Regelingen en voorzieningen CODE 1.4.2.34 Wijzigingen basispakket per 2014 bronnen Staatscourant nr 19910, d.d. 17.7.2013 (Regeling houdende wijziging van de Regeling zorgverzekeringen in verband met wijzigingen in het zorgpakket Zvw 2014) De Rijksoverheid, Ministerie van VWS, Nieuwsbericht: Wijzigingen basispakket per 1 januari 2014 d.d. 18.6.2013, www.rijksoverheid.nl Staatsblad 2013, 355 (Besluit van 5 september 2013, houdende wijziging van het Besluit zorgverzekering in verband met wijziging van het zorgpakket Zvw 2014) datum inwerkingtreding inwerkingtreding 1.1.2014 - Staatscourant nr 19910, d.d. 17.7.2013 (Regeling houdende wijziging van de Regeling zorgverzekeringen in verband met wijzigingen in het zorgpakket Zvw 2014) De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Gelet op de artikelen 2.1, vijfde lid, 2.9, eerste lid, en 2.16f van het Besluit zorgverzekering; Besluit: ARTIKEL I De Regeling zorgverzekering wordt gewijzigd als volgt: A Artikel 2.2 wordt gewijzigd als volgt: 1. Onderdeel a komt te luiden: a. tot 1 januari 2016 behandeling van chronische aspecifieke rugklachten met toepassing van anaesthesiologische pijnbestrijdingstechnieken, indien de verzekerde deelneemt aan het onderzoek dat door ZonMw wordt gefinancierd;. 2. In onderdeel b wordt ‘indien de indicatie en de behandeling van de verzekerde overeenkomstig de voorwaarden zijn die opgenomen zijn in het onderzoeksvoorstel’ vervangen door: indien de verzekerde deelneemt aan het onderzoek. 3. In onderdeel c wordt ‘indien de indicatie en de behandeling van de verzekerden overeenkomstig de voorwaarden zijn die opgenomen zijn in’ vervangen door: indien de verzekerde deelneemt aan. 4. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma, worden twee onderdelen toegevoegd, luidende: d. tot 1 januari 2018 behandeling door middel van transluminale endoscopische step-up benadering van een geïnfecteerde pancreasnecrose indien de verzekerde deelneemt aan het onderzoek dat door ZonMw wordt gefinancierd; e. tot 1 januari 2018 het verrichten van een autologe stamceltransplantatie bij een ernstige therapierefractaire morbus Crohn indien de verzekerde deelneemt aan het onderzoek dat door ZonMw wordt gefinancierd. B Artikel 2.6, onderdeel hh, komt te luiden: hh. met thuisdialyse samenhangende kosten als omschreven in artikel 2.29. 1 CODE 1.4.2.34 Regelingen en voorzieningen C Artikel 2.29 wordt gewijzigd als volgt: 1. De onderdelen a en b vervallen en de onderdelen c en d worden geletterd a en b. 2. Onderdeel e vervalt. D Artikel 2.30 vervalt. E Artikel 2.33 wordt gewijzigd als volgt: 1. In het eerste lid wordt ‘€ 393’ vervangen door: € 409. 2. In het derde lid wordt ‘€ 137, 50’ vervangen door ‘€ 141,50’ en wordt ‘€ 69’ vervangen door: € 71. 3. In het vierde lid, onderdelen a en b, wordt ‘€ 53,50’ telkens vervangen door ‘€ 54,50’ en wordt ‘€ 107’ vervangen door: € 109. 4. Het vierde lid, onderdeel c, komt te luiden: c. € 54,50 per brillenglas, met een maximum van € 109 per kalenderjaar. 5. In het vijfde lid wordt ‘€ 149’ vervangen door: € 152. 6. In het zesde lid wordt ‘€ 137,50’ vervangen door ‘€ 141,50’, wordt ‘€ 331,50’ vervangen door ‘€ 339’, wordt ‘€ 69’ vervangen door ‘€ 71’ en wordt ‘€ 263’ vervangen door: € 268,50. F Artikel 2.36 wordt gewijzigd als volgt: 1. In het eerste lid wordt ‘€ 4’ vervangen door: € 4.10. 2. In het tweede lid wordt ‘€ 16’ vervangen door ‘€ 16,50 ‘ en wordt ‘€ 114,50’ vervangen door: € 116,50. G In artikel 2.37 wordt ‘€ 95’ vervangen door: € 96. ARTIKEL II 1. Onderdeel a van artikel 2.2 van de Regeling zorgverzekering, zoals dit onderdeel luidde onmiddellijk voorafgaande aan de inwerkingtreding van deze regeling, blijft tot 1 januari 2016 van toepassing op verzekerden die onmiddellijk voorafgaande aan het tijdstip waarop deze regeling in werking treedt overeenkomstig dit onderdeel de daarin genoemde zorg ontvangen. 2. De onderdelen b en c van artikel 2.2 van de Regeling zorgverzekering, zoals deze onderdelen luidden onmiddellijk voorafgaande aan de inwerkingtreding van deze regeling, blijven tot 1 januari 2017 van toepassing op verzekerden die onmiddellijk voorafgaande aan het tijdstip waarop deze regeling in werking treedt overeenkomstig die onderdelen de daarin genoemde zorg ontvangen. ARTIKEL III Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2014. Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers. TOELICHTING 1. Algemeen 1.1. Inleiding Met deze regeling is de Regeling zorgverzekering per 1 januari 2014 gewijzigd. De wijzigingen betreffen: 2 Regelingen en voorzieningen CODE 1.4.2.34 a. het aanwijzen van zorg die gedurende een periode van vier jaar voorwaardelijk tot het te verzekeren pakket van de zorgverzekering is toegelaten; b. het vervallen van artikel 2.30 waarin het bedrag van de eigen bijdrage voor eerstelijns psychologische zorg was geregeld; c. het niet meer regelen van de thuisdialyse-apparatuur als onderdeel van de te verzekeren prestatie hulpmiddelen; d. het indexeren van de bedragen voor de eigen bijdrage die verschuldigd zijn voor hulpmiddelen, kraamzorg en ziekenvervoer. In de brief van 17 juni 2013, 124942-105416-Z, is de Tweede Kamer der Staten-Generaal geïnformeerd over de voorgenomen pakketwijzigingen. 1.2. Voorwaardelijke toelating Voorwaardelijke toelating is in 2012 ingevoerd om zorg waarbij twijfel bestaat over de effectiviteit of waarvan de effectiviteit niet of nog niet bewezen is, gedurende een periode van maximaal vier jaar ten laste van de zorgverzekering te laten komen. In die periode moeten de noodzakelijke gegevens worden verzameld voor een beslissing over de vraag of de zorg definitief in het pakket wordt opgenomen dan wel definitief daaruit wordt verwijderd. Voorwaardelijke toelating tot het pakket vindt plaats op basis van een advies van het College voor zorgverzekeringen (CVZ). Het CVZ heeft op 28 mei 2013 het rapport ‘Voorwaardelijke toelating tot het basispakket 2014’ (nr. 2013065631) uitgebracht. Op basis van dat rapport worden per 1 januari 2014 de volgende twee interventies voorwaardelijk toegelaten: 1. Transluminale endoscopische step-up benadering bij patiënten met geïnfecteerde pancreasnecrose. 2. Autologe stamceltransplantaties bij therapierefractaire patiënten met de ziekte van Crohn. De eerste interventie betreft het endoscopisch, in plaats van chirurgisch, behandelen van abcessen bij geïnfecteerde pancreasnecrose. De verwachting is dat deze benadering net zo effectief zal zijn als chirurgisch behandelen en tot minder complicaties zal leiden. De tweede interventie betreft het door middel van een autologe stamceltransplantatie bewerkstelligen van een langdurige remissie bij patiënten met een ernstige vorm van de ziekte van Crohn. Het gaat om patiënten die niet voldoende reageren op medicamenteuze behandeling met onder andere TNF-alfa blokkers. Met autologe stamceltransplantaties kunnen chirurgische ingrepen en langdurig gebruik van dure geneesmiddelen worden vermeden. Het CVZ heeft in zijn advies de ervaringen met voorwaardelijke toelating tot nu toe aangegeven. Een van de aandachtspunten die het CVZ noemt, is dat de voorwaardelijk toegelaten zorg ook wordt vergoed indien niet wordt deelgenomen aan het onderzoek. Dit kan een succesvol verloop van de studie belemmeren omdat er niet voldoende mensen aan het onderzoek deelnemen. In verband hiermee is met ingang van 1 januari 2014 geregeld dat alleen aanspraak bestaat op de voorwaardelijk toegelaten zorg indien de verzekerde deelneemt aan het onderzoek. Voor de reeds vóór 1 januari 2014 toegelaten zorg is een overgangsbepaling getroffen voor verzekerden die op 31 december 2013 reeds in behandeling zijn en niet deelnemen aan het onderzoek. Deze verzekerden behouden recht op deze zorg gedurende de periode van de voorwaardelijke toelating voor zover zij voldoen aan de voorwaarden die op 31 december 2013 golden. 1.3. Het vervallen van de eigen bijdrage voor eerstelijnspsychologische zorg. Aan de Tweede Kamer is op 24 april 2013 (Kamerstukken II 2012/13, 25 424, nr. 205) en op 17 mei 2013 (Kamerstukken II 2012/13, 25 424, nr. 211) meegedeeld dat er met ingang van 1 januari 2014 geen eigen bijdrage meer voor eerstelijnspsychologische zorg geheven gaat worden. Artikel 2.30 van de Regeling zorgverzekering vervalt daarom met deze regeling. 1.4. Thuisdialyse-apparatuur Op 22 november 2012 heeft het CVZ het rapport ‘Afbakening hulpmiddelenzorg en geneeskundige zorg, zoals medisch specialisten die plegen te bieden’ (nr. 2011060289) uitgebracht. In dat rapport adviseert het CVZ om de thuisdialyseapparatuur met de noodzakelijke toebehoren om het apparaat te laten functioneren, de regelmatige controle en onderhoud (met inbegrip van de chemicaliën en vloeistoffen die nodig zijn voor de thuisdialyse), het opleiden van degenen die dialyse uitvoert of daarbij behulpzaam is, de ondersteuning en begeleiding vanuit het dialysecentrum en noodzakelijke gebruiksartikelen die redelijkerwijs nodig zijn bij de thuisdialyse, per 1 januari 2014 te laten vallen onder de medisch-specialistische zorg en te schrappen uit de hulpmiddelenzorg. Aan dat advies van het CVZ is met de onderhavige regeling uitvoering gegeven. Het CVZ adviseert in dat advies verder de vergoeding voor woningaanpassingen en de redelijk te achten kosten die rechtstreeks met de thuisdialyse samenhangen (zoals extra stroomkosten), ten laste van de zorgverzekering te handhaven. In verband daarmee is deze vergoedingsmogelijkheid onder de hulpmiddelenzorg gehandhaafd. 1.5. Indexeren eigen bijdragen Conform het voorstel van het CVZ van 24 juni 2013, ZA/2013073359, zijn de bedragen in de Regeling zorgverzekering geïndexeerd. 2. Artikelsgewijs Artikel I, onderdeel A en artikel II Met het wijzigen van de onderdelen a, b en c is geregeld dat alleen verzekerden die meedoen met het onderzoek dat in verband met voorwaardelijke toelating wordt uitgevoerd, recht hebben op behandeling voor rekening van de zorgverzekering. Meedoen met het onderzoek kan ook betekenen dat de verzekerde door loting onder de controlegroep valt. 3 CODE 1.4.2.34 Regelingen en voorzieningen Voor verzekerden die op 31 december 2013 reeds onder behandeling zijn volgens de dan geldende voorwaarden geldt deze beperking niet. Voor hen geldt op grond van artikel II de voorwaardelijk toegelaten zorg zoals die op die datum was geregeld. Het gaat er niet om dat zij op die datum daadwerkelijk een behandeling ondergaan of dat de zorg precies op die datum aanvangt, maar het gaat er om dat er op die datum nog sprake is van een lopende behandeling, oftewel dat verzekerden deze zorg ontvangen. Daarnaast is onderdeel a nog om de volgende reden aangepast. Ten tijde van inwerkingtreding van onderdeel a beperkte het onderzoeksprotocol zich tot radiofrequente denervatie. In de loop van 2012 werd als gevolg van voortschrijdend inzicht en het beschikbaar komen van meer gegevens, duidelijk dat voor één specifieke indicatie (te weten discogene pijn) radiofrequente denervatie niet de passende anaesthesiologische pijnbestrijdingstechniek is, maar dat daarvoor twee andere technieken geëigend zijn, namelijk IDET en biacuplastiek. Het onderzoeksprotocol is in verband daarmee in de loop van 2012 met goedkeuring van ZonMw aangepast. Consequentie hiervan was dat er een inconsistentie in de regelgeving is ontstaan: de omschrijving van de behandeling sluit niet aan bij het oorspronkelijk door ZonMw goedgekeurde protocol. Dit is thans gecorrigeerd. De nieuwe onderdelen d en e betreffen de interventies die vanaf 1 januari 2014 voorwaardelijk in het pakket worden opgenomen. Hierbij geldt voor alle verzekerden dat deze zorg alleen onder de te verzekeren prestaties valt indien zij meedoen met het onderzoek. Onderdeel d betreft de transluminale endoscopische step-up benadering bij geïnfecteerde pancreasnecrose en onderdeel e de autologe stamceltransplantaties bij een ernstige therapierefractaire morbus Crohn. Artikel I, onderdeel B en C Vanwege het niet langer laten vallen onder de prestatie hulpmiddelenzorg van de thuisdialyseapparatuur en daarmee samenhangende onderdelen en hulp, zoals beschreven in het algemene deel van de toelichting, zijn met deze regeling de oude onderdelen a, b en e komen te vervallen. Om de vergoedingsmogelijkheid te behouden voor woningaanpassingen en voor redelijk te achten kosten die rechtstreeks met de thuisdialyse samenhangen, zijn de oude onderdelen c en d gehandhaafd. Deze onderdelen zijn geletterd tot a en b. Onderdeel D Artikel 2.30 van de Regeling zorgverzekering vervalt vanwege het vervallen van de eigen bijdrage voor eerstelijnspsychologische zorg. Onderdelen E tot en met G De aanpassingen van artikelen 2.33, 2.36 en 2.37 van de Regeling zorgverzekering betreffen het indexeren van de eigen bijdragen. Artikel 2.33, vierde lid, onderdeel c, is tevens gewijzigd in verband met het regelen van een maximumbedrag dat per jaar aan eigen bijdragen voor brillenglazen verschuldigd is. Dit is hetzelfde maximumbedrag als voor lenzen. Abusievelijk was een maximumbedrag voor brillenglazen tot nu toe niet geregeld. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers. De Rijksoverheid, Ministerie van VWS, Nieuwsbericht: Wijzigingen basispakket per 1 januari 2014 d.d. 18.6.2013, www.rijksoverheid.nl Wijzigingen basispakket per 1 januari 2014 Nieuwsbericht | 18-06-2013 Per 1 januari 2014 vinden er een aantal wijzigingen in het basispakket plaats. Het betreft de voorwaardelijke toelating van twee nieuwe behandelingen, een wijziging in de organisatie van de Geestelijke Gezondheidszorg en een wijziging in de bekostiging van twee soorten medische hulpmiddelen. Er verdwijnen volgend jaar geen behandelingen of hulpmiddelen uit het pakket. Nieuwe behandelingen Minister Schippers heeft besloten twee innovatieve vormen van zorg voorwaardelijk tot het pakket toe te laten. Het gaat om speciale behandelingen voor patiënten met geïnfecteerde pancreasnecrose en voor patiënten met een ernstige vorm van de ziekte van Crohn. Door deze behandelingen voorwaardelijk tot het verzekerde pakket toe te laten krijgen innovatieve vormen van zorg de kans hun effectiviteit en kosteneffectiviteit in de praktijk te bewijzen. 4 Regelingen en voorzieningen CODE 1.4.2.34 Invoering van de generalistische basis-GGZ Op dit moment worden vanuit het basispakket voor alle patiënten maximaal vijf consulten bij een eerstelijns psycholoog vergoed. Vanaf 2014 komt deze beperking te vervallen. Hiervoor in de plaats komen vier zorgcategorieën. Deze vier categorieën vormen samen de nieuwe ‘Generalistische Basis GGZ.’ Patiënten met zwaardere psychische problematiek waarvoor de huidige 5 consulten niet toereikend zijn kunnen hierdoor binnen de basis GGZ behandeld worden, zonder meteen te worden doorverwezen naar gespecialiseerde zorg. Dit betekent dat de gespecialiseerde zorg zich op meer complexe patiënten kan gaan richten. Ook patiënten met stabiele chronische problemen kunnen binnen de basis GGZ worden behandeld. Thuisdialyse Thuisdialyseapparatuur, inclusief de noodzakelijke toebehoren en gebruiksartikelen, de opleiding/instructie, de ondersteuning en begeleiding, het onderhoud en de reparatie, wordt vanaf 1 januari 2014 vergoed als medischspecialistische zorg. Voorheen werd het vergoed als medisch hulpmiddel. Hierdoor wordt het ziekenhuis formeel verantwoordelijk voor de te leveren prestaties. In de praktijk was dit al het geval. De zorgverzekeraar blijft, net als nu, verantwoordelijk voor eventuele benodigde aanpassingen van de woning. Dit heeft geen financieel effect voor de verzekerde. Vacuümpomp De vacuümpomp die onderdeel uitmaakt van de vacuümtherapie wordt niet langer apart vergoed als hulpmiddel, maar als onderdeel van de therapie. Hierdoor wordt het ziekenhuis formeel verantwoordelijk voor de gehele vacuümtherapie, dus ook voor de vacuümpomp. Dit heeft geen financieel effect voor de verzekerde. Documenten en publicaties Kamerbrief over Wijzigingen Zvw-pakket per 2014 Kamerbrief van minister Schippers over de wijzigingen in het Zvw-pakket per 1 januari 2014. Kamerstuk | 17-06-2013 Bijlagen Rapport Voorwaardelijke toelating tot het basispakket 2014 Rapport van het College voor Zorgverzekeringen (CVZ): Voorwaardelijke toelating tot het basispakket 2014. Dit rapport is op 28 mei ... Rapport | 17-06-2013 Rapport Afbakening hulpmiddelenzorg en geneeskundige zorg zoals medisch specialisten die plegen te bieden Rapport van het College voor Zorgverzekeringen (CVZ). Dit rapport is op 22 november 2012 uitgebracht aan de minister van ... Rapport | 17-06-2013 5 CODE 1.4.2.34 Regelingen en voorzieningen Besluit van 5 september 2013, houdende wijziging van het Besluit zorgverzekering in verband met wijziging van het zorgpakket Zvw 2014 ARTIKEL I Het Besluit zorgverzekering wordt gewijzigd als volgt: A In artikel 2.4, eerste lid, vervalt, onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel c door een punt, onderdeel d. B Artikel 2.16 vervalt. C In artikel 2.16f wordt «artikelen 2.16, 2.16a» vervangen door: artikelen 2.16a. ARTIKEL II Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2014. Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. Wassenaar, 5 september 2013 Willem-Alexander De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers Uitgegeven de zesentwintigste september 2013 De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten NOTA VAN TOELICHTING 1. Algemeen Met dit besluit is de in het Besluit zorgverzekering geregelde te verzekeren prestatie geestelijke gezondheidszorg (ggz) per 1 januari 2014 gewijzigd. De wijziging houdt in dat de beperking van het aantal zittingen eerstelijnspsychologische zorg en de eigen bijdrage die voor die zorg per zitting en per internetbehandeltraject gold, zijn vervallen. De reden voor deze maatregel is de volgende. Op 18 juni 2012 hebben vertegenwoordigers van zorgaanbieders, zorgverzekeraars, beroepsverenigingen, cliëntenorganisaties en de overheid het Bestuurlijk Akkoord Toekomst GGZ 2013–20141 ondertekend. In het bestuurlijk akkoord zijn onder meer afspraken gemaakt over het anders organiseren van de keten van de ggz. Doel daarvan is dat de zorg aan de patiënt adequaat en op de juiste plaats in de keten plaatsvindt. Dit wordt bereikt door het versterken van de huisartsenzorg, het onderverdelen van de ggz in een generalistische basis ggz en een gespecialiseerde ggz en het vervolgens verschuiven van patiëntenstromen van de gespecialiseerde ggz naar de generalistische basis ggz. Onder de generalistische basis ggz valt onder meer wat voorheen als eerstelijnspsychologische zorg geregeld was. De bedoeling van het versterken van de huisartsenzorg is dat een huisarts patiënten met psychische problematiek beter gaat herkennen, meer patiënten zelf gaat behandelen of patiënten gerichter gaat verwijzen naar de generalistische basis ggz of de gespecialiseerde ggz. Gebleken is dat 20% van de patiënten die momenteel binnen de specialistische ggz worden behandeld lichte en milde problematiek hebben. Behandeling van lichte en milde problematiek hoort echter thuis in de generalistische basis ggz. Uit innovaties in de zorg is voorts gebleken dat het mogelijk is om meer patiënten met zwaardere psychische problematiek in de generalistische basis ggz te behandelen dan – gemiddeld gezien – tot nu toe gebeurt in de eerstelijnspsychologische zorg. Meer patiënten dan nu kunnen dus in de generalistische basis ggz behandeld worden. Om de behandeling in de generalistische basis ggz van patiënten bij wie de psychische problematiek in zwaarte verschilt, te bekostigen worden er vier zorgvraagzwaarteproducten ingevoerd. Met deze zorgvraagzwaarteproducten 1 Kamerstukken II 2011/12, 25 424, nr. 183. 6 Regelingen en voorzieningen CODE 1.4.2.34 wordt het bieden van zorg binnen de generalistische basis ggz aan patiënten met zwaardere psychische problematiek dan gemiddeld genomen in de eerstelijnspsychologische zorg ondersteund. In het bestuurlijk akkoord is verder afgesproken dat de ambulantisering van mensen die, al dan niet langdurig, in een kliniek zijn opgenomen, wordt voortgezet. In stabiele situaties kan een patiënt worden overgedragen aan de huisarts of de generalistische basis ggz. Op 17 mei 2013 is aan de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal op grond van artikel 8 van de Wet marktordening gezondheidszorg meegedeeld dat het voornemen bestaat aan de Nederlandse Zorgautoriteit een aanwijzing te geven om een prestatiebeschrijving op te stellen voor de vier zorgvraagzwaarteproducten in de generalistische basis ggz2. In die brief is het parlement ook verder geïnformeerd over de stappen die aan de hand van de afspraken uit het bestuurlijk akkoord gezet zullen gaan worden. Voor de onderverdeling van de ggz in generalistische basis ggz en specialistische ggz hoeft het Besluit zorgverzekering niet aangepast te worden, omdat beide vormen van ggz vallen onder de in artikel 2.4 van het Besluit zorgverzekering omschreven «geneeskundige zorg zoals klinisch psychologen en medisch-specialisten (in casu psychiaters/ zenuwartsen) die plegen te bieden». Met het invoeren van de generalistische basis ggz is de eerstelijnspsychologische zorg zoals die tot de inwerkingtreding van dit besluit in het Besluit zorgverzekering was geregeld, niet langer een afzonderlijk te onderscheiden zorgprestatie binnen de ggz. Daarom zijn de bepalingen in het Besluit zorgverzekering die betrekking hebben op de eerstelijnspsychologische zorg met dit besluit vervallen. Het gaat hierbij om de beperking tot vijf zittingen per kalenderjaar en de eigen bijdrage per zitting. Los van deze meer juridisch technische argumentatie, zou handhaving van een beperking tot vijf zittingen en het moeten betalen van een eigen bijdrage daarvoor, de gewenste verschuiving van de gespecialiseerde ggz naar de generalistische basis ggz niet bevorderen. De gespecialiseerde ggz kent een dergelijke beperking in de omvang van de zorg en het verschuldigd zijn van een eigen bijdrage immers niet. Met het vervallen van de eigen bijdrage is naar schatting € 30 miljoen gemoeid. Deze derving van inkomsten zullen zorgverzekeraars in hun onderhandelingen met zorgaanbieders betrekken zodat dit per saldo vanaf 2014 ingepast wordt in het ggz-kader, zoals dat voor 2014 is afgesproken in het bestuurlijk akkoord. Deze inpassing in het ggz-kader per 1 januari 2014 betekent dat daarmee de dekking voor het afschaffen van de eigen bijdrage voor de eerstelijnspsychologische zorg is geregeld. De Tweede Kamer is op 24 april 2013 over het vervallen van deze eigen bijdrage en de dekking daarvan geïnformeerd3. In voornoemde brief van 17 mei 2013 is aangegeven welke maatregelen voorzien zijn indien partijen hun rol met betrekking tot de macrobudgettaire beheersing niet adequaat oppakken. Ter uitvoering van de voorhangprocedure die is opgenomen in artikel 124 van de Zorgverzekeringswet, is het ontwerpbesluit op 7 juni 2013 aan beide Kamers der Staten-Generaal gezonden4. 2. Artikelsgewijs Artikel I Onderdeel A In artikel 2.4, eerste lid, onderdeel d, was de beperking van de eerstelijnspsychologische zorg tot vijf zittingen geregeld. Dit onderdeel is om de reden zoals in het algemene deel van de toelichting is aangegeven, komen te vervallen. Onderdelen B en C In artikel 2.16 was de eigen bijdrage voor de eerstelijnspsychologische zorg per zitting en per internetbehandeltraject geregeld. Deze bepaling is om de reden zoals in het algemene deel van de toelichting is aangegeven, komen te vervallen. Artikel II Deze bepaling regelt dat dit besluit per 1 januari 2014 in werking treedt. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers 2 Kamerstukken II 2012/13, 25 424, nr. 211. 3 Kamerstukken II 2012/13, 25 424, nr. 205. 4 Kamerstukken II 2012/13, 25 424, nr. 212. 7