speech - Europa EU

advertisement
SPEECH/10/107
Mevr. Neelie Kroes
Lid van de Europese Commissie verantwoordelijk voor 'Digital
Agenda'
Een digitale agenda voor Europa
Toespraak naar ICT Delta 2010
Rotterdam, 18 maart 2010
Dames en Heren,
Allereerst natuurlijk mijn oprechte felicitaties aan de winnaar van de ICT Delta
Startersprijs. Goede ideeën moeten aangemoedigd en beloond worden. Ik wens u
alle succes toe met het uitwerken en commercialiseren van uw idee.
Innovatief jong bedrijfsleven is cruciaal voor de concurrentiekracht van de
Nederlandse en de Europese economie. Het zijn deze bedrijven die nieuwe ideeën
op de markt durven te brengen en grote bedrijven voortdurend uitdagen om zelf met
nieuwe producten en diensten te komen. En op die manier creëren zij banen, groei
en welvaart.
Vandaar dat ik dit jonge innovatief ICT bedrijfsleven in mijn Digitale Agenda voor
Europa zo'n centrale plek geef.
Over die Digitale Agenda wil ik het nu met u hebben. De Digitale Agenda is mijn
strategie die ik samen met mijn collega´s op dit moment voorbereid.
De Digitale Agenda moet u zien als mijn werkprogramma, de prioriteiten van de
Commissie voor de komende vijf jaar op het terrein van de digitale samenleving.
Wat is de lange termijn visie achter de Digitale Agenda. Het hogere doel van de
Digitale Agenda is het bevorderen van economische groei. Europa moet de
handrem van de economie afhalen. Economische groei hebben we nodig om onze
sociale en klimaatdoelstellingen te realiseren. Dat is de basis boodschap van het
EU 2020 die de Commissie twee weken geleden heeft gepresenteerd. En de
huidige financieel-economische crisis heeft een groot gat geslagen in de
economische groei die sowieso al nodig hadden. Voor Nederland alleen al schatten
cconomen en statistici schatten deze op zo'n 5% verlies aan groei.
De Digitale Agenda moet, kan en zal bijdragen aan het aan de praat krijgen van de
economie. Want zonder ICT geen groei, geen banen en geen welvaart. Om u een
idee te geven van het belang van ICT: de ICT sector draagt 20% bij aan en de
investeringen in ICT zijn verantwoordelijk voor wel 30% van de productiviteitsstijging
in Europa. Dat potentieel mogen we niet lagen liggen.
En daarnaast kan ICT zo'n belangrijke rol spelen bij het oplossen van de grote
maatschappelijke vraagstukken. Zoals de betaalbaarheid en toegankelijkheid van
de gezondheidszorg. Deze week was ik in Barcelona op een groot congres over de
mogelijkheden van ICT in de gezondheidszorg. Fascinerend gewoon. Hoe kleine
apparaatjes met RFID-chips voortdurend bepaalde lichaamsfuncties als
bloedwaarden kunnen meten en deze waarden op afstand kunnen worden
uitgelezen. Zodat mensen langer thuis kunnen blijven wonen. Of ICT-toepassingen
in ziekenhuizen waardoor de logistiek van bedden en de operaties verder
geoptimaliseerd kan worden.
Om het toenemende beroep op de gezondheidszorg te kunnen opvangen en de
kosten van de gezondheidszorg te kunnen beheersen, zijn dit soort slimme ICT
simpelweg onontbeerlijk.
Ook grootschalige opwekking van duurzame elektriciteit kan niet zonder ICT.
Slimme elektriciteitsnetten en slimme meters bij de mensen thuis zijn nodig om het
voortdurend variërend aanbod aan elektriciteit te kunnen opvangen.
2
Kortweg gaat het in de digitale agenda om:
1)
Ten eerste: Ultra-snel Internet. Dit is als digitale zuurstof voor mensen en
organisaties in de 21e eeuw. Met snelheden van 100 megabits per seconde,
stuurt en ontvangt U zelfs grote pakketten content in een fractie van een
seconde. De Europese Commissie streeft ernaar dat in 2013 iedereen
toegang heeft tot breedband. In 2020 moet iedereen toegang hebben tot
highspeed internet van wel 30 Mbps. Tegelijkertijd moeten 50% van de
huishoudens zich kunnen aansluiten op het supersnel internet van wel 100
Mbps.
2)
Ten tweede: Een Digitale interne Markt: ergert U zich ook aan de
beperkingen die U ondervindt bij het online kopen en verkopen van diensten
en producten in andere landen. Waarom zouden de grenzen die in de echte
wereld stilaan verdwijnen voortbestaan op het internet? U moet dan vooral
denken aan verschillen in copyright en consumentenrecht tussen de LS. Maar
ook een sterk gefragmenteerde telecommarkt. Die barrières moeten nu dus
worden aangepakt.
3)
Ten Derde: De Digitale Maatschappij: Nog teveel mensen kunnen of durven
niet toe te treden tot de digitale samenleving. Omdat ze de vaardigheden
missen of omdat ze het niet vertrouwen. Daar moeten we iets aan doen. We
moeten er dus voor zorgen dat mensen zich veilig, vrij en onafhankelijk
kunnen bewegen op het Internet. Dat mensen zich er thuis voelen. En
natuurlijk moeten we optimaal gebruik maken van ICT om onze sociale en
klimaatdoelstellingen te realiseren.
4)
Ten vierde: we moeten er voor zorgen dat onze economie meer profiteert van
de bestaande en de toekomstige mogelijkheden ICT. Eerst door meer te
investeren in ICT-onderzoek en ontwikkeling. Onderinvestering in R&D is niet
alleen een probleem voor de ICT-sector. Dat is een probleem voor de hele
Europese economie. Vandaar de centrale plaats die dit thema heeft in de
EU2020 strategie. Baanbrekende technologie krijgen we niet vanzelf. Daar is
inspanning, creativiteit, doorzettingsvermogen en geld voor nodig. We zullen
zorgen voor de nodige prikkels om investeringen te bevorderen in publiek en
privaat onderzoek en om ondernemers te steunen in alle fases van de
innovatie cyclus. De Europese Unie kan daar een belangrijke rol bij spelen
met het bestaande zevende kaderprogramma en het CIP-programma. In
beiden programma's neemt ICT een zeer groot aandeel in. Zo investeert de
EU jaarlijks bijna 2 mrd euro in ICT-research. Dat is ongeveer 20% van de
totale R&D uitgaven in Nederland – publiek en privaat bij elkaar.
Mijn ambitie voor de komende jaren is om de effectiviteit en de efficiëntie van
deze investeringen te vergroten. Meer focus, meer samenwerking, groter
aandeel van kleine en middelgrote ondernemingen, minder bureaucratie.
Daarnaast moeten er voor blijven waken dat de apparaten, applicaties en
systemen met elkaar kunnen blijven communiceren. De openheid van internet
is altijd de kracht geweest. We zullen dus veel aandacht geven aan
interoperabiliteit en open platforms en standaarden.
Deze agenda uitvoeren kan ik en wil ik niet alleen. Daarvoor heb ik anderen nodig.
Mijn collega's in de Commissie. De vertegenwoordigers in de Raad en het
Europees parlement. Nationale en regionale overheden die over hun eigen
schaduw durven heen te stappen en begrijpen dat het Europese belang uiteindelijk
ook hun nationaal en regionaal belang is. Maar vooral u heb ik daarvoor nodig.
Ondernemers, bedrijfsleven, consumentenorganisaties. Want het zijn geen
regeringen die banen, groei en welvaart creëren. Dat doet u. Vandaar de grote
aandacht die ik wil geven aan het belang van het Europese bedrijfsleven.
3
In de eerste plaats wil ik ervoor zorgen dat kleine en middelgrote bedrijven een
groter aandeel krijgen uit het R&D-fondsen die voor ICT-onderzoek en ontwikkeling
beschikbaar zijn. Zoals ik mijn verhaal al begon, het zijn niet de grote gebruikelijke
bedrijven die op dit moment de toon zetten in de digitale economie. Het zijn
bedrijven die 20 jaar geleden nog niet bestonden. Hier niet en ook niet in VS.
Google, Facebook, Twitter, Amazon waren er twintig jaar geleden nog niet.
Sommige zelfs 10 jaar geleden nog niet. Het enige verschil is dat die bedrijven in de
VS wel zijn ontstaan en doorgegroeid tot wereldspelers. Dat baart mij zorgen.
Vooral omdat het grote geld op dit moment daar verdiend wordt. Zonder dat het hier
banen of belastingopbrengsten genereert. En natuurlijk denk ik dan niet aan allerlei
klassiek industriebeleid, verkapt en verpakt protectionisme of nodeloze
belastingmaatregelen. Maar ik denk wel aan hoe we die start-ups in Europa kunnen
helpen. Wat kunnen we doen om het ondernemingsklimaat voor die bedrijven in
Europa te verbeteren. Toegang tot eigen en vreemd vermogen, vermindering van
de red tape, betere toegang tot internet van een hogere kwaliteit en met een hogere
snelheid. Om een paar punten te noemen. Maar er zijn er meer. En u kunt op mij
rekenen om mijn collega's in de Commissie op deze punten te steunen en als u nog
betere ideeën heeft dan staat mijn deur altijd open.
Welke gevolgen zal deze strategie hebben voor Nederland?
Nederland loopt voorop in publieke en private investeringen in breedband. Hierdoor
staat Nederland ook in snelheid en toegang tot breedband aan de top in Europa.
Voor Nederland is echter niet Europa maar de wereld de benchmark. Net als in de
sport moet je altijd met de beste vergelijken. En niet met de middenmoot. Kijk
bijvoorbeeld naar Zuid Korea. Hier liggen de snelheden nu al op average speed is
20 MBps en is de dekkingsgraad 95. Vooral de snelheid van de NL-infrastructuur
kan verder omhoog net als het aantal mensen dat is aangesloten op dat supersnel
internet. Vooral de upload snelheden zijn op dit moment nog te laag om
grootschalig breedbandige communicatietoepassingen uit te rollen. Bij voorbeeld in
de gezondheidszorg of in het onderwijs. Of voor beeldtelefonie in highdefinition met
de familie aan de andere kant van de oceaan. En al die andere toepassingen die
we nu nog niet kennen, maar waarvan we over 10 jaar zeggen hoe hebben we ooit
zonder gekund.
En dan zijn er natuurlijk nog de netwerkeffecten. Hoe meer mensen zijn
aangesloten, hoe hoger het maatschappelijk en economisch nut. Die
netwerkeffecten van het internet zijn bekend maar beleidsmatig nog onvoldoende
onderkend.
Niet in alle lidstaten is de situatie als in NL. Overal in Europa is de situatie anders.
Verschillen in dekkingsgraad, dominantie van bepaalde soorten infrastructuur,
gebruik, eigendom van infrastructuren, etc. Maar voor alle landen geldt dat er een
uitdaging ligt om in een globaliserende wereld aantrekkelijk en competitief te blijven.
We kunnen daar aan toevoegen dat alle landen hun burgers de mogelijkheden
willen verschaffen om zich in de digitale wereld te ontplooien en uit te drukken.
Stilstaan is geen optie. Voor de EU als geheel geldt dat de kracht van de individuele
delen, het geheel versterken. Nederland profiteert ook van de snelheid van het
Duitse en Belgische net.
Daarom zal Ik vanuit mijn positie in Brussel de marktontwikkelingen in Breedband
nauwlettend blijven volgen en deze stimuleren door benchmarking, prikkels en
indien nodig regelgeving.
4
Laat me over één ding duidelijk zijn: de bouw en het onderhoud van de nieuwe
generatie breedbandnetwerken vereist aanzienlijke financiële middelen. In eerste
instantie ben ik er groot voorstander van dat de markt deze financiële middelen
verschaft. En dat de marktcondities gegeven de toegangsregels zodanig zijn dat de
investeerders een redelijke vergoeding voor hun investeringen kunnen krijgen.
Maar ik erken, dat de markt deze middelen niet in alle gevallen zal kunnen en willen
opbrengen. Dan acht ik publieke financiering onontbeerlijk. Maar die publieke
financiering moet natuurlijk wel binnen de kaders van de Staatssteunregels
plaatsvinden. Zoals die vorig jaar zijn vastgesteld.
Een andere pijler van de Digitale Agenda die belangrijk is voor Nederlandse
bedrijven en consumenten, is de Digitale Interne Market. Het doel is om
grensoverschrijdende dienstverlening, en transacties te vereenvoudigen ten gunste
van zelfstandigen en bedrijven – zowel groot als klein.
Internet shoppen is niets nieuws in Nederland, maar toch spenderen we gemiddeld
niet meer dan 500 Euro´s per jaar. Het leidt geen twijfel dat dit bedrag hoger zou
zijn als we de nog bestaande barrières zouden verwijderen. Gezien de grote online
activiteit van Nederland is het in een goede positie om voordeel te trekken uit onze
inspanningen om de interne markt ook naar de digitale wereld door te trekken.
Vooral in Nederland zien we een enorme vlucht van het aantal internet shops die
mensen thuis op de bank of de keuken ontwikkelen.
We zullen de rechten van consumenten in de interne digitale markt verduidelijken,
om het vertrouwen in de diensten en de technologie te vergroten; maar ook acties
ondernemen om de problemen in het leveren van diensten in ander EU landen te
vereenvoudigen; intellectuele eigendomsrechten eenvoudiger te registreren en te
handhaven, etc.
Conclusie
De Digitale Agenda voor Europa is een ambitieus programma voor de komende vijf
jaar. Maar het is geen statische agenda. Het is een lopende agenda, waarin uw
wensen en voorkeuren een plaats moeten en kunnen krijgen. Want start-ups in het
algemeen maar die in de ICT-sector wel in bijzonder zijn zeer belangrijk voor het
realiseren van onze economische en sociale doelstellingen voor de komende
decennia.
Ik dank u wel.
5
Download