Van systemen naar mensen Ook een onderzoeksagenda voor

advertisement
Van systemen naar mensen
Ook een onderzoeksagenda voor gezondheidseconomen
Malinche van der Hoog, Cees Vos en Joost Trienekens
In februari hebben de minister en staatssecretaris van VWS hun visie en maatregelen voor
deze kabinetsperiode op papier gezet in een gezamenlijke agenda getiteld: ‘Van systemen naar
mensen’. Naast de impact op het zorgveld heeft deze visie ook gevolgen voor de
kennisbehoefte van het ministerie van VWS. Deze agenda biedt dan ook genoeg uitdagingen
voor iedereen in Nederland en België die de gezondheidseconomie een warm hart toedraagt.
Inleiding
Op 8 februari jl. hebben de VWS-bewindslieden gezamenlijk de agenda ‘Van systemen naar
mensen’ gepresenteerd. Deze agenda bevat in grote lijnen de maatregelen die de
bewindspersonen de komende kabinetsperiode zullen nemen. De titel ‘Van systemen naar
mensen’ is niet voor niets gekozen, want meer dan een opsomming van maatregelen zijn juist
de beweging en de visie geschetst van waaruit VWS deze kabinetsperiode zal opereren.
Belangrijke maatschappelijke uitdagingen voor de zorg en ondersteuning
Het gaat goed met de volksgezondheid maar de kwaliteit van de gezondheidszorg
moet omhoog en de betaalbaarheid staat onder druk
In Nederland gaat het goed met de volksgezondheid. Zo zien we een stijging van de
levensverwachting en presteert de Nederlandse gezondheidszorg internationaal gezien erg
goed. De verworvenheden uit het verleden nemen echter niet weg dat er veel werk verricht
moet worden om onze gezondheidszorg te verbeteren en houdbaar te maken om er zo voor te
zorgen dat ook volgende generaties nog een beroep kunnen doen op hoogwaardige en
toegankelijke zorg en ondersteuning. Nog te vaak worden mensen gezien als een homogene
groep waardoor maatwerk ontbreekt en niet altijd wordt gekeken naar de mogelijkheden die
mensen zelf of hun omgeving hebben. En met de stijgende zorguitgaven komt ook de
solidariteit in de zorg onder druk te staan.
We zullen dan ook keuzes moeten maken. Want altijd alles voor iedereen betekent ook dat we
straks voor iedereen niet meer voldoende kunnen bieden. Daarnaast betekent keuzes maken
dat we moeten kijken hoe we de zorg beter én goedkoper kunnen organiseren. Een slimmere
organisatie is dan ook een belangrijke uitdaging voor deze kabinetsperiode. Tevens ontkomen
we evenmin aan versobering van datgene wat we collectief opbrengen.
Veranderingen in de maatschappij vragen om veranderingen in zorg en welzijn
De agenda van VWS beschrijft hoe de maatschappij verandert. We worden ouder en zijn vaker
chronisch ziek. Maar niet alleen ouderdom en chronische ziekten leiden tot een toenemende
zorgvraag: we hebben ook steeds meer in het medisch circuit getrokken. Steeds meer
ongemakken en maatschappelijke problemen zijn in de gezondheidszorg beland. Het begrip
zorg is opgerekt en omvat steeds meer niet-medische zaken. De vraag is of deze
medicalisering ons heeft opgeleverd wat we ervan verwachtten, of onze levensverwachting of
ons levensgeluk erdoor toenemen. De verwachting van waartoe de zorg in staat is en wat de
zorg kan leveren is enorm. Daaraan kan in de praktijk niet worden voldaan. Het is zaak goed
te definiëren wat we zelf moeten oplossen, waarvoor we zelf verantwoordelijk zijn en waar
professionele hulp meerwaarde biedt en het verschil kan maken.
De toenemende mogelijkheden van de gezondheidszorg leiden niet alleen tot een toename van
de zorg aan ‘lichtere’ groepen patiënten. Ook aan het einde van het leven en bij mensen met
heel veel gebreken zien we dat er lang doorbehandeld wordt. Oók wanneer het resultaat
2
VGE Bulletin – mei 2013
daarvan voor de patiënt niet evident is. In hoeverre we onze technische mogelijkheden altijd
moeten benutten, is een breed thema, een moeilijk thema en een thema dat vooral vanuit de
kwaliteit van het leven zal worden benaderd in deze kabinetperiode.
De toename van het aantal chronisch zieken betekent niet alleen dat er meer zorg geleverd
wordt, maar ook dat de aard van de zorg verandert. We zien dat het onderscheid tussen care
en cure vervaagt. Samenwerking, verbindingen tussen domeinen en organisatie over de grens
van domeinen heen is dus essentieel. Zozeer zelfs dat de bewindspersonen verwachten dat het
onderscheid tussen care en cure steeds verder vervaagt en tenslotte is verdwenen. Het is dus
van groot belang dat er meer wordt samengewerkt door de professionals en door de
instellingen, gemeenten en verzekeraars.
Een andere trend is de groeiende behoefte aan informatie. En langzaamaan krijgen we steeds
meer informatie over de kwaliteit van zorg. Maar hoe meer we weten over de kwaliteit van de
zorg - het ziekenhuis, het verpleeghuis en de arts en verpleegkundige - hoe meer duidelijk
wordt dat er goede artsen en minder goede zijn, dat er goede verpleeghuizen en minder goede
zijn. Hier speelt de informatieparadox. Het vertrouwen in de zorg kan hierdoor worden
aangetast: dacht iedereen, mede door gebrek aan informatie, dat ieder ziekenhuis in
Nederland goed en van dezelfde kwaliteit was, steeds meer zal blijken dat daarin grote
verschillen zitten. Dat kan leiden tot een afnemend vertrouwen en onzekerheid. Toch is meer
openheid en transparantie heel belangrijk voor de verbetering van de zorg en voor het bewust
kunnen kiezen van de patiënt en cliënt, de doorverwijzende arts, de inkopende verzekeraar en
de gemeente. Er zal dan ook steeds meer informatie beschikbaar (moeten) komen. Maar hoe
we omgaan met de informatieparadox blijft dan wel een vraag.
Productinnovatie in de zorg gaat snel, procesinnovatie gaat te langzaam
Zorgproducten en behandelingen verbeteren in rap tempo. Door allerlei technologische
ontwikkelingen kunnen we steeds meer mensen helpen en genezen. Bovendien doen steeds
meer mensen een beroep op behandeling doordat de bijwerkingen en belasting van
behandelingen sterk afnemen. Maar daarmee is technologie ook een van de belangrijkste
oorzaken van de kostenstijging in de zorg. Tegelijkertijd zien we dat procesinnovatie in de zorg
(te) langzaam gaat. Overal gebruiken we technologie om ons te informeren, keuzes te maken,
ons leven aangenamer te laten verlopen, en zeker niet laatste plaats om in contact te komen
en blijven met anderen. We kopen van alles via internet, stellen daar onze vragen over van
alles en nog wat. Maar als we een medische vraag hebben, online een afspraak willen maken
of online therapie willen volgen dan is dat vaak niet mogelijk. Ook het gebruik van domotica
om langer zelfredzaam te blijven komt moeizaam van de grond. Technologie biedt ook de
gezondheidszorg veel perspectief voor wat betreft innovatie van de processen. Deze
mogelijkheden voor de gezondheidssector om aan te sluiten bij de maatschappelijke
veranderingen worden nog niet vaak genoeg benut (bijvoorbeeld de inzet van sociale media
voor het organiseren van ondersteuning). De gezondheidssector is daarmee onvoldoende
toegerust voor de toekomst. Innovaties moeten bovendien niet alleen bovenop het bestaande
komen, als een extra. Innovatie moet worden ingezet in de plaats van het bestaande, om het
bestaande te verbeteren, om de gezondheidszorg toekomstbestendig te maken en
tegelijkertijd maatwerk te bieden. Misschien dat de gezondheidszorg hier nog wat kan leren
van bijvoorbeeld Schumpeter, die met zijn theorie over creatieve destructie de opkomst van
nieuwe technologieën direct koppelde aan het verdwijnen van verouderde industrieën.
Ook een agenda voor gezondheidseconomen
De hierboven beschreven uitdagingen voor de zorg en ondersteuning bieden ook voldoende
uitdaging voor de gezondheidseconomie. Voor u als lezer dus. Want nog lang niet overal ligt de
oplossing vast. Beschouw dit dan ook als een uitnodiging om de komende jaren uw
meerwaarde als gezondheidseconoom te kunnen laten zien. Aan de hand van een selectie van
vier thema’s uit deze agenda doen wij alvast een voorzet om u te inspireren.
VGE Bulletin – mei 2013
3
Versterken zelfredzaamheid
De kern van de veranderingen is dat de mens centraal komt te staan en niet het systeem.
Door op die manier te kijken, doen we veel meer een beroep op de eigen kracht van mensen
en hun gemeenschappen. In de langdurige zorg, maar ook in de curatieve zorg. Onder andere
mogelijkheden voor zelfmanagement, keuze-informatie en e-health dragen daaraan bij.
(Gezondheidseconomische) kennisvragen die daarbij aan bod komen zijn onder andere hoe we
het potentieel van zelfzorg kunnen aanboren en hoe sociale netwerken kunnen worden
opgebouwd die zelfredzaamheid en samenredzaamheid ondersteunen. Welke economische
prikkels kunnen daar worden ingezet? En welke gedragseconomische kennis is relevant?
Slimmer organiseren en hervormingsprogramma’s
In de langdurige zorg en jeugdzorg staan we voor grote hervormingsprogramma’s. Maar ook in
de curatieve zorg zullen forse transities (vooral in het zorglandschap) plaats moeten vinden. Er
liggen dus belangrijke uitdagingen, ook voor gezondheidseconomen. Wat is er nodig om de
verplaatsing van niet-complexe zorg naar de buurt van patiënten en cliënten te realiseren? En
hoe zorgen we voor een concentratie van complexe zorg in instellingen met voldoende
expertise? Welke belemmeringen in bijvoorbeeld de bekostiging kunnen hier een rol spelen, en
hoe nemen we die weg? Hoe zorgen we dat substitutie niet leidt tot supply-induced demand bij
aanbieders die door de substitutie een deel van hun zorgmarkt verliezen? Wat betekenen
innovaties zoals bijvoorbeeld zorg op afstand voor de organisatie van zorg, de verschillende
zorginstellingen en voor de arbeidsmarkt? En hoe kunnen economische en bestuurlijke prikkels
bijdragen aan een versnelling van de procesinnovatie?
Kwaliteit
De kwaliteit van zorg verhogen en meer transparant maken is een doorlopend thema in deze
agenda. We weten dat de kwaliteit omhoog kan, óók zonder de zorguitgaven te verhogen.
Sterker nog: keer op keer wordt aangetoond dat kwaliteitsverbeteringen kostenbesparend
kunnen zijn. De vraag is echter hoe dit te realiseren. In veel branches is er een continue cyclus
van kwaliteitsverhoging gecombineerd met kostenbesparing. Waarom komt dit in de zorg dan
onvoldoende van de grond? Maar ook andere vragen spelen op dit thema: Hoe maak je
kwaliteit transparant? En hoe kunnen we de transitie van bekostiging van verrichtingen naar
bekostiging van uitkomsten van zorg realiseren? Stuk voor stuk kennisvragen waar de
gezondheidseconomie haar tanden in kan zetten en meerwaarde kan bieden.
Versobering
We kunnen steeds meer ziekten behandelen en steeds meer mensen genezen, onder andere
door de wetenschappelijke vooruitgang. En wanneer nieuwe behandelingen mogelijk zijn,
bijvoorbeeld om vormen van kanker of auto-immuunziekten te genezen, dan willen we die ook
opnemen in het basispakket. En dat hoort ook zo: anders kunnen immers alleen mensen met
een hoog inkomen gebruik maken van deze vaak (zeer) dure behandelingen. We willen dus dat
het uitbreiden van het pakket met nieuwe (dure) technologieën en innovaties mogelijk blijft.
Daarnaast maken we veel vaker gebruik van alles wat er in het basispakket zit. Er gaan echter
maar zeer beperkt zaken uit het pakket. Het pakket wordt dus continu groter, het gebruik
neemt steeds toe en daarmee wordt het basispakket continu duurder. Daar waar er innovaties
bij komen zullen we dus tegelijkertijd op andere plekken moeten kijken of het ook een beetje
minder kan. Daarvoor is het noodzakelijk te onderbouwen wat noodzakelijke zorg is en wat als
niet-noodzakelijk kan worden beschouwd. Wat is onnodig gemedicaliseerd? Wat kunnen
mensen zelf dragen? Wat hoort bij het leven? Hoe zorgen we dat indicaties beperkt blijven,
zodat ze beschikbaar blijven voor wie ze echt relevant zijn?
Kennis over hoe te handelen
Op sommige kennisvragen is er behoefte aan extra inzicht in de problematiek. Voor de meeste
thema’s is er echter vooral een antwoord nodig op de vraag ‘hoe te handelen’. Wat zijn de
meest effectieve handelingsmechanismen? De (gezondheids)economische denkwijze en
4
VGE Bulletin – mei 2013
onderzoeksmethodes zijn bij uitstek geschikt om dit soort vragen te beantwoorden. Inhoudelijk
zijn daarbij gedragseconomische aspecten, prikkels voor (her)ordening van het zorglandschap
en methoden voor kwaliteitsverbetering zonder kostenverhoging zeer interessant.
Gezamenlijke
projecten
minister en
staatssecretaris
Gezond opgroeien
en ouder worden
•Nationaal Programma
Preventie
•Verhogen minimumleeftijd tabak en alcohol
•Deltaplan dementie
•Sporten en bewegen in
de buurt
•Naar een veiliger
sportklimaat
•Tegengaan
antibioticaresistentie
Meer
mogelijkheden bij
klachten en
geschillen
•Opsplitsing Wetsvoorstel
cliëntenrechten zorg
Meer kennis en
goed bestuur
•Kwaliteitsinstituut
•Goed bestuur
•Zorgspecifieke fusietoets
•Verbeteren toezicht
• Zwarte lijst
Curatieve zorg
Versterken
zelfredzaamheid
en positie burger
•Versterken
kostenbewustzijn
•Structurele toepassing
e-health
•Medische hulpmiddelen
•Cosmetische sector
Slimmer
organiseren van de
curatieve zorg
•Akkoorden met sector
•Versterken zorginkoop
zorgverzekeraars
•Transparantie over
kwaliteit
•Opheffen verbod
winstuitkering
•Topsector Life Sciences
en Health
•Innovatie
•Administratieve lasten
beperken
•Taakherschikking
•Bestrijden agressie en
geweld tegen
zorgverleners
Versobering
Verbeteren
financiële
informatievoorziening
•Stringent pakketbeheer
•Lage ziektelast
•Restitutiepolis uit het
basispakket
Langdurige zorg
en
ondersteuning
en jeugdzorg
Hervormingsprogramma’s
•Hervormingsagenda
langdurige zorg
•Nieuw jeugdstelsel
(H)erkennen
mantelzorgers en
vrijwilligers
•Ondersteunen
mantelzorgers en
vrijwilligers
Bestrijden
kindermishandeling
•Blijvende aandacht
•Uitvoeren aanbevelingen
commissie Samson
•Professionalisering
jeugdzorg
Kwaliteit
•Ruimte voor
vakmanschap
•Professionalisering van
zorgverleners
•Meer inbreng
verzorgenden in
kwaliteitsinstituut
Doelmatigheid
versterken:
programma aanpak
•Deltaplan dementie
•Regelarme instellingen
•Invoorzorg!
•Azoris
•Versnellen
informatievoorziening
curatieve zorg
Geld voor zorg
besteden aan zorg
•Bestrijden fraude
•Platform verspilling
•Terugdringen
administratieve lasten
VGE Bulletin – mei 2013
5
Download