Logica Les 2 Bewijzen (Deze les sluit aan bij les 2 van de Syllabus Logica WD_online) Propositie • Een propositie is een wiskundige bewering. • Een propositie is waar of niet waar (uitgesloten derde). • Een bewezen propositie is een stelling. • Een onbewezen propositie is een vermoeden. Goldbach: elk even getal groter dan 2 is te schrijven als de som van twee priemgetallen. • Een tegenvoorbeeld bewijst dat de propositie niet waar is. Stelling: Het kwadraat van een negatief getal is een positief getal. Stelling: Het kwadraat van een negatief getal is een positief getal Bewijs Stel n is een negatief getal. Dan bestaat er een positief getal p zodat n = −p. Dan is: n2 = (−p)2 = (−1)2 ⋅ (p)2 = p2 > 0. Stelling: Het kwadraat van een negatief getal is een positief getal Analyse van het bewijs Twee proposities P en Q P: Een getal n is negatief. Q: Het kwadraat van n is positief. Het bewijs laat zien dat: als w(P) =1, dan ook w(Q) = 1. Stelling: Het kwadraat van een negatief getal is een positief getal. Met waarheidstabel: P Q P⇒Q 0 0 1 0 1 1 1 0 0 1 1 1 Dus w(P ⇒ Q) = 1 De omgekeerde stelling: Als het kwadraat van een getal positief is, dan is het getal negatief. Bewijs met een tegenvoorbeeld Neem Q is: 22 > 0 en P is: 2 < 0 Maar w(Q) = 1 en w(P) = 0 (want 2 > 0). De omgekeerde stelling: als het kwadraat van een getal positief is, dan is het getal negatief. Bewijs met een tegenvoorbeeld Neem Q is: 22 > 0 en P is: 2 < 0 Maar w(Q) = 1 en w(P) = 0 (want 2 > 0). In de tabel: Q P Q⇒P 0 0 1 0 1 1 1 0 0 1 1 1 Dus w(Q ⇒ P) = 0 Contradictie Voorbeeld “Ik ben groter dan 2 meter en ik ben kleiner dan 2 meter” De vorm is: 𝑃𝑃 ∧ ¬𝑃𝑃 Contradictie Voorbeeld “Ik ben groter dan 2 meter en ik ben kleiner dan 2 meter” De vorm is: Met tabel: 𝑃𝑃 0 1 𝑃𝑃 ∧ ¬𝑃𝑃 ¬𝑃𝑃 𝑃𝑃 ∧ ¬𝑃𝑃 0 0 1 w(𝑃𝑃 ∧ ¬𝑃𝑃) = 0 voor elke waarde van P. 0 Tautologie Voorbeeld “Ik ben geboren in Nederland of ik ben in het buitenland geboren” De vorm is: 𝑃𝑃 ∨ ¬𝑃𝑃 Tautologie Voorbeeld “Ik ben geboren in Nederland of ik ben in het buitenland geboren” De vorm van deze propositie is: 𝑃𝑃 ∨ ¬𝑃𝑃 Met tabel: 𝑃𝑃 ¬𝑃𝑃 𝑃𝑃 ∨ ¬𝑃𝑃 1 0 1 0 1 w(𝑃𝑃 ∨ ¬𝑃𝑃) = 1 voor elke waarde van P. 1 Tautologie Algemeen Een propositie Q(P) is afhankelijk van een propositie P. Q is een tautologie als w(Q(P)) = 1 voor elke waarde van P. 𝑃𝑃 ¬𝑃𝑃 𝑃𝑃 ∨ ¬𝑃𝑃 1 0 1 0 1 1 Tautologie Toon met een waarheidstabel aan dat ¬ ¬𝑃𝑃 ⇔ 𝑃𝑃 een tautologie is. Tautologie Toon met een waarheidstabel aan dat ¬ ¬𝑃𝑃 ⇔ 𝑃𝑃 een tautologie is. 𝑃𝑃 ¬𝑃𝑃 ¬(¬𝑃𝑃) 1 0 1 0 1 0 ¬(¬𝑃𝑃) ⇔P 1 1 Bewijs uit het ongerijmde Bij het bewijs uit het ongerijmde bewijs je dat ¬ ¬𝑃𝑃 waar is en dat dus P waar is. Voorbeeld Bewijs dat er oneindig veel priemgetallen zijn. P is: Er zijn oneindig veel priemgetallen. ¬P is: Het aantal priemgetallen is eindig. Je kunt bewijzen dat¬P niet waar is, dus w(¬P) = 0 (zie syllabus). Dan is w(P) = 1. Contrapositie (omkering) (𝑃𝑃 ⇒ 𝑄𝑄) ⇔ (¬𝑄𝑄 ⇒ ¬𝑃𝑃) Voorbeeld Als het regent, is de weg nat. Contrapositie: Als de weg droog is, regent het niet. Contrapositie (𝑃𝑃 ⇒ 𝑄𝑄) ⇔ (¬𝑄𝑄 ⇒ ¬𝑃𝑃) Bewijs P Q P⇒Q ¬P ¬Q ¬Q ⇒ ¬P 0 0 1 1 1 1 0 1 1 1 0 1 1 0 0 0 1 0 1 1 1 0 0 1 𝑃𝑃 ⇒ 𝑄𝑄 en ¬𝑄𝑄 ⇒ ¬𝑃𝑃 hebben dezelfde waarheidstabel en zijn dus equivalent. Oefenen Lezen: Logica les 2 Maken: opgaven 2.1, 2.2, 2.3 en 2.4 Huiswerk Inleveren: 2.2 en 2.4