Advies over de structuur van het hoger onderwijs Prof. Dr. Luc François voorzitter Vlor-werkgroep Structuur hoger onderwijs Waarom dit debat? I/II Afstemming van het Vlaamse hoger onderwijs op: Internationale ontwikkelingen Globalisering vermarkting-internationalisering-Lissabon-individualisering Bolognaproces transparantie-cycli-mobiliteit-kwaliteitszorg-Europese dimensiestudiepuntenstelsel Kwalificatieraamwerken EQF en VKS niveaus 5-8 Opgelet: wat is een binair hoger onderwijs? Cycli-oriëntatie-institutioneel Waarom dit debat? II/II Afstemming van het Vlaamse hoger onderwijs op: Ontwikkelingen in Vlaanderen Academisering Academisering is maatschappelijk relevant Verschillen in vertrekpunt, trajecten en gewenste einddoelen, maar geen aanleiding om te stoppen Academisering vraagt middelen, bij eender welke structuur Rationalisatie: beïnvloedt structuur herstructurering beoogt efficiëntie Algemene visie op het Vlaamse hoger onderwijs in zes principes Kwaliteitsvol hoger onderwijs Internationaal georiënteerd hoger onderwijs Flexibilisering – vernieuwingen - LLL Democratisch hoger onderwijs Economisch - sociaal - cultureel Dynamisch hoger onderwijs Herkenbaar - samenwerking Maatschappelijk relevant hoger onderwijs Adequate onderwijsvormen - relatie onderwijs-onderzoek Sociale mobiliteit Duurzaam hoger onderwijs gedragswijziging Basisvoorwaarden voor de structuur van het Vlaamse hoger onderwijs Stabiliteit en rechtszekerheid garanderen Transparantie Normen en mechanismen aanpassen aan de nieuwe structuur Conform de regelgevende context Continuüm – binnen HO, maar ook binnen de hele samenleving Financieel haalbaar en efficiënt Internationaal – arbeidsmarkt – studenten - VKS Doorstroommogelijkheden en samenwerking garanderen Studenten – personeel – ontplooiing instellingen Bologna Gediversifieerd aanbod verzekeren Keuze – eigenheid - continuüm Een nieuwe structuur? Timing: best één bepaald moment. De nieuwe structuur is geen eindpunt. Financiering: Gedetailleerd financieringsplan vooraf nodig Eventuele aanpassing van huidig financieringsmodel Nood aan voldoende financiering Conditio sine qua non voor herstructurering Inhaalbeweging nodig (2% BRP), los van nieuwe structuur Inventaris mogelijke structuren I/II Behoud van de huidige situatie Academische opleidingen van de hogescholen geïntegreerd in bestaande universiteiten Alle opleidingen geïntegreerd in een nieuw type instelling Een holding model met bestuurlijke integratie en daaronder semi-autonome entiteiten Inventaris mogelijke structuren II/II Binnen een bepaalde constructie samenwerking op het vlak van opleidingen, niet administratief Instellingen voor masters en instellingen voor bachelors Instellingen die onderzoeksgericht zijn en instellingen die onderwijsgericht zijn Drie modellen: motivering Modellen: Bestendigen van de huidige situatie Integratie van de academische hogeschoolopleidingen in de universiteiten Volledige integratie van alle hogeschool- en universitaire opleidingen in een nieuw type instelling Sluiten best aan bij de Vlaamse situatie Opmerking bij het model “bestuurlijke integratie” Overgangstypes mogelijk Voorafgaande opmerkingen HZS: nagaan hoe te integreren in nieuwe structuur Verticale mobiliteit: Ondersteunen van schakelprogramma’s HBO Sociale voorzieningen: lokaal georganiseerd Participatie vrijwaren (studenten + personeel) HKO HKO I/II Complex, wel integreren in een nieuwe structuur Rekening houden met: Gezamenlijk standpunt van de bestaande departementen/instellingen HKO mogelijk? Verwante professionele opleidingen Academisch gerichte opleidingen architectuur aparte statuten, verloning, financiering, toelatingsvoorwaarden HKO II/II Mogelijkheden: Bestendigen van de huidige situatie Integratie in de universiteit in huidige of afzonderlijke faculteiten Integratie maar niet van HKO Sui generis Uitgangspunten beschrijving Behoud van de samenstelling van de associaties Onderwijsbevoegdheden blijven lokaal bepaald Verderzetten van academisering Geen effectieve verhuis van studenten, personeel en infrastructuur De beschrijving van de effecten is steeds relatief. Beschrijving in functie van de basisvoorwaarden. Behoud van de huidige situatie I/IV Stabiliteit en rechtszekerheid Hogeronderwijslandschap: Bekend terrein, structuur werkt Bestaande dynamiek verder ondersteunen Behoud waardekaders Behoud (internationale) profilering Associaties: netwerkfacilitator na beëindigen academisering Personeel: Stabiliteit Statuut status quo Statuut: wijzigingen kunnen gefaseerd, zonder druk Behoud van de huidige situatie II/IV Transparantie Structuur verduidelijkt professioneel versus academisch niet: internationale samenwerking moeilijk Essentieel om te werken aan eigen identiteit van academische opleidingen van de hogescholen Doorstroommogelijkheden en samenwerking Kruisbestuiving tussen professionele en academische opleidingen blijft maar wordt niet verbeterd Samenwerking universiteiten – hogescholen: Engagement van universiteiten behouden (decretaal verankeren) Rol van de associaties hierin bestendigen Behoud van de huidige situatie III/IV Gediversifieerd aanbod Concurrentie blijft behouden (kan ook stimulerend zijn) Expertise van het personeel: Bestaande sterke troeven consolideren Meer specialisatie via zwaartepuntvorming in de associaties Versnippering in “kleine” instellingen Gedwongen generalisten in “kleine” instellingen Beperkte toegang tot onderzoeksmiddelen voor personeel hogescholen Behoud van de huidige situatie IV/IV Financiële haalbaarheid en efficiëntie Optimalisatie moeilijk Financiële mogelijkheden om verdere schaalvoordelen te realiseren zijn beperkt Geen meerkost, relatief laag rendement Middelen inzetten op maat van lokale autonomie Behoud van huidige mozaïek: Divers Slagkracht? Ongelijkheid blijft bestaan Behoud van de huidige situatie: balans Herkenbaarheid en stabiliteit Behoud dynamiek, waardekaders, profilering Geen internationale herkenbaarheid Verticale mobiliteit kan beter Kruisbestuiving kan beter Optimalisatie en rationalisatie moeilijk Soms beperkte schaalgrootte problematisch Expertise personeel niet helemaal benut Integratie van academische hogeschoolopleidingen in de universiteit I/IV Stabiliteit en rechtszekerheid Stabiliteit op korte termijn verstoord, nieuwe dynamiek Probleem van waardekaders Wijzigen van statuut, kan ook verbetering betekenen Transparantie Binariteit academisch versus professioneel duidelijk Duidelijke profilering Erover waken dat verwante academische opleiding identiteit bewaren Beeld voor de arbeidsmarkt duidelijker Integratie van academische hogeschoolopleidingen in de universiteit II/IV Doorstroommogelijkheden en samenwerking Doorstroming: Bijkomende drempel? Democratisering? Verwevenheid dreigt in gevaar te komen Overgangen van professioneel naar academisch bewaken Overstapmogelijkheden verbeteren, ook naar HBO en internationaal De rol van de associaties: faciliteren van samenwerking Samenwerking op het vlak van onderzoek Betere interactie Interdisciplinariteit Specialisatie Integratie van academische hogeschoolopleidingen in de universiteit III/IV Gediversifieerd aanbod Concentratie van expertise: Stimuleren van specialisatie Generieke onderwijs in gedrang? Overgangsperiode Schaalverkleining Concurrentie: Kan verminderen of vermeerderen Nood aan sterke profilering Integratie van academische hogeschoolopleidingen in de universiteit IV/IV Financiële haalbaarheid en efficiëntie Optimalisatie Minder versnippering van middelen Definitie van speerpunten en complementaire profielen leidt tot optimalisatie Bijkomende middelen voor ‘nieuwe’ hogescholen Schaalverkleining van hogescholen: levensvatbaarheid Infrastructuur: vergt afspraken Integratie van academische hogeschoolopleidingen: balans Transparant Profilering nodig maar heeft positief effect Onderzoeksmiddelen efficiënt inzetten Grootscheepse hervorming vraagt eenduidige besluitvorming en begeleiding Aandacht voor statuut en loopbaanperspectieven Verwevenheid realiseren via de associaties Continuümgedachte bewaken Volledige integratie van alle hogeschool- en universitaire opleidingen in een nieuw type instelling I/III Stabiliteit en rechtszekerheid Stabiliteit op korte termijn verstoord, nieuwe dynamiek Één personeelsgroep: eenduidig personeelsbeleid Afstemming van statuten Schaalgrootte: optimale inzetbaarheid van expertise Transparantie Breed aanbod = interessante kruisbestuivingen Risico: onduidelijk profiel, verlies aan eigenheid Bestuurbaarheid Schaalgrootte: naambekendheid Duidelijkheid t.a.v. arbeidsmarkt Volledige integratie van alle hogeschool- en universitaire opleidingen in een nieuw type instelling II/III Doorstroommogelijkheden en samenwerking Samenwerking op het vlak van onderzoek: Mobiliteit: Kruisbestuiving van wetenschappelijke en professionele expertise Onderzoekscomponent uitbouwen, speerpunten Interdisciplinair onderzoek gestimuleerd Rol van associaties uitgespeeld Verticale en internationale horizontale mobiliteit verbeteren Overgangsmogelijkheden! Horizontale mobiliteit in Vlaanderen: aandachtspunt HBO5 moeilijk integreren Volledige integratie van alle hogeschool- en universitaire opleidingen in een nieuw type instelling III/III Gediversifieerd aanbod Huidige geografische spreiding behouden maar kan belemmering zijn voor samenwerking Huidige concurrentie vervalt, druk op “kleine” instellingen/opleidingen Oligopolie en onevenwicht Financiële haalbaarheid en efficiëntie: Efficiënte inzet van middelen Schaalvoordelen (bijvoorbeeld infrastructuur) en -nadelen Totale kost = groot Interne financieringsmechanismen! Volledige integratie: balans Aandacht voor profilering verwante opleidingen, positief op korte termijn Onderzoeksmiddelen efficiënt inzetten Binariteit 1e/2e cyclus: Bolognagedachte Grootscheepse hervorming vraagt eenduidige besluitvorming en begeleiding Personeelsbeleid, profilering en HBO5 zijn complex Centralisatie, zware structuur Verregaande interne autonomie: model geen realiteit Slot Drie modellen in overweging nemen Voor- en nadelen bestuderen Reflectie over structuren blijft noodzakelijk, ook na keuze voor één van de modellen