Steunpunt Werk en Sociale Economie (WSE)

Steunpunt Werk en Sociale Economie (WSE)
Promotor-coördinator:
prof. dr. Luc Sels (FETEW – K.U.Leuven)
Februari 2007
Jaarplan & financieel plan 1/1/2007 – 31/12/2007
Inhoudstafel
1.
Algemene beschrijving........................................................................................................................ 2
1.1.
Langetermijnopdracht van het Steunpunt Werk en Sociale Economie ............................ 2
1.2.
Langetermijnopdracht van de verschillende eenheden ....................................................... 2
1.3.
Consortium en structuur van het Steunpunt Werk en Sociale Economie ....................... 3
2.
Achtergrondinformatie ....................................................................................................................... 4
3.
Doelstellingen 2007 ............................................................................................................................. 4
4.
3.1.
Unit Data-Ontwikkeling ........................................................................................................... 4
3.1.
Onderzoekslijn 1: Evoluties in vraag en aanbod op de arbeidsmarkt............................... 4
3.2.
Onderzoekslijn 2: Kwaliteit van banen en loopbanen......................................................... 5
3.3.
Onderzoekslijn 3: Competentiegebaseerde arbeidsmarkt ................................................... 5
3.4.
Onderzoekslijn 4: Activerend arbeidsmarktbeleid ............................................................... 5
3.5.
Onderzoekslijn 5: Sociale economie....................................................................................... 5
Werkpakketten en activiteiten 2007.................................................................................................. 7
4.1.
Unit Data-Ontwikkeling ........................................................................................................... 7
4.2.
Onderzoekslijn 1: Evoluties in vraag en aanbod op de arbeidsmarkt............................... 8
4.3.
Onderzoekslijn 2: Kwaliteit van banen en loopbanen......................................................... 9
4.4.
Onderzoekslijn 3: Competentiegebaseerde arbeidsmarkt ................................................... 9
4.5.
Onderzoekslijn 4: Activerend arbeidsmarktbeleid .............................................................10
4.6.
Onderzoekslijn 5: Sociale economie.....................................................................................10
5.
Gantt charts 2007 ..............................................................................................................................12
6.
Management .......................................................................................................................................12
7.
6.1.
Organigram en algemeen management ................................................................................12
6.2.
Personeelsbezetting en HR beleid ........................................................................................13
6.3.
Financieel beheer .....................................................................................................................14
6.4.
Kwaliteitscontrole....................................................................................................................15
6.5.
Logistiek beheer .......................................................................................................................16
Begroting.............................................................................................................................................16
1
1.
Algemene beschrijving
Het jaarplan en financieel plan voor 2007 moeten tegen het licht gehouden worden van de
langetermijnopdrachten en de structuur van het Steunpunt Werk en Sociale Economie.
1.1.
Langetermijnopdracht van het Steunpunt Werk en Sociale Economie
Het Steunpunt Werk en Sociale Economie (WSE) bestaat uit 2 pijlers:
1. Een pijler monitoring (Unit Data-Ontwikkeling) met als opdracht de opvolging en benchmarking (nationaal en internationaal) van de toestand op de Vlaamse arbeidsmarkt, de strategische beleidsdoelstellingen en het gevoerde overheidsbeleid. Naast de continuering van de
taken van het vroegere Steunpunt WAV, zoals het ontwikkelen van indicatoren, het ontsluiten
en koppelen van databestanden en kritische duiding bij arbeidsmarktstatistieken, worden een
geïntegreerd Vlaams arbeidsmarktstatistiekmodel en boordtabellen ontwikkeld en geïmplementeerd. Het Steunpunt WSE staat tevens in voor de begeleiding bij de overdracht van beide
instrumenten aan de administratie.
2. Een pijler onderzoek met als opdracht een antwoord te formuleren op concrete vraagstukken
die zich aandienen m.b.t. het actuele werkgelegenheidsbeleid en strategische beleidsopties op
langere termijn. In functie hiervan worden vijf onderzoekslijnen uitgebouwd: (1) evoluties in
vraag en aanbod op de arbeidsmarkt; (2) kwaliteit van banen en loopbanen; (3) competentiegebaseerde arbeidsmarkt; (4) activerend arbeidsmarktbeleid; en (5) sociale economie.
Ten slotte heeft het Steunpunt WSE een netwerk- en dienstverlenende functie. Deze functie
wordt opgenomen in beide pijlers.
1.2. Langetermijnopdracht van de verschillende eenheden
De meer gedetailleerde langetermijnopdrachten van de Unit Data-Ontwikkeling (pijler 1) en de
vijf onderzoekslijnen (pijler 2) zijn de volgende.
1. De Unit Data-Ontwikkeling legt zich toe op de ontwikkeling en uitvoering van een geïntegreerd arbeidsmarktstatistiekmodel (Vlaams systeem van arbeidsrekeningen), vanuit haar
expertise inzake gebruik en interpretatie van data en databanken elk van de onderzoekslijnen
ondersteunt en een belangrijke opdracht heeft op het vlak van innovatie van arbeidsmarktmonitoring.
2. De onderzoekslijn ‘Evoluties in vraag en aanbod op de arbeidsmarkt’ legt zich toe op
langetermijnonderzoek naar de determinanten van jobcreatie en jobdestructie op de Vlaamse
arbeidsmarkt en de gevolgen voor de beroepenstructuur en de kwalitatieve structuur van de
werkgelegenheid.
3. De onderzoekslijn ‘Kwaliteit van banen en loopbanen’ spitst zich toe op het onderzoek
naar veranderingen in loopbaanpatronen en de determinanten en gevolgen van loopbaantransities (zowel op de Vlaamse en Belgische arbeidsmarkt als in Europees vergelijkend
perspectief).
4. De onderzoekslijn ‘Competentiegebaseerde arbeidsmarkt’ stelt expertise ter beschikking
op het domein van competentieontwikkeling en competentiemanagement voor zover deze
duidelijk gerelateerd zijn aan drie doelen: versterken van inzetbaarheid, verhogen van
werkzaamheid, versterking van concurrentiekracht.
5. De onderzoekslijn ‘Activerend arbeidsmarktbeleid’ legt zich hoofdzakelijk toe op de
meting van de netto-effectiviteit van de diverse maatregelen binnen het Vlaamse active-
2
ringsbeleid (op het niveau van individueel te activeren werkzoekenden en op het niveau van de
globale arbeidsmarkt).
6. De onderzoekslijn ‘Sociale economie’ ondersteunt de opbouw van een monitoringsysteem
voor de sociale economie en verricht onderzoek naar het belang van innovaties in de sociale
economie, de relatie tussen reguliere en sociale economie en de juridische omkadering van de
sociale economie.
1.3. Consortium en structuur van het Steunpunt Werk en Sociale Economie
Het Steunpunt WSE is een consortium van de Katholieke Universiteit Leuven, Universiteit
Antwerpen, Lessius Hogeschool Antwerpen en Vlerick Leuven Gent Management School. De
diverse entiteiten binnen deze instellingen (Faculteit ETEW, Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen en HIVA aan de K.U.Leuven, de Faculteiten Sociale en Politieke Wetenschappen en Rechten aan de Universiteit Antwerpen, het Departement Handelswetenschappen
aan de Lessius Hogeschool en het Competentiecentrum Mens & Organisatie aan de Vlerick
Leuven Gent Management School) bezitten samen de nodige expertise, infrastructuur en competenties om het Steunpunt WSE inhoudelijk en methodologisch gestalte te geven. Deze
expertise wordt verder gegarandeerd door de integratie van het bestaande Steunpunt Werkgelegenheid, Arbeid, Vorming (WAV) in het nieuwe Steunpunt WSE. Onderstaande figuur geeft
de structuur van het Steunpunt WSE weer.
Het Steunpunt Werk en Sociale Economie in zijn totaliteit wordt aangestuurd door één
hoofdpromotor-coördinator (prof. dr. Luc Sels, FETEW, K.U.Leuven), die de
eindverantwoordelijkheid opneemt en het aanspreekpunt is voor opdrachtgever, co-promotoren
en universitaire administraties en onderzoekscoördinatie. De hoofdpromotor zal ook de
vertegenwoordiging van het Steunpunt WSE in de VIONA Stuurgroep opnemen. Hij is
verantwoordelijk voor de algemene coördinatie binnen het Steunpunt WSE en de afstemming
met andere Steunpunten. Hij wordt in deze opdracht bijgestaan door de coördinator van de Unit
Data-Ontwikkeling (Wim Herremans).
Stuurgroep Strategisch
Arbeidsmarktonderzoek
Directiecomité
Hoofdpromotor
L. Sels, Fac. ETEW K.U.Leuven
Co-promotor 1
Co-promotor 2
Co-promotor 3
Co-promotor 4
Co-promotor 5
J. Konings
KUL
D. Mortelmans
UA
A. De Vos
Vlerick LGMS
I. Nicaise
HIVA
J. Van Steenberge
UA
Evoluties in vraag
en aanbod op de
arbeidsmarkt
Kwaliteit van banen
en loopbanen
Competentiegebaseerde
arbeidsmarkt
Activerend
arbeidsmarktbeleid
Sociale
economie
Senior experts:
M. Goos (KUL)
L. Sels (KUL)
Senior experts:
A. Forrier (L.H.)
L. Sels (KUL)
W. Van Trier (Sonar)
Senior experts:
H. Baert, L. Sels (KUL)
S. De Winne (L.H.)
I. Vanhoren (HIVA)
Senior experts:
J. Bollens (HIVA)
Senior experts:
I. Nicaise (HIVA)
C. Gijselinckx (HIVA)
W. Van Trier (Sonar)
Unit DATA-ONTWIKKELING
Promotor: L. Sels
Coördinatie: W. Herremans
Senior experts:
M. Goos (onderzoekslijn 1)
W. Van Trier (onderzoekslijn 2)
S. De Winne (onderzoekslijn 3)
J. Bollens (onderzoekslijn 4)
C. Gijselinckx (onderzoekslijn 5)
3
De onderzoekslijnen worden aangestuurd door een in fundamenteel én beleidsvoorbereidend
onderzoek ervaren co-promotor (prof. dr. Joep Konings, prof. dr. Dimitri Mortelmans, prof. dr.
Ans De Vos, prof. dr. Ides Nicaise en prof. dr. Josse Van Steenberge) en ondersteund door
senior experten. Deze senior experten komen veelal uit partnerinstellingen uit het consortium.
2.
Achtergrondinformatie
Het jaarplan en het financieel plan voor 2007 moeten tegen de achtergrond van de
langetermijnopdrachten en structuur van het Steunpunt WSE (cf. punt 1. Algemene beschrijving)
gelezen worden. Hoewel naar maximale afstemming en integratie gestreefd wordt tussen de Unit
Data-Ontwikkeling en de onderzoekslijnen enerzijds en tussen de onderzoekslijnen anderzijds,
werken de verschillende eenheden autonoom. De doelstellingen, werkpakketten, activiteiten en
financiële implicaties zullen hierna dan ook per eenheid beschreven worden.
De beschrijving hieronder is beknopt. We verwijzen naar het meerjarenplan 2007-2011 waarin
reeds uitvoerig aandacht besteed werd aan de projecten die elke eenheid zal uitvoeren gedurende
de looptijd van het Steunpunt WSE.
3.
Doelstellingen 2007
3.1.
Unit Data-Ontwikkeling
De continue en centrale doelstelling van de Unit Data-Ontwikkeling van het Steunpunt WSE is
drieledig: (1) het ontwikkelen en ondersteunen van een geïntegreerd arbeidsmarktstatistiekmodel,
(2) de inhoudelijke en methodologische ondersteuning van de onderzoekspijlers van het
Steunpunt WSE bij de ontsluiting van nieuwe en bestaande statistische bronnen en de
ontwikkeling van indicatoren, (3) de ondersteuning van externe gebruikers (beleidsactoren,
wetenschappelijke instellingen, administraties) bij hun zoektocht naar de meest geschikte
arbeidsmarktinformatie en bij de correcte interpretatie van deze informatie.
Daarnaast heeft de Unit Data-Ontwikkeling tot doelstelling een aantal lopende projecten van het
vroegere Steunpunt WAV af te werken. Het gaat om projecten die een noodzakelijke input
leveren voor het innoveren van de arbeidsmarktmonitoring en statistiekontsluiting. Deze
projecten vallen echter buiten de financiering van het Steunpunt WSE.
Het is de bedoeling dat in 2007 alle activiteiten en/of structuren nodig voor het behalen van deze
doelstellingen opgestart worden. Het betreft zowel de continuering van activiteiten opgestart
door het vroegere Steunpunt WAV als nieuwe activiteiten (zie punt 3. Werkpakketten voor
concrete activiteiten).
3.2.
Onderzoekslijn 1: Evoluties in vraag en aanbod op de arbeidsmarkt
De onderzoekslijn ‘Evoluties in vraag en aanbod op de arbeidsmarkt’ legt zich toe op
langetermijnonderzoek naar de determinanten van jobcreatie en -destructie op de Vlaamse
arbeidsmarkt en de gevolgen voor de banenstructuur en de kwalitatieve structuur van de
werkgelegenheid. De uitvoering van volgende projecten wordt tot doel gesteld: (1) Kwantitatieve
veranderingen in de Vlaamse en Belgische banenstructuur; (2) (Determinanten van) jobcreatie en
–destructie in industrie en dienstverlening in Vlaanderen en België; (3) Kwalitatieve
veranderingen in de Vlaamse en Belgische banenstructuur.
Het is de bedoeling dat in 2007 de werkzaamheden voor project (1) opgestart worden.
4
3.3.
Onderzoekslijn 2: Kwaliteit van banen en loopbanen
Onderzoekslijn 2 ‘Kwaliteit van banen en loopbanen’ stelt zich tot doel onderzoek te verrichten
naar veranderingen in loopbaanpatronen en de determinanten en gevolgen van loopbaantransities
(zowel op de Vlaamse en Belgische arbeidsmarkt als in Europees vergelijkend perspectief). De
vooropgestelde projecten zijn (1) Identificatie van criteria voor onderzoek naar
loopbaantransities en –patronen; (2) Beschrijving en verklaring van loopbaanpatronen; (3)
Internationale vergelijking van loopbaanpatronen en factoren die loopbaanpatronen bepalen; (4)
Ontwikkeling van een loopbaanpanel en verzameling van longitudinale loopbaangegevens.
Het is de bedoeling dat in 2007 gestart wordt met de werkzaamheden voor project (2).
3.4.
Onderzoekslijn 3: Competentiegebaseerde arbeidsmarkt
Onderzoekslijn 3 ‘Competentiegebaseerde arbeidsmarkt’ stelt expertise ter beschikking op het
domein van competentieontwikkeling en -management. Om de expertise van de
onderzoeksgroep verder te ontwikkelen, wordt het uitvoeren van volgende projecten als doel
vooropgesteld: (1) Policy Benchmarking en policy assessment in de EU15 (niveau van beleid:
gericht op permanente kwaliteitscontrole van het bestaande institutionele kader); (2) Best
practices in competentiemanagement: een barometer voor het bedrijfsleven (niveau van
organisaties: gericht op versterking competentiemanagement in organisaties); (3) Motieven van
stakeholders in en om arbeidsorganisaties bij competentieontwikkeling en levenslang leren
(niveau van actoren: gericht op het versterken van draagvlak bij de bij competentieontwikkeling
betrokken actoren); (4) Non-formeel en informeel leren op de werkplek (niveau van leervormen:
gericht op versterking competentiemanagement in organisaties/ontwikkeling van nieuwe
indicatoren); en (5) Effectevaluatie van instrumenten voor versterking van inzetbaarheid (niveau
van individuele loopbanen: gericht op versterking van instrumenten van loopbaandienstverlening,
outplacement en erkenning van competenties).
Het is de bedoeling dat in 2007 gestart wordt met de werkzaamheden voor de projecten (1), (2),
(4) en (5).
3.5.
Onderzoekslijn 4: Activerend arbeidsmarktbeleid
De onderzoekslijn activerend arbeidsmarktbeleid wil gedegen wetenschappelijk onderzoek
uitvoeren m.b.t. het Vlaamse activeringsbeleid. Op die manier kunnen inzichten ontstaan en
resultaten beschikbaar gesteld worden die bijdragen tot de optimalisering van dit beleid. In
functie hiervan wordt de uitvoering van volgende projecten tot doel gesteld: (1) Nettoeffectiviteit correct meten; (2) Bepalen van mogelijke differentiële effectiviteit; (3) Optimale
timing van interventie in het individuele werkloosheidstraject; (4) Kosten en baten van
activeringsmaatregelen; en (5) Effectevaluatie vanuit een macroperspectief bekeken (Wat kan
gezegd worden over de externe validiteit van de gemeten netto-effecten?; Wat kan gezegd worden over substitutie- of
verdringingseffecten en ‘dead weight’-effecten?; In welke mate varieert de netto-effectiviteit met de fase van de
conjunctuurcyclus? In geval van variatie, is er dan sprake van een differentieel effect, afhankelijk van de
kenmerken van de deelnemers? ).
In 2007 zal gestart worden met de werkzaamheden voor alle projecten.
3.6.
Onderzoekslijn 5: Sociale economie
De onderzoeksgroep ‘Sociale economie’ ondersteunt de opbouw van een monitoringsysteem
voor de sociale economie en verricht onderzoek naar het belang van innovaties in de sociale
economie, de relatie tussen reguliere en sociale economie en de juridische omkadering van de
sociale economie. De uitvoering van volgende projecten wordt tot doel gesteld: (1) Ontwikkeling
van een monitoringsysteem voor de sociale economie in Vlaanderen; (2) Organisatie en
ontwikkeling van de sociale economie; (3) Effecten van de sociale economie op de tewerkstelling
5
en loopbanen van doelgroepwerknemers; en (4) Juridische aspecten eigen aan de sociale
economie.
In 2007 zullen de werkzaamheden gestart worden voor projecten (1), (2) en (4).
6
4.
Werkpakketten en activiteiten 2007
Onderstaande tabellen geven voor elke eenheid een overzicht van de verschillende werkpakketten voorzien voor 2007. Vervolgens wordt per werkpakket een
overzicht gegeven van de verschillende activiteiten en per activiteit van (1) de initiator, (2) de doorlooptijd, (3) het aantal persoonsmaanden, (4) de voorziene output
(indien gepland, cf. meerjarenprogramma), (5) de datum waarop de output afgeleverd wordt, (6) de mijlpalen (indien gepland, cf. meerjarenprogramma).
De output en leverdatum zullen strikt opgeleverd respectievelijk nageleefd worden onder voorbehoud van het vinden van geschikt personeel.
4.1. Unit Data-Ontwikkeling
Werkpakket
Activiteit
Initiator
WP 1: Geïntegreerd
arbeidsmarktstatistiekm
odel arbeidsrekeningen
Raming beroepsbevolking
2005 WAV-methode
Ontwikkeling basismodel
arbeidsrekening
FETEW –
K.U.Leuven
FETEW –
K.U.Leuven
Doorloo Pers.Output
p-tijd in
maanden
maanden
2
2
Cijfferrubriek website, toelevering
aan derden
12
15
Conceptueel model van
arbeidsrekening, opgeleverd in
themakatern van Over.werk,
Seminarie met statistiekinstellingen en federale actoren
4
3
Cijfferrubriek website, toelevering
aan derden
Leverdatum
Mijlpaal
Februari
2007
Over.werk
nr 1 2008
Meetings
werkgroep
Meetings
Werkgroep
Ongoing
Meetings
Werkgroep
December
2007
Meetings
Werkgroep
Ongoing
Meetings
Werkgroep
Ongoing
Over.werk
E-zines
WP 2: Geïntegreerd
arbeidsmarktstatistiekm
odel - boordtabellen
Update cijferrubriek
WAV-website
FETEW –
K.U.Leuven
Ontwikkeling basismodel
boordtabellen
FETEW –
K.U.Leuven
12
10,84
WP 3: Dataontwikkeling / uitbouw
expertisecentrum
Ontsluiten
statistiektoepassingen
FETEW –
K.U.Leuven
12
6
Netwerking,
ondersteuning,
FETEW –
K.U.Leuven
12
4
7
Conceptueel model van twee
boordtabellen, aangevuld met
statistische invulling,
Oplevering op website en aan
Werkgroep Monitoring
Actieve rol gebruikersgroepen,
databeheer, indicatoren,
rapportering
Website, Over.Werk, E-zine /
arbeidsmarktflits, helpdesk /
9/2007
informering
WP 4:
kortetermijnopdrachten
WP 5: Lopende
projecten overgenomen
van Steunpunt WAV (*)
Indicatorenset Vlaams
arbeidsmarktmodel in
Europees perspectief
Doorlichting
meetinstrumenten
opleidingsinvesteringen
Documentering (Agora
AG/115)
FETEW –
K.U.Leuven
2
2
FETEW –
K.U.Leuven
2
3
Datawarehouse FAO
(Agora AG/113)
E-government (Agora
AG/095)
Panel RVA (Agora
AG/108)
Genderzakboekje
FETEW
K.U.Leuven
FETEW
K.U.Leuven
FETEW
K.U.Leuven
FETEW
K.U.Leuven
FETEW
K.U.Leuven
European Employment
Observatory (Sysdem
Network)
hotline
WSE congres eindeloopbaan /
twee jaar generatiepact
Set van indicatoren / input voor
boordtabel
December
2007
April 2007
Methodologisch rapport / input
voor boordtabel
Oktober
2007
Werkgroep
Oplevering
Meetings
Werkgroep
FETEW
- 12
K.U.Leuven
- 2
- 6
- 12
- 12
- 12
(*) Deze opdrachten vallen buiten het bestek van de WSE-financiering, maar leveren wel relevante input ter ondersteuning van de hogervermelde activiteiten.
4.2. Onderzoekslijn 1: Evoluties in vraag en aanbod op de arbeidsmarkt
Werkpakket
Activiteit
Initiator
Pers.Output
maanden
Leverdatum
FETEW – K.U.Leuven
Doorlooptijd in
maanden
8
WP 6: Kwantitatieve
veranderingen in de
Vlaamse en Belgische
banenstructuur
Uitwerking literatuuroverzicht en
dataverzameling
8
Steunpunt WSE
rapport
FETEW – K.U.Leuven
6
6
Programmatuur
septem
ber
2007
Ongoin
Opbouw van database en zoeken
8
Mijlpaal
Meetings
van alternatieve databronnen
voor
datavoorbereidi
ng
g
met unit
DO
4.3. Onderzoekslijn 2: Kwaliteit van banen en loopbanen
Werkpakket
Activiteit
Initiator
WP 7: Beschrijving en
verklaring van
loopbaanpatronen
In kaart brengen van feitelijke
loopbaanpatronen in Vlaanderen
en trends in loopbaanpatronen
FETEW – K.U.Leuven
Doorlooptijd in
maanden
9
Pers.Output
maanden
Leverdatum
Mijlpaal
5,76
Januari
2008
Meetings
werkgroe
p
Pers.Output
maanden
Leverdatum
Mijlpaal
3
Steunpunt WSE
rapport
Januari
2008
Meetings
werkgroe
p
Bedrijvenpanel
Vragenlijst
Verslagen eerste
cases
September
2007
December
2007
Overzicht
indicatoren en
instrument voor
in kaart brengen
van nonformeel en
informeel leren
Steunpunt WSE
Augustus
2007
Steunpunt WSE
rapport
4.4. Onderzoekslijn 3: Competentiegebaseerde arbeidsmarkt
Werkpakket
Activiteit
Initiator
WP 8: Policy
benchmarking en policy
assessment in EU-15
WP 9: Best practices in
competentiemanagement
: een barometer voor het
bedrijfsleven
Internationale benchmarking en
assessment van beleidsmaatregelen
FETEW – K.U.Leuven
Doorlooptijd in
maanden
12
Selectie bedrijvenpanel en
ontwikkeling bevragingsinstrument
Afname golf 1 (deelgroep 1; n=10)
VLGMS
4
4
4
4
WP 10: Non-formeel en
informeel leren op de
werkplek
Cartografie van werkplekleren in
Vlaanderen: theorie en praktijk
Faculteit Psychologie en
Pedagogische
Wetenschappen –
K.U.Leuven
6
6
Bevordering respectievelijk
Faculteit Psychologie en
6
6
9
December
Meetings
werkgroe
p
Focus-
WP 11: Effectevaluatie
van instrumenten gericht
op versterking van
inzetbaarheid
inpassing van werkplekleren in
arbeidsorganisaties in het
strategisch VTO en
competentiegericht
(personeels)beleid
Panelgesprekken met relevante
actoren
Pedagogische
Wetenschappen –
K.U.Leuven
rapport met
beleidsaanbev.
afgetoetst in een
focusgroep
2007
groep
2
2
Steunpunt WSE
rapport met
beleidsaanbev.,
remediërende
acties
Pers.Output
maanden
Leverdatum
Mijlpaal
5
Steunpunt WSE
rapport
10/2007
Meeting
werkgroe
p
12/2007
Meeting
werkgroe
p
Mijlpaal
4.5. Onderzoekslijn 4: Activerend arbeidsmarktbeleid
Werkpakket
Activiteit
Initiator
WP 12: Netto-effectiviteit
correct meten
Uitwerking literatuurstudie m.b.t.
schatten netto-effectiviteit
arbeidsmarktprogramma’s
Gegevensaanvraag VDAB
Gegevensaanvraag KSZdatawarehouse
Bestandsbewerking
Meten van effecten van
activeringsmaatregelen op basis
van RVA-panel
HIVA
Doorlooptijd in
maanden
8
HIVA
HIVA
2
8
0,25
0,75
-
HIVA
HIVA
4
5
0,5
0,5
Steunpunt WSE
rapport
WP 13: Ad-hoc
opdrachten
4.6. Onderzoekslijn 5: Sociale economie
Werkpakket
Activiteit
Initiator
WP 14: Monitoring
Ontwikkeling monitor + survey
HIVA
Doorlooptijd in
maanden
9
10
Pers.maanden
Output
Leverdatum
6
Technisch rapport
03/2008
WP 15: Organisatie en
ontwikkeling
WP 16: Juridische
aspecten
Literatuurstudie. Afbakening
sector.
Praktijkonderzoek juridische
statuten
UA
6
6
Steunpunt WSE rapport
12/2007
UA
6
6
Steunpunt WSE rapport
12/2007
11
5.
Gantt charts 2007
De Gantt charts (zie ‘Bijlage Gantt charts’) geven een visuele voorstelling van de doorlooptijd per
werkpakket en activiteit. Ze zijn gebaseerd op de tabellen uit punt 4.
6.
Management
6.1. Organigram en algemeen management
Het Steunpunt WSE is een consortium van de Katholieke Universiteit Leuven, Universiteit
Antwerpen, Lessius Hogeschool Antwerpen en Vlerick Leuven Gent Management School. De
diverse entiteiten binnen deze instellingen (Faculteit ETEW, Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen en HIVA aan de K.U.Leuven, de Faculteiten Sociale en Politieke Wetenschappen en Rechten aan de Universiteit Antwerpen, het Departement Handelswetenschappen
aan de Lessius Hogeschool en het Competentiecentrum Mens & Organisatie aan de Vlerick
Leuven Gent Management School) bezitten samen de nodige expertise, infrastructuur en competenties om het Steunpunt WSE inhoudelijk en methodologisch gestalte te geven. Deze
expertise wordt verder gegarandeerd door de integratie van het bestaande Steunpunt Werkgelegenheid, Arbeid, Vorming (WAV) in het nieuwe Steunpunt WSE. Onderstaande figuur
herneemt de structuur van het Steunpunt WSE.
Stuurgroep Strategisch
Arbeidsmarktonderzoek
Directiecomité
Hoofdpromotor
L. Sels, Fac. ETEW K.U.Leuven
Co-promotor 1
Co-promotor 2
Co-promotor 3
Co-promotor 4
Co-promotor 5
J. Konings
KUL
D. Mortelmans
UA
A. De Vos
Vlerick LGMS
I. Nicaise
HIVA
J. Van Steenberge
UA
Evoluties in vraag
en aanbod op de
arbeidsmarkt
Kwaliteit van banen
en loopbanen
Competentiegebaseerde
arbeidsmarkt
Activerend
arbeidsmarktbeleid
Sociale
economie
Senior experts:
M. Goos (KUL)
L. Sels (KUL)
Senior experts:
A. Forrier (L.H.)
L. Sels (KUL)
W. Van Trier (Sonar)
Senior experts:
H. Baert, L. Sels (KUL)
S. De Winne (L.H.)
I. Vanhoren (HIVA)
Senior experts:
J. Bollens (HIVA)
Senior experts:
I. Nicaise (HIVA)
C. Gijselinckx (HIVA)
W. Van Trier (Sonar)
Unit DATA-ONTWIKKELING
Promotor: L. Sels
Coördinatie: W. Herremans
Senior experts:
M. Goos (onderzoekslijn 1)
W. Van Trier (onderzoekslijn 2)
S. De Winne (onderzoekslijn 3)
J. Bollens (onderzoekslijn 4)
C. Gijselinckx (onderzoekslijn 5)
De belangrijkste organisatieprincipes zijn:
1. Sterke integratie tussen en binnen pijlers. De onderzoekslijnen worden aangestuurd door
een in fundamenteel én beleidsvoorbereidend onderzoek ervaren co-promotor en ondersteund door senior experten. Deze senior experten komen veelal uit partnerinstellingen uit
het consortium. Op die manier wordt maximale inhoudelijke afstemming bevorderd en verkokering van de onderzoeksgroepen vermeden. De Unit Data-Ontwikkeling is het ‘hart’ van
12
het Steunpunt WSE en draagt door zijn ondersteunende functie van de onderzoekslijnen bij
tot maximale integratie en interne consistentie. De Unit Data-Ontwikkeling wordt op zijn
beurt ondersteund door inhoudelijke experten van de onderzoekslijnen.
2. Sterke centrale coördinatie. Het Steunpunt staat onder leiding van een hoofdpromotor,
prof. dr. Luc Sels (Faculteit ETEW, K.U.L.), die de eindverantwoordelijkheid opneemt en
het aanspreekpunt is voor opdrachtgever, co-promotoren en universitaire administraties en
onderzoekscoördinatie. De hoofdpromotor zal ook de vertegenwoordiging van het
Steunpunt WSE in de VIONA Stuurgroep opnemen. Hij is verantwoordelijk voor de
algemene coördinatie binnen het Steunpunt WSE en de afstemming met andere
Steunpunten. Hij wordt in deze opdracht bijgestaan door de coördinator van de Unit Dataontwikkeling.
3. Gedeelde verantwoordelijkheid. Hoofdpromotor en coördinator maken samen met de 5
co-promotoren deel uit van het Directiecomité. Dit comité heeft volgende opdrachten: (1)
coördinatie tussen de onderzoekslijnen onderling en met de Unit Data-ontwikkeling, (2)
inhoudelijke programmatie voor een volgend werkingsjaar, (3) bewaking van financiën en
middelenallocatie, (4) fijnstelling van jaarbegrotingen, (5) opstelling en validering van rapportering aan de opdrachtgever, (6) planning van collectieve publicaties en producten, (7)
organisatie van de kwaliteitsbewaking binnen het Steunpunt WSE. Dit directiecomité opereert en beslist als een college. De leden zijn niet enkel vertegenwoordigers van hun onderzoekslijn, maar worden geacht beslissingen te nemen in het belang van het WSE-collectief.
4. Maximale kennisdeling en –integratie. Vanuit het Directiecomité worden de
onderzoekslijnen op een sterk uniforme wijze aangestuurd. Het Directiecomité hanteert
daartoe één centraal planningsschema dat telkens de kortetermijn opdrachten, deadlines en
‘to do’s’ per entiteit specificeert. Op die manier wordt ook maximale transparantie binnen het
Steunpunt WSE gecreëerd. Bovendien wordt de kennisintegratie versterkt door de installatie
van één WSE-intranet (via de WSE-website) dat door alle partners gebruikt kan worden voor
de opvolging van de agenda, het delen van bestanden en documenten, het uitwisselen van
informatie en resultaten met het oog op kwaliteitsbewaking.
5. Eenduidige relatie met de opdrachtgever. De formele afstemming met de opdrachtgever
verloopt via de bestaande Stuurgroep Strategisch Arbeidsmarktonderzoek. De hoofdpromotor van het Steunpunt WSE maakt deel uit van deze Stuurgroep. Omgekeerd kan de
VIONA-coördinator uitgenodigd worden op het WSE-Directiecomité in functie van tussentijdse afstemming. De Stuurgroep staat in voor de beoordeling van de beleidsmatige relevantie en de goedkeuring van de programmatie van het Steunpunt WSE. Ze formuleert
suggesties voor bijsturing. Bij elke vergadering van de Stuurgroep worden de voortgang van
de WSE-activiteiten en de belangrijkste beslissingen van het Directiecomité gerapporteerd.
6.2. Personeelsbezetting en HR beleid
Personeelsbeleid:
- Voor het centrale beheer en dagelijkse management zal, naast de hoofdpromotor en centrale
coördinator, één voltijdse administratieve kracht ingezet worden (overgenomen van het
lopende Steunpunt WAV). Deze werkt onder toezicht van de hoofdpromotor en wordt
tewerkgesteld volgens de voorwaarden en het HR beleid die gelden voor administratief personeel aan de K.U.Leuven. Gezien de affiliatie van de hoofdpromotor aan de Faculteit ETEW
zal deze administratieve kracht op gelijke voet met het facultaire ATP behandeld worden,
gebruik kunnen maken van de ondersteuning door de facultaire diensten (bv. onderzoekscoördinatoren, financiële antenne) en volop kunnen participeren in de kansen die op facultair
niveau voor loopbaanontwikkeling gecreëerd worden.
- De medewerkers van de Unit Data-Ontwikkeling worden aangestuurd door een voltijdse
coördinator en rapporteren hiërarchisch aan de WSE-hoofdpromotor. Ze hebben een statuut
van wetenschappelijk medewerker en worden tewerkgesteld volgens de voorwaarden en het
13
HR beleid die gelden aan de K.U.Leuven. Gezien de affiliatie van de hoofdpromotor aan de
Faculteit ETEW, worden deze medewerkers volwaardige personeelsleden van de Faculteit
ETEW van K.U.Leuven. Zij komen daarbij onder het personeelsbeleid dat in het Onderzoekscentrum Personeel & Organisatie van deze Faculteit gehanteerd wordt. Dit personeelsbeleid wordt gekenmerkt door o.a.: (1) jaarlijkse op competentieontwikkeling gerichte functioneringsgesprekken (twee maal per jaar voor personeelsleden die hun laatste contractjaar
ingaan); (2) uitgebreide mogelijkheden tot verdere competentieontwikkeling, zowel intern (bv.
cursussen academisch Engels en rapporteren, op methodologie gerichte doctoraatsopleiding
van FETEW) als extern; (3) stimulering van kennisdeling via actief co-auteurschap, deelname
aan interne workshops; (4) actieve stimulering tot deelname aan gerenommeerde conferenties
door een ‘fonds actieve deelname’ en tot wetenschappelijk publiceren middels een publicatiefonds.
- De medewerkers van de vijf Onderzoekslijnen worden tewerkgesteld aan de voorwaarden
en het HR beleid die gelden aan de instelling waartoe hun promotor behoort. Het Directiecomité belegt regelmatig lunch seminars waar de onderzoekers uit de verschillende entiteiten
mekaar kunnen ontmoeten en hun resultaten kunnen delen. Belangrijk is het creëren van een
stimulerende omgeving. De wetenschappelijk medewerkers moeten zich ten volle met het
Steunpunt WSE kunnen identificeren, maar ook met de instelling waarin ze werken. Daarom
zal interactie met andere personeelsleden van de participerende instellingen maximaal
bevorderd worden. Met het oog op retentie van expertise zullen de co-promotoren gestimuleerd worden om een geloofwaardig carrièrepad met promotie tot senior wetenschappelijk
medewerker uit te tekenen voor de WSE-medewerkers (deels in de budgetten voorzien),
indien gewenst met perspectief op een academische loopbaan na het Steunpunt. Er wordt
binnen WSE bewust gemikt op een mix van medewerkers op doctoraatstrajecten en senior
medewerkers die op erg korte termijn hun expertise kunnen ter beschikking stellen. De trend
naar heterogene doctoraten, bestaande uit meerdere afzonderlijke wetenschappelijke publicaties, maakt dat de investering in intensieve kennisopbouw in een doctoraatstraject niet ten
koste moet gaan van flexibiliteit.
Personeelsplanning:
- De coördinator van de Unit Data-Ontwikkeling en de centrale administratieve kracht van
het Steunpunt WSE worden aangesteld voor de volledige looptijd van het Steunpunt WSE.
Gezien hun ruime expertise binnen het Steunpunt WAV is dit een te rechtvaardigen keuze.
- De pijler monitoring wordt na de eerste twee jaar geleidelijk afgeslankt (beperking tot kerntaken innovatie en kritische duiding). De Unit Data-Ontwikkeling stelt gedurende de eerste
twee steunpuntjaren 4 FTE tewerk op de WSE-financiering (aangevuld tot 6,5 FTE met
financiering uit o.a. lopende AGORA-projecten). Vanaf jaar 3 wordt overgestapt op 2,8 FTE.
Deze afbouw is bij aanvang reeds gepland. Enkele medewerkers krijgen een overeenkomst
voor twee jaar, voor sommige is mits een gunstige evaluatie transfer naar één van de van de
onderzoekslijnen voorzien. De medewerkers van de Unit Data-Ontwikkeling hebben een
statuut van wetenschappelijk medewerker.
- De personeelsinzet voor de vijf onderzoekslijnen varieert naargelang de omvang van de
onderzoeksopdrachten en de piekbelastingen in deze onderzoeksopdrachten. Het aantal en
statuut van de medewerkers alsook eventuele vervangingen worden bepaald door de co-promotoren (na afstemming met het Directiecomité) in functie van het beschikbare budget. Bij
de personeelsbezetting wordt bewust een evenwicht gezocht tussen stabiliteit en flexibiliteit
(in functie van een wijzigende beleidsagenda).
6.3. Financieel beheer
De centrale uitgangspunten m.b.t. het financieel beheer, zijn:
1. Het budget van het Steunpunt WSE wordt ondergebracht bij de hoofdpromotor en beheerd
door hoofdpromotor en centrale coördinator. Voor de financiering van de verschillende
onderzoekslijnen wordt gewerkt met door elke co-promotor autonoom te beheren
deelbudgetten.
14
2. Elke co-promotor in het consortium spant zich maximaal in om het indicatief jaarbudget te
verruimen door aanvullende prospectie (bv. in het kader van AGORA, FWO, Wetenschapsbeleid, onderzoekstoelagen van de universiteiten e.d.). Met andere woorden, het Steunpunt
WSE wordt opgebouwd met de voorziene basisfinanciering, maar elke onderzoekslijn draagt
de verantwoordelijkheid haar enveloppe te verruimen met complementaire financiering om
op die manier het draagvlak voor Vlaams beleidsvoorbereidend arbeidsmarktonderzoek te
versterken.
3. Elke instelling binnen het consortium voert een eigen boekhouding m.b.t. het deelbudget
waarvoor zij verantwoordelijk is. Deze deelboekhoudingen zullen geconsolideerd worden in
een centrale boekhouding van het Steunpunt WSE. Deze consolidatie zal volledig binnen de
K.U.Leuven (FETEW) gebeuren. Er bestaat geen probleem om de boekhouding van het
Steunpunt WSE gescheiden te houden van andere activiteiten van de K.U.Leuven (FETEW)
gezien er voldoende ervaring is met voorgaande projecten waar tevens de vereisten van een
aparte boekhouding, budget, verlies- en winstrekening, gesteld werden.
4. Er wordt gewerkt met een 5-jaren begroting (cf. deel 3 voor detailbegroting), die jaarlijks
wordt herzien. Op het einde van het jaar wordt een formele evaluatie van de financiële resultaten gemaakt en overgedragen aan de opdrachtgever.
6.4. Kwaliteitscontrole
Het Steunpunt WSE staat garant voor de kwaliteit van de output en interne processen.
Inputcontrole. De belangrijkste vorm van kwaliteitscontrole is de controle van de input. Dit
betekent in de eerste plaats dat de hoofdpromotor en co-promotoren, die optreden als eindverantwoordelijken, beschikken over de nodige kennis, expertise en vaardigheden om het voorgestelde meerjarenprogramma (deel 3) inhoudelijk gestalte te geven. Zoals duidelijk blijkt uit deel 4
hebben zowel de hoofdpromotor als de co-promotoren de vereiste kwalificaties (cf. doctoraat,
publicaties), ervaring (cf. voorgaande beleidsvoorbereidende en andere projecten) en methodologische expertise (cf. inhoudelijke luiken). Ze kunnen tevens terugvallen op een uitgebreid netwerk
van contacten bij overheidsinstanties, sociale partners en bedrijfswereld. Zij behoren tevens tot
gerespecteerde onderzoeksnetwerken met zowel nationale als internationale vertakkingen. Bij het
aanwerven van onderzoekers zal bijzondere aandacht besteed worden aan hun expertise en ervaring in het uitvoeren van onderzoek. Indien nodig, zullen ze opleidingen volgen. Voor de Unit
Data-Ontwikkeling wordt de reeds aanwezige expertise uit het Steunpunt WAV overgenomen,
o.a. ervaring met de ontwikkeling van arbeidsrekeningen, met het datawarehouse, etc. De inputcontrole wordt verder versterkt door de organisatie van een jaarlijkse WSE conferentie met
internationaal gerenommeerde sprekers waar de expertise van WSE kan afgetoetst worden aan
internationale standaarden.
Procescontrole. Procescontrole verwijst naar de maatregelen die zullen genomen worden om de
activiteiten van het Steunpunt op te volgen terwijl ze uitgevoerd worden. Op centraal niveau zal
het directiecomité hier een belangrijke rol spelen (cf. supra), meer bepaald bij de bespreking van
de voortgang van de activiteiten en eventuele problemen die zich daarbij stellen. Wat het dagelijkse management betreft, zal de centrale coördinator de activiteiten van de Unit Data-Ontwikkeling op regelmatige en formele manier opvolgen, terwijl de co-promotoren de voortgang van
de projecten voor hun rekening nemen. Zij zullen bijzondere aandacht besteden aan het garanderen van de wetenschappelijke standaarden en de beleidsrelevantie van het uitgevoerde onderzoek.
De beleidsrelevantie van de activiteiten wordt tevens afgetoetst bij de Stuurgroep Strategisch
Arbeidsmarktonderzoek.
Outputcontrole. Het Steunpunt WSE heeft een belangrijke dienstverlenende functie. In functie
van de valorisatie van de resultaten naar de buitenwereld en verdere netwerkversterking, wordt
Over.Werk in een aangepast format (o.a. een afzonderlijke thematische katern verzorgd door de
onderzoekslijnen) gecontinueerd. Producten die aanleunen bij de monitoringfunctie, worden
zoveel mogelijk via de WSE-website aangeboden. Er wordt verder een eigen reeks van WSE-
15
reports uitgewerkt, als kanaal voor publicatie van onderzoeksresultaten en beleidsstandpunten.
Deze worden elektronisch aangeboden via de WSE-website.
De outputcontrole vindt daarnaast op meerdere manieren plaats. Vooreerst is organisatorisch
voorzien in een sterke verankering van expertise, o.a. door de toevoeging van senior experts aan
de onderzoekslijnen. Zij nemen hoofdzakelijk de outputcontrole op de resultaten van de junior
medewerkers voor hun rekening. Dit moet ten tweede versterkt worden door inspanningen op
het vlak van kennisdeling (cf. supra: intranet en interne WES-seminars). Ten derde worden de
medewerkers van WSE ook volwaardig ingeschakeld in de reguliere workshopkanalen van de
deelnemende partners (bv. CES workshops en TEW workshops in Faculteit ETEW Leuven,
lunch seminars op HIVA, etc.). Ten vierde worden medewerkers sterk gestimuleerd hun resultaten voor externe validering te presenteren op nationale en internationale conferenties en de
wetenschappelijke kwaliteit af te toetsen bij nationale en internationale journals. Ten vijfde staat
de Stuurgroep Strategisch Arbeidsmarktonderzoek in voor de outputcontrole op het vlak van
beleidsrelevantie.
6.5. Logistiek beheer
Het Steunpunt WSE heeft één centrale locatie, nl. deze van het vroegere Steunpunt WAV. Zowel
de coördinator als de door hem aangestuurde Unit Data-Ontwikkeling worden daar gehuisvest.
Dit geldt eveneens voor de medewerkers van in Leuven gevestigde onderzoeksequipes. Zowel de
centrale locatie als de in het verleden opgebouwde reputatie van het Steunpunt WAV zullen
bijdragen tot de bekendheid van het Steunpunt WSE. De medewerkers die in de
onderzoekslijnen ingezet worden, worden gehuisvest bij de co-promotor. Op de centrale locatie
wordt tevens gewerkt met een shared office waar deze medewerkers de databanken van WSE
kunnen raadplegen en kunnen samenwerken met de medewerkers van de Unit Data-Ontwikkeling.
7.
Begroting
Zie bijhorende excelfile ‘Begroting Steunpunt Werk en Sociale Economie’.
16