Rugstreeppad Nederlandse naam Rugstreeppad

advertisement
Rugstreeppad
Nederlandse naam
Rugstreeppad
Wetenschappelijke naam
Bufo calamita
Biologie van de soort
De Rugstreeppad is gemakkelijk herkenbaar aan de dunne gele streep op de rug. Lengte:
maximaal 7 cm. Hij zoekt altijd een plek op in het water, waar hij op de bodem kan zitten
terwijl zijn kwaakblaas net boven het wateroppervlak uitkomt.
Op dergelijke plaatsen worden ook de eieren afgezet. Het kan voorkomen dat er weer
eisnoeren in het water liggen terwijl de dikkopjes van vroege legsels al veranderd zijn in
kleine padjes.
Biotoopvoorkeur
De rugstreeppad leeft vooral in open, hoog dynamische terreinen, bij voorkeur op droge en
losgrondige bodems die snel opwarmen. Leefgebieden: duin- en heidegebieden,
uiterwaarden en geaccidenteerde, door mensen beïnvloede terreinen zoals oude klei
afgravingen, verlaten zandgroeven, met zand opgespoten terreinen in haven- en
industriegebieden en afgeplagde terreinen.
Habitatgebruik
Ook in zijn voortplantingswater heeft de rugstreeppad het liefste zo min mogelijk begroeiing.
Kale oevers en ondiep water zijn de belangrijkste kenmerken voor een geschikt
voortplantingswater. Vooral tijdelijke wateren voldoen aan die eisen: vochtige duinvalleien,
ondergelopen weilanden en laagtes in heideterreinen. In de Hollandse polders lijkt de soort
vooral een voorkeur te hebben voor kleinere sloten met dichte onderwater-vegetaties.
Voornaamste voedselbronnen
Allerlei (water)insecten, larven, kevers, spinnen, wormen, rupsen.
Trefkans in winter of zomer, actieve periode/winterslaap,
Vanaf half april trekt hij vanuit zijn overwinteringlocatie naar het voortplantingswater. Tot in
voortplantingsperiode.
juli kan opeens weer een opleving in voortplantingsactiviteit plaatsvinden. Pas tijdens het
invallen van de schemering komt hij tevoorschijn om op open plekken te gaan jagen
Beschermingsstatus
Habitatrichtlijn
Bijlage IV
Flora- en faunawet
Tabel 3
Rode Lijst
-
Risico’s vanuit soortbescherming
Soort komt in aanmerking voor vrijstelling voor artikel 9, 11 en 12 mits gebruik gemaakt
wordt van een door de minister goedgekeurde gedragscode. Een gedragscode moet door
de sector/ Waterschap opgesteld worden, zonder gedragscode is een ontheffing verplicht.
Zorgplicht van toepassing.
Gevoeligheid voor ingrepen en milieuveranderingen
Specifieke
Maaien
oevers
beschermingsmaatregelen
droog profiel
Verdroging en met name versnippering van het leefgebied
en
Dit dient uitgevoerd te worden in augustus tot november, wanneer de dieren nog niet in
winterslaap zijn. Werkzaamheden ruimtelijk faseren, zodat overgebleven individuen zoveel
mogelijk kunnen ontsnappen.
Maaien nat profiel
Zie boven.
Baggeren
Zie boven.
Werken in de oever
Zie boven.
Kappen van bomen
Gevoelig voor grootschalig bosbeheer, en het verdwijnen van bosjes.
Veranderingen in het
Lage winterpeilen vermijden.
peilbeheer
Bestrijding
van
schadelijke organismen
Geen bestrijdingsmiddelen gebruiken en vervuiling van het water voorkomen.
Rugstreeppad
Maatregelen ter verbetering van instand-houding soort (niet
Werkzaamheden aan watergangen afstemmen op levensloop van de Rugstreeppad: buiten
verplicht vanuit FFW)
voortplantingsseizoen (dit is vanaf augustus tot april). Werkzaamheden ruimtelijk faseren
zodat overgebleven individuen zoveel mogelijk kunnen ontsnappen. Behoud van
pionierssituaties. Tijdens bouwactiviteiten rekening houden met mogelijk aanwezige
padden.
Download