D OORVOELDB EWEGEN © Jan b Eyskens Vermoeidheid en pijn, maar ook zich langer concentreren, veranderen ons natuurlijk bewegingspatroon én onze houding. De hersenen sturen onze bewegingen aan, zij doen dat door de motorische zenuwen aan te vuren en dat op basis van de informatie die zijzelf verzamelen en verwerken. Die informatie komt deels van buiten ons, onze omgeving, en we verkrijgen die door onze zintuigen. Dat zijn de exogene prikkels. De vijf klassieke zintuigen zijn zien, horen, ruiken, de tast en de smaak. De hersenen krijgen echter ook informatie van binnenin het lichaam, verstuurd door o.a. kleine organen in de spieren, de pezen (golgi-peesreceptoren), drukreceptoren in de gewrichten en het evenwichtsorgaan gelegen in het binnenoor. De informatie van binnenin het lichaam zijn endogene prikkels. Pijnprikkels zijn endogene prikkels, zij melden aan de hersenen weefselschade of worden op die manier geïnterpreteerd. Zij zullen daardoor de bewegingen beïnvloeden, ook al is er geen manifeste schade. Bij pijn zal men dan ook snel een optimale coördinatie verliezen. Je kan dat al merken aan het lopen van iemand die een banaal letsel als bv. een eksteroog heeft. Wie continu pijn voelt of spanningen, tracht die te verminderen en/of te voorkomen door sommige bewegingen te vermijden of 'aangepast' uit te voeren. Het gevolg is een onnatuurlijk bewegingspatroon en een verkrampte houding. Maar ook wie zich continu, ononderbroken en langdurend concentreert komt in dergelijke, minder efficiënte beweegpatronen terecht. Zich concentreren verandert de manier waarop je je wereld opbouwt, en dus ook je interne representatie. Door onze zintuigen, en dan vooral door onze ogen, verzamelen we informatie over de ruimte waarin we ons bevinden, de omgeving. De omgeving 'presenteert' zich. De hersenen verwerken de 'gepresenteerde' informatie en zullen op basis daarvan een beeld maken, een re-presentatie. In dat beeld, de wereld zoals wij die op dat moment zien, plaatsen we ons lichaam ten opzichte van objecten, dieren en andere personen in de ruimte, dus in de drie dimensies. We positioneren ons echter ook in functie van onze ‘taak’. Het gevormde beeld van de wereld is niet voor iedereen hetzelfde omdat ieder zijn aandacht richt naar wat voor hem belangrijk is. Bekijk samen met vriend of vriendin een huis of een open ruimte en je zult merken dat je verschillende dingen hebt gezien. Het beeld dat je gemaakt hebt, van de omgeving, dus de representatie ervan, is daardoor (in zekere mate) anders dan bij je vriendin. Wanneer je nu constant je aandacht naar iets richt omdat het ‘moet’, zoals bv naar een pijnlijk lichaamsdeel of bij het uitvoeren van een taak die langer duurt dan dat je het graag had gehad, dan zal je je aandacht richten naar zaken die je functioneren minder efficiënt maken en mogelijks pijn kunnen veroorzaken of deze verergeren. Zo zal je aandacht in de klas in de eerste plaats niet naar het mooie glasraam gaan maar naar de leerling die niet oplet. De manier van kijken, en dus van www.bewegingspraktijk.be www.doorvoeldbewegen.be informatie verzamelen, wordt daardoor beperkt. Een verkrampende houding zal je representatie (het interne beeld dat je maakt van de omgeving) stilaan beïnvloeden. Uitvergroot kan je stellen dat, als je naar omhoog kijkt de wolken ziet, en naar omlaag de grond. Je representatie bepaalt voor een deel je beweging, maar omgekeerd geldt ook. Het bewaren van een gepaste interne representatie is dus belangrijk bij het zich houden en bewegen omdat het gaat over de manier waarop je je lichaam plaatst in de omringende ruimte en ten opzichte van wat zich in die ruimte bevindt. Het heeft geen zin om je best te doen, om te oefenen als de bestaande manier van bewegen en je eigen representatie fout is. Dit komt omdat elke oefening het gebruikelijke – en het hier ongewenste - bewegingspatroon bestendigt. We moeten af van die manier van (over)waakzaam zijn, beducht voor elke mogelijke aanleiding tot aandachtsbeperking. Hiervoor moeten we onze representatie 'manipuleren'. En hier begint het ongewone. Het bewegingsprogramma “DoorvoelDBewegeN” start met 'panoramisch' kijken. Panoramisch kijken is gebruik maken van de 'voorgeprogrammeerde radar' die we bij de geboorte meekregen en die ons een beeld geeft van de plaats van ons lichaam in de ruimte. We doen dat meestal in 'ontspannende' omstandigheden. Als voorbeeld: je staat op de top van een berg en overschouwt de prachtige valleien. Of dichter bij huis: je wandelt al pratend met je vriendin door de winkelstraat, door je automatische radar loop je niet tegen elke vuilnisbak. Tegenover panoramisch kijken staat focussen. We focussen wanneer iets nader moet bekeken worden omdat het mogelijks gevaar kan betekenen, zoals afwijkende vormen, bewegende objecten, kleurverschillen, diepte enz. We focussen in een eerder 'spannende' omgeving. Focussen is vaak een voordeel. Zo is focussen belangrijk bij onze oog-handcoördinatie en stelt het ons in staat om de handen en vingers precies te sturen. Maar wat een voordeel is, kan ook een nadeel worden. Continu focussen vraagt veel energie. Wie een lange periode van overbelasting doormaakt, wie lang hetzelfde moet doen, gaat vaker focussen. Als je constant focust, is het niet evident meer om terug naar het panoramische zicht over te schakelen, dus word je erg moe. Tegelijk vermindert je ‘concentratie’. Daarom leren we je dus terug meer panoramisch kijken, maar we doen dat niet zo maar. We leren je 'in aandacht' kijken, vanuit een natuurlijke positionering. Bij een natuurlijke positionering is het alsof de persoon zegt: 'ik ben wat ik ben, het is zoals het is en ik voel wat ik voel'. Bewegen is e-motion, of emotie? Moeite doen om iets aan te houden of te bereiken toont zich, in de opgetrokken schouders, de voorzichtige bewegingen, het innerlijke stemmetje dat zeg 'dat het allemaal niet meer hoeft'. Bewegen wordt dan verkleurd door emoties van angst, kwaadheid, moedeloosheid,.... We gaan deze cirkel van automatische reacties doorbreken en het ‘goed voelen’ van het lichaam herstellen. We lenen daarvoor de principes van twee Russen, Nikolai Bernstein (1896-1966), grondlegger van de ‘Biomechanica’ en Vsevolod Meyerhold (1874-1940), de theatervernieuwer en -regisseur. De Biomechanica is een systeem van gecontroleerde bewegingen waardoor het lichamelijk bewustzijn wordt aangescherpt zodat je meer en meer 'met het lichaam begint te denken'. De études, want zo noemen we de diverse sets van waarnemingen (het zijn immers geen oefeningen want dan gaan we weer ons best doen en het oude, te wijzigen patroon juist bestendigen) zijn dynamisch van aard, gemakkelijk uit te voeren en vooral leuk om te doen (en om naar te kijken). www.bewegingspraktijk.be www.doorvoeldbewegen.be Er is grote weerstand tegen verandering . Verwacht niet dat het lichaam zich zo maar gewonnen geeft. Francisco Varela (1946 - 2001) stelt dat biologische organismes vòòr alles hun wijze van input willen gelijk houden. De macht der gewoonte is dus een gedegen tegenstander. Wat we gewoon zijn, voelt vertrouwd aan. Daar voelen we ons goed bij, zelfs als het ons schaadt. Dit is ook de reden waarom zoveel goede bedoelingen een zachte dood sterven. We weten wel wat we moeten doen en we beginnen er aan met goede moed, maar na een tijdje hervallen we in onze (slechte) gewoontes. Zo gaat het ook met het willen veranderen van bewegingspatronen. Dat heeft alles te maken met de wijze waarop onze hersenen, of het brein, werkt. De hersenen hebben een eigen manier om informatie op te slaan. Ze doen dat via bepaalde patronen, die kunnen aangeboren zijn. Wanneer je anders gaat bewegen, dan krijg je algauw de boodschap dat het niet klopt, het voelt niet 'vertrouwd' aan. En wat je niet vertrouwt, daar wil je zo gauw mogelijk van weg. Terug naar het oude en dikwijls foute bewegingspatroon. We moeten dus anders te werk gaan. Maar hoe? Enerzijds door het lichaam ter hulp te roepen. Om je een nieuwe manier van bewegen eigen te maken, gaan we geen beroep doen op wat men 'cognitie' noemt. Cognitie is het vermogen dat we hebben om een probleem op te lossen door middel van taal en na-denken. Ditmaal gaan we dit vermogen niet (of maar in beperkte mate) gebruiken. We geven geen instructie of indien nodig slechts minimaal, er is geen klassiek oefensysteem. We gaan echter wel beroep doen op het lichaam zélf, op het vermogen dat het heeft om een probleem op te lossen. Vanuit de gedachte dat, het foute pas zal verdwijnen als het goede een kans krijgt. Zo een procedure wordt door de Franse filosoof Derrida (1930 2004) dan ook ‘deconstruct’ genoemd. Tegelijk destructie van het ongewenste en constructie van het gewenste. We moeten dus wel een techniek gebruiken die de vaste patronen kan verschalken. Door ondermeer gebruik te maken van 'priming'. Als je aan iemand snel wilt uitleggen wat priming is, dan doe je het volgende: vraag of hij tienmaal snel na elkaar het woord WIT zegt, wanneer hij dan bij nummer vier of vijf is, dan vraag je wat een koe drinkt. De kans is groot dat je gesprekspartner melk zegt, en niet water. WIT en MELK zijn begrippen die in de hersenen sneller met elkaar in verband worden gebracht dan WIT en WATER. Omdat die combinatie het meeste voorkomt, zo hebben we uit ervaring geleerd. Zo zijn er tal van combinaties en patronen. Bij DoorvoelDBewegen gebruiken wij dit vermogen van de hersenen. Het gaat dan wel niet om koe, wit en water of melk, maar wel over specifieke beelden die we je meegeven en van waaruit je je beweging kan vormen. In de wetenschap wordt dat fenomeen motor-imagery en / of ook Posture Release Imagery (John Appleton) genoemd. Bewegen: in aandacht, doorvoeld en in closed loop. Bewegen 'in aandacht', we hebben het bij elk onderdeel aangehaald. Wat wil dat zeggen? Het gaat hier over een manier van leven, van zijn. In aandacht of Mindful. Aandachtstraining of Mindfulness maakt gebruik van meditatieve technieken om te leren leven in het hier en het nu, zonder te oordelen. We leven niet in ons hoofd, wel in en met ons lichaam. Laten we dan eerst aandacht geven aan hoe dat lichaam gehouden wordt, hoe het bewogen wordt. Van uit wat goed is aan het lichaam. Door specifieke ‘waarnemingen / études’ die gebruik maken van priming kunnen we het contact met wat goed is aan het lichaam op een directe wijze waarnemen, versterken en bestendigen. Indien gedrag gevormd wordt door het verleden, dan zal gedragsverandering pas kunnen plaatsgrijpen door precies gekozen beelden en hints voor de toekomst. www.bewegingspraktijk.be www.doorvoeldbewegen.be Doorvoeld en in closed loop (continue aanvoer van niet pijnlijke lichaamseigen data) hangen wat aan elkaar. Door trager en door gebruik te maken van de specifieke codes zul je ook de beweging beter 'voelen'. Wanneer je nu meer gaat bewegen omdat het gemakkelijker kan, dan willen we dat je daarbij zo weinig mogelijk energie gebruikt, of in ieder geval geen onnodige energie verspilt. Door voldoende herhaling van de études ga je meer en meer closed-loop bewegen. Closed-loop en dus ook open-loop (voorgeprogrammeerd en stereotiep) gaat over het gebruiken van bepaalde spiervezels. Je hebt er die gespecialiseerd zijn in krachtige en snelle samentrekkingen, en daardoor veel energie gebruiken (‘halogeenspieren’) en die we vooral nodig hebben om gepast te kunnen reageren op bepaalde situaties. Bijvoorbeeld als een snelle en meestal kortdurende reactie nodig is. Andere spiervezels, de eerdere tragere (we noemen ze de ‘spaarspieren’) verbruiken minder energie. Het komt er dus op aan om zo veel mogelijk de spiervezels te gebruiken die het minste energie vragen. Zo blijf je het langste aan de slag en kan je, zonder uitputting, voldoende beweging nemen of activiteiten uitvoeren. Bijvoorbeeld les geven... Dubbeltaken. Een taak wordt geacht geautomatiseerd te zijn als een bijkomende taak de eerste niet negatief beïnvloed. Zitten, zich opgericht houden zoals bij staan en gaan tijdens lesgeven is een taak. Daarbij en pas daarna komt de eigenlijke taak als lesgever. De sessie DoorvoelDBewegeN wordt dan ook aangepast aan de specifieke 'dubbeltaak' (dual tasking) van de legever / mentor. Naast de continue bewuste aandacht voor de cursisten en de te geven les, de over te dragen vaardigheden (= de tweede taak), dient de lesgever - onbewust en parallel - voortdurende aandacht te geven aan het eigen functioneren, de eigen houding, het eigen lichaam (= eerste taak). Daar hiervoor een processor wordt ingezet met beperkte mogelijkheden (het menselijke brein) is het nuttig juist dié processen automatisch te laten verlopen die ook geautomatiseerd kunnen worden zoals zich oprichten, gaan, staan, ...). Zo worden pijn, vermoeidheid - en op langere termijn ook burn-out voorkomen. Zoals de naam het zegt gaat het bij DoorvoelDBewegeN om het voelen van de eigen manier van bewegen. De methode is non-declaratief en gebruikt Representatie Manipulerende Cues. Jan b Eyskens, Bewegingsconsulent Verbonden aan de dienst Interne Geneeskunde, UZA, Antwerpen Auteur Body in Peace, Standaarduitgeverij, 2007. meer info op www.bewegingspraktijk.be [email protected] www.bewegingspraktijk.be www.doorvoeldbewegen.be