Departement IW&T [ KHBO vzw ] ● Zeedijk 101 ● B-8400 Oostende Tel. +32 59 56 90 00 ● Fax +32 59 56 90 01 LOGBOEK BIJ HET WETENSCHAPPELIJKE PROJECTWERK Klas: 2AI2KOB Groepsnaam: We Solv-It Titel van project: Studenten helpen studenten - Wiskunde Datum: september – december 2009 Begrippenlijst Begrip in Nederlands Begrip in Engels Projectonderwijs Project learning Multidisciplinair Competentie Korte omschrijving Is een vorm van onderwijs waarbij studenten gedurende langere tijd samenwerken om een vastgestelde opdracht te vervullen of om een probleem op te lossen. Dit gebeurt onder leiding van een projectcoach. Betrekking hebbend op een aantal disciplines. (takken van wetenschap) Om een belangrijke activiteit te doen slagen, is een deelname van deze Multidisciplinary disciplines en coördinatie op alle niveau’s tussen de deelnemende organen en personen noodzakelijk. Competence Zevensprong / Zelfevaluatie Selfassessment Deskundigheid, bekwaamheid, vaardigheid, expertise. Ontwikkelbare en leerbare vermogens die nodig zijn om in beroepssituaties op een juiste en professionele wijze te kunnen handelen. Systematische manier van probleemoplossend werken in de volgende 7 stappen. Stap Omschrijving 1 Verduidelijking van begrippen en termen 2 Probleemstelling 3 Literatuurstudie 4 Opmaak van plan van aanpak 5 Uitvoering van plan van aanpak 6 Demodag 7 Eindreflectie Beoordelingssysteem waarbij de student kritisch reflecteert en zichzelf beoordeelt. Begrip in Nederlands Begrip in Engels Korte omschrijving Toledo Toledo Elektronisch leerplatform dat voor het projectwerk gebruikt wordt als communicatieplatform. Een ander leerplatform genaamd Toledo+ wordt gebruikt als informatieplatform. Niveau kruisende begeleiding Cross-level tutoring Studenten van een lager jaar worden begeleid door studenten van een hoger jaar. Mondelinge groep begeleiding Peer tutoring face-to-face Studentenbegeleiding communicatie Online groep begeleiding Peer tutoring online Studentenbegeleiding via het internet Win-win situatie Win-win situation Project Project Empathie Empathy Vrijheidsgraden Notulist Abstract Freedom Minutes secretary Abstract via mondelinge Zowel de student als de begeleider hebben iets aan deze situatie. Dit is een reeks activiteiten die je onderneemt met een bepaald doel als eindresultaat. Hierbij moet men gaan onderzoeken en vooral opzoeken. De periode met een bepaalde begin- en einddatum omvat het project. Vaak wordt bij een groot project ook externe financiering gezocht. Het vermogen om je ergens in te leven. De vrijheid die ons toegekend is doorheen het project. Men kan natuurlijk zich vrij ver uiten hierin en dit in een bepaalde richting. Iemand die een kort verslag schrijft van wat tijdens een vergadering door iedereen is gezegd. De verslaggever dus. Een korte samenvatting van een (wetenschappelijk) artikel. Het moet potentiële lezers in korte tijd de mogelijkheid geven een goed beeld te krijgen van de inhoud van het artikel. Probleemstelling Vragen: Wat is de context waarin de projectopdracht zich situeert? Eerstejaarsstudenten in de richting academische bachelor worden begeleid voor het vak Wiskunde 1 door onze projectgroep van het tweede jaar. Hierbij introduceren we samenwerkend leren waarbij zich een win-win situatie zal voordoen voor beide partijen. Omdat we dichter bij de te begeleiden studenten staan dan docenten en het vak reeds hebben gekregen, hopen we de drempel te verkleinen om onze hulp te vragen. De achtergrond van het hele project is leren werken in een situatie die een mogelijke weergave is van het bedrijfsleven. Op het eerste zicht is onze opdracht niet echt een afspiegeling van ons toekomstig werkleven, maar eenmaal de opdracht wordt ontleed, komen er heel wat aspecten voor die herkenbaar zijn. Enkele van deze aspecten zijn: bij een gegeven probleemstelling stilstaan, in groepsverband een oplossing vinden, een plan opstellen, uitvoeren, verbeteren, naleven, controleren en kritisch reflecteren. Ook zullen we een manier moeten bedenken om onszelf voor te stellen, het publiek warm te maken voor ons project enzovoort. Wat is het belang van de projectopdracht? Voor ons is het belangrijk vanuit een probleemstelling via interactie tussen projectgroep en te begeleiden studenten een activerende en motiverende methode te ontwerpen om aan de individuele noden van studenten tegemoet te komen. We zullen dit gegeven in groepsverband aanpakken wat meteen een aantal belangrijke zaken met zich meebrengt. Ten eerste zullen we moeten samenwerken als groep, rekening houden met anderen en conflicten oplossen. In dit groepsverband krijgt elk de beurt als leider te functioneren. We zullen ook omgaan met leken uit het vak en onze begeleiders, wat in het latere bedrijfsleven kan voorvallen. Naast het plannen van deze opdracht en het groepsaspect is bij ons project vooral het aspect van management van belang. Als we later zaken willen doen, zullen we mensen ervoor moeten warm maken, wat reclame maken en een goede interessante voorstelling geven. Tevens is het belangrijk de te begeleiden studenten iets waardevols bij te brengen die hen kan helpen bij hun verdere studiemethodes. Wat is de hoofdopdracht? De hoofdopdracht bestaat erin studenten academische bachelor (1AI2KO) te begeleiden met het vak Wiskunde 1. Hierbij gaat het om zowel Lineaire Algebra als Reële Analyse. Elk onderdeel zal behandeld worden door een groep bestaande uit 3 studenten. Het is vooral de bedoeling de eerstejaars vertrouwd te maken met de manier van lesgeven en hoe de leerstof in te studeren en te verwerken. Dit zullen we doen via een zelfontwikkeld studiepakket. Hierbij proberen we de studenten aan te zetten om regelmatig aan hun wiskunde te werken aangezien uit eigen ervaring het vak één van de zwaarste is uit het eerste semester. Door een samenwerking tussen ons en de te begeleiden studenten moeten we telkens een goede oplossing voor het probleem zien te vinden. Dit zal hoofdzakelijk gebeuren tijdens wekelijkse contacturen waarbij studenten vrijblijvend kunnen afkomen met problemen over het onderwerp. We moeten de opdracht zodanig opstellen zodat het een win-win situatie voor beide groepen is. Hierbij zal het vooral de bedoeling zijn om een goede werkwijze op te stellen. Daarom dienen we onderzoek te doen om de werkwijze uiteindelijk te verwezenlijken. Tijdens dit project zullen we de progressie van zowel onszelf als de te begeleiden studenten kenbaar maken. Dit zal gebeuren door de verwerking van enkele proeven die we zelf opstellen en door de resultaten van de proefexamens. Op het einde van ons projecttermijn zouden we bij regelmatige studenten, vooruitgang moeten merken. Hieruit moeten we dan onze besluiten trekken. Voor onszelf zal vooral de peer-assessement een goede indicatie vormen van ons geleverde werk. Uiteindelijk is het de bedoeling de zeven stappen van de ‘zevensprong’ te verwerken en aan zes vooropgestelde competenties te voldoen. Wat zijn de deelopdrachten? Naast de opdracht om studenten individueel te begeleiden via de contacturen en het onderzoek van hun vooruitgang, zullen we ook een forum aanmaken waarbij we verschillende deelopdrachten zullen verwezenlijken. Hierbij hebben we het vooral over extra oefeningen die we online zullen plaatsen met hun oplossing en waarbij de methode telkens stapsgewijs zal uitgewerkt worden. Ook zullen de opgaven en oplossingen van onze afgenomen testjes weergegeven worden. Tevens zullen we er hulpmiddelen zoals studietips, info over het examen en kleine formularia plaatsen. Tenslotte zullen we ook een methode ontwikkelen om studenten warm te maken voor ons project waarbij we onszelf in het daglicht stellen onder andere d.m.v. posters … . Informatiemap Zoekstrategie Er wordt van je team verwacht dat jullie uitleggen hoe jullie de zoektocht naar informatie in verband met het uit te werken project hebben aangepakt, of kort: wat was de zoekstrategie? Om jullie daarbij te helpen vinden jullie enkele vragen die jullie moeten beantwoorden. 1. Maakten jullie vooraf een zoekplan om informatie te verzamelen om een beter inzicht te krijgen in de probleemstelling? Ja: Tijdens de eerste vergadering werd duidelijk afgesproken tussen de groepsleden wat ze elk individueel voor ogen zagen bij project. Op die manier werden ideeën gewisseld en gebundeld tot een strak plan. Door de opdracht rond de begrippenlijst en probleemstelling te maken kregen we wel een beter inzicht in onze opdracht, dit hielp dus in de zoektocht naar informatie. Eenmaal we een globaal plan opgesteld hadden, wisten we welke info we nog nodig hadden. Deze info was hoofdzakelijk over de methode hoe we studenten gingen begeleiden, genaamd ‘Peer Assisted Learning’. Ons plan bestond erin dat elk groepslid eerst individueel info opzocht. Bij de volgende vergadering legden we deze info dan samen en door deze verscheidende inbrengen probeerden we de gehele probleemstelling op te lossen. De grootste bijdrage van informatie was echter onze eigen ervaringen en een logische manier van werken. 2. Duid aan waarop jullie een beroep deden: Personen - Onze projectcoach De Hr. Rousseau - De Projectgroep SOS-Fysica die vorig jaar de PAL-methode gebruikte voor hun Wetenschappelijk Project - Studenten regentaat Wiskunde - Groepsleden van onze projectgroep, dit omdat we een groot deel van onze aanpak baseerden op eigen ervaringen en logisch plannen. Zoekmachines Hoofdzakelijk Google Catalogi van bibliotheken We zochten naar info in de catalogi van de bibliotheken van Oostende, Brugge en Gistel. Databanken Door de informatievaardigheden opdracht maakten we kennis met de databanken van het LIBIS-netwerk. In deze databanken zochten we dan ook achter informatie over de PAL-methode. Andere Het projectwerk van de groep SOS-Fysica, hierboven ook al vermeld. Extra informatie over de inhoud van wiskunde 1 vonden we in de cursus van Reële Analyse en Lineaire Algebra. 3. Welke bronnen leverden goede resultaten, welke bronnen leverden weinig of geen bruikbare resultaten? De meest bruikbare info verkregen we van de personen, vooral De Hr. Rousseau leverde ons goede info. Ook het projectwerk van het vorige jaar bevatte interessante info. Verder leverde de zoekmachine Google veel resultaten op over de PAL-methode. De catalogi van bibliotheken en databanken verstrekten ons echter zo goed als geen bruikbare informatie. Als we het over de inhoud van de wiskunde hebben, dan leverden onze cursussen en het boek van het eerste jaar uitstekende resultaten. Ook het internet werd hiervoor geraadpleegd, maar in mindere mate. Deze werd gebruikt voor extra informatie. 4. Bepaalden jullie in de loop van jullie zoektocht een set zoektermen? Ja: We hadden vrijwel enkel informatie nodig over de Peer Assisted Learning (PAL) – methode, dit werd bijgevolg onze belangrijkste zoekterm. Verder kwamen ook meer algemene zoektermen voor, zoals “Studenten begeleiden”. Ook alle termen uit de begrippenlijst werden opgezocht en kunnen we dus ook als zoektermen beschouwen. Over de inhoud van de cursus werden zoektermen bepaald, deze waren zeer specifiek en afhankelijk van de vragen die we kregen. 5. Gebruikten jullie in geavanceerd zoeken? zoekmachines, catalogi, databanken Ja: We maakten gebruik van geavanceerd zoeken meer bepaald van exacte woordgroep en de taal. Engelse woorden moesten in een specifieke volgorde voorkomen, voorbeeld cross-level tutoring. Dit gebeurde echter niet veel, meestal gebruikten we eenvoudig zoeken omdat de termen waarachter we zochten al concreet genoeg waren. 6. Gebruikten jullie bij het ingeven van de zoektermen speciale technieken (operatoren, zoeken op stam, jokers …)? Nee: Onze zoektermen waren specifiek genoeg, we wisten zelf precies waarop we wilden zoeken, hierdoor waren speciale technieken overbodig. 7. Onderzochten jullie de bronnen op betrouwbaarheid? Ja: Alle bronnen van het internet controleerden we kritisch op betrouwbaarheid. Dit konden we in de meeste gevallen al doen door gewoon naar de websitelink te kijken. Hierbij konden we organisaties, instituten en officiële instellingen gemakkelijk herkennen. Onze zoektermen zorgen ervoor dat we bijna steeds op een betrouwbare website terechtkwamen. Zo gaven universiteiten de meeste info over de PALmethode. Anderzijds zijn de cursussen en het boek van het eerste jaar wiskunde uiterst betrouwbaar en moesten deze niet gecontroleerd worden. 8. Vinden jullie dat jullie voldoende informatie gevonden hebben? Gebruikten jullie alle verzamelde bronnen uiteindelijk ook? Licht kort toe. We hebben in vergelijking met de andere projectgroepen (met verschillende onderwerpen) minder informatie gevonden over ons project. Maar ons project vereiste dan ook niet zo veel op te zoeken informatie. Over de onderwerpen waarover we niet veel wisten hebben we voldoende info kunnen opzoeken. Deze info gebruikten we dan ook, uiteraard de ene bron meer dan de andere. Uiteindelijk kwam het grootste deel van de bruikbare info van onze projectcoach en van onszelf, iets die eigen is aan onze opdracht. Literatuurlijst Cursussen DECUBBER, G., VAN OOST, C., Didactiek 1: secundair onderwijs, Leuven, Uitgeverij Acco, 2008-2009. LAY, D., Linear Algebra and Its Applications, Boston, Pearson Education, 2006. ROUSSEAU, R., Lineaire Algebra, Leuven, Uitgeverij Acco, 2008-2009. ROUSSEAU, R., Reële Analyse, Leuven, Uitgeverij Acco, 2008-2009. Internet AVK, Peer Assisted Learning (PAL), internet, (http://www.avk.nl/onze-producten/93-pal.pdf). 16 oktober 2009, BOURNEMOUTH UNIVERSITY, PAL: Overview, internet, 16 oktober 2009, (http://pal.bournemouth.ac.uk/). HOGESCHOOL AMSTERDAM, Studenten begeleiden studenten, internet, 16 oktober 2009, (http://www.onderwijsatelier.hva.nl/article-326-nl.html). STANFORD UNIVERSITY, Peer Assisted Learning, internet, 16 oktober 2009, (http://ctl.stanford.edu/Tomprof/postings/268.html). STICHTING KENNISCENTRUM PEER SUPPORT, Peer Support, internet, 16 oktober 2009, (http://www.peersupport.nl/Page/nctrue/sp2676). U.S. DEPARTEMENT OF EDUCATION, Intervention: Peer-Assisted Learning Strategies, internet, 16 oktober 2009, (http://ies.ed.gov/ncee/WWC/reports/beginning_reading/pals/). VAN SOOM, C., Studenten leren van elkaar, internet, 16 oktober 2009, (http://www.kuleuven.be/toekomstigestudenten/studiekeuzebegeleiders/fil es/PAL.pdf). Andere Opleiding voor de studentbegeleider in Peer Assisted. Leuven, s.n., s.d. SOS FYSICA, PAL scoort op vele velden, Oostende, 21 oktober 2008. Plan van aanpak Doelstelling van het experiment Eerstejaars in de richting academische bachelor worden begeleid voor het vak wiskunde 1 door onze projectgroep. Hierbij introduceren we samenwerkend leren. We zullen een originele en motiverende methode ontwerpen zodat studenten hun wiskunde regelmatig bijhouden. Hierdoor zullen de studenten gemakkelijker hun credit behalen. Dit plan bevat de aanpak en de overdracht van ons project. Naargelang de weken verstrijken en het project evolueert moeten de nodige verbeteringen aangebracht worden aan dit plan. Onze boodschap moet goed overkomen en zijn effect hebben op de te begeleiden studenten. Door onze aanpak zouden de studenten voordeel moeten hebben bij hun toekomstige studies en studiemethode. Motivatie voor de aanpak Uit eigen ervaringen weten we dat het vak wiskunde één van de zwaarste is van het eerste semester. Wij kunnen onze kennis doorgeven aan de eerstejaarsstudenten. Wij weten hoe moeilijk het is om aan de methode van lesgeven te wennen en welke problemen zich voordoen bij het studeren van dit vak. We willen de te begeleiden studenten een belangrijke leermethode bijbrengen namelijk samenwerkend leren. Deze methode helpt studenten enorm en zo leren ze het best. Niet enkel de studenten halen hieruit profijt, ook wij leren studenten begeleiden. Deze manier van werken kan ook in het toekomstig bedrijfsleven van pas komen. Sommige studenten zullen gaandeweg meer moeilijkheden ondervinden en wij kunnen hen een zet in de rug geven. Voor eerstejaars is het aangenaam te weten dat onze hulp aanwezig is. Werkwijze Het project bestaat uit de volgende onderdelen: voorstelling project begeleiding eerstejaarsstudenten evaluatie vorderingen extra hulp via online context planning en zelfevaluatie Voorstelling project De eerste stap is het voorstellen van het project aan de eerstejaarsstudenten. Hierbij opteren we voor verschillende manieren om indruk te maken op hen. Ten eerste mailen we hen in de beginweken globale informatie over ons project. Hierna stellen we ons in kleine groepjes op en gaan naar beide klassen voor een korte introductie, gekoppeld aan een enquête. Tezelfdertijd hangen we in de campus een drietal posters op die ons project tentoonstelt. Ten laatste stellen we ons voor via onze projectcoach en tevens docent Wiskunde 1, de heer Rousseau R. Hij zal tijdens de lessen Wiskunde de studenten regelmatig verwijzen naar ons project. Een goede voorstelling van het project is belangrijk om de studenten een duidelijk signaal te geven dat we er zijn voor hen. Begeleiding eerstejaarsstudenten Deze stap van ons project is de belangrijkste. Nadat we onszelf hebben voorgesteld maken we ons wekelijks vrij voor enkele contacturen. Hierbij kunnen de studenten naar een afgesproken lokaal komen om uitleg te vragen over specifieke problemen of om eventueel bijles te volgen over een bepaald onderwerp. Als projectgroep zijn we telkens voorbereid door de behandelde leerstof vooraf te bekijken. We motiveren de studenten de vragen op voorhand te stellen via het forum zodat wij ze kunnen voorbereiden en dan oplossen in de les. Voor de bijles zal een lid per groep (analyse of algebra) elke week een oefening maken en gedetailleerd op het bord uitwerken. We zullen die oefening aankondigen via mail en forum zodat de studenten kunnen afkomen. Evaluatie vorderingen Eerstejaars krijgen regelmatig een meerkeuzetoets over algebra en analyse zodat ze vertrouwd geraken met de vraagstelling. De resultaten worden geanalyseerd om na te gaan waar ze moeilijkheden hebben en om een indruk te hebben hoe zij evolueren. Uiteraard verwachten we door onze aanpak de leerlingen een beter inzicht te geven in wiskunde met betere resultaten als gevolg. Ook zullen we met de resultaten van het proefexamen rekening houden. Het is dan de bedoeling om de vooruitgang van de regelmatige student individueel in kaart te brengen. We hopen dan ook op het einde van ons project positieve resultaten te bekomen. Extra hulp via online context Naast de voorafgaande stappen zullen we ook hulp bieden via een online platform: een forum. Hierop wordt algemene info over ons project gepost. Men zal er de contacturen aantreffen en er zullen tips meegedeeld worden over het examen en de aanpak van de leerstof. Daarnaast zullen we elke week extra oefeningen plaatsen met een uitgewerkte oplossing. Ook de opgaven en oplossingen van de afgenomen toetsen zullen weergegeven worden evenals de puntenscore van de studenten. Via dit forum bieden we de student de kans om ons op afstand te bereiken. Deze vorm van communicatie maakt de drempel kleiner om hulp te vragen. Vragen en problemen mogen gesteld worden op het forum, maar worden enkel uitgelegd tijden de contacturen want uiteindelijk is mondelinge uitleg nog altijd gemakkelijker. Planning en zelfevaluatie Een goede aanpak start met een goede planning en die wordt dan ook tijdens de eerste weken uitgevoerd. Tijdens het project zullen we het plan uiteraard hier en daar aanpassen door zelfkritisch te zijn en uit onze fouten te leren. Dit doen we door gebruik te maken van een peer-assessement. Resultaatformulier Samenvatting van het experiment De bedoeling van het experiment was de studenten van het eerste jaar te begeleiden in het vak wiskunde 1. We probeerden dit dan ook zo goed mogelijk te doen zodat er een hoger slaagpercentage is voor het vak. We gebruikten hiervoor verschillende methoden gebaseerd op de PAL-methode. Iedere week was er een contactmoment waarop de leerlingen van het eerste jaar vrijblijvend mochten komen als ze vragen hadden in verband met het vak wiskunde 1, zowel voor Reële Analyse en Lineaire Algebra. Ook gaven wij tijdens dit contactmoment oefeningen over de geziene leerstof en legden we deze oefeningen stap voor stap uit zodat we samen de oplossingen bekwamen. Er is ook een forum gemaakt waarop de studenten tips kunnen terugvinden over het examen en de aanpak van de leerstof. Op het forum werden er ook oefeningen geplaatst. Ook de oefeningen die aan bod kwamen tijdens het contactmoment werden op dit forum geplaatst, zodat de studenten maximaal konden opletten tijdens onze contactmomenten. Indien er vragen waren in verband met de cursus, dan konden die ook gesteld worden op het forum. Wij hebben die vragen dan ook proberen te beantwoorden. Er werden ook twee enquêtes afgenomen van de studenten. De eerste enquête was bedoeld om enige achtergrond van de studenten te verwerven. Dit deden we door na te gaan welke studierichting ze gevolgd hebben, hoeveel hun eindpercentage was voor het vak wiskunde en als men het nodig achtte om hulp te verkrijgen. Op het einde van het project werd de tweede en laatste enquête afgenomen waarbij we de studenten vroegen naar hun mening over de hulp die wij hen aangeboden hebben. Op deze manier verkregen wij een beter inzicht op waar we in de toekomst moeten op letten als we andere personen willen helpen. Er werden ook twee testen afgenomen zodat we inzicht verkregen in hoeverre de studenten de gekregen leerstof beheersen. De eerste test werd afgenomen nog voor de proefexamens, de tweede test werd twee weken na het proefexamen afgenomen. Op deze manier konden de studenten zich zelf testen en zien of ze een goede studeermethode hebben. Resultaten (met verwerking) Opmerking: voor de volledige verwerking verwijzen we u door naar de bundel. Enquête 1: Als we naar de studierichting kijken dan komt 2/3 van de studenten uit het ASO, 1/3 komt uit het TSO. Dit is voor beide klassen ongeveer gelijk. In de B-klas zitten wel meer studenten die 7-8 uur wiskunde gevolgd hebben. Tussen beide klassen zit er wel een verschil in eindresultaat. Zo zit het eindresultaat in de A-klas tussen de 60 en 80% waarbij ongeveer een even groot tussen 60-70% en 70-80% zit. In de B-klas is dit volledig anders. Hier zitten ongeveer 1/4 van de studenten tussen de 80-90%. De helft van de klas zit tussen de 60 en 70%. In deze klas is er dus duidelijk een verschil goede en middelmatige studenten. We vroegen de studenten ook of ze hulp nodig hadden voor het vak wiskunde. De A-klas beseft dat het zeer moeilijk zal worden en zij willen dan ook gebruik maken van de geleverde hulp. De B-klas daarentegen vindt dat ze minder hulp nodig bij het vak wiskunde. Enquête 2: Het merendeel van de studenten was tevreden met onze hulp voor het vak wiskunde. Het bleek ook dat meer dan de helft van de ondervraagde studenten gebruik maakte van onze aangeboden hulpmiddelen. Dit geldt voor zowel onze contacturen, het forum, de testjes en de informatie die we via mail verstuurden. Wat opvalt is dat er meer studenten uit de B-klas deelnamen aan het project. Hiermee bedoelen we dat er meer studenten uit de B-klas aanwezig waren tijdens de contactmomenten en ze maakten ook meer gebruik van het forum dan de A-klas. Uit de tweede test bleek wel het omgekeerde. Het gemiddelde in de A-klas lag hoger dan het gemiddelde in de B-klas. Er moet wel bij vermeld worden dat het gemiddelde in de B-klas naar beneden werd getrokken door studenten die niet aanwezig waren tijdens de contactmomenten. Ruim 80% van de ondervraagde studenten vond onze hulp nuttig. Toch vond 2 op 5 studenten dat het niveau hoger mocht liggen. We zullen hiermee dan ook rekening houden in de toekomst. We hadden dit niet zien aankomen omdat men er ons nooit heeft over aangesproken en omdat de resultaten van de testen niet uitstekend waren. We zullen in de toekomst dus meer werk moeten steken in de communicatie naar de te begeleiden studenten om ook meer feedback te verkrijgen. Uit de enquête blijkt ook dat ongeveer 40% van de ondervraagde studenten positief opkijkt naar het examen van wiskunde nadat ze hulp gekregen hebben van onze projectgroep. Test 1 (nultest): Als we naar de resultaten van test 1 kijken, dan zien we dat meer dan de helft van de studenten van zowel de A als de B-klas een score behaalde van 2 op 5 of 3 op 5. Er waren ook studenten bij die 0 op 5 behaalden. Dit percentage ligt hoger in de A-klas dan in de B-klas. Wat ook opvalt is dat geen enkele student 5 op 5 behaalt. Er waren ook slechts weinig studenten die 4 op 5 behaalden. In de A-klas was dit 7% en in de B-klas was dit 9%. Als we dan naar het gemiddelde kijken uit beide klassen, dan zagen we dat de Bklas een beter resultaat behaalde dan de A-klas. Dit hadden we ook verwacht, wat uit de enquête blijkt dat er slimmere studenten zitten in de B-klas. Als we naar de standaardafwijking kijken, dan concluderen we dat de A-klas de grootste waarde hiervoor heeft. Uit de enquête hadden we iets anders verwacht. De verklaring voor de grotere afwijking in de A-klas was omdat de percentages tussen de studenten die 0 tot 3 op 5 behaalden ongeveer constant bleef. In de B-klas zaten de studenten meer tussen de 1 en 3 op 5 waardoor de standaardafwijking hier kleiner was. Test 2: Als we de resultaten van de tweede test bekijken, dan waren de resultaten tegengesteld aan die van de eerste test. Nu scoort de A-klas veel beter dan de Bklas. Er waren meer studenten in de A-klas die de maximum score behaalden en minder die de nulscore hadden. We konden dit ook verklaren door de bevinden uit de eerste enquête. De studenten uit de A-klas toonden meer inzet om te slagen voor het vak wiskunde. Bij de eerste test was er nog niet veel leerstof gezien, waarvan het merendeel herhaling was, waardoor de B-klas, die een betere wiskundige achtergrond had, beter scoorde. Bij de tweede test waren we al een tweetal maanden ver en was er al meer nieuwe leerstof gezien, waarbij deze motivatie meer naar boven kwam. Volgens ons waren er meer studenten in de A-klas die hun cursus probeerden bij te houden wat resulteert in een beter resultaat op de twee test. Als we de nulscores vergelijken met de eerste test, dan waren deze voor zowel de A-klas als de B-klas veel lager. Ook waren er meer studenten die het maximum van de punten behaalden. Ook moet je weten dat de tweede test niet makkelijker werd gemaakt. Dit was dan ook een zeer mooi resultaat van de studenten. Dit resulteerde dan ook in een beter gemiddelde voor beide klassen in vergelijking met de eerste test. Ook was de standaardafwijking in beide klassen gestegen. Deze spreiding was in de A-klas iets groter dan in de B-klas. We zien dus dat er een beter resultaat was voor de tweede test in vergelijking met de eerste test. Dit kon verklaard worden omdat een groot deel van de studenten hun cursus gestudeerd heeft voor het proefexamen. Ook hebben wij de studenten al een aantal weken begeleid. Dit was voor de eerste test nog niet het geval. Evaluatie over resultaten: vergelijking met vroegere onderzoeken Tijdens ons project hebben we geen gebruik gemaakt van een vergelijking met vroegere onderzoeken. We kregen wel van meneer V anderhaegen het logboek van SOS Fysica (projectgroep die vorig jaar de studenten begeleidde met het vak Fysica 1). We hebben echter dit logboek niet gebruikt bij de verwerking van ons logboek. verklaring voor afwijkingen We hadden niet genoeg studenten om te onderzoeken. Om een mooi resultaat te bekomen zouden we meer studenten moeten kunnen onderzoeken. 60 studenten was te weinig. De tijd waarin we ons project uitgevoerd hebben was te kort, tussen het eerste contactmoment en de laatste toets zaten slechts 6 weken. Dit was te weinig om de progressie van de studenten te kunnen volgen. Indien we meer tijd hadden, konden we meer testen gegeven hebben en hierdoor gingen we ook een meer nauwkeurige analyse kunnen doen. De studenten komen uit verschillende studierichtingen (hier is dit uit het ASO en het TSO). Hierdoor hebben sommige studenten een betere voorkennis voor wiskunde dan anderen. Niet iedere student heeft evenveel gestuurd voor de testen die we hadden afgenomen. Hierdoor kregen we resultaten van zowel studenten die gestudeerd hadden als van studenten die niet gestudeerd hadden in één test. Dit kon soms een vertekend beeld geven. - - - - mogelijke verbeteringen, alternatieve benaderingen Een mogelijke verbetering is de studenten individueel te begeleiden door iedere student die hulp wil, een begeleider toe te wijzen zodat als die student hulp nodig heeft, hij die kan vragen aan zijn begeleider. Besluit Zowel voor de studenten van het eerste jaar als voor onszelf was dit een win-win situatie. We probeerden de leerstof op een eenvoudige manier aan de studenten te geven. We moeten hierbij wel kritisch zijn of de gegeven leerstof die we aan de studenten gaven wel op een goede manier overgebracht werd. Ook als er vragen kwamen van de studenten, probeerden we die vragen op een zo goed mogelijke manier uit te leggen aan de studenten. Ook de studenten hadden baat bij deze manier van begeleiden. De studenten zullen de geziene leerstof beter begrijpen waardoor ze ook betere resultaten kunnen halen. Er was ook een kleinere drempel tussen de studenten van het eerste jaar en onszelf dan tussen de studenten van het eerste jaar en de leerkracht. Hierdoor zullen de studenten sneller geneigd zijn om hulp te vragen. Abstract Abstract: We Solv-It Dit project heeft tot doel de eerstejaarsstudenten te begeleiden bij het vak wiskunde van het eerste semester. Dit hebben we ondermeer gedaan door iedere week een contactmoment te organiseren waarbij wij oefeningen uitgelegd hebben aan de studenten en waarbij zij ook extra vragen konden stellen. Hierbij kwam onze grootste troef aan bod: als medestudenten (gelijken) verlagen wij de drempel en kunnen wij hun vragen gericht en goed verstaanbaar beantwoorden. Als surplus hebben wij een forum gemaakt waarop de studenten van op afstand vragen kunnen stellen en extra informatie kunnen vinden om hen te helpen met de leerstof. De evolutie van de studenten evalueerden wij aan de hand van een statistische analyse van de resultaten van zelfgemaakte wiskundetestjes. Uit een enquête bleek dat de eerstejaarsstudenten tevreden waren over onze hulp. Groep 1B Poster demodag Eindreflectie Naam van het groepslid: Vragen: In welke mate ben je tevreden over het onderwerp, het verloop en het resultaat van het project? Het pedagogisch aspect van het project kan me maar matig boeien. Het is echter wel een goede manier om de opgedane leerstof bij Wiskunde 1 te herhalen. Het werken in team sprak me wel meer aan. Ik heb dan ook heel wat bijgeleerd omtrent vergaderen, overleggen en discussiëren. Het verloop van het project was eigenlijk van het begin al duidelijk. We haalden onze inspiratie vooral van de projectgroep van vorig jaar. We hebben ongeveer dezelfde werkwijze gebruikt omdat we deze zodanig goed vonden. Omtrent het resultaat van het project ben ik tevreden. Ik vermoed dat we de studenten die geïnteresseerd waren in ons project zo goed mogelijk geholpen hebben. De uiteindelijke resultaten weten we pas na de examens. Som de belangrijkste inzichten/ vaardigheden op die je hebt bijgeleerd in dit project. - Werken in groep - Uitleggen voor een klas - Vergaderen - Uitleggen aan andere studenten - Overleggen met groepsleden Welke tekortkomingen in jouw competenties heb jij vastgesteld? Aan mijn communicatievaardigheden is nog werk. Ik laat andere groepsleden niet altijd uitspreken, ik begrijp ze soms verkeerd, ik analyseer hun argumenten tijdens discussies te weinig en ik ben soms nogal moeilijk te overtuigen. Dit laatste is waarschijnlijk te wijten aan de voorgaande tekortkomingen. Bij het face-to-face tutoring heb ik de neiging om te snel te veronderstellen dat de student iets begrijpt. Ik stel vast dat ik, om te kijken of de student het begrijpt, toetsende vragen moet stellen in plaats van gewoon te vragen: ‘Snap je het?’ Ik moet voor meer animatie zorgen terwijl ik dingen opschrijf op het bord. Ik zeg te weinig terwijl ik dit doe. Dit zorgt ervoor dat de studenten beginnen babbelen en hun interesse beginnen te verliezen. Welke acties heb jij ondernomen om je tijdens het project bij te sturen? Ik heb sneller toegegeven bij discussies, ook al was ik niet volledig overtuigd. Natuurlijk deed ik dit enkel als mijn gesprekspartners een punt hadden. Ik heb erop gelet om mensen minder te onderbreken terwijl ze praten. Ik heb gemerkt dat dit geholpen heeft. Tijdens gesprekken heb ik me ook beter trachten te concentreren. Welke aandachtspunten neem je mee naar projecten? Mijn bijsturingen omtrent communicatievaardigheden. jouw volgende Naam van het groepslid: Vragen: In welke mate ben je tevreden over het onderwerp, het verloop en het resultaat van het project? Als ik terugkijk op het project, dan ben ik zeer tevreden. Het was de eerste keer dat we in een grote groep samenwerkten. Ik zat in een groep die steeds de planning naleefde waardoor de opdrachten steeds op tijd werden afgewerkt. Ik vind dan ook dat we zeer tevreden mogen zijn met het bekomen resultaat. Ook de te begeleiden studenten gaven positieve commentaar op onze manier van aanpak. Som de belangrijkste inzichten/ vaardigheden op die je hebt bijgeleerd in dit project. De belangrijkste vaardigheid die ik geleerd heb is het werken in groep. Je moet hierbij aandacht hebben voor de mening van anderen en proberen in groep een zo goed mogelijke oplossing te bekomen. Ook het leiden van een vergadering was een belangrijke vaardigheid die ik bijgeleerd heb. Er zit veel kans in dat je later op je werk een vergadering zal moeten geven. Hierdoor krijg ik meer ervaring in het spreken voor een groep. Dit was niet alleen tijdens de vergadering, maar ook tijdens de contactmomenten met de studenten van het eerstejaar. Door dit project heb ik dus ook aan mijn sociale competenties kunnen werken. Welke tekortkomingen in jouw competenties heb jij vastgesteld? Soms liet ik de anderen niet uitspreken en wou ik te snel mijn mening geven over een bepaald onderwerp. Ik moet dus meer geduld hebben met anderen. Ik wil soms bepaalde zaken veel te snel geklaard hebben. Welke acties heb jij ondernomen om je tijdens het project bij te sturen? Naar de meningen van anderen luisterde ik zeer aandachtig. Ik was hierbij wel zeer kritisch. Zo moesten de ideeën van de andere groepsleden wel te realiseren zijn. Indien dit niet het geval was, probeerde ik mijn mening te staven met argumenten. Ikzelf gaf ook steeds mijn mening over de behandelde onderwerpen. Welke aandachtspunten neem je mee naar jouw volgende projecten? Eén van de belangrijkste aandachtspunten is het werken in groep. Je moet elkaar kunnen vertrouwen zodat er een goede werksfeer is. Er moet ook steeds geluisterd worden naar elkaars meningen. Er moet steeds een datum afgesproken worden tegen wanneer de taken gemaakt moeten worden. De groepsleden moeten zich dan ook houden aan de voorziene datum. Ik zal ook in de toekomst de andere groepsleden laten uitspreken vooraleer mijn eigen mening te geven over het behandelde onderwerp. Naam van het groepslid: Vragen: In welke mate ben je tevreden over het onderwerp, het verloop en het resultaat van het project? Ik ben zeer tevreden over de hele lijn van het project. Toen we de opdracht, het onderwerp, kregen had ik er eerst geen goed gevoel bij. Maar dit gevoel werd beter na onze eerste vergadering waarin de grote lijnen werden uitgezet, nu kijk ik positief terug op de projectperiode. Dit heeft veel te maken doordat we een goede projectgroep hadden, we schoten goed met elkaar op en de rolverdeling verliep vlot. Elk groepslid was bereid voor het project te werken en dit uitte zich onder meer in een goed resultaat. We kregen goede reacties van de te begeleiden studenten, ze hebben duidelijk iets opgestoken van onze aanpak. Uiteraard kunnen we maar zeker zijn of we echt geholpen hebben nadat de eerstejaars studenten hun examen wiskunde hebben afgelegd, maar we hebben de indruk dat ons project een succes was. Som de belangrijkste inzichten/ vaardigheden op die je hebt bijgeleerd in dit project. De belangrijkste vaardigheid die ik heb bijgeleerd is wellicht het werken in groep over een vrij lange periode. Dit is de eerste keer dat een groepswerk meerdere maanden duurde. Hieronder versta ik onder andere de vergaderingen, de planning, samenwerken voor bepaalde taken … Daarnaast leerde ik vaardigheden om een onderwerp te promoten, naar voor brengen. Dit nam vooral de eerste weken van ons project in beslag toen we aan de studenten van het eerste jaar ons project uit de doeken deden. Beide voorgaande vaardigheden vallen hoofdzakelijk onder het sociaal vlak, iets die bij mezelf beter kan. Dit was dus een goede oefening om voor een groep ‘onbekende’ personen te staan en je verhaal doen en hen helpen waar nodig. Welke tekortkomingen in jouw competenties heb jij vastgesteld? In het begin was dit vooral moeite om een onderzoekende houding aan te nemen, het onderwerp leek me niet boeiend, maar dit veranderde snel na de eerste vergaderingen. Daarnaast had ik het op bepaalde momenten moeilijk als ik geen dagvoorzitter was om de anderen te laten uitspreken vooraleer m’n mening te geven. Ook had ik soms te weinig geduld met de anderen, reageerde ik te impulsief. Welke acties heb jij ondernomen om je tijdens het project bij te sturen? Net zoals de andere groepsleden gaf ik regelmatig m’n mening over de uitgevoerde / nog uit te voeren taken. Ook tijdens de uitvoering hiervan stelde ik me kritisch op en stuurde bij waar nodig na discussie met de andere groepsleden. Welke aandachtspunten neem je mee naar jouw volgende projecten? Over het algemeen vind ik dat we weinig te verbeteren hebben aan onze aanpak, we hadden een goede sfeer, werkten alles stipt af en toonden inzet. Voor mezelf zou ik in het vervolg iets rustiger moeten zijn, me niet teveel zorgen maken als anderen de leiding hebben en niet te impulsief m’n mening geven. Naam van het groepslid: Vragen: In welke mate ben je tevreden over het onderwerp, het verloop en het resultaat van het project? Toen wij de opdracht kregen om studenten te helpen met het vak wiskunde, dan had ik er toch een goed gevoel bij. Ikzelf had tijdens mijn eerste jaar ook enige problemen met dit vak. Het was dus goed om anderen daarbij te helpen. Tijdens dit project hebben wij in groep meteen enkele acties ondernomen om ons project een goede start te geven. Zo hebben wij ons snel kenbaar gemaakt naar de studenten toe. Dit met een goed logo, mails, voorstelling in de les, affiches, ea. Doorheen ons project werden er dan oefeningen beschikbaar gesteld, een forum aangebracht, lesmomenten georganiseerd. Wij hebben dan ook permanente evaluatie gehouden van de studenten door middel van enquêtes en testjes. Met de voorgaande argumenten in het achterhoofd, kan ik stellen dat ik vrij tevreden ben met ons project en het resultaat die wij geboekt hebben. Som de belangrijkste inzichten/ vaardigheden op die je hebt bijgeleerd in dit project. Tijdens dit project was het vooral belangrijk te kunnen werken in groep. Ook hoe men, m.b.v. vergaderingen, tot goede resultaten kan bekomen. Dit gaat natuurlijk niet steeds vanzelfsprekend. Als toekomstige ingenieur is het dan ook belangrijk dat men over deze capaciteiten beschikt. Men moet kunnen samen zitten om belangrijke fragmenten te kunnen bespreken en analyseren. Ook is het belangrijk om je werkmethodiek te stimuleren. Wij hebben nu een opdracht verkregen met als doel om tot een goed resultaat te komen of te kunnen komen. Het is belangrijk dat men op een gestructureerde manier aan een onderwerp start. Dit door zaken op te zoeken, ea. Het is dus belangrijk om als ingenieur een onderzoekende houding te hebben. Met behulp van zo’n project kun je dit stimuleren. Welke tekortkomingen in jouw competenties heb jij vastgesteld? Ik had het soms moeilijk met de vergaderingen die wij organiseerden. Op het einde hiervan werden de taken verdeeld en wist iedereen wat te doen om ons project in goede banen te leiden. Maar in een groep zijn er altijd personen die iets minder willen/kunnen presteren dan een ander. Voor mij is iedereen gelijk, maar men moet steeds doen wat men kan. Dit ontbrak soms waardoor men snel het gevoel kreeg dat je veel te veel werk voor jezelf nam. Ik ben hier dus niet zo sterk in om zo’n zaken te relativeren. Welke acties heb jij ondernomen om je tijdens het project bij te sturen? Ik heb leren omgaan met andere programma’s om zo bv. een goed projectlogo te ontwerpen. Ook heb ik de oefeningen, die ik moest verklaren aan de studenten, meer nabij geanalyseerd om meer te weten te komen over die soort oefeningen. Ik haalde enkele punten aan om in ons project uit te werken bv. enquêtes, totaal bundel. Ik probeerde om ook vaak moeilijke opdrachten op mij te nemen. Ook heb ik, wanneer er problemen waren, deze proberen op te lossen met de betreffende personen zelf. Dit om de werksfeer toch optimaal te kunnen houden. Welke aandachtspunten neem je mee naar jouw volgende projecten? Het stimuleren van de groep moet men, gedurende het project , reeds van de start aanwakkeren. Wanneer je in een goede sfeer kunt spreken, dan kan men goede resultaten behalen. Ook is het belangrijk om af en toe de medewerkers complimenten te geven. Dit heeft ook hen een boost om ondernemingen aan te gaan. Vanaf de start van een project moet men al gauw einddatums voor onderdelen opstellen. Dit omdat goede afspraken in het begin ook goede resultaten opleveren. Voor men van start wil gaan, een grondige research ondernemen i.v.m. je opdracht. Dit omdat men van in de beginne reeds alles begrijpt hierover (of toch in de grootte lijnen). Dit zorgt ervoor dat men niet halfweg een project voor stomme feiten komt te staan. Naam van het groepslid: Vragen: In welke mate ben je tevreden over het onderwerp, het verloop en het resultaat van het project? Als projectcoördinator van deze groep ben ik zeer tevreden in welke mate er inspanningen werden geleverd door alle groepsleden om een mooi resultaat te bekomen. In tegenstelling tot de groepskeuze was het onderwerp waarrond men moest werken niet vrijblijvend te kiezen. We verkregen de opdracht om de eerstejaarsstudenten te begeleiden voor het vak wiskunde van het eerste semester. Toen we deze opdracht kregen dacht ik dat deze opdracht weinig uitdaging zou omvatten, bij verder verloop heb ik mijn mening van toen moeten herzien. Zo komt er bij dit onderwerp meer bij kijken dan men denkt. Er moet georganiseerd en gestructureerd gewerkt worden om vlot enige informatie te verwerven i.v.m. ons project. Iedere week stond er een vergadering geplant om dan zo goed mogelijk af te spreken binnen de groep wat er nog moest gebeuren en te bepalen wie welke taken op zich zou nemen. Som de belangrijkste inzichten/ vaardigheden op die je hebt bijgeleerd in dit project. Tijdens dit project heb ik zeker bijgeleerd om in groep te werken. Ook bij mijn medestudenten/groepsleden zal dit zeker het geval zijn. De academische bachelor is vooral een theoretische opleiding waarbij bepaalde competenties moeilijk aangeleerd kunnen worden. Met dit project kunnen we onze sociale competenties testen en wat opbouwen. Spreken voor een groep studenten/docenten is een competentie die zeker van toepassing was bij dit project. Verantwoordelijkheid opnemen is ook een competentie die zeker aan bod kwam. Als projectcoördinator was ik verantwoordelijk voor het eindresultaat maar ook voor de ondernemingen die tijdens het project plaatsvonden. Welke tekortkomingen in jouw competenties heb jij vastgesteld? Bij het begin van het project was het moeilijk om de even goed samen te kunnen werken met alle groepsleden. Bepaalde studenten kende ik echter beter dan andere studenten. Als competentie zou ik meer directer moeten open staan voor alle medestudenten. Naargelang het project dan ook vorderde, verbeterde dit dan ook. Een slechte eigenschap dat ik al ondervonden heb van mezelf is dat ik niet snel tevreden ben met eender welk resultaat. Er moet soms te grondig aan een bepaald onderwerp gewerkt zijn voor mij, vooraleer ik het voldoende goed vind. Welke acties heb jij ondernomen om je tijdens het project bij te sturen? Nauwgezetter met de leerlingen (waarmee ik minder contact had) in contact komen, zodat er een bepaalde groepssfeer ontstaat. Op die manier is het gemakkelijker werken in groep. Ik heb me ook meer moeten openstellen voor anderen hun ideeën. Welke aandachtspunten neem je mee naar jouw volgende projecten? Eigen wil is geen wet! Er moet m.a.w. geluisterd worden naar alle medeleerlingen waarmee je in groep zit. Ook zou ik zorgen voor een bepaalde groepssfeer, dit draagt ook toe tot een goed resultaat volgens mij. Gestructureerd en stapsgewijs zou ik ook mijn volgende projecten aanpakken. Tijdens dit project verliep alles vlot omdat er voordien binnen de groep werd afgesproken wat er allemaal ondernomen zou worden. Tijdens dit project ben ik projectcoördinator mogen zijn van onze groep. Deze ervaringen als projectcoördinator neem ik dan ook mee naar volgende projecten. Naam van het groepslid: Vragen: In welke mate ben je tevreden over het onderwerp, het verloop en het resultaat van het project? Aanvankelijk wou ik een technisch onderwerp waarbij wetenschappelijk opzoekwerk vereist was. Het onderwerp ‘studenten helpen studenten’ was echter iets anders maar uiteindelijk was het project leerrijk en een uitdagende opdracht. Goede ideeën moesten uitgewerkt worden. De studenten werden gestimuleerd om aan het project deel te nemen door een taakgerichte en ondersteunende aanpak. Originele en activerende methoden hielpen de studenten bij hun aanpak van wiskunde. Het project had een goed verloop enerzijds door de eigen keuze van de groepsleden en anderzijds door de goede planning en teamwerking. De taakverdeling en de deadlines opgesteld tijdens de vergaderingen wierpen hun vruchten af en het resultaat was dan ook merkbaar: de aanwezige studenten evolueerden positief en werden klaargestoomd voor het examen. Som de belangrijkste inzichten/ vaardigheden op die je hebt bijgeleerd in dit project. Ik heb geleerd dat een flexibele samenwerking met anderen van essentieel belang is om het project tot een goed einde te brengen. In team werken is niet praten ‘tegen’ elkaar maar ‘met’ elkaar. Een goede groepsgeest leidde tot een effectievere aanpak van het project. Ook communicatie met de eerstejaars was van belang en dat werd geleerd tijdens de contactmomenten. Het schriftelijk en mondeling kunnen uitdrukken was een vaardigheid die werd geoefend. Uitleg, begeleiding en bespreking van de oefeningen kwamen aan bod. Hiervoor moest ik ook zelf de leerstof wiskunde van het eerste jaar goed beheersen. De competentie ‘leiding geven’ kwam ook aan bod. Als voorzitter zorgde ik voor het goede verloop van de vergaderingen, legde uit welke doelen er moesten bereikt worden en wat er van de teamleden werd verwacht. Als leider overlegde ik en stuurde ik de groep zodat ieders mening aan bod kwam. Een goede motivatie leidde dan ook tot allerlei suggesties voor het slagen van het project. Welke tekortkomingen in jouw competenties heb jij vastgesteld? Didactische vaardigheden waren nodig tijdens de contactmomenten met de studenten. Voor een grote groep staan is niet evident. Ik moest de aandacht van hen trekken, hen informeren, hen overtuigen en omgaan met hun reacties. Eenmaal ik gestart was met de oefeningen aan het bord verdween de stress, werd ik zelfzekerder en kregen ze een vlotte uitleg. Ik kreeg inzicht in mijn persoonlijke communicatiestijl met zijn zwaktes en sterktes. Als leider en als teamlid ondervond ik dat de communicatievaardigheden zich nog verder kunnen ontwikkelen. Welke acties heb jij ondernomen om je tijdens het project bij te sturen? Ik heb erop gelet dat de groepsleden hun mening konden zeggen tijdens de discussies. Ik analyseerde kritisch elke mening om daarna het beste idee eruit te halen. Ik heb verder geleerd constructief om te gaan met kritiek en om te gaan met weerstand van anderen. Leren wachten en actief luisteren, aandacht geven en krijgen is noodzakelijk. Welke aandachtspunten neem je mee naar jouw volgende projecten? Een project komt pas tot een goed einde als elk groepslid zich inzet en communiceert. Men moet op dezelfde golflengte zitten, het moet klikken tussen de teamleden. Een fijne werksfeer en positieve ingesteldheid zijn belangrijk. Een goede communicatie is van belang om ook toe te passen in mijn latere werkomgeving, zowel in individuele gesprekken als in groep. Planning en taakverdeling moeten regelmatig opgevolgd worden en deadlines zijn vereist. Voor mezelf zou ik erop letten minder precies te zijn en vertrouwen hebben dat anderen hun verantwoordelijkheid opnemen om hun taken goed te volbrengen.