Algemene preventiemaatregelen • Van alle gevaarlijke producten die op school aanwezig zijn, zijn er veiligheidsinformatiebladen aanwezig. De veiligheidsinformatiebladen zijn aanwezig in het laboratorium/werkplaats en beschikbaar voor personeel en leerlingen (eventueel elektronisch) • Bij bestelling van een nieuwe stof wordt aan de leverancier het bijhorende veiligheidsinformatieblad gevraagd (eventueel elektronisch). • De verpakking van de producten is conform aan de wetgeving (KB ‘s van 24/05/1982 en 11/01/1993 tot regeling van de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke stoffen en preparaten met het oog op het op de markt brengen of het gebruik ervan EN voldoet aan de GHS en CLP). • Het product is geëtiketteerd conform de hierboven vermelde KB’s en Europese regelgeving. Oplossingen die gedurende langere tijd bewaard worden, worden eveneens voorzien van een wettelijk veiligheidsetiket. • De experimenten worden uitgevoerd met zo klein mogelijke hoeveelheden. • Er wordt zoveel mogelijk met verdunde oplossingen gewerkt. Gebruik geconcentreerde oplossingen enkel als dat écht noodzakelijk is. • Bij het evalueren van de risico’s wordt rekening gehouden met de ervaring die de leerlingen hebben met het omgaan en uitvoeren van experimenten met gevaarlijke stoffen en preparaten. • De leerlingen worden schriftelijk en mondeling geïnformeerd over de gevaren van de stoffen die ze gebruiken en de veiligheidsmaatregelen die ze dienen te nemen. Deze instructies worden bij voorkeur geïntegreerd in de practicumnota’s. • Er wordt op toegezien dat de leerlingen de betekenis van de gevarensymbolen kennen (verplichte leerstof). • De leerlingen krijgen telkens de nodige richtlijnen over de afvalverwijdering. • Leerlingen dragen bij het werken met gevaarlijke stoffen en preparaten beschermkledij en een veiligheidsbril. Dit wordt niet meer expliciet vermeld bij de risicoanalyse per stof. • Leerlingen proeven nooit van een stof. • Het lokaal moet ingericht zijn om veilig met gevaarlijke stoffen en preparaten te kunnen werken. Zonder hierop in detail te kunnen ingaan, betekent dit onder meer dat het lokaal moet uitgerust zijn met voldoende trekkasten, brandblusmiddelen en EHBO-voorzieningen (verbanddoos, oogspoelfonteinen of - flessen, …).