FNV BOUW BESTAAT UIT FNV BOUW & INFRA, FNV A FBOUW EN ONDERHOUD, FNV M EUBEL & HOUT EN FNV WOONDIENSTEN A R B O WIJZER 7 Werken met gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen zijn overal, ook op het werk. Etiketten met doodshoofden en vlammen roepen ons toe: pas op, kijk uit! Maar hoe gevaarlijk zijn gevaarlijke stoffen? Een boekje open over de risico's van gevaarlijke stoffen. En tips & trucs om er wat aan te doen. Vlammen en doodshoofden In het keukenkastje Herziene 2e uitgave, juni 2010 Inhoudsopgave > Vlammen en doodshoofden ........... 1 > Gevaarlijke stoffen ............................. 2 > Wat zegt de wet? ................................. 8 > Tips & trucs voor gezonde stoffen ................................ 10 > Gevaarscategorieën van giftige stoffen ............................ 14 > Overzicht huidige R-zinnen ........... 16 > Meer weten? ....................................... 18 > Nuttige adressen .............................. 19 > Overzicht nieuwe H-zinnen en EUH-zinnen uit het GHS ......... 20 > Overzicht nieuwe H-zinnen en EUH-zinnen uit het GHS ......... 23 Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-1 10203 Veel mensen denken bij ‘gevaarlijke stoffen’ al snel aan geheimzinnig borrelende brouwsels in een laboratorium. Ten onrechte; gevaarlijke stoffen zijn dichterbij dan je denkt. Ze kunnen vrijkomen bij dagelijkse werkzaamheden. Denk maar aan oplosmiddelen, houtstof en uitlaatgassen. Bovendien bevatten een heleboel ‘gewone’ producten die we tegenwoordig gebruiken, gevaarlijke stoffen. Zij zijn te vinden in het keukenkastje thuis maar ook op het werk. Denk maar aan verven, lakken, lijmen en schoonmaakmiddelen. Dat is geen reden voor paniek. Maar wèl een reden om voorzichtig te werken en om zorgvuldig om te gaan met producten waarin gevaarlijke stoffen voorkomen. Sommige gevaarlijke stoffen zijn brandbaar, andere zijn gevaarlijk voor de gezondheid of het milieu. Soms worden de kwalijke gevolgen van stoffen pas na lange tijd zichtbaar. Er zijn dus nogal wat uiteenlopende risico’s die een rol kunnen spelen bij het werken met gevaarlijke producten. Wat die risico’s zijn en wat je kunt doen om de risico’s binnen de perken te houden? Daarover gaat deze Arbowijzer. Gevaarlijke stoffen Gevaarlijke stoffen zijn er in soorten en maten. Hoewel elke stof en elk product uniek is, kunnen we toch een grove indeling maken in vier groepen: stoffen die een brand of ontploffing kunnen veroorzaken; stoffen die irriterend zijn of corrosief (bijtend); stoffen die gevaarlijk zijn voor de gezondheid; stoffen die gevaarlijk zijn voor het milieu. Bij het werken met gevaarlijke stoffen liggen de risico's op de loer. En als het mis gaat, kunnen de gevolgen ernstig zijn. Bij de eerste twee groepen stoffen zijn de gevolgen meestal direct zichtbaar. Maar als het gaat om een schadelijke invloed op de gezondheid of op het milieu komt de schade soms pas na jaren aan het licht. De gevaren van stoffen worden niet alleen bepaald door de stoffen zelf, maar ook door de manier waarop we ermee werken. Zo is een brandbare stof pas gevaarlijk als er een ontstekingsbron in de buurt is. En door de blootstelling te beperken kunnen we de gevaren van stoffen voor onze gezondheid in de hand houden. Etiketten en symbolen Op de verpakking van gevaarlijke stoffen horen etiketten te zitten. Daarop staat in ieder geval de naam van de stof en van de leverancier. Bovendien moet op het etiket met gevaarsymbolen zijn aangegeven met wat voor soort gevaarlijke stof we te maken hebben. Een explosieve stof of een schadelijke stof is zo direct aan het symbool herkenbaar. Stoffen die kanker kunnen veroorzaken of verantwoordelijk zijn voor schade aan het nageslacht, hebben geen aparte gevaarsymbolen. Als de bewijskracht voor dergelijke effecten groot genoeg is, hebben ze dezelfde symbolen als giftige stoffen (doodshoofdsymbool). Tussen 2010 en 2015 wordt een nieuw wereldwijd systeem van etiketteren ingevoerd, met nieuwe symbolen en nieuwe waarschuwingszinnen: het Globally Harmonised system (GHS). Tot 2015 kun je daarom op etiketten twee verschillende soorten symbolen tegenkomen. De meeste symbolen lijken op de oude, maar er zijn drie nieuwe symbolen. Onderstaande tabel geeft een overzicht. De tabel achterin deze arbowijzer geeft een nadere uitleg van de huidige gevaarsklassen van stoffen en hun symbolen, en van de drie nieuwe. Tabel 1 – Huidige en nieuwe gevaarsymbolen voor gevaarlijke stoffen en producten (www.ghs-helpdesk.nl) Huidige pictogram Nieuwe pictogram Ontplofbaar Explosief Oxiderend Oxiderend (Zeer) Licht ontvlambaar Ontvlambaar Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-2 Vervolg tabel 1 – Huidige en nieuwe gevaarsymbolen voor gevaarlijke stoffen en producten (www.ghs-helpdesk.nl) Huidige pictogram Nieuwe pictogram Schadelijk Iriterend, sensibiliserend, schadelijk Bijtend Corrosief Giftig Giftig Milieu gevaarlijk Gevaarlijk voor het aqautisch milieu Gassen onder druk Lange termijn gezondheidsgevaarlijk Nu: R- en S-zinnen – Straks: H-, P- en EUH-zinnen R-zinnen geven gevaren aan (‘R’ van Risk: risico), S-zinnen zijn veiligheidsaanbevelingen (‘S’ van Safety: veiligheid). Voor het gemak is een lijst met genummerde R-zinnen opgesteld die wordt gebruikt bij het etiketteren. Daarmee is in één oogopslag te zien welke risico's kleven aan een gevaarlijke stof. Elke R-zin wijst op een bepaald risico. Zo betekent R 35 ‘Veroorzaakt ernstige brandwonden’ en betekent R 45 ‘Kan kanker veroorzaken’. R-zinnen kunnen ook wijzen op andere gevaren dan gevaren voor de gezondheid. Zo betekent R 11 ‘Licht ontvlambaar’. Naast R-zinnen bestaan er S-zinnen. Deze zinnen geven aanbevelingen voor het veilig werken met een stof en zijn ook genummerd. Voorbeelden van zulke zinnen zijn S 9: ‘Op een goed geventileerde plaats bewaren’ en S 24: ‘Aanraking met huid vermijden’. Op de verpakking zul je als het goed is niet de nummers zien, maar de R-zinnen en S-zinnen in voluit geschreven vorm (zie het voorbeeld-etiket). Zo hoef je niet terug te zoek wat de nummers betekenen. In de nieuwe wereldwijze etikettering (GHS), die vanaf 2015 definitief verplicht is voor alle producten, worden de R-zinnen vervangen door H-zinnen (‘H’ van Hazard: gevaar), en P-zinnen (‘P’ van Precautionary: voorzorg). Alleen voor Europese producten zijn daarnaast nog enkele extra H-zinnen toegevoegd, de zgn. EUH-zinnen. De R-zinnen - en straks de H-zinnen - zijn bruikbaar om bijvoorbeeld te beoordelen of een stof direct of op termijn giftig is. Een overzicht van alle waarschuwingszinnen vind je verderop in deze Arbowijzer. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-3 Wat er op het etiket moet staan Kleef PU Schadelijk R-zinnen ’ Schadelijk bij inademing. Irriterend voor de ogen, ademshalingswegen en de huid. Kan overgevoeligheid veroorzaken bij inademing of contact met de huid. S-zinnen ’ Buiten bereik van kinderen bewaren. Damp niet inademen. Draag geschikte handschoenen en beschermende kleding. Bij een ongeval of indien men zich onwel voelt, onmiddellijk een arts raadplegen (indien mogelijk hem dit etiket tonen). In geval van inslikken onmiddelijk een arts raadplegen en verpakking of etiket tonen. Uitsluitend op goed geventileerde plaatsen gebruiken. Bijzondere aanduidingen ’ Bevat isocyanaten. Neem de instructies van de fabrikant in acht! 1-component polyurethaanlijm Bevat 4,4-methyleendifenyldiisocyanaat Kleef BV Industrielaan 5 5643 EG Middel Nederland Telefoon (voor noodgevallen): 012-3456789 Naam product Vermelding bijzondere bestanddelen (niet altijd verplicht) ’ ’ ’ ’ Gevaarsymbool Naam/adres leverancier of producent Waar vind je informatie? Wie wil weten of hij met gevaarlijke stoffen werkt, moet zich verdiepen in de gegevens over die stoffen. Informatie over de stoffen is te vinden op de verpakking (zie kader), het veiligheidsinformatieblad en in het stoffenregister in de RI&E (Risico-Inventarisatie en Evaluatie) van je bedrijf. Leveranciers van gevaarlijke stoffen zijn verplicht om hun producten goed te etiketteren en te voorzien van veiligheidsinformatiebladen (in het Nederlands). Zo’n veiligheidsinformatieblad (VIB; ook wel MSDS genoemd: Material Safety Data Sheet) wordt gratis verstrekt; in ieder geval bij de eerste keer dat het product wordt geleverd en verder wanneer daarom wordt gevraagd door de afnemer. In ieder bedrijf en op elke bouwplaats hoort een stoffenregister aanwezig te zijn. Hoe dat register eruit ziet, zal van bedrijf tot bedrijf verschillen. In het register moet in ieder geval de volgende informatie zijn vermeld: De identiteit (chemische naam) van de stof of het product. Van een product moet zijn vermeld welke gevaarlijke bestanddelen er in welke hoeveelheden inzitten; De gevaren van de stof. Die blijken uit het gevaarsymbool en de Rzinnen op het etiket; De afdelingen in het bedrijf waar de stof aanwezig is. In veel situaties in de bouw vindt blootstelling plaats aan gevaarlijke stoffen. Vaak gaat het om stoffen die niet worden gekocht om te verwerken maar die vrijkomen bij de werkzaamheden die worden Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-4 uitgevoerd. Denk maar aan houtstof dat vrijkomt bij het bewerken van hout, aan stof dat vrijkomt bij het zagen van dakpannen of het boren van gaten in muren of plafonds (b.v. kwartsstof). Of bijvoorbeeld uitlaatgassen die vrijkomen bij het werken met machines. In zulke gevallen hangt er aan het product (bijvoorbeeld hout, steen of dakpannen) geen waarschuwend etiket. Gelukkig is er vaak wel informatie over de risico's van die stoffen. De preventiemedewerker, arbocoördinator of arbodienst kan daar informatie over geven. Blootstelling Stoffen die gevaarlijk zijn voor de gezondheid kunnen hun werking op verschillende manieren uitoefenen: via de ademhaling, via de huid of door inslikken. Het hangt af van de stof en de manier van werken welke soort blootstelling onze aandacht verdient. Werking via de ademhaling: Met de ingeademde lucht kunnen gassen en dampen van bijvoorbeeld vluchtige oplosmiddelen via de longen in het lichaam worden opgenomen, maar ook fijn verdeelde vaste en vloeibare deeltjes (stof, rook en nevel). Sommige stoffen worden gedeeltelijk weggevangen in de hogere luchtwegen (keel, neus, luchtpijp). Andere dringen diep door tot in de longen en kunnen daar bijvoorbeeld ‘stoflong’ of longoedeem (vochtophoping in de longen) veroorzaken. Bovendien kunnen deze stoffen via de longen in het bloed worden opgenomen en in het lichaam worden verspreid. Werking via de huid: Hoewel de onbeschadigde huid enige bescherming biedt tegen gevaarlijke stoffen kunnen verschillende stoffen de huid aantasten of via de huid worden opgenomen in het lichaam. Veel oplosmiddelen bijvoorbeeld kunnen door de huid heendringen. Werking door inslikken: Stoffen kunnen ook in het lichaam terecht komen na inslikken. Bijvoorbeeld als stoffen bij vergissing worden ingeslikt of als stoffen door verontreinigde handen bij eten of roken worden opgenomen. Grenswaarden Hoe hoog mag de concentratie van een stof in de lucht zijn? In Nederland gelden voor een aantal zeer schadelijke stoffen wettelijke grenswaarden. Dit geldt o.a. voor kankerverwekkende en allergene stoffen. Er zijn drie soorten grenswaarden: grenswaarden die gemiddeld over een acht-urige werkdag niet mogen worden overschreden; grenswaarden voor kortdurende ‘piek’ blootstelling; deze gelden voor perioden van 15 minuten; Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-5 grenswaarden die een ‘absolute bovengrens’ zijn, en zelfs geen seconde mogen worden overschreden (zgn. ‘Ceiling’ grenswaarden, aangegeven met een C). De geldende wettelijke grenswaarden zijn te vinden op de website van de SER. De lijst wordt regelmatig herzien: www.ser.nl/nl/taken/adviserende/grenswaarden.aspx. Voor de meeste stoffen bestaat sinds 2007 geen wettelijke grenswaarde meer. In die gevallen moet een bedrijf zelf een grenswaarde (laten) opstellen: de ‘private’ grenswaarde. Hiervoor hebben bedrijven wel een aantal hulpmiddelen (zie Lees- en surftips). Om te beoordelen of de concentratie van een stof in de lucht boven de grenswaarde uitkomt, kunnen deskundigen (van bijvoorbeeld een arbodienst) metingen of schattingen uitvoeren. Ook zijn er ‘tools’ beschikbaar waarmee bedrijven zelf een groot deel van de beoordeling kunnen uitvoeren, zoals de Stoffenmanager (zie Surftips). Grenswaarden hebben alleen betrekking op de blootstelling via inademing. Als een stof relatief gemakkelijk via de huid wordt opgenomen, is in de lijst met grenswaarden de letter ‘H' (van Huid) toegevoegd. Sommige stoffen kunnen bovendien direct op de huid en ogen zelf schade veroorzaken, bijvoorbeeld sterke zuren zoals zoutzuur. Hiervoor zijn geen grenswaarden beschikbaar. Producten en stoffen In gangbare bouwproducten zitten dikwijls gevaarlijke stoffen. Een aantal voorbeelden op een rij. Producten en stoffen in de bouw Product Verf Lijm Kunstharsvloeren Isolatiemateriaal Houtconserveermiddel Ontkistingsmiddel Tegellijm, metselspecie e.d. Kan ondermeer de volgende stoffen bevatten oplosmiddelen (terpentine, glycolethers; soms tolueen, xyleen), lood- en chroomverbindingen styreen, acrylaat, amines, formaldehyde, epoxyhars, isocyanaten, oplosmiddelen epoxy's, polyurethaan, isocyanaten, acrylaten minerale vezels, MMMF, isocyanaten (in PUR-schuim) creosoot, koper-chroomzouten, boorzuur minerale olie, oplosmiddelen Portlandcement PISA Uitgebreide informatie over de samenstelling en de risico’s gevaren van veel voorkomende bouwproducten geeft PISA: Productgroep Informatie Systeem Arbouw. Daarin treft u per productgroep ook adviezen voor veilig werken, opslag en opruiming. Meer weten over PISA? Bel met de Infolijn van Stichting Arbouw, Tel. 0341 466222, of download PISA gratis: www.arbouw.nl/werknemer/tools/pisa/ Voor titelgegevens: zie ‘Lees- en surftips’ verderop in deze Arbowijzer. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-6 Let op je lijf Als je gezond wilt werken, let je op je lijf. Vooral als bij het werk stoffen worden gebruikt die gevaarlijk zijn voor de gezondheid. Sommige stoffen waarschuwen ons omdat ze een bepaalde geur hebben of stinken. Dat zegt trouwens niets over de gevaren. Een lekker ruikende stof is niet ongevaarlijker dan een stinkende stof. Bovendien verschilt de concentratie waarbij een stof wordt geroken sterk per stof, en wen je meestal al snel aan een geur. We moeten dus nooit op onze neus vertrouwen al was het maar omdat niet iedereen even goed ruikt en een stevige verkoudheid de betrouwbaarheid van onze neus verlaagt. En: sommige stoffen ruik je helemaal niet. Er zijn ook stoffen die irriterend inwerken op onze slijmvliezen of op de huid. Ook dat is als het ware een waarschuwing vooraf. De volgende verschijnselen zijn een signaal dat er iets niet deugt: hoofdpijn; rode of geïrriteerde ogen; hoesten; droge of rode huid; huid met kloofjes of blaasjes; misselijkheid of duizeligheid. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-7 Wat zegt de wet? Er zijn verschillende wetten van toepassing op het werken met gevaarlijke stoffen. Voor de dagelijkse praktijk vallen deze uiteen in twee categorieën. De eerste is de Europese stoffenwetgeving REACH en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten die zich richten op fabrikanten, leveranciers en gebruikers van gevaarlijke stoffen. De tweede categorie is te vinden in de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) en het bijbehorende Arbeidsomstandighedenbesluit (Arbobesluit). Deze wetgeving richt zich op werkgevers en werknemers en omvat ook allerlei voorschriften voor de inrichting van werkplekken. REACH Een fabrikant, leverancier of importeur van een gevaarlijke stof, die onder de etiketteringsplicht valt, is verplicht om bij de eerste aflevering gratis een veiligheidsinformatieblad ('material safety data sheet'; MSDS) te verstrekken. Dit blad moet in ieder geval de volgende informatie bevatten: 1 identificatie van de stof en de leverancier 2 samenstelling en informatie over bestanddelen 3 gevaren 4 eerste-hulp maatregelen 5 brandbestrijdingsmaatregelen 6 maatregelen bij onbedoeld vrijkomen 7 gebruik en opslag 8 blootstellingsbeperking en persoonlijke bescherming 9 fysische en chemische eigenschappen 10 stabiliteit en reactiviteit 11 toxicologische gegevens 12 ecologische gegevens 13 informatie over afvalverwerking 14 informatie over vervoer 15 wettelijk verplichte informatie (ook weergegeven op het etiket) 16 overige informatie Arbowet Voorschriften voor werkgevers en werknemers zijn te vinden in de Arbowet en het Arbobesluit. Voor een groot gedeelte betreft het algemene artikelen die niet specifiek betrekking hebben op gevaarlijke stoffen. Toch is een aantal daarvan relevant voor het werken met die stoffen. De algemene voorschriften in de arbowetgeving spreken meestal van ‘gevaren’, zonder dat de bron van de gevaren wordt gespecificeerd. Dat wil zeggen dat deze voorschriften ook gelden voor de risico's van gevaarlijke stoffen. Bekende voorbeel- Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-8 den zijn de verplichting van de werkgever om te beschikken over een schriftelijke risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) en de verplichting om voorlichting en onderricht voor de werknemers te verzorgen. Hierbij zullen ook de risico's van het werken met gevaarlijke stoffen aan de orde moeten komen. Naast deze algemene voorschriften bevat met name het Arbobesluit ook voorschriften die specifiek betrekking hebben op gevaarlijke stoffen. Zo geldt een algemene registratieplicht: van gevaarlijke stoffen moeten de identiteit, de gevaren en de afdeling(en) waar de stof aanwezig is, worden geregistreerd in de RI&E. Voor kankerverwekkende en reprotoxische (voor de voortplanting schadelijke) stoffen geldt een aanvulling op deze algemene registratieverplichting. Het betreft het vastleggen van onder andere de hoeveelheid stof, de reden van gebruik, het soort werk en de getroffen maatregelen om blootstelling te beperken. Daarnaast zijn er regels voor specifieke stoffen. Het betreft ondermeer benzeen, tetrachloorkoolstof en diverse aromatische amines en gechloreerde koolwaterstoffen. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-9 Tips & trucs voor gezonde stoffen Hoe kan de gebruiker van gevaarlijke stoffen veiliger, gezonder en prettiger werken? Hieronder vind je een aantal algemene tips & trucs voor verbeteringen op een rij. Voor meer (nóg) praktischer oplossingen verwijzen we naar de Arbowijzers over specifieke stoffen en producten (zie Leestips). Oplossingen die de bron van het probleem aanpakken, hebben altijd de voorkeur (zie kader). De Arbowet schrijft dat trouwens ook voor. Bij bronoplossing gaat het erom te voorkomen dat de gevaarlijke stoffen worden gebruikt of kunnen vrijkomen. Als bronoplossingen niet kunnen, zijn vaak andere verbeteringen voor handen. Deze beperken de blootstelling en komen neer op het voorkomen dat de stoffen zich verspreiden door bijvoorbeeld afzuiging. Pas in laatste instantie komen de persoonlijke beschermingsmiddelen uit de kast. Niet alle oplossingen zijn één, twee, drie op bedrijfsniveau in te voeren. Soorten maatregelen (uit: Boleij et al, Occupational Hygiene of chemical and biological agents, 1995) 1. maatregelen aan de bron kleinere bron of ingekapselde bron of ander soort bron 3. scheiden van de mens en de bron in tijd en ruimte 2. ventilatie bron bron of en/of 4. het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen bron of bron Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-10 1. Bronoplossing Ga na of gevaarlijke stoffen wel nodig zijn. Bekleding op trappen bijvoorbeeld kan worden geniet, en plinten geschroefd in plaats van gelijmd. Vervang stoffen zo mogelijk door minder schadelijke alternatieven, zoals: - Een geheel andere stof (b.v. MS Polymeerlijm i.p.v. Polyurethaanlijm); - Producten met een lager gehalte schadelijke stoffen (b.v. high solids verven i.p.v. oplosmiddelrijke verven); - Producten in een andere vorm: b.v. pasta’s i.p.v. vloeistoffen (verfafbijt, gevelreinigers), of granulaten of vloeistoffen i.p.v. stuivende poeders. Kies zo mogelijk een product zonder gevaarsymbool; kies zo nodig een product met een Andreaskruis, probeer producten met een doodshoofd altijd te vermijden. Gebruik stoffen en producten in een veilige verpakking, b.v. ‘combinatieverpakkingen’ voor 2-component producten, waarmee de componenten in de verpakking gemengd worden, of verpakkingen met veilige doseerhulpen, kleinverpakkingen i.p.v. grote vaten. Maak zo mogelijk gebruik van machines of installaties waar de gevaarlijke stoffen niet uit vrijkomen (gesloten systemen). Ga voordat gevaarlijke stoffen worden besteld na of de nodige voorzieningen (opslagmogelijkheden, hulpmiddelen, ventilatievoorzieningen) aanwezig zijn om veilig met de stof te werken. Ga bij ontvangst van de stof na of het juiste product is geleverd. Lees het etiket zorgvuldig. Controleer de verpakking op gebreken. Schat van te voren de risico's van het werken met de stoffen en neem zo nodig extra voorzorgsmaatregelen (zoals geen open vuur). Open de verpakking zorgvuldig, zonodig in een goed geventileerde ruimte. Werk rustig en beheerst. Een goede werkhygiëne voorkomt mogelijk contact met huid, ogen en ademhalingsorganen. Hou bij de aankoop van nieuwe machines en gereedschappen rekening met de gevaarlijke stoffen die ze produceren. Bevorder de inkoop van stoffen en producten die al zijn voorbewerkt of opgelost. Vervang bewerkingen waarbij veel stof vrijkomt door minder stofproducerende bewerkingen (b.v. gipsblokken knippen i.p.v. zagen) Gebruik scherp en geen bot gereedschap, dan komt er bij het bewerken minder stof vrij. 2. Beperking blootstelling Maak zo veel mogelijk gebruik van ventilatie of van afzuiging. Maak gebruik van afzuiging zo dicht mogelijk bij de plaats waar gevaarlijke stoffen vrijkomen. Bronafzuiging is veel effectiever dan ruimteventilatie. Zorg voor regelmatig onderhoud van de afzuiginstallaties. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-11 Maak bij buitenwerk zo veel mogelijk gebruik van natuurlijke ventilatie (wind). Plaats aggregaten zo ver mogelijk van de werkplek (benedenwinds), en zorg voor ventilatie-openingen wanneer gevels zijn afgeschermd. Sluit na gebruik de verpakking zo goed mogelijk af. Reinig eventueel verontreinigde gereedschappen en hulpmiddelen. Let op dat de verpakking goed is geëtiketteerd voordat deze wordt opgeslagen. Gebruik (indien van toepassing) de dosering die op de verpakking staat. Voeg niet zelf extra product toe. Voeg niet zelf extra hulpstoffen toe aan producten (b.v. siccatief aan verven). Let extra op wanneer producten verneveld (verspoten) moeten worden. Dit geeft extra kans op inademing en huidcontact. Als met rollers, borstels of trekkers wordt gewerkt: gebruik materialen met een lange steel. Er bestaan ook rollers met een ‘spatscherm’, dat voorkomt dat kleine spatjes op de huid komen. Behandel afvalstoffen zo zorgvuldig mogelijk. Roep bij een ongeval met gevaarlijke stoffen de hulp van deskundigen (veiligheidskundige, arts) in en geef adequate informatie (soort stof, hoeveelheid). Verlaat zo nodig de werkplek. Zorg zoveel mogelijk voor een scheiding van plaatsen waar gevaarlijke stoffen vrijkomen van andere afdelingen en werkplekken. Eet, drink of rook niet tijdens het werken met gevaarlijke stoffen. Bewaar geen etenswaren in de werkruimte en zeker niet in de nabijheid van gevaarlijke stoffen. 3. Persoonlijke bescherming Pas zo nodig persoonlijke beschermingsmiddelen toe. Kijk hiervoor in het Veiligheidsinformatieblad, of vraag de leverancier of deze geschikt zijn voor de gewenste toepassing. - ogen (brillen) - ademhalingswegen (maskers) - gezicht (gelaatsmasker) - handen (handschoenen) - lichaam (beschermende kleding) Gebruik geen leren of stoffen werkhandschoenen als je met gevaarlijke stoffen werkt, en ook geen latex handschoenen. Latex handschoenen kunnen allergieën veroorzaken. Nitrilrubber of neopreen handschoenen beschermen tegen veel soorten chemische stoffen. Vervang beschermende handschoenen regelmatig - minimaal dagelijks - en was zo vaak als nodig de handen. Trek nooit handschoenen aan over vuile of vochtige handen; dit kan de huidklachten (eczeem) veroorzaken. Gebruik daarom ook nooit handschoenen die aan de binnenkant verontreinigd zijn. Was de handen voor pauzes en na het werk. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-12 Reinig werkkleding regelmatig. Ademhalingsbescherming is nodig als blootstelling aan bepaalde stoffen onvermijdelijk is. Het kiezen van het juiste ademhalingsbeschermingsmiddel is lastiger dan het kiezen van andere beschermingsmiddelen. Overleg daarom zo nodig met de leverancier of de veiligheidsfunctionaris. Stoffilters bestaan in drie typen: P1, P2 en P3. P1-stoffilters bieden alleen bescherming tegen onschadelijk stof (grenswaarde 10 mg/m3), P2-filters beschermen tegen stof met een grenswaarde tussen 0,1 en 10 mg/m3. P3-filter zijn nodig voor stof met een grenswaarde kleiner dan 0,1 mg/m3. Stoffilters beschermen niet tegen schadelijke gassen of dampen; daarvoor zijn speciale filtermaskers nodig. Voor oplosmiddelen zijn de A-filters geschikt. Rook niet tijdens het werken met gevaarlijke stoffen. Met het inhaleren kun je de stoffen inademen. Door met smerige handen shag te draaien krijg je ook ongewenste stoffen binnen. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-13 Gevaarscategorieën van giftige stoffen volgens REACH – huidige symbolen Symbool Bijschrift Betekent E Ontplofbaar Stoffen die door een vonk of een vlam, door warmte of hitte, bij stoten of bij wrijving kunnen ontploffen. O Oxiderend Stoffen die zeer makkelijk reageren met andere stoffen. Daardoor kan brand ontstaan. Bijvoorbeeld in aanwezigheid van (licht) ontvlambare stoffen. F+ Zeer licht ontvlambaar Stoffen die zeer makkelijk kunnen ontbranden door een ontstekingsbron (vlam of vonk) en zeer vluchtig zijn. F Licht ontvlambaar Stoffen die bij temperaturen beneden 21 oC makkelijk ontbranden door vlam, vonken of warmtebron (heet oppervlak). Een speciale groep zijn de pyrofore stoffen: stoffen die bij contact met de lucht spontaan kunnen ontbranden. [geen symbool] Ontvlambaar Net als licht ontvlambare stoffen ontbranden deze stoffen makkelijk. De temperatuur waarbij dit gebeurt, ligt alleen hoger: het vlampunt van deze stoffen ligt tussen 21 ºC en 55 ºC. T+ Zeer vergiftig Stoffen die door inademen, inslikken of huidcontact (met zeer geringe hoeveelheden van de stof) zeer ernstige kort- of langdurige schade aan de gezondheid kunnen veroorzaken. De schade kan direct of pas na langere tijd optreden. Tevens stoffen die kanker kunnen veroorzaken, het erfelijk materiaal kunnen beschadigen of schadelijk zijn voor de vruchtbaarheid of het ongeboren kind. T Vergiftig De gevaren van vergiftige stoffen zijn dezelfde als die van ‘zeer vergiftige stoffen’, maar de vergiftiging treedt pas op bij inademing of contact met grotere hoeveelheden van de stof. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-14 Xn Schadelijk De gevaren van schadelijke stoffen zijn dezelfde als van (zeer) vergiftige stoffen. Vergiftiging of schade treedt op bij inademing of contact met (iets) grotere hoeveelheden van de stof. C Corrosief (bijtend) Bijtende stoffen kunnen bij aanraking weefsel (huid bijvoorbeeld) en apparatuur vernietigen. Xi Irriterend Stoffen die door directe, langdurige of herhaalde aanraking met de huid of de slijmvliezen ontsteking veroorzaken. Oogbeschadigingen. Tevens stoffen die bij inademing of huidcontact een allergische reactie (oergevoeligheid) kunnen veroorzaken, zgn. ‘sensibiliserende’ stoffen. N Gevaarlijk voor het milieu Stoffen die gevaarlijk zijn voor lucht, water, bodem, planten en/of dieren. De drie nieuwe symbolen uit het GHS (Globally Harmonised System) Symbool Bijschrift Betekent Gevaar Stoffen en mengsels met ernstige lange-termijn gezondheidsgevaren, zoals kankerverwekkend, schadelijk voor het erfelijk materiaal (mutageen) en/of vergiftig voor de voortplanting. Verder o.m. voor stoffen en mengsels die overgevoeligheid (allergie) kunnen veroorzaken bij inademing, en die longschade kunnen veroorzaken bij verslikken. Waarschuwing Schadelijk: o.a. huidirritatie, luchtwegirritatie, overgevoeligheid (allergie) via de huid, narcotische werking (oplosmiddelen), overige effecten indien die niet zo ernstig zijn dat een doodskop-symbool nodig is. Waarschuwing O.a. samengeperste en vloeibare gassen. Snelle keuze U kunt de klasse-indeling gebruiken om op globale wijze een keuze te maken tussen stoffen: Xi (Andreaskruis) heeft de voorkeur boven C (‘Handje’) Xn (Andreaskruis) heeft de voorkeur boven T of T+ (Doodskop) T heeft de voorkeur boven T+ (beide doodskop). Voor een beter onderbouwde keuze raadpleegt u deskundigen. Zie ‘nuttige adressen’. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-15 Overzicht huidige R-zinnen R-nummer R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9 R 10 R 11 R 12 R 14 R 15 R 16 R 17 R 18 R 19 R 20 R 21 R 22 R 23 R 24 R 25 R 26 R 27 R 28 R 29 R 30 R 31 R 32 R 33 R 34 R 35 R 36 R 37 R 38 R 39 R 40 R 41 R 42 R 43 (aanduiding bijzondere gevaren) Gevaren-aanduiding In droge toestand ontplofbaar Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere onstekingsoorzaken Ernstig ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsbronnen Vormt met metalen zeer gemakkelijk ontplofbare verbindingen Ontploffingsgevaar door verwarming Ontplofbaar met en zonder lucht Kan brand veroorzaken Bevordert de verbranding van brandbare stoffen Ontploffingsgevaar bij menging met brandbare stoffen Ontvlambaar Licht ontvlambaar Zeer licht ontvlambaar Reageert heftig met water Vormt licht ontvlambaar gas in contact met water Ontploffingsgevaar bij menging met oxydere stoffen Spontaan ontvlambaar in lucht Kan bij gebruik een ontvlambaar/ontplofbaar damp-luchtmengsel vormen Kan ontplofbare peroxyde vormen Schadelijk bij inademing Schadelijk bij aanraking met de huid Schadelijk bij opname door de mond Vergiftig bij inademing Vergiftig bij aanraking met de huid Vergiftig bij opname door de mond Zeer vergiftig bij inademing Zeer vergiftig bij aanraking met de huid Zeer vergiftig bij opname door de mond Vormt vergiftig gas in contact met water Kan bij gebruik licht ontvlambaar worden Vormt vergiftigde gassen in contact met zuren Vormt zeer vergiftigde gassen in contact met zuren Gevaar voor cumulatieve effecten Veroorzaakt brandwonden Veroorzaakt ernstige brandwonden Irriterend voor de ogen Irriterend voor de ademhalingswegen Irriterend voor de huid Gevaar voor ernstige onherstelbare effecten Carcinogene effecten zijn niet uitgesloten (vervangen door R68, maar kan nog voorkomen) Gevaar voor ernstig oogletsel Kan overgevoeligheid veroorzaken bij inademing Kan overgevoeligheid veroorzaken bij contact met de huid Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-16 R R R R R R R R R R R R R R R R R R R R R R R R 44 45 46 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 Ontploffingsgevaar bij verwarming in afgesloten toestand Kan kanker veroorzaken Kan erfelijke genetische schade veroorzaken Gevaar voor ernstige schade aan gezondheid bij langdurige blootstelling Kan kanker veroorzaken bij inademing Zeer vergiftig voor in het water levende organismen Vergiftig voor in het water levende organismen Schadelijk voor in het water levende organismen Kan in het aquatisch milieu op de lange termijn schadelijke effecten veroorzaken Vergiftig voor planten Vergiftig voor dieren Vergiftig voor bodemorganismen Vergiftig voor bijen Kan in het milieu op de lange termijn schadelijke effecten veroorzaken Gevaarlijk voor de ozonlaag Kan de vruchtbaarheid schaden Kan het ongeboren kind schaden Mogelijk gevaar voor verminderde vruchtbaarheid Mogelijk gevaar voor beschadiging van het ongeboren kind Kan schadelijk zijn via de borstvoeding Schadelijk: kan longschade veroorzaken na verslikken Herhaalde blootstelling kan een droge of gebarsten huid veroorzaken Dampen kunnen slaperigheid en duizeligheid veroorzaken Onherstelbare effecten zijn niet uitgesloten (vervanging van R40) Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-17 Meer weten? Meer weten over de risico’s van werken met gevaarlijke stoffen? Neem contact op met de helpdesk van FNV Bouw: T 0900 3682689 (lokaal tarief) Leestips FNV Bouw heeft diverse Arbowijzers over verschillende gevaarlijke stoffen: asbest, asfalt, dieseluitlaatgassen, houtstof, houtverduurzamers, isolatiematerialen, kwartsstof, lijmen en kitten, ontkistingsmiddelen, plaatmaterialen, verven, lakken en beitsen, zuren en logen Arbouw heeft diverse brochures en infobladen over gevaarlijke stoffen. Chemiekaarten boek, Sdu. Pisa. De stichting Arbouw heeft een productinformatiesysteem (Pisa) met een overzicht van alle gevaarlijke producten in de bouw, de gezondheidsaspecten en de te nemen maatregelen. P.R.M. Kerklaan, Gevaarlijke stoffen op het werk. Sdu, Den Haag, 1997. Praktijkgids Arbeidsveiligheid, Kluwer, jaarlijks. Serie Praktijkgidsen Arbeidshygiëne, Kluwer. Surftips Actuele informatie over gevaarlijke stoffen en andere arboonderwerpen vindt u onder het kopje ‘werk en inkomen’ op de diverse sectorsites van FNV Bouw. Zie: www.fnvbouw.nl www.arboportaal.nl/stoffencentrum www.arbouw.nl/werknemer/tools/pisa/ www.ghs-helpdesk.nl www.ser.nl/nl/taken/adviserende/grenswaarden.aspx www.stoffenmanager.nl www.veiligwerkenmetchemischestoffen.nl Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-18 Nuttige adressen Arbouw Postbus 213 3840 AE Harderwijk T 0341 46 62 22 F 0341 46 62 11 E [email protected] I www.arbouw.nl Ivam UvA BV Postbus 18180 1001 ZB Amsterdam T 020 525 50 80 F 020 525 58 50 E [email protected] I www.ivam.uva.nl Bureau Beroepsziekten FNV Postbus 58096 1040 HB Amsterdam T 020 581 69 92 F 020 581 69 93 E [email protected] I www.bbzfnv.nl TNO Kwaliteit van Leven Business Unit Arbeid Postbus 718 2130 AS Hoofddorp T 023 554 93 93 F 023 554 93 94 E [email protected] I www.tno.nl/arbeid Colofon Uitgave FNV Bouw | Herziene 2e uitgave: mei 2010 | Oorspronkelijke tekst: Bus & co, april 1999; Herziening: J. Terwoert, oktober 2009 | Opmaak: Studio FNV Bouw | Fotografie: Gerlo Beernink, Bert Janssen, Marcus Peters, Chris Pennarts | Woerden, juli 2010 | Bestelnummer B0856 Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-19 Overzicht nieuwe H-zinnen en EUH-zinnen uit het GHS (invoering tussen 2010 en 2015) Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren Code: H200 H201 H202 H203 Van toepassing op: Ontplofbare stoffen, instabiel Ontplofbare stoffen, subklasse 1.1 Ontplofbare stoffen, subklasse 1.2 Ontplofbare stoffen, subklasse 1.3 H204 H205 H220 H221 H222 H223 H224 H225 H226 H228 H240 H281 Ontplofbare stoffen, subklasse 1.4 Ontplofbare stoffen, subklasse 1.5 Ontvlambare gassen, gevarencategorie 1 Ontvlambare gassen, gevarencategorie 2 Ontvlambare aerosolen, gevarencategorie 1 Ontvlambare aerosolen, gevarencategorie 2 Ontvlambare vloeistoffen, gevarencategorie 1 Ontvlambare vloeistoffen, gevarencategorie 2 Ontvlambare vloeistoffen, gevarencategorie 3 Ontvlambare vaste stoffen, gevarencategorie 1 en 2 Zelfontledende stoffen en mengsels, type A Organische peroxiden, type A Zelfontledende stoffen en mengsels, type B Organische peroxiden, type B Zelfontledende stoffen en mengsels, type C, D, E en F Organische peroxiden, type C, D, E en F Pyrofore vloeistoffen, gevarencategorie 1 Pyrofore vaste stoffen, gevarencategorie 1 Voor zelfverhitting vatbare stoffen en mengsels, gevarencategorie 1 Voor zelfverhitting vatbare stoffen en mengsels, gevarencategorie 2 Stoffen en mengsels die in contact met water ontvlambare gassen ontwikkelen, gevarencategorie 1 Stoffen en mengsels die in contact met water ontvlambare gassen ontwikkelen, gevarencategorie 2 en 3 Oxiderende gassen, gevarencategorie 1 Oxiderende vloeistoffen, gevarencategorie 1 Oxiderende vaste stoffen, gevarencategorie 1 Oxiderende vloeistoffen, gevarencategorie 2 en 3 Oxiderende vaste stoffen, gevarencategorie 2 en 3 Gassen onder druk: samengeperst gas; vloeibaar gas; opgelost gas Gassen onder druk: sterk gekoeld vloeibaar gas H290 Bijtend voor metalen, gevarencategorie 1 H241 H242 H250 H251 H252 H260 H261 H270 H271 H272 H280 Tekst: Instabiele ontplofbare stof. Ontplofbare stof: gevaar voor massa-explosie. Ontplofbare stof, ernstig gevaar voor scherfwerking. Ontplofbare stof; gevaar voor brand, luchtdrukwerking of scherfwerking. Gevaar voor brand of scherfwerking. Gevaar voor massa-explosie bij brand. Zeer licht ontvlambaar gas. Ontvlambaar gas. Zeer licht ontvlambare aerosol. Ontvlambare aerosol. Zeer licht ontvlambare vloeistof en damp. Licht ontvlambare vloeistof en damp. Ontvlambare vloeistof en damp. Ontvlambare vaste stof. Ontploffingsgevaar bij verwarming. Brand- of ontploffingsgevaar bij verwarming. Brandgevaar bij verwarming. Vat spontaan vlam bij blootstelling aan lucht. Vatbaar voor zelfverhitting: kan vlam vatten. In grote hoeveelheden vatbaar voor zelfverhitting: kan vlam vatten. In contact met water komen ontvlambare gassen vrij die spontaan kunnen ontbranden. In contact met water komen ontvlambare gassen vrij. Kan brand veroorzaken of bevorderen; oxiderend. Kan brand of ontploffingen veroorzaken; sterk oxiderend. Kan brand bevorderen; oxiderend. Bevat gas onder druk; kan ontploffen bij verwarming. Bevat sterk gekoeld gas; kan cryogene brandwonden of letsel veroorzaken. Kan bijtend zijn voor metalen. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-20 Gevarenaanduidingen voor gezondheidsgevaren Code: H300 H301 H302 H304 H310 H311 H312 H314 H315 H317 H318 H319 H330 H331 H332 H334 H335 H336 H340 H341 H350 H351 H360 H361 H362 Van toepassing op: Acute orale toxiciteit, gevarencategorie 1 en 2 Acute orale toxiciteit, gevarencategorie 3 Acute orale toxiciteit, gevarencategorie 4 Aspiratiegevaar, gevarencategorie 1 Tekst: Dodelijk bij inslikken. Giftig bij inslikken. Schadelijk bij inslikken. Kan dodelijk zijn als de stof bij inslikken in de luchtwegen terechtkomt. Acute dermale toxiciteit, gevarencategorie 1 en 2 Dodelijk bij contact met de huid. Acute dermale toxiciteit, gevarencategorie 3 Giftig bij contact met de huid. Acute dermale toxiciteit, gevarencategorie 4 Schadelijk bij contact met de huid. Huidcorrosie/-irritatie, gevarencategorie 1A, 1B en 1C Veroorzaakt ernstige brandwonden. Huidcorrosie/-irritatie, gevarencategorie 2 Veroorzaakt huidirritatie. Huidsensibilisatie, gevarencategorie 1 Kan een allergische huidreactie veroorzaken. Ernstig oogletsel/oogirritatie, gevarencategorie 1 Veroorzaakt ernstig oogletsel. Ernstig oogletsel/oogirritatie, gevarencategorie 2A Veroorzaakt ernstige oogirritatie. Acute toxiciteit bij inademing, gevarencategorie 1 en 2 Dodelijk bij inademing. Acute toxiciteit bij inademing, gevarencategorie 3 Giftig bij inademing. Acute toxiciteit bij inademing, gevarencategorie 4 Schadelijk bij inademing. Sensibilisatie van de luchtwegen, gevarencategorie 1 Kan bij inademing allergie- of astmasymptomen of ademhalingsmoeilijkheden veroorzaken. Specifieke doelorgaantoxiciteit bij eenmalige Kan irritatie van de luchtwegen veroorzaken. blootstelling, gevarencategorie 3, irritatie van de luchtwegen Specifieke doelorgaantoxiciteit bij eenmalige Kan slaperigheid of duizeligheid veroorzaken. blootstelling, gevarencategorie 3, narcotische werking Mutageniteit in geslachtscellen, gevarencategorie Kan genetische schade veroorzaken (blootstellingsroute 1A en 1B vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Mutageniteit in geslachtscellen, gevarencategorie 2 Verdacht van het veroorzaken van genetische schade (blootstellingsroute vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Kankerverwekkendheid, gevarencategorie 1A en 1B Kan kanker veroorzaken (blootstellingsroute vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Kankerverwekkendheid, gevarencategorie 2 Verdacht van het veroorzaken van kanker (blootstellingsroute vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Voortplantingstoxiciteit, gevarencategorie 1A en 1B Kan de vruchtbaarheid of het ongeboren kind schaden (specifiek effect vermelden indien bekend) (blootstellingsroute vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Voortplantingstoxiciteit, gevarencategorie 2 Kan mogelijks de vruchtbaarheid of het ongeboren kind schaden (specifiek effect vermelden indien bekend) (blootstellingsroute vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Voortplantingstoxiciteit, aanvullende categorie, Kan schadelijk zijn via de borstvoeding. effecten op en via lactatie Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-21 H370 Specifieke doelorgaantoxiciteit bij eenmalige blootstelling, gevarencategorie 1 H371 Specifieke doelorgaantoxiciteit bij eenmalige blootstelling, gevarencategorie 2 H372 Specifieke doelorgaantoxiciteit bij herhaalde blootstelling, gevarencategorie 1 H373 Specifieke doelorgaantoxiciteit bij herhaalde blootstelling, gevarencategorie 2 Veroorzaakt schade aan organen (of alle betrokken organen vermelden indien bekend) (blootstellingsroute vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Kan schade aan organen (of alle betrokken organen vermelden indien bekend) veroorzaken (blootstellingsroute vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Veroorzaakt schade aan organen (of alle betrokken organen vermelden indien bekend) bij langdurige of herhaalde blootstelling (blootstellingsroute vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Kan schade aan organen (of alle betrokken organen vermelden indien bekend) veroorzaken bij langdurige of herhaalde blootstelling (blootstellingsroute vermelden indien afdoende bewezen is dat het gevaar bij andere blootstellingsroutes niet aanwezig is). Gevarenaanduidingen voor milieugevaren Code: H400 H410 H411 H412 H413 Van toepassing op: Acuut gevaar voor het aquatisch milieu, gevarencategorie 1 Chronisch gevaar voor het aquatisch milieu, gevarencategorie 1 Chronisch gevaar voor het aquatisch milieu, gevarencategorie 2 Chronisch gevaar voor het aquatisch milieu, gevarencategorie 3 Chronisch gevaar voor het aquatisch milieu, gevarencategorie 4 Tekst: Zeer giftig voor in het water levende organismen. Zeer giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. Giftig voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. Schadelijk voor in het water levende organismen, met langdurige gevolgen. Kan langdurige schadelijk gevolgen voor in het water levende organismen hebben. Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-22 Aanvullende gevareninformatie (EUH-zinnen) Materiële eigenschappen Code EUH001 EUH006 EUH014 EUH018 EUH019 EUH044 Tekst In droge toestand ontplofbaar. Ontplofbaar met en zonder lucht. Reageert heftig met water. Kan bij gebruik een ontvlambaar/ontplofbaar damp-luchtmengsel vormen. Kan ontplofbare peroxiden vormen. Ontploffingsgevaar bij verwarming in afgesloten toestand. Gezondheidseigenschappen Code EUH029 EUH031 EUH032 EUH066 EUH070 EUH071 Tekst Vormt giftig gas in contact met water. Vormt giftig gas in contact met zuren. Vormt zeer giftig gas in contact met zuren. Herhaalde blootstelling kan een droge of een gebarsten huid veroorzaken. Giftig bij oogcontact. Bijtend voor de luchtwegen. Milieueigenschappen Code EUH059 Tekst Gevaarlijk voor de ozonlaag. Aanvullende etiketteringselementen/informatie over bepaalde stoffen of mengsels Code EUH201 EUH201A(*) EUH202 EUH203 EUH204 EUH205 EUH206 EUH207 EUH208 EUH209 EUH209A EUH210 EUH401 Tekst Bevat lood. Mag niet worden gebruikt voor voorwerpen waarin kinderen kunnen bijten of waaraan kinderen kunnen zuigen. Let op! Bevat lood. Cyanoacrylaat. Gevaarlijk. Kleeft binnen enkele seconden aan huid en oogleden. Buiten het bereik van kinderen houden. Bevat zeswaardig chroom. Kan een allergische reactie veroorzaken. Bevat isocyanaten. Kan een allergische reactie veroorzaken. Bevat epoxyverbindingen. Kan een allergische reactie veroorzaken. Let op! Niet in combinatie met andere producten gebruiken. Er kunnen gevaarlijke gassen (chloor) vrijkomen. Let op! Bevat cadmium. Bij het gebruik ontwikkelen zich gevaarlijke dampen. Zie de aanwijzigen van de fabrikant. Neem de veiligheidsvoorschriften in acht. Bevat <naam van de sensibiliserende stof>. Kan een allergische reactie veroorzaken. Kan bij gebruik licht ontvlambaar worden. Kan bij gebruik ontvlambaar worden. Veiligheidsinformatieblad op verzoek verkrijgbaar. Volg de gebruiksaanwijzing om gevaar voor de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen. (*) alternatief voor EUH201 in bepaalde omstandigheden Arbowijzer 7 | Werken met gevaarlijke stoffen | Vlammen en doodshoofden | 10203-23