat de handel
van de meerderheid van de landbouw- en industrieproducten en van de diensten, liberaliseert.
Het Amerikaanse Congres heeft echter aangegeven dat het de overeenkomst niet zou tekenen
zolang Zuid-Korea, omwille van sanitaire redenen, weigert om Amerikaans rundvlees in te
voeren. Het is dus niet zeker of het akkoord goedgekeurd zal worden binnen de afloop op 30
juni 2007 van de versnelde goedkeuringsprocedure of Trade Promotion Authority, dat aan
Bush de mogelijkheid geeft om handelsakkoorden voor te leggen aan het Congres voor
goedkeuring of verwerping en bloc, waarbij amendementen niet mogelijk zijn.
Vlees: de Chinese pletwals
De verbazingwekkend snelle groei van de vleesproductie in China, die verband houdt met de
bevolkingsgroei en stijgende inkomsten van de bevolking, doet ook de vraag naar maïs en
soja stijgen. De Chinese vraag heeft een toenemende invloed op de evolutie van de mondiale
landbouwmarkten. (http://www.fapri.iastate.edu/brfbk07/BrfBk2007.pdf)
EU levert grootste bijdrage in ontwikkelingshulp
Als voornaamste invoerder van producten afkomstig uit arme landen, is de EU eveneens de
eerste leverancier van ontwikkelingshulp. De Unie besteedt 0,41% van haar bruto nationaal
inkomen aan ontwikkelingshulp, terwijl dit in de VS slechts 0,17% is (cijfers voor 2006).
Amerikaans Rekenhof heeft kritek op VS voedselhulp
Volgens het Government Accountability Office (GAO), een instelling die vergelijkbaar is met
het Rekenhof, is de Amerikaanse voedselsteun ondoeltreffend, aangezien 2/3 van het
beschikbare budget wordt opgeslorpt door de kosten voor het ophalen en het transport van de
producten ( de US wetten verplichten het gebruik en het betalen van Amerikaanse
vervoermiddelen). Deze kritiek heeft een extra uitwerking in de context van de WTOonderhandelingen. Volgens het rapport van GAO levert de VS de grootste mondiale
voedselsteun. De Amerikanen leveren in dit kader ongeveer 4 miljoen ton producten,
voornamelijk granen, voor een kost om en nabij de 2 miljard U.S. dollar per jaar. De
doeltreffendheid van de voedselhulpprogramma’s heeft echter te lijden onder de
werkingsregels ervan. Zo eist de wet dat de producten die geschonken worden afkomstig zijn
van de VS, en gaat het grootste deel van het budget naar logistieke kosten. Het resultaat is dat
tussen 2002 en 2006 het aantal producten geleverd door de VS in ton, met de helft verminderd
is. Ook heeft het rapport scherpe kritiek op de monetisering via NGO’s van de geleverde
voedselhulp. Het rapport van GAO “Foreign Assistance: Various Challenges Impede the
Efficiency and Effectiveness of U.S. Food Aid” kan geraadpleegd worden op:
http://www.gao.gov/new.items/d07560.pdf.
Landbouwsteun
Farm bill 2007: melkproducenten voorstanders van ontkoppelde steun
De National Milk Producers Federation, die in de VS de melkproducenten vertegenwoordigt
die verenigd zijn in coöperatieven, wil in de volgende landbouwwet dat de rechtstreekse
steunmaatregelen ontkoppeld worden van de productie en marktprijzen van de melk. De
voorstellen van de NMPF voor de volgende farm bill steunen op vier pijlers: ten eerste wil de
federatie de huidige steun voor de melkprijzen vervangen door een systeem van
garantieprijzen voor zuivelproducten. Het tweede luik van de voorstellen betreft de invoering
18
van rechtstreekse betalingen aan de melkproducenten, ontkoppeld van de productie en
marktprijzen. Een derde maatregel wil de productie van bio-energie met dierlijke mest
bevorderen. Ook wil de federatie de producenten toestaan om termijn leveringscontracten af
te sluiten aan de verwerkende industrie, met uitzondering van de melk die bestemd is voor de
consumptiemelk.
Steunmaatregelen voor de landbouw en de financiering van de oorlog in Irak
De Kamer van volksvertegenwoordigers en de Senaat hebben elk een wetsontwerp
aangenomen voor een verlenging van het budget voor de oorlog in Irak, maar gebonden aan
de financiering van verschillende projecten, waaronder steunmaatregelen voor
landbouwrampen in de VS. Beide wetsontwerpen, waarover Senaat en Kamer het nog eens
moeten worden, verbinden de militaire uitgaven in Irak aan de repatriëring van de
Amerikaanse troepen. In het geval van de Kamer is dat vóór 1 september 2008, en in het geval
van de Senaat 31 maart 2008. Tegelijkertijd met de fondsen die werden aangevraagd door het
Ministerie van Defensie, zouden urgentiesteunmaatregelen gedeblokkeerd worden die onder
andere ten goede zouden komen aan de landbouwsector. Het gaat om schadevergoedingen
voor natuurlijke rampen waardoor de oogst en het vee werden getroffen sinds 2005, en
anderzijds de verlenging van het MILC programma of Milk Income Loss Payment dat het
mogelijk maakt om rechtstreekse steun te betalen aan melkproducenten wanneer de prijs aan
de producent onder een bepaalde drempel komt te liggen. Dat programma loopt ten einde op
31 augustus 2007. President Bush dreigde er echter mee zijn veto te zullen gebruiken tegen
gelijk welk wetsontwerp dat de terugtrekking van de troepen in Irak vastlegt en hij is ook niet
te spreken over het verbinden van het aangevraagde budget met urgentiesteunmaatregelen die
bovendien niet gecompenseerd worden door een vermindering in de bestaande budgetten. Het
veto is intussen werkelijkheid geworden.
Kwaliteit en Milieu
EPA (Environmental Protection Agency) zou broeikasgassenemissie kunnen regulariseren
Het Amerikaanse opperste gerechtshof heeft de regering-Bush vernederd door op 2 april te
oordelen dat het federale EPA of het “Environmental Protection Agency” het recht heeft om
de uitstoot van broeikasgassen afkomstig van motorvoertuigen te regulariseren. Door het
vonnis wordt erkend dat broeikasgassen die worden uitgestoten door automobilisten
vervuilend zijn en dus geregulariseerd moeten worden in het kader van de Amerikaanse wet
aangaande de luchtzuiverheid of Clean Air Act. De regering heeft dus het recht om de uitstoot
van broeikasgassen te regulariseren, maar is er niet verplicht toe. Bush liet al weten dat hij
niet van plan is zijn beleid te veranderen, dat moet gezien worden in het licht van de
weigering van de VS om het Kyoto protocol te ratificeren. Toch kan EPA niet langer met
politieke of economische argumenten op de proppen komen als het de emissie van
broeikasgassen door gemotoriseerde voertuigen niet wil regulariseren. Voortaan moet het
agentschap wetenschappelijke argumenten kunnen aanhalen. Dit vonnis is niet zonder
consequenties voor de landbouw. Enerzijds zijn lokale initiatieven voor een hogere
consumptie van biobrandstoffen positief voor de landbouwsector. Anderzijds kunnen
beperkende maatregelen voor een emissiereductie opgelegd worden.
Bereken uw behoefte aan vetstoffen
De Amerikaanse cardiologievereniging heeft een interactieve website opgericht, die het
mogelijk maakt voor consumenten om hun behoeftes in calorieën en vetstoffen te berekenen
en bijgevolg hun voeding aan te passen. Het volstaat om naar de volgende site te surfen:
http://www.myfatstranslator.com/ en persoonlijke kenmerken zoals gewicht, lengte, leeftijd,
geslacht en fysieke activiteit in te vullen om uw dagelijkse behoefte aan calorieën en
19
vetstoffen te berekenen om op hetzelfde gewicht te blijven. De site kadert in de strijd tegen
obesitas. In 2003/2004 leed één derde van de volwassenen in de VS aan obesitas, tegenover
15% in 1976-80.
Food and Drug Administration wil bestraling van voedingsmiddelen promoten
De Food and Drug Administration stelt voor om de huidige regels aangaande de labeling van
voedsel dat bestraald werd, te versoepelen om de aarzeling weg te nemen bij de consument.
De FDA pleit ervoor om, onder bepaalde voorwaarden, de vermelding van de bestraling
facultatief te maken. De verwerkende industrie zou bovendien de toestemming krijgen om het
woord “bestraald” te vervangen door “gepasteuriseerd”, indien het toegepaste procedé
volgens bepaalde criteria verlopen is.
Onderzoek en Innovaties
Wetsontwerp in het voordeel van cellulose ethanol
Twee senatoren, een republikein en een democraat, hebben een wetsontwerp ingediend om de
consumptie van biobrandstoffen in de VS tot minstens 1,36 miljard hectoliter te verhogen
tegen 2022, oftewel ongeveer zes keer meer dan in 2006. Op dit totaal, zou 0,79 miljard
hectoliter moeten bestaan uit biobrandstoffen die niet afkomstig zijn van granen maar wel
onder meer van cellulose. Het ontwerp slaat op de biobrandstoffen afkomstig van biomassa,
en is dus ambitieuzer dan het Twenty in Ten initiatief van president Bush, dat 1,32 miljard
hectoliter als minimumdrempel wil vastleggen voor “alternatieve en hernieuwbare” brandstof,
die gebruikt zal worden in het transport tegen 2017. Bij de “alternatieve en hernieuwbare
energieën” worden echter ook de gesynthetiseerde brandstoffen gerekend, zoals de brandstof
die bekomen wordt door de transformatie van steenkool.
Moeten antibiotica in de veeteelt verboden worden?
Een wetsontwerp dat het gebruik van een groot aantal antibiotica in de veeteelt wil verbieden,
om het ontstaan van resistente bacteriën te vermijden die gevaarlijk zijn voor de mens, werd
ingediend in de senaat. Dergelijke maatregel zou echter ondoeltreffend kunnen zijn, als men
gelooft in de resultaten van een studie aan de universiteit van Georgia. In het tijdschrift
Applied & Environmental Microbiology van maart 2007, verscheen een artikel waarin de
resultaten beschreven worden van kippen die zonder antibiotica gekweekt werden in bedrijven
of laboratoria, en die een hoog aantal van de meest voorkomende antibioticaresistente
bacteriën bevatten, in vergelijking met de percentages die geobserveerd werden bij kippen die
mét antibiotica gekweekt werden. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat de resistente
bacteriën doorgegeven worden aan het nageslacht. Een verbod zou dus weinig effect hebben.
(http://aem.asm.org/content/vol73/issue6/index.dtl#PUBLIC_HEALTH_MICROBIOLOGY)
B. Spanje
1 ALGEMEEN LANDBOUWBELEID
1.1 Veeteelt- en plattelandsontwikkelingsprogramma’s
Tijdens de Conferencia Sectorial de Agricultura y Desarrollo Rural van 10 april 2007,
voorgezeten door Minister van Landbouw en Visserij Elena Espinosa, werd 58.819.127 euro
uitgetrokken voor de uitvoering van veeteelt- en plattelandsontwikkelingsprogramma’s,
waarbij ook een deel zal gaan naar de schade veroorzaakt door de tropische storm “Delta” in
de Canarische eilandengroep in november 2005.
Gedurende de Conferentie werden meer dan 5 miljoen euro toegewezen aan de bevordering
van de bijenteelt en de paardenhouderij, waarvan 2.240.845 euro naar de bijenteelt ging. Voor
de financiering van de programma’s van Plattelandsontwikkeling (Desarrollo Rural) werd
20
bijna 53 miljoen euro toegewezen, waarbij de aandacht onder andere uitgaat naar de promotie
en diversificatie van de plattelandseconomie, bebossing van landbouwgronden en
agroalimentaire maatregelen. Verder werd er ook 149.063 euro toegekend aan de Autonome
Gemeenschap van de Canarische Eilanden voor de schade aan de landbouwproducties
veroorzaakt door de tropische storm “Delta” eind november 2005.
(10/04/2007)
2 VISSERIJ
2.1 Ansjovisconflict
De experimentele ansjovis visserij in de Golf van Biskaje om zich een oordeel te vormen over
het herstel van de bestanden, is van start gegaan. Eerder al besliste de Europese Commissie
dat de commercialisering van deze ansjovis niet verboden zou worden. De vraag tot
verkoopsverbod kwam van de Spaanse visserijsector (Zie ook maandberichten november
2006, januari 2007, februari 2007, maart 2007).
In maart werd afgesproken dat de 28 toegelaten boten (twintig Spaanse en acht Franse) niet
alle te gelijk mochten uitvaren, maar er in twee fases gewerkt zou worden. In de eerste fase
zouden er zeven Spaanse en drie Franse boten uitvaren, met aan boord wetenschappelijke
waarnemers, en vergezeld van oceanografische schepen. De Europese Commissie besliste
eind april echter dat de 28 boten vanaf maandag 23 april 2007 alle tegelijk mochten uitvaren.
Bovendien moesten slechts enkele boten vergezeld worden van waarnemers en zouden er
geen wetenschapsboten uitvaren.
De Baskische vissers waren woedend en riepen een spoedvergadering bijeen. Daarop besloten
de vissers niet uit te varen, voordat ze een verklaring kregen van het Ministerie van
Landbouw en Visserij over de verwikkelingen. Na een bijeenkomst met het Ministerie,
werden er een aantal afspraken gemaakt en de Spaanse vissers zouden, twee dagen na de
vastgelegde datum door de Commissie en nadat Frankrijk reeds begonnen was, dan toch van
start gaan met de campagne. Spanje zou op 25 april met drie in plaats van zeven boten de
eerste fase van de campagne inleiden, vergezeld van een Franse oceanografische boot en met
wetenschappelijke waarnemers aan boord. De andere vier boten zouden op 3 mei uitvaren,
samen met een Spaanse oceanografische boot.
Op het laatste moment besloot de Spaanse visserijsector echter niet te vertrekken en te
wachten tot er betere afspraken gemaakt werden. De Spanjaarden willen onder andere de zone
waar de Cantabrische vloot zal vissen, uitgebreid zien.
(25 april 2007)
2.2 Spaans Ministerie van Landbouw en Visserij maakt acht miljoen euro vrij voor
Cantabrische vloot
Om de visbestanden in stand te houden en een verbetering van de vangsten te verzekeren,
wordt de visvangst afhankelijk van de situatie van de visstand gereglementeerd. Hierbij wordt
ernaar gestreefd het visbestand in stand te houden, zonder dat er een onderscheid gemaakt
wordt naar leeftijd. Dit zijn stelsels ter beperking van de vangstcapaciteit en -inspanning en
van de gevangen hoeveelheden (= TAC of Total Allowable Catch). Een deel van de
Cantabrische vloot wordt getroffen door een TAC 0 of vangstverbod op ansjovis in de Golf
van Biskaje.
21
Het Spaanse Ministerie van Landbouw en Visserij heeft besloten acht miljoen euro vrij te
maken om de tijdelijke vangstonderbreking van de noordoostelijke Cantabrische vloot te
subsidiëren. Bovendien kunnen de vissers ook aanspraak maken op toelagen die worden
toegekend door de autonome regio’s.
De bemanningsleden van de boten zullen kunnen rekenen op een steun van 45 euro voor elk
van de 40 dagen dat de boten stilliggen, op continue wijze, of in periodes van 20 dagen. Dit
akkoord werd op 26 april bereikt in Madrid door vertegenwoordigers van het Ministerie en de
Gemeenschappen Galicië, Asturië, Cantabrië en Baskenland. De referentieperiode om de
boten in de havens te houden, werd vastgelegd op de dagen tussen 23 april en 30 juli. Eind
juli zal het nieuwe advies van de Europese Commissie gekend zijn, gebaseerd op studies die
wetenschappers uitvoeren om het bestand van het visgebied in de Golf van Biskaje te
evalueren.
(26-27 april 2007)
2.3 Jacht op ansjovis
Op het laatste moment besloot de Spaanse visserijsector niet deel te nemen aan de
experimentele vangst van ansjovis in de Golf van Biskaje en te wachten tot er betere
afspraken gemaakt werden. De Spanjaarden wouden de zone waar de Cantabrische vloot zou
vissen, uitgebreid zien. (Zie ook maandberichten november 2006, januari 2007, februari 2007,
maart 2007).
Op 25 april keurde de Europese Commissie de uitbreiding van de zone voor de Spaanse
vissersboten goed. Op 27 april hebben de eerste drie Spaanse vissersboten dan toch het anker
gelicht, en voegden zich bij de Franse oceanografische boot “Thalassa”. De reden die
opgegeven werd om de zone te vergroten, was het gebrek aan wetenschappelijke waarde,
aangezien de resultaten van de vangsten die de Spaanse vloot in voorgaande jaren behaalde,
enkel vergeleken konden worden met de huidige vangsten indien de zone van een
gelijkaardige grootte was, en dit bleek oorspronkelijk niet het geval.
De Spaanse vissers zullen in tegenstelling tot de Franse, de ansjovisvangsten niet
commercialiseren, en roepen de conservenindustrie op om ook geen ansjovis te kopen van de
Fransen. Het liefst zouden ze een verbod bekomen van de Autonome Gemeenschappen om de
ansjovis die de Franse boten vangen, in Spanje te verkopen. De Spanjaarden willen naar eigen
zeggen wel vangsten uitvoeren in het bijzijn van wetenschappers, de vissen vervolgens wegen
en meten, om ze dan levend terug te gooien.
Op drie mei zouden er nog vier boten uitvaren om zich bij de Spaanse oceanografische boot
“Emma Bardán” te voegen. In een volgende campagne zouden er dertien Spaanse boten het
ruime sop kiezen, in het gezelschap van een bioloog, maar zonder oceanografisch schip.
(26-27-28 april 2007)
2.4 Regering kent 256 miljoen euro toe aan Spaanse visserijsector
De Conferencia Sectorial de Pesca, die op 10 april 2007 bijeenkwam onder het
voorzitterschap van Minister van Landbouw en Visserij Elena Espinosa, heeft 256.079.877
euro van de rijksbegroting aan de visserijsector toegekend, voor de periode 2007-2013.
22
Het bedrag dat tijdens deze Conferencia Sectorial werd toegekend, komt bovenop de som die
in december 2006 al werd toegewezen, toen er meer dan 800 miljoen euro naar de Autonome
Gemeenschappen ging van het totaal van 1.005.400.000 euro van het Europees Visserijfonds.
Van deze som heeft de nationale overheid ongeveer 243 miljoen euro bijgehouden voor
rechtstreeks beleid.
De Planes Nacionales de Cultivos Marinos zijn een reeks wetten die moeten zorgen voor de
evenwichtige ontwikkeling van de aquacultuur. Tijdens de Conferencia Sectorial werden
3.600.000 euro toegewezen in het kader van deze Nationale Plannen, dat verdeeld zal worden
onder de Autonome Gemeenschappen van Cantabrië, Asturië, Galicië, Andalusië, Murcia,
Valencia, Catalonië, de Balearen, de Canarische eilanden en Aragón.
(10/04/2007)
3 PLANTAARDIGE PRODUCTIES
3.1 Bijeenkomst van het Frans/Spaanse Comité voor Fruit en Groenten in Madrid
Op vrijdag 30 maart 2007 kwam het Frans-Spaanse Comité voor Fruit en Groenten voor de
dertiende keer samen, onder het gedeelde voorzitterschap van Jean-Marie Aurand, directeurgeneraal van het economisch, Europees en internationaal beleid van het Franse
landbouwministerie, en Josep Puxeu Rocamora, secretaris-generaal voor landbouw en
voeding van het Spaanse landbouwministerie.
Dit Comité brengt de vertegenwoordigers van de overheid en de professionelen uit de Spaanse
en Franse fruit- en groentesector bijeen. Op de samenkomst eind maart werd de balans
opgemaakt van de werkzaamheden die in de loop van de twaalf afgelopen maanden door de
contactgroepen werden verricht, bestaande uit professionals van de tomatensector, de sector
van aardbeien, knoflook en steenvruchten. Ze bogen zich over de oogst, de marktontwikkeling
en het campagneverloop van laatstgenoemde producten.
Beide landbouwministeries zullen bijzondere aandacht schenken aan de voorwaarden voor de
import van producten uit derde landen, een van de voornaamste bezorgdheden in de sector.
Verder zullen de ministeries de Europese Commissie eraan herinneren dat er een grote
noodzaak is aan een snelle harmonisatie van de MRLs of maximale residulimieten op
Europees niveau. In afwachting van deze harmonisatie, hebben beide landen overeenkomsten
gesloten aangaande de handel in plantaardige producten, rekening houdend met de geldende
regelgeving.
Een groot deel van de vergadering van het Comité werd gewijd aan de hervorming van de
GMO Groenten en Fruit (zie ook maandbericht januari 2007). De Franse en Spaanse
overheden en professionals spraken zich gunstig uit ten aanzien van sommige elementen in
het voorstel van de Commissie (versterking van de economische organisatie van de sector
door middel van operationele fondsen in de nieuwe GMO, beheer van operationele fondsen en
plaats van associaties van organisaties van producenten en filières (=“interprofessions”) in de
sector). Ze herinnerden er echter aan dat het voorstel zeker niet aanvaardbaar is in zijn huidige
vorm.
De landbouwministers van beide landen zullen bij de volgende Landbouwraad in Luxemburg
op 16 en 17 april de vereiste verbeteringen verdedigen, in het bijzonder de financiering van
operationele fondsen en meer soepelheid omtrent mogelijke maatregelen, het invoeren van
23
efficiënte crisisbeheersmaatregelen, de handhaving van het verbod om fruit en groenten te
produceren op oppervlaktes die voor DPU in aanmerking komen, de handhaving van de
communautaire voorkeur en de versterking van de importcontrole uit derde landen, het
invoeren van een steunprogramma voor producten bestemd voor de verwerkende sector om
het marktevenwicht in stand te kunnen houden, en tot slot, het behoud van de betrokken
filières.
(10/04/2007)
4 DIERZIEKTEN
4.1 Blauwtongmaatregelen verscherpt
Omwille van de toenemende temperaturen, waarin de knut die het blauwtongvirus overdraagt
goed gedijt, gelden er terug strengere maatregelen in Spanje om de verspreiding van het virus
te voorkomen. De bepalingen hieromtrent werden op 28 april 2007 gepubliceerd in het
Staatsblad (8826 ORDEN APA/1128/2007, de 26 de abril, por la que se establecen medidas
específicas de protección en relación con la lengua azul:
http://www.boe.es/boe/dias/2007/04/28/pdfs/A18598-18603.pdf).
Nu de winter voorbij is en de temperaturen opnieuw de hoogte ingaan, wordt de virusdrager,
de mug Culicoides imicola, ook terug meer gevreesd. De nieuwe verordening bepaalt de
voorwaarden omtrent levende dieren en de slachting van dieren uit de gereglementeerde
zones. Een van de belangrijkste nieuwigheden ten opzichte van vorig jaar betreft de verplichte
inenting van runderen en schapen uit de gereglementeerde zones.
Het vervoer van dieren uit zones waar beperkingsmaatregelen gelden, naar bedrijven in “vrije
zones”, is onderworpen aan bepaalde voorwaarden. Verder werd het artikel betreffende de
doortocht van dieren door de gereglementeerde zones gewijzigd, door het aan te passen aan de
nieuwe communautaire voorwaarden. De doortocht wordt dus toegestaan op voorwaarde dat
de dieren en de transportmiddelen een behandeling ondergingen met een muggen- en/of
insectenverdelger op de laadplaats of alvorens de gereglementeerde zone binnen te gaan.
Tevens moeten slachthuizen zich houden aan een maximumtermijn van 48 uur voor het
slachten van dieren uit gereglementeerde zones.
Voor meer informatie: http://www.mapa.es/es/ganaderia/pags/rasve/rasve.htm
(27/04/2007)
Bronnen : Landbouwministerie Frankrijk, MAPA (landbouwministerie Spanje), Bimagri,
Agrafil, Actuagri, El País, France Agricole Express, Agrodigital, Agrisalon, Le Figaro,
Agricultura: revista agropecuaria en andere.
24
Download