EersteHulpverlener Instructeur: Wilma Hendriks ©PyoGeniC 1 HOOFDSTUK 1 VIJF BELANGRIJKE PUNTEN BIJ HET VERLENEN VAN EERSTE HULP ©PyoGeniC 2 VOORAF Beoordeel de situatie: pas op voor aantal slachtoffers soort ongeval houding slachtoffer slachtoffer loopt, zit, staat of ligt slachtoffer maakt veel, weinig of geen herrie ©PyoGeniC ontploffing van airbags! 3 1.1 VIJF BELANGRIJKE PUNTEN BIJ HET VERLENEN VAN EERSTE HULP 1. Let op gevaar: ©PyoGeniC persoonlijke veiligheid veiligheid omstanders veiligheid slachtoffer 4 1.2 VIJF BELANGRIJKE PUNTEN BIJ HET VERLENEN VAN EERSTE HULP 2. Ga na wat er gebeurd is en wat iemand mankeert: ©PyoGeniC controleer het bewustzijn controleer de ademhaling controleer de bloedsomloop onderzoek plaatselijke letsels 5 1.3 VIJF BELANGRIJKE PUNTEN BIJ HET VERLENEN VAN EERSTE HULP 3. Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting ©PyoGeniC 6 1.4 VIJF BELANGRIJKE PUNTEN BIJ HET VERLENEN VAN EERSTE HULP 4. Zorg voor professionele hulp: ©PyoGeniC identiteit melder mobiele telefoon: plaats van het ongeval 1-1-2 wat is er gebeurd aantal slachtoffers de leeftijd van het slachtoffer (kind) wat mankeert het slachtoffer 7 1.5 VIJF BELANGRIJKE PUNTEN BIJ HET VERLENEN VAN EERSTE HULP 5. Help het slachtoffer op de plaats waar hij ligt of zit In nood: ©PyoGeniC noodvervoersgreep van Rautek wegslepen aan benen ondersteunend verplaatsen 8 VIJF BELANGRIJKE PUNTEN BIJ HET VERLENEN VAN EERSTE HULP ©PyoGeniC 1. Let op gevaar 2. Ga na wat er gebeurd is en wat iemand mankeert 3. Stel het slachtoffer gerust en zorg voor beschutting 4. Zorg voor professionele hulp 5. Help het slachtoffer op de plaats waar hij ligt of zit 9 1.6 EMOTIONELE REACTIES blijf niet rondlopen met niet verwerkte emoties verleen alleen hulp die u beheerst en die u aankunt ©PyoGeniC 10 1.7 BESMETTING HIV, HEPATITIS-B, HEPATITIS-C Preventieve maatregelen: hygiëne handschoenen beademingsmasker ©PyoGeniC 11 PRAKTISCHE OEFENINGEN ©PyoGeniC noodvervoersgreep van Rautek liggend vanuit een stoel wegslepen aan benen ondersteunend verplaatsen 12 HOOFDSTUK 2 DE VITALE FUNCTIES hersenfunctie, ademhaling en bloedsomloop oorzaken stoornissen in de vitale functies gevolgen stoornissen in de vitale functies ©PyoGeniC 13 2.1 DE VITALE FUNCTIES hersenfunctie ademhaling ©PyoGeniC bloedsomloop 14 2.2 OORZAKEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES 1. geheel of gedeeltelijk afgesloten luchtweg 2. onvoldoende werking van de longen 3. onvoldoende werking van het hart 4. onvoldoende bloed in de bloedvaten 5. gestoorde sturing vanuit de hersenen ©PyoGeniC 15 2.2 OORZAKEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES 1. Geheel of gedeeltelijk afgesloten luchtweg ©PyoGeniC bloed, braaksel of speeksel de tong een vreemd voorwerp zwelling ophanging of wurging astma 16 2.2 OORZAKEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES 2. Onvoldoende werking van de longen oppervlakkig ademen bij pijn door gebroken ribben een doordringende borstwond verdrinking of bedelving beschadiging van de hersenen of ruggenmerg stoornissen in de bloedsomloop ©PyoGeniC 17 2.2 OORZAKEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES 3. Onvoldoende werking van het hart een hartinfarct of stoornissen in het hartritme veel bloedverlies een elektrische schok stoornissen in de ademhaling beschadiging van de hersenen of het ruggenmerg ©PyoGeniC 18 2.2 OORZAKEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES 4. Onvoldoende bloed in de bloedvaten een inwendige of uitwendige bloeding uitdroging ©PyoGeniC 19 2.2 OORZAKEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES 5. Gestoorde sturing vanuit de hersenen ©PyoGeniC schedel/hersenletsel een hersenbloeding of een beroerte vergiftiging oververhitting onderkoeling 20 2.2 OORZAKEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES Gestoorde sturing vanuit de hersenen (vervolg) suikerziekte epilepsie een elektrische schok stoornissen in de ademhaling of bloedsomloop ©PyoGeniC 21 2.3 GEVOLGEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES Stoornissen in het zuurstoftransport zuurstoftekort beschadiging organen verminderde functie of afsterving ©PyoGeniC 22 2.3 GEVOLGEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES Beschadiging van de hersenen ontregeling ademhaling en bloedsomloop toename zuurstoftekort bewustzijnsverandering spierverslapping -- tong blokkade van de luchtweg toename zuurstoftekort ©PyoGeniC 23 2.3 GEVOLGEN VAN STOORNISSEN IN DE VITALE FUNCTIES Beschadiging van de hersenen ©PyoGeniC gestoorde ademhaling gestoorde bloedsomloop gestoord bewustzijn 24 HOOFDSTUK 3 Stoornissen in het bewustzijn beoordelen van het bewustzijn benaderen van het slachtoffer een bewusteloos slachtoffer van buik naar rug draaien flauwte overige ziekten bij stoornissen in het bewustzijn ©PyoGeniC 25 3.1 BEOORDELEN VAN HET BEWUSTZIJN Slachtoffer benaderen aan gezichtszijde Aanspreken: luid en duidelijk geef gericht opdrachten Aanraken schouders (voorzichtig!) ©PyoGeniC 26 3.1 BEOORDELEN VAN HET BEWUSTZIJN situatie conclusie actie ©PyoGeniC slachtoffer reageert is bij bewustzijn beoordeel de ademhaling kijk luister voel 27 3.1 BEOORDELEN VAN HET BEWUSTZIJN situatie conclusie actie ©PyoGeniC slachtoffer reageert niet en heeft meestal de ogen gesloten is bewusteloos roep om hulp draai het slachtoffer zonodig op de rug beoordeel de ademhaling 28 BEOORDELEN VAN HET BEWUSTZIJN let op! Als er sprake is van ernstig uitwendig bloedverlies, wordt eerst druk uitgeoefend op de plaats van de bloeding, en direct daarna de ademhaling beoordeeld. ©PyoGeniC 29 3.2 FLAUWTE = kortdurend verminderd bewustzijn door een tijdelijk afgenomen bloedtoevoer naar de hersenen ©PyoGeniC 30 3.2 OORZAKEN FLAUWTE uitputting vermoeidheid honger zwakte na ziekte benauwde omgeving bloedarmoede ©PyoGeniC 31 3.2 OORZAKEN FLAUWTE ©PyoGeniC psychisch plotseling schrikken emoties het zien van bloed 32 3.2 VERSCHIJNSELEN FLAUWTE Eerst: bleke gelaatskleur, zweten, geeuwen Na enige tijd: bewustzijnsvermindering Soms: bewustzijnsverlies Soms: trekkingen die op epilepsie lijken ©PyoGeniC 33 3.2 AANPAK FLAUWTE Voorkom bewustzijnsverlies frisse lucht plat neerleggen knellende kleding losmaken geruststellen 10 minuten laten liggen Bij bewustzijnsverlies handelen als bij een gestoord bewustzijn ©PyoGeniC 34 3.3 OVERIGE ZIEKTEN BIJ STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN Epilepsie Toevallen (insulten): afwezige reactie, soms afwezige ademhaling plotselinge bewusteloosheid schokkende bewegingen schuim op de mond (bloederig door tongbeet) urine laten lopen ©PyoGeniC 35 3.3 OVERIGE ZIEKTEN BIJ STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN Epilepsie actie ©PyoGeniC houdt geen bewegingen tegen geef bewegingsruimte maak knellende kleding los let op verwondingen en botbreuken bewusteloos slachtoffer in stabiele zijligging bel 1-1-2 bij: opeenvolgende aanvallen ademhalingsmoeilijkheden 36 3.3 OVERIGE ZIEKTEN BIJ STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN Suikerziekte Te hoge bloedsuiker: - hyper door te weinig medicatie door diabeet veel vochtverlies Te lage bloedsuiker: - hypo ©PyoGeniC door te weinig eten door diabeet 37 3.3 OVERIGE ZIEKTEN BIJ STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN ©PyoGeniC 38 3.3 OVERIGE ZIEKTEN BIJ STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN Beroerte Bloedprop in hersenslagader ©PyoGeniC verlammingsverschijnselen spraakstoornissen soms bewusteloosheid 39 3.3 OVERIGE ZIEKTEN BIJ STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN Beroerte (vervolg) Gesprongen bloedvat in hersenen ©PyoGeniC ‘knap’ in hoofd gevoeld hoofdpijn toename druk op hersenen verlammingsverschijnselen spraakstoornissen braken toenemend bewustzijnsverlies 40 3.3 OVERIGE ZIEKTEN BIJ STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN ©PyoGeniC 41 4.0 HOOFDSTUK 4 STOORNISSEN IN DE ADEMHALING 4.1 Beoordelen van de ademhaling -slachtoffer is bij bewustzijn 4.2 Verslikken: - stoten tussen schouderbladen - handgreep van Heimlich 4.3 Ademhalingcontrole bij een bewusteloos slachtoffer 4.4 Overige ziekten en letsels bij stoornissen in de ademhaling ©PyoGeniC 42 4.0 STOORNISSEN IN DE ADEMHALING Normale ademhaling ©PyoGeniC geen rochelende of gierende geluiden borst/buik gaat regelmatig op en neer slachtoffer maakt geen benauwde indruk 43 4.0 STOORNISSEN IN DE ADEMHALING Abnormale ademhaling door: ©PyoGeniC verslikking in voedsel ziekte letsel of verbranding in het gezicht 44 4.0 STOORNISSEN IN DE ADEMHALING Aanpak: na bewustzijnscontrole kijk hoogstens ©PyoGeniC voel luister 10 seconden 45 4.0 STOORNISSEN IN DE ADEMHALING Kijk: of het slachtoffer een bewustzijnstoornis heeft een benauwde, angstige indruk maakt naar zijn keel grijpt naar adem snakt een blauwe kleur heeft letsel of verbranding van het gezicht heeft een regelmatig op- en neergaande borst en buik heeft ©PyoGeniC 46 4.0 STOORNISSEN IN DE ADEMHALING Luister: ademgeluiden bij neus en mond Voel: met je wang of het slachtoffer lucht uitademt ©PyoGeniC 47 4.0 STOORNISSEN IN DE ADEMHALING let op! Een snelle ademhaling (meer dan 30x per minuut) wijst in eerste instantie op zuurstofgebrek. Er is sprake van een ernstige stoornis waarvoor tijdig professionele hulp gewaarschuwd moet worden. ©PyoGeniC 48 4.1 BEOORDELEN VAN DE ADEMHALING slachtoffer is bij bewustzijn situatie conclusie ©PyoGeniC slachtoffer is bij bewustzijn borst en buik gaan regelmatig op en neer luchtstroom is voelbaar aan de mond ademhaling klinkt normaal het slachtoffer ademt normaal 49 4.1 BEOORDELEN VAN DE ADEMHALING slachtoffer is bij bewustzijn Doel eerste hulp: actie ©PyoGeniC nagaan wat het slachtoffer mankeert controleer ernstig uitwendig bloedverlies ga na of er tekenen zijn van shock 50 4.1 BEOORDELEN VAN DE ADEMHALING slachtoffer is bij bewustzijn situatie het slachtoffer is bij bewustzijn borst en buik gaan niet regelmatig op en neer er is geen of slechts af en toe een luchtstroom aan de mond voelbaar conclusie ©PyoGeniC de ademhaling is abnormaal hoorbaar het slachtoffer is soms blauw het slachtoffer heeft geen normale ademhaling 51 4.1 BEOORDELEN VAN DE ADEMHALING slachtoffer is bij bewustzijn Doel eerste hulp: zorgen dat er weer lucht/zuurstof in de longen komt actie zet aan tot hoesten controleer de ademhaling totdat afsluiting is opgeheven ©PyoGeniC 52 4.2 VERSLIKKEN slachtoffer is bij bewustzijn situatie Slachtoffer: - bij bewustzijn - benauwd, kan soms praten - hoest effectief - afwijkende ademgeluiden hoorbaar conclusie Doel eerste hulp: ©PyoGeniC de luchtweg is gedeeltelijk afgesloten de luchtweg volledig vrijmaken 53 4.2 VERSLIKKEN slachtoffer is bij bewustzijn actie zet aan tot hoesten controleer de ademhaling totdat afsluiting is opgeheven ©PyoGeniC 54 4.2 VERSLIKKEN slachtoffer is bij bewustzijn situatie conclusie slachtoffer hoest niet of niet effectief slachtoffer is (zeer) benauwd grijpt met uitpuilende ogen naar zijn keel het slachtoffer heeft een afsluiting van de luchtweg Doel Eerste Hulp: ©PyoGeniC de luchtweg vrijmaken en vrijhouden 55 4.2 VERSLIKKEN slachtoffer is bij bewustzijn actie Maximaal 5 stoten tussen schouderbladen Geen effect: - 5x Heimlich - afwisselen met 5x stoten tussen schouderbladen Bewustzijnsverlies: - begeleid het slachtoffer naar de grond - zorg voor deskundige hulp - start reanimatie (30 borstcompressie met mogelijk 2 niet effectieve beademingen) ©PyoGeniC 56 4.3 BEOORDELEN VAN DE ADEMHALING slachtoffer is bewusteloos situatie slachtoffer is bewusteloos borst en buik gaan regelmatig op en neer er is een luchtstroom aan de mond waarneembaar de ademhaling klinkt normaal conclusie ©PyoGeniC het slachtoffer ademt normaal 57 4.3 BEOORDELEN VAN DE ADEMHALING slachtoffer is bewusteloos Doel eerste hulp: afsluiting van de luchtweg voorkomen actie ©PyoGeniC draai het slachtoffer in de stabiele zijligging laat professionele hulp waarschuwen controleer elke minuut de ademhaling controleer op ernstig uitwendig bloedverlies let op tekenen van shock 58 4.3 BEOORDELEN VAN DE ADEMHALING slachtoffer is bewusteloos situatie slachtoffer is bewusteloos geen normale ademhaling borst en buik gaan niet of onregelmatig op en neer er is geen of slechts af en toe een luchtstroom aan de mond voelbaar de ademhaling is niet of abnormaal hoorbaar slachtoffer soms blauw ©PyoGeniC 59 4.3 BEOORDELEN VAN DE ADEMHALING slachtoffer is bewusteloos conclusie slachtoffer ademt niet normaal Doel eerste hulp: zorgen dat zuurstofrijk bloed door de bloedvaten stroomt actie ©PyoGeniC laat onmiddellijk professionele hulp waarschuwen, meld ‘reanimatie’ start reanimatie 30 borstcompressie en 2 beademingen blijf reanimeren 30-2 totdat professionele hulp het overneemt 60 4.4 OVERIGE ZIEKTEN EN LETSELS BIJ STOORNISSEN IN DE ADEMHALING let op! Handel bij een niet bewusteloos slachtoffer met ademhalingsstoornissen als volgt: Laat het slachtoffer zijn eigen houding kiezen en ondersteun hem z.n. (doe dit ook als de ademhaling abnormaal hoorbaar is) Geef geen borst- of buikcompressies Laat professionele hulp waarschuwen of doe dit zelf Controleer of het slachtoffer blijft ademen ©PyoGeniC 61 4.4 STOORNISSEN IN DE ADEMHALING let op! Een slachtoffer dat snakkende adembewegingen maakt terwijl er geen luchtstroom aan de mond waarneembaar is, ademt niet. ©PyoGeniC 62 4.4 OVERIGE ZIEKTEN EN LETSELS BIJ STOORNISSEN IN DE ADEMHALING situatie abnormale ademgeluiden slachtoffer is duidelijk benauwd slachtoffer in de buurt van een brand geweest roet aan neus en mond, verschroeide wenkbrauwen conclusie Het slachtoffer heeft een gedeeltelijk afsluiting van de luchtweg Doel Eerste Hulp: de ademhaling ondersteunen ©PyoGeniC 63 4.4 OVERIGE ZIEKTEN EN LETSELS BIJ STOORNISSEN IN DE ADEMHALING actie ©PyoGeniC maak knellende kleding rond hals los niet met de vingers in de mond laat zelf houding bepalen niet laten liggen zolang hij bij bewustzijn is 64 4.4 OVERIGE ZIEKTEN EN LETSELS BIJ STOORNISSEN IN DE ADEMHALING situatie abnormale ademgeluiden slachtoffer is duidelijk benauwd slachtoffer is bekend met longproblemen (COPD) conclusie Het slachtoffer heeft een astmatische aanval Doel Eerste Hulp: de ademhaling ondersteunen ©PyoGeniC 65 4.4 OVERIGE ZIEKTEN EN LETSELS BIJ STOORNISSEN IN DE ADEMHALING actie ©PyoGeniC maak knellende kleding rond hals los laat zelf houding bepalen niet plat laten liggen help evt. bij het innemen van medicatie 66 4.4 OVERIGE ZIEKTEN EN LETSELS BIJ STOORNISSEN IN DE ADEMHALING situatie abnormale ademgeluiden slachtoffer is duidelijk benauwd slachtoffer heeft koorts conclusie Het slachtoffer heeft een ziekte aan de luchtwegen Doel Eerste Hulp: de ademhaling ondersteunen ©PyoGeniC 67 4.4 OVERIGE ZIEKTEN EN LETSELS BIJ STOORNISSEN IN DE ADEMHALING actie ©PyoGeniC maak knellende kleding rond hals los niet met de vingers in de mond laat zelf houding bepalen niet laten liggen 68 PRAKTISCHE OEFENINGEN beoordelen ademhaling: kin lift, voel-kijk-luister beoordelen ademhaling bij ‘bij bewustzijn’ stoten tussen de schouderbladen handgreep van Heimlich bij een staand of zittend slachtoffer beoordelen ademhaling bij bewusteloosheid vanuit rugligging in stabiele zijligging draaien controle ademhaling in stabiele zijligging vanuit stabiele zijligging naar rugligging draaien ©PyoGeniC 69 5.0 HOOFDSTUK 5 STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN EN DE ADEMHALING ©PyoGeniC 70 5.0 STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN EN DE ADEMHALING Als bij een bewusteloos slachtoffer de ademhaling niet normaal is of u twijfelt aan een normale ademhaling, draait u het slachtoffer op de rug en u begint gelijk met borstcompressie. Er wordt niet gecontroleerd of een circulatie aanwezig is. ©PyoGeniC 71 5.0 STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN EN DE ADEMHALING let op! Reanimeer alleen! Als meerdere hulpverleners aanwezig zijn, wissel dan om de 2 minuten om uitputting te voorkomen. ©PyoGeniC 72 STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN EN ADEMHALING Gaspen (het happen naar lucht) Gasping is géén ademhaling Bij gasping direct 1.1.2 (laten bellen) Start direct reanimatie Controle ademhaling niet nodig Komt vaak voor bij hartinfarct ©PyoGeniC 73 5.0 BEEINDIGEN VAN DE REANIMATIE professionele hulp neemt het over of geeft aan dat verder reanimeren zinloos is het slachtoffer vertoont tekenen van herstel (normaal ademen) u raakt uitgeput professionele hulp is niet binnen afzienbare tijd te verwachten ©PyoGeniC 74 5.0 STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN EN DE ADEMHALING Borstkas gaat niet omhoog mondinspectie, verwijder zichtbare voorwerpen controleer of hoofd voldoende naar achter is gekanteld juiste toepassing kinlift knellende kleding los max. 2x beademen, ook indien niet effectief ©PyoGeniC 75 5.0 STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN EN DE ADEMHALING ls de luchtweg niet vrij, controleer de mond van het slachtoffer en maak die zonodig leeg ©PyoGeniC 76 5.0 STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN EN DE ADEMHALING Mond-op-neusbeademing past u toe bij bv. mond- of kaakletsel ©PyoGeniC 77 5.0 STOORNISSEN IN HET BEWUSTZIJN EN DE ADEMHALING Stroomt maaginhoud naar de mond, pas dan snelle kantelmethode toe bij elk bewusteloos slachtoffer dat op de rug ligt ©PyoGeniC 78 5.0 PRAKTISCHE OEFENINGEN borstcompressie mond-op-mondbeademing reanimatie (borstcompressie en beademen) mondinspectie en leegmaken van de mond mond-op-neusbeademing overname reanimatie door 2e hulpverlener snelle kantelmethode borstcompressie zonder beademing ©PyoGeniC 79 PRAKTISCHE OEFENEN Gebruik AED AED aanzetten Luisteren naar instructie Pads plakken zoals aangegeven Houd afstand bij het geven van schok Direct na geven schok doorgaan met reanimatie Iedere 2 minuten nieuwe analyse AED Na iedere 2 minuten wordt er gewisseld AED blijft aangesloten ook als slachtoffer weer bijkomt ©PyoGeniC 80 HOOFDSTUK 6 ERNSTIGE BLOEDINGEN ©PyoGeniC 81 6.1 ERNSTIG UITWENDIG BLOEDVERLIES Beoordeel uitwendig bloedverlies ©PyoGeniC kijken 82 6.1 AANPAK ERNSTIG UITWENDIG BLOEDVERLIES situatie wond aan ledematen, hoofd of hals in korte tijd veel bloedverlies bloedverlies stootsgewijs of gelijkmatig ernstig uitwendig bloedverlies conclusie Doel eerste hulp: bloedverlies stoppen / verminderen ©PyoGeniC 83 6.1 AANPAK ERNSTIG UITWENDIG BLOEDVERLIES actie slachtoffer bij voorkeur liggen gewonde lichaamsdeel omhoog oefen druk uit op de wond of laat het slachtoffer dit doen ©PyoGeniC 84 6.1 AANPAK ERNSTIG UITWENDIG BLOEDVERLIES actie Bloeding stopt: snelverband of wondsnelverband Bloeding stopt niet: ©PyoGeniC wonddrukverband geef gewonde lichaamsdeel rust beoordeel slachtoffer op shock 85 6.1 ERNSTIG UITWENDIG BLOEDVERLIES let op! Groot bloedverlies kan leiden tot shock. Mede daarom moeten uitwendige bloedingen worden gestopt. Als het bloedverlies groot is, oefen dan eerst druk uit op de wond. Beoordeel daarna de vitale functies. ©PyoGeniC 86 6.1 ERNSTIG UITWENDIG BLOEDVERLIES let op! Verwijder geen vreemde voorwerpen die uit de wond steken (bijv. een stuk glas of een mes). Oefen in dat geval zoveel mogelijk druk uit aan weerszijden van het voorwerp. ©PyoGeniC 87 6.1 PRAKTISCHE OEFENINGEN druk uitoefenen op de plaats van de bloeding een snelverband aanleggen een wondsnelverband aanleggen een wonddrukverband aanleggen ©PyoGeniC 88 6.2 SHOCK = een tekort aan circulerend bloedvolume ©PyoGeniC 89 6.2 SHOCK Shock: niet genoeg bloed wordt door de bloedvaten gepompt bloedsomloop schiet tekort zuurstoftekort shock ©PyoGeniC 90 6.2 SHOCK Oorzaken: ©PyoGeniC uitwendig- of inwendig bloedverlies uitdroging onderkoeling allergie braken vochtverlies door brandwonden slechte hartfunctie diarree 91 6.2 SHOCK Shock voorkomen: uitwendig bloedverlies stelpen Slachtoffer in shock: uitwendig bloedverlies stelpen voorkomt verergering van shock ©PyoGeniC 92 6.2 SHOCK Beoordelen shock: kijk voel let op ernstig uitwendig bloedverlies 1-1-2 ©PyoGeniC 93 6.2 AANPAK SHOCK situatie ©PyoGeniC slachtoffer voelt zich ellendig maakt een zieke indruk ziet er grauw/wit uit ziet er slecht uit voelt koud en klam aan is dorstig en onrustig is slap en krachteloos 94 6.2 AANPAK SHOCK slachtoffer is in shock conclusie Doel eerste hulp: ©PyoGeniC verergering van shock voorkomen 95 6.2 AANPAK SHOCK actie ©PyoGeniC laat het slachtoffer liggen 1-1-2 stel gerust laat het slachtoffer niet alleen stop uitwendig bloedverlies spoed! 96 6.2 AANPAK SHOCK vervolg actie ©PyoGeniC bescherm tegen afkoeling laat niet drinken houd z.n. de luchtweg vrij beoordeel op plaatselijk letsel 97 7.0 HOOFDSTUK 7 PLAATSELIJK LETSEL ©PyoGeniC wonden kneuzing en verstuiking botbreuk en ontwrichting oogletsel 98 7.0 PLAATSELIJK LETSEL Vraag het slachtoffer: ©PyoGeniC wat er gebeurd is of hij pijn heeft waar hij pijn heeft naar afwijkend gevoel in vingers en tenen 99 7.0 PLAATSELIJK LETSEL Kijk naar: ©PyoGeniC bloed wonden blauw verkleurde huid afwijkende stand ledematen 100 7.0 PLAATSELIJK LETSEL Vraag en kijk: gelijktijdige beweging vingers en tenen “scheef” gezicht slachtoffer (beroerte) ©PyoGeniC 101 7.1 WONDEN Zelf behandelen: ©PyoGeniC snijwondjes schaafwonden splinterverwondingen 102 7.1 WONDEN Niet zelf behandelen: ©PyoGeniC diepe wonden vuile wonden wonden die ernstig bloeden doordringende wonden wonden bij botbreuken en ontwrichtingen de meeste brandwonden 103 7.1 WONDEN situatie conclusie de huid is beschadigd meestal bloed zichtbaar slachtoffer heeft pijn vleeswond Doel eerste hulp: ©PyoGeniC verdere besmetting/infectie/ verder bloedverlies voorkomen 104 7.1 WONDEN actie zelf behandelen: spoel de wond schoon met water ontsmet de wond dek de wond steriel af geef zonodig rust en steun aan het gewonde lichaamsdeel ©PyoGeniC 105 7.1 WONDEN actie niet zelf behandelen: geen voorwerpen verwijderen uit de wond dek de wond steriel af stelp evt. bloedingen geef zonodig rust en steun aan het gewonde lichaamsdeel ©PyoGeniC ga naar professionele hulp 106 7.1 WONDEN Besmetting: wond is altijd besmet met ziektekiemen Ontstekingsreactie: roodheid, pijn, zwelling, warmte wordt minder na 24 uur Infectie: ©PyoGeniC heftige ontstekingsreacties pus koorts 107 7.1 PRAKTISCHE OEFENINGEN rust en steun geven aan een gewond lichaamsdeel ©PyoGeniC een mitella aanleggen 108 7.1 DOORDRINGENDE BORSTWOND situatie wond ter hoogte van de borst kortademigheid soms slurpend geluid hoorbaar doordringende borstwond conclusie Doel eerste hulp: ©PyoGeniC de stoornis in de werking van de long beperken 109 7.1 DOORDRINGENDE BORSTWOND actie ©PyoGeniC slachtoffer halfzittend ondersteun het slachtoffer geen voorwerpen uit de wond verwijderen wond afdekken met snelverband z.n stabiele zijligging (op de gewonde zijde) laat professionele hulp alarmeren 110 7.1 DOORDRINGENDE BUIKWOND situatie wond ter hoogte van de buik soms uitpuilende darmen doordringende buikwond conclusie Doel eerste hulp: ©PyoGeniC verdere beschadiging van de darmen voorkomen 111 7.1 DOORDRINGENDE BUIKWOND actie ©PyoGeniC slachtoffer laten liggen geen voorwerpen uit de wond verwijderen wond afdekken met snelverband uitpuilende darmen niet terugduwen leg het verband er los bovenop laat professionele hulp alarmeren 112 7.2 KNEUZING EN VERSTUIKING Kneuzing en verstuiking zijn een beschadiging van de ‘weke delen’ tussen huid en bot, door een slag of stoot, of door een geforceerde beweging van een gewricht. ©PyoGeniC 113 7.2 KNEUZING EN VERSTUIKING situatie eerst alleen pijn daarna zwelling soms blauwe verkleuring beperkte of afwezige functie kneuzing of verstuiking conclusie Doel eerste hulp: verminderen van pijn en (verdere) zwelling voorkomen ©PyoGeniC 114 7.2 KNEUZING EN VERSTUIKING actie ©PyoGeniC koel het getroffen lichaamsdeel verwijder sieraden geef rust en steun aan getroffen lichaamsdeel leg het been hoog leg de arm in een mitella 115 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING schade aan omringende weefsels spieren zenuwen bloedvaten huid open botbreuken ©PyoGeniC besmetting beperken professionele hulp 116 7.3 AANPAK BOTBREUK EN ONTWRICHTING ©PyoGeniC kijk naar het slachtoffer vraag aan het slachtoffer 117 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING situatie pijn getroffen lichaamsdeel niet kunnen bewegen ©PyoGeniC zwelling abnormale stand abnormale beweeglijkheid uitwendige wond 118 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING (open) botbreuk/ontwrichting aan conclusie de ledematen Doel eerste hulp: verdere schade/besmetting voorkomen ©PyoGeniC 119 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING actie houd het getroffen lichaamsdeel onbeweeglijk verwijder sieraden geef rust en steun aan getroffen lichaamsdeel in de positie waarin het wordt aangetroffen dek bij een open botbreuk/ontwrichting de wond af ©PyoGeniC 120 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING situatie pijn en/of functiebeperking in nek of rug evt. tintelingen en/of verlammingsverschijnselen in armen of benen ©PyoGeniC 121 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING wervelbreuk conclusie Doel eerste hulp: schade aan het ruggenmerg en blijvende verlamming voorkomen ©PyoGeniC 122 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING actie laat het slachtoffer liggen zoals u hem aantreft voorkom elke beweging van de wervelkolom in nood verplaatsen in de lengterichting ©PyoGeniC 123 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING situatie pijn ter plaatse pijn bij het ademen een oppervlakkige ademhaling ribbreuk conclusie Doel eerste hulp: het slachtoffer zo goed mogelijk laten ademen ©PyoGeniC 124 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING actie breng het slachtoffer in halfzittende houding en ondersteun hem ©PyoGeniC 125 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING let op! Bij een wervelbreuk is het belangrijk ervoor te zorgen dat het slachtoffer zo min mogelijk bewogen wordt. Maar het veilig stellen van de ademhaling gaat altijd voor. Het slachtoffer mag dan bewogen worden. ©PyoGeniC 126 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING let op! Bij een val van enige hoogte, bij een auto- of motorongeval en na een duik in ondiep water, moet u extra bedacht zijn op een botbreuk van de rug- of nekwervel. ©PyoGeniC 127 7.3 BOTBREUK EN ONTWRICHTING let op! Botbreuk van bovenste ledematen schouder, sleutelbeen, bovenarm, elleboog brede das onderarm, pols, hand mitella Botbreuk van onderste ledematen bekken, bovenbeen, knie, onderbeen ©PyoGeniC opgerolde deken 128 PRAKTISCHE OEFENINGEN onbeweeglijk (laten) houden / geven van rust en steun ©PyoGeniC een brede das aanleggen afdekken van een open botbreuk 129 7.4 OOGLETSEL ©PyoGeniC 130 7.4 OOGLETSEL Alles wat meer is dan een vuiltje in het oog is ernstig oogletsel. Ernstig oogletsel kan leiden tot blindheid. In die gevallen altijd professionele hulp inschakelen. Zorg dat het slachtoffer niet in zijn oog wrijft Haal geen voorwerpen uit het oog. Contactlenzen niet verwijderen. ©PyoGeniC 131 7.4 OOGLETSEL situatie ©PyoGeniC pijn in één of beide ogen een rood oog tranende ogen en toegeknepen oogleden een bloeding en/of vervormde pupil verminderd gezichtsvermogen soms een ‘tik’ tegen het oog gevoeld 132 7.4 OOGLETSEL oogletsel conclusie Doel eerste hulp: verergering voorkomen ©PyoGeniC 133 7.4 OOGLETSEL vuiltje in het oog actie verwijder het vuiltje als dat zich op het wit van het oog bevindt en vuiltje is gemakkelijk te verwijderen ©PyoGeniC vuiltje op hoornvlies --- (oog)arts 134 7.4 OOGLETSEL doordringend voorwerp in het oog actie verwijder het voorwerp niet niet in het oog wrijven slachtoffer laten liggen of in halfzittende houding ©PyoGeniC dek het oog z.n. af met een kapje breng het slachtoffer naar een (oog)arts 135 7.4 OOGLETSEL bijtende stof en verbranding van het oog actie slachtoffer laten liggen houd het oog open spoel het oog met zacht stromend water ©PyoGeniC bij verbranding: minimaal 10 minuten bij bijtende stoffen: minimaal 30 minuten breng het slachtoffer naar een (oog)arts 136 7.4 OOGLETSEL lasogen en stomp oogletsel actie ©PyoGeniC breng het slachtoffer naar een (oog)arts 137 7.4 OOGLETSEL Spoel naar de buitenooghoek toe. Zorg ervoor dat het spoelwater niet in het andere oog komt. ©PyoGeniC 138 PRAKTISCHE OEFENINGEN verwijderen van een vuiltje uit het oog ©PyoGeniC spoelen van het oog 139 8.0 HOOFDSTUK 8 WARMTELETSELS brandwonden brandwonden door chemische stoffen oververhitting ©PyoGeniC 140 8.1 BRANDWONDEN Oorzaken: ©PyoGeniC vuur hete voorwerpen vloeistoffen inademen van rook en hete gassen chemische stoffen straling elektriciteit 141 8.1 BRANDWONDEN Graden van verbranding: 1e graads: rood, pijn, zwelling 2e graads: rood, pijn, zwelling, blaren 3e graads: wit (gekookt), zwart (verkoold) ©PyoGeniC 142 8.1 regel van negen > 20% tweede graads verbranding of erger = shock 8.1 BRANDWONDEN Zelf behandelen: ©PyoGeniC eerste graads 144 8.1 BRANDWONDEN Niet zelf behandelen: tweede of derde graads in het gelaat aan gewrichten handen, voeten, geslachtsorganen inademing rook of hete gassen door elektriciteit of chemische stoffen ©PyoGeniC 145 8.1 BRANDWONDEN Aandachtspunten: beschadiging luchtweg blaren in tact laten afhankelijk van de oorzaak ©PyoGeniC vastzittende kleding niet lostrekken luiers altijd uit niets op de wond smeren 146 8.1 BRANDWONDEN let op beschadiging luchtweg blaren in tact laten afhankelijk van de oorzaak ©PyoGeniC vastzittende kleding niet lostrekken luiers altijd uit niets op de wond smeren 147 8.1 AANPAK 1e GRAADS BRANDWONDEN situatie conclusie de huid is rood, licht gezwollen, pijnlijk eerstegraads brandwond Doel eerste hulp: ongemak bestrijden actie ©PyoGeniC koel met water (minimaal 10 minuten) 148 8.1 AANPAK 2e GRAADS BRANDWONDEN situatie conclusie de huid is rood, licht gezwollen, pijnlijk, blaren tweedegraads brandwond ©PyoGeniC 149 8.1 AANPAK 2e GRAADS BRANDWONDEN Doel eerste hulp: uitbreiding en besmetting van de wond voorkomen ©PyoGeniC wondgenezing bevorderen 150 8.1 AANPAK 2e GRAADS BRANDWONDEN actie koel met water (minimaal 10 minuten) liefst zacht stromend, aangenaam aanvoelend metalline verband, steriel gaas schone theedoek, servet of zakdoek laat blaren in tact, afhankelijk van de oorzaak smeer niets op de wond ©PyoGeniC 151 8.1 AANPAK 3e GRAADS BRANDWONDEN situatie de huid is grauwwit (gekookt) of zwart (verkoold) ©PyoGeniC de huid is niet meer soepel brandplek is niet pijnlijk 152 8.1 AANPAK 3e GRAADS BRANDWONDEN conclusie derdegraads brandwond Doel eerste hulp: uitbreiding en besmetting van de wond voorkomen ©PyoGeniC wondgenezing bevorderen 153 8.1 AANPAK 3e GRAADS BRANDWONDEN actie ©PyoGeniC koel met water (minimaal 10 minuten) Metalline verband, steriel gaas schone theedoek, servet of zakdoek laat blaren altijd in tact smeer niets op de wond 154 8.1 BRANDWONDEN DOOR CHEMISCHE STOFFEN Algemeen: ©PyoGeniC kleding zo snel mogelijk verwijderen huid afspoelen let op veiligheid voor jezelf en slachtoffer 1-1-2 155 8.1 AANPAK BRANDWONDEN DOOR CHEMISCHE STOFFEN een brandwond als gevolg van aanraking met een chemische stof situatie Doel eerste hulp: de chemische stof verdunnen ©PyoGeniC 156 8.1 AANPAK BRANDWONDEN DOOR CHEMISCHE STOFFEN actie verwijder de met chemische stof doordrenkte kleding spoel minimaal 30 minuten met veel, lauw stromend water laat de chemische stof niet over het lichaam verspreiden ©PyoGeniC (laat) schoenen uittrekken behandel wonden als brandwonden 157 8.2 OVERVERHITTING normale lichaamstemperatuur: 37ºC warmteafgifte door uitstraling en transpiratie afhankelijk van: ©PyoGeniC productie van de hoeveelheid warmte temperatuur van de omgeving vochtigheid omgeving 158 8.2 AANPAK OVERVERHITTING pijn in de spieren van armen en benen situatie hittekramp conclusie Doel eerste hulp: zout en water aanvullen lichaamstemperatuur normaliseren ©PyoGeniC 159 8.2 AANPAK OVERVERHITTING actie ©PyoGeniC laat het slachtoffer minder inspannen evt. slachtoffer op koele plaats brengen extra drinken, iets zouts te eten geven 160 8.2 AANPAK OVERVERHITTING situatie klamme koude huid en hevig transpireren of warme droge roodgestuwde huid conclusie ©PyoGeniC hoofdpijn misselijkheid warmtestuwing 161 8.2 AANPAK OVERVERHITTING Doel eerste hulp: lichaamstemperatuur normaliseren actie water en zout aanvullen breng het slachtoffer op koele plaats zorg dat hij drinkt, bij voorkeur een sportdrank ©PyoGeniC 162 8.2 AANPAK OVERVERHITTING situatie conclusie ©PyoGeniC verwardheid, bizar gedrag bewustzijnsdaling evt. toevallen mogelijk shock evt. stilstand bloedsomloop hitteberoerte 163 8.2 AANPAK OVERVERHITTING Doel eerste hulp: lichaamstemperatuur normaliseren actie breng het slachtoffer op koele plaats koel het slachtoffer actief af bij bewustzijnsdaling niet meer drinken beoordeel vitale functies, stel ze veilig ©PyoGeniC 1-1-2 164 PRAKTISCHE OEFENINGEN ©PyoGeniC doven van vlammen koelen 165 HOOFDSTUK 9 KOUDELETSELS ©PyoGeniC bevriezing onderkoeling 166 9.1 BEVRIEZING 1e graads • zelf behandelen -- opwarmen 2e graads • professionele hulp -- opwarmen 3e graads • professionele hulp -- opwarmen NIET WRIJVEN ! ©PyoGeniC 167 9.1 AANPAK 1e GRAADS BEVRIEZING de huid is bleekgrijs, pijnlijk situatie eerstegraads bevriezing conclusie Doel eerste hulp: uitbreiding van de bevriezing en infectie voorkomen ©PyoGeniC 168 9.1 actie ©PyoGeniC AANPAK 1e GRAADS BEVRIEZING bevroren lichaamsdelen opwarmen 169 9.1 AANPAK 2e GRAADS BEVRIEZING de huid vertoont blaren, gevuld met situatie helder of bloederig vocht en is zeer pijnlijk tweedegraads bevriezing conclusie Doel eerste hulp: uitbreiding van de bevriezing en infectie ©PyoGeniC voorkomen 170 9.1 actie AANPAK 2e GRAADS BEVRIEZING bevroren lichaamsdelen opwarmen, bij voorkeur met lichaamswarmte ©PyoGeniC blaren in tact laten blaren afdekken professionele hulp inroepen 171 9.1 AANPAK 3e GRAADS BEVRIEZING de huid is spierwit, gevoelloos situatie derdegraads bevriezing conclusie Doel eerste hulp: uitbreiding van de bevriezing en infectie voorkomen ©PyoGeniC 172 9.1 actie AANPAK 3e GRAADS BEVRIEZING bevroren lichaamsdelen opwarmen, bij voorkeur met lichaamswarmte ©PyoGeniC zo snel mogelijk professionele hulp inroepen 173 9.2 ONDERKOELING ©PyoGeniC lichte onderkoeling ernstige onderkoeling 174 9.2 AANPAK LICHTE ONDERKOELING situatie conclusie slachtoffer heel koud, rilt is bij bewustzijn bleke huid lichte onderkoeling Doel eerste hulp: verdere afkoeling voorkomen ©PyoGeniC 175 9.2 actie AANPAK LICHTE ONDERKOELING breng het slachtoffer in een warme beschutte omgeving verwijder z.n. natte kleding opwarmen met douche, kruiken, dekens (ook hoofd) warme ©PyoGeniC dranken – geen alcohol 176 9.2 ONDERKOELING Ernstige onderkoeling: lichaamstemperatuur < 35 C° Warmteverlies afhankelijk van: ©PyoGeniC omgevingstemperatuur luchtvochtigheid windsnelheid mate van bescherming bouw en conditie 177 9.2 ONDERKOELING Ernstige onderkoeling: ©PyoGeniC inadequaat gedrag sufheid bewustzijnsverlies trage ademhaling trage hartslag - kamerfibrillatie 1-1-2 178 9.2 AANPAK ERNSTIGE ONDERKOELING sufheid / slaperigheid agressiviteit / overdreven opgewekt vitale functies raken gestoord situatie ernstige onderkoeling conclusie Doel eerste hulp: ©PyoGeniC verdere afkoeling voorkomen vitale functies veilig stellen 179 9.2 actie AANPAK ERNSTIGE ONDERKOELING breng het slachtoffer in een warme beschutte omgeving verwijder natte kleding, zo min mogelijk bewegen 1-1-2 niet actief opwarmen bescherm tegen verdere afkoeling beoordeel vitale functies, stel deze veilig ©PyoGeniC 180 PRAKTISCHE OEFENINGEN ©PyoGeniC beschermen tegen verdere afkoeling 181 10.0 HOOFDSTUK 10 VERGIFTIGINGEN ©PyoGeniC 182 10.0 VERGIFTIGINGEN Vergiftigingen via: het spijsverteringskanaal • vaste stof, vloeistof de luchtweg • gas, damp de huid • vloeistof ©PyoGeniC 183 10.0 VERGIFTIGINGEN Bijtende stoffen: ©PyoGeniC vaatwasmiddelen gootsteenontstoppers toiletreinigers soldeervloeistof 184 10.0 VERGIFTIGINGEN Petroleumproducten: ©PyoGeniC lampenolie terpentine meubelolie 185 10.0 VERGIFTIGINGEN Overige giftige stoffen: ©PyoGeniC (teveel) geneesmiddelen giftige planten paddestoelen 186 10.0 AANPAK VERGIFTIGINGEN situatie slachtoffer is niet bij bewustzijn gif is bekend Doel eerste hulp: ©PyoGeniC de inwerking van het gif beperken 187 10.0 AANPAK VERGIFTIGINGEN actie beoordeel de vitale functies en stel ze veilig schakel professionele hulp in meld de soort giftige stof geef het restant gif mee of de verpakking ©PyoGeniC 188 10.0 AANPAK VERGIFTIGINGEN situatie slachtoffer is niet bij bewustzijn gif is niet bekend Doel eerste hulp: ©PyoGeniC de inwerking van het gif beperken 189 10.0 AANPAK VERGIFTIGINGEN actie ©PyoGeniC beoordeel de vitale functies en stel ze veilig schakel professionele hulp in 190 10.0 AANPAK VERGIFTIGINGEN situatie slachtoffer is bij bewustzijn gif is bekend Doel eerste hulp: ©PyoGeniC de inwerking van het gif beperken 191 10.0 AANPAK VERGIFTIGINGEN bijtende stof via het spijsverteringskanaal petroleumproducten via het spijsverteringskanaal overige stoffen via het spijsverteringskanaal actie ©PyoGeniC professionele hulp 1.1.2 192 10.0 AANPAK VERGIFTIGINGEN vergiftiging via de luchtweg/longen actie beoordeel de vitale functies en stel ze veilig schakel direct professionele hulp in ©PyoGeniC breng slachtoffer in frisse lucht 193 10.0 AANPAK VERGIFTIGINGEN vergiftigingen via de huid actie zuurbestendige handschoenen aan verwijder kleding huid spoelen met lauw stromend water, minimaal 30 min. ©PyoGeniC voorkom verspreiding stof over het lichaam professionele hulp 194 VERGIFTIGINGEN 10.0 let op! actie ©PyoGeniC Bel altijd 1.1.2. 195 11.0 HOOFDSTUK 11 ELEKTRICITEITSLETSELS ©PyoGeniC 196 11.0 ELEKTRICITEITSLETSELS Schade: spanning stroomsterkte de weg van de energieoverdracht • bewusteloosheid • ademhalingstilstand • circulatiestilstand • brandwonden • schade aan spieren en weefsels ©PyoGeniC 197 11.0 ELEKTRICITEITSLETSELS let op! Let op eigen veiligheid! Bij een hoogspanningsleiding, tram- of treingeleiding waarschuw altijd brandweer of politie. Onderneem geen verdere actie! ©PyoGeniC 198 11.0 AANPAK ELEKTRICITEITSLETSELS situatie iemand is door de stroom getroffen Doel eerste hulp: ©PyoGeniC de oorzaak wegnemen vitale functies veiligstellen 199 11.0 AANPAK ELEKTRICITEITSLETSELS actie let op eigen veiligheid schakel stroombron uit Is dit niet mogelijk: isoleer jezelf verbreek de elektrische energieoverdracht naar het slachtoffer ©PyoGeniC beoordeel slachtoffer en verleen eerste hulp 200 11.0 AANPAK ELEKTRICITEITSLETSELS Beoordelen: ©PyoGeniC beoordeel slachtoffer verzorg het slachtoffer beoordeel vitale functies plaatselijk letsel: 2e – 3e graads brandwonden intrede- en uittredeplaats 201 PRAKTISCHE OEFENINGEN ©PyoGeniC uitschakelen van de stroombron isoleren 202 10.0 Overige letsels Tekenbeet, kwallenbeet, slangenbeet: actie verwijderen met tekentang, datum noteren Ziekte van Lyme let op! ©PyoGeniC spoelen met schoon lauw water, datum noteren direct professionele hulp inschakelen 203 12.0 HOOFDSTUK 12 VERBAND- EN HULPMIDDELLEN ©PyoGeniC 204 12.1 VERBANDMIDDELEN snelverband wondsnelverband ©PyoGeniC 205 12.1 VERBANDMIDDELEN steriel gaas gemetalliseerd verband ©PyoGeniC 206 12.1 VERBANDMIDDELEN watten zwachtels ©PyoGeniC hydrofiel ideaal 207 12.1 VERBANDMIDDELEN kleefpleister driekante doek ©PyoGeniC 208 12.2 HULPMIDDELEN huidontsmettingsmiddel verbandschaar ©PyoGeniC 209 12.2 HULPMIDDELEN veiligheidsspelden verbandklemmetjes ©PyoGeniC 210 12.2 HULPMIDDELEN dekens isoleerdeken blusdeken gewone deken verbanddozen ©PyoGeniC 211 13.0 HOOFDSTUK 13 HET MENSELIJK LICHAAM ©PyoGeniC 212 13.1 HET MENSELIJK LICHAAM Cellen: ©PyoGeniC dekcellen botcellen kraakbeencellen spiercellen zenuwcellen bindweefselcellen vetcellen 213 13.1 HET MENSELIJK LICHAAM CELLEN WEEFSELS ORGANEN ORGAANSTELSELS ©PyoGeniC 214 13.2 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels Zenuwstelsel: ©PyoGeniC hersenen ruggenmerg zenuwen 215 13.2 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels Ademhalingsstelsel: ©PyoGeniC luchtweg -- neus, keelholte, luchtpijp longen ademhalingsspieren 216 13.2 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels Hart- en vaatstelsel: ©PyoGeniC hart bloedvaten: slagaders aders haarvaten 217 13.2 HET MENSELIJK LICHAAM de huid 13.2 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels Huid: beschermt tegen schadelijke invloeden en uitdroging ©PyoGeniC tast pijn temperatuur 219 13.2 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels Slijmvliezen: bekleden inwendige kanalen en holten ©PyoGeniC 220 13.2 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels Botten en gewrichten: geraamte 206 botten onbeweeglijk verbonden door gewrichten verbonden steun bescherming organen ©PyoGeniC 221 13.2 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels Spieren: ©PyoGeniC spannen en ontspannen spieren - pezen - botten willekeurig en onwillekeurig 222 13.2 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels Het spijsverteringsstelsel: mondholte -- keelholte – slokdarm -maag-- dunne darm -- dikke darm -endeldarm ©PyoGeniC 223 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels Het uitscheidingsstelsel: ©PyoGeniC nieren urinewegen blaas 224 HET MENSELIJK LICHAAM Orgaanstelsels De geslachtsorganen: uitwendig – inwendig vrouwelijk: ©PyoGeniC mannelijk: penis, balzak schede baarmoeder teelballen eileiders prostaat eierstokken 225 Bedankt voor uw belangstelling en actieve deelname. Tot ziens! ©PyoGeniC 226 10.0 ©PyoGeniC 227 10.0 ©PyoGeniC 228