VOORAF Het ontstaan van de blues is geen kwestie van het bepalen van een datum. We kunnen niet exact bepalen wanneer de stijl blues ontstaan is. Het is, zoals zo vaak het geval, een geleidelijke ontwikkeling. De term blues is vele jaren later pas door de schrijver Washington Irving, in 1807, bedacht. Men speelde en zong toen al tientallen jaren de blues. Maar de term duidde in eerste instantie niet de stijl aan. Het was een afkorting voor “blue devils”, wat zoveel betekende als: met het verkeerde been uit bed gestapt of melancholisch. Het gaf dus een bepaalde gemoedstoestand aan. Een andere vraag die je in deze stencils beantwoord zult krijgen is hoezo negers in Amerika terechtgekomen zijn. Er blijkt een hele goede reden te zijn om negers helemaal vanuit Afrika naar Amerika te transporteren om daar op de katoenplantages te laten werken, of spoorwegen aan te laten leggen. Misschien de meest opzienbarende opmerking: als Christopher Columbus Amerika niet had ontdekt, hadden wij nu geen HipHop of Rap gekend. Vind je dit een vreemde opmerking? Toch niet zo vreemd als je je bedenkt dat de oorspronkelijke bewoners van het nieuw ontdekte continent hele andere muziek maakten. De negers brachten hun eigen instrumenten en muziek mee en vermengden dit op den duur met de muziek die zij van de immigranten uit WestEuropa hoorden. Hieruit is toen een geheel eigen muziekstijl ontstaan. In de komende lessen zul je kennis maken met de geschiedenis van de popmuziek, met liederen die hieraan bijgedragen hebben, met speelstukken en speeltechnieken. Een overzicht vind je in het onderstaande diagram. Historische achtergrond van de Blues Akkoorden en Bluesschema Presentatie Klasseblues DE ONTDEKKING VAN AMERIKA Het plaatje hiernaast is een schilderij waarop Columbus te zien is die de Nieuwe Wereld opeist. Dit tafereel zal zich rond half oktober 1492 afgespeeld hebben. We nemen aan dat Christopher Columbus op het eiland San Salvador (De Bahama’s) op 12 oktober 1492 de eerste stappen in het nieuw ontdekte werelddeel zet. De oorspronkelijke bewoners, de Arawak, zijn aardig en vredelievend. Columbus schrijft dan ook zeer lovende rapporten aan de regenten van Spanje. Hij beloofde dat de regenten zoveel goud en slaven konden krijgen als ze wilden (“God, goud en glorie”). Door deze geweldige belofte ontstond er een ware goudkoorts in Spanje. Door de hebzucht werden de Indianen met veel geweld gedwongen al het goud bij elkaar te brengen dat ze hadden. Maar dit was in de ogen van de Spaanse regenten nog te weinig. Indianen werden als slaven naar Spanje getransporteerd om verkocht te worden en te werk gesteld. Veel Indianen hebben deze praktijken niet overleefd. In 1650 blijkt bijvoorbeeld geen van de oorspronkelijke Arawak-indianen nog in leven te zijn. Niet alleen sterven veel Indianen onder de zogenaamde encomienda’s, een recht om zo’n 300 Indianen als slaaf te mogen hebben om ze aan het werk te zetten. Ook het werk in de mijnen is zo zwaar dat veel mannen bezwijken. De vrouwen moeten zo hard werken dat het verzorgen van kinderen niet meer lukt. De kindersterfte is zeer hoog. Ook ziekten die de Spanjaarden (Europeanen) meebrengen eisen hun tol. Pokken, griep, mazelen en tyfus zorgen voor veel slachtoffers onder de lokale bevolking. Na 200 jaar Spaanse overheersing is de lokale bevolking op sommige plaatsen bijna uitgeroeid. En daarmee ook de arbeidskrachten die de Spanjaarden zo hard nodig hadden. Er was dus dringend behoefte aan andere arbeidskrachten. Vanaf 1500 worden regelmatig negers uit West-Afrika gehaald om als slaaf op de suikerrietplantages in Suriname te werken. De negers blijken sterke en betrouwbare arbeidskrachten te zijn. Als er grote behoefte ontstaat aan sterkere arbeidskrachten, worden grote hoeveelheden slaven uit West-Afrika naar de Cariben en de Mississippi-delta vervoerd. Stamhoofden vroegen een goede prijs voor de eigen landgenoten die ze als slaaf verkochten aan de blanken. Hieronder zie je enkele plaatjes over de erbarmelijke omstandigheden waaronder de slaven vervoerd werden en moesten werken. Het plaatje hiernaast laat zien hoe de slaven naar de haven gebracht werden om op transport te gaan naar Amerika. Ook het vervoer op de schepen was geen pretje. Dicht op elkaar gepakt, zonder frisse lucht, wekenlang op een schip zorgde voor trieste omstandigheden. Veel negers overleefden de overtocht dan ook niet. De plaatjes laten een aantal situaties zien hoe de slaven vervoerd werden. Als ze de overtocht van een aantal maanden overleefd hadden, werden ze op de slavenmarkt verkocht aan de hoogste bieder. De nieuwe eigenaar mocht doen en laten met je wat hij wilde. Je was tenslotte zijn bezit geworden. Je was letterlijk “koopwaar”; er bestonden winkels waar je slaven kon kopen. Hier een slavenwinkel en veilinghuis in 1864 in Atlanta, Georgia. Worksongs Als slaaf had je geen rechten. De grootgrondbezitter mocht feitelijk alles doen en laten met je wat hij wilde. Als je geluk had, mocht je van je baas bij je huisje eigen groente verbouwen en had je redelijke werktijden. Als je pech had, moest je lang en hard op de katoenplantage werken en, als je tenslotte stierf, had je nooit iets van een eigen bezit (meubels, een ezel, gereedschap) gehad. Als neger had je in feite geen eigen bezit en was je je hele leven gedoemd slaaf te zijn. Maar een blanke kon ook slaaf zijn (bijvoorbeeld criminelen, overgebracht uit Europa) en kon zijn slaventijd afkopen na zeven jaar. Hij kreeg dan zijn persoonlijke bezittingen terug en was een vrij man. Muziek maken was ook alleen maar geoorloofd als vermaak voor de blanken, of als het nuttig was voor het behoud van het werkplezier of –tempo. De blanke grootgrondbezitter was namelijk bang dat de neger geheime berichten op zijn instrumenten door zou geven. Veelal werden daarom de instrumenten in Afrika reeds vernietigd en was het enige dat de slaaf meenam zijn herinnering aan de muziekcultuur in Afrika. Uiteraard probeerden de slaven op een slinkse wijze hun cultuur te bewaren en met elkaar te communiceren. Het was onder andere verboden om te oefenen in schijngevechten. Men denkt dat de capoeira ontwikkeld werd om dit verbod te omzeilen. De hoofddoeken die vrouwen droegen werden gebruikt om boodschappen over te brengen. De manier waarop de hoofddoek gedragen werd had een bepaalde betekenis. Het werken op een katoenplantage is zeker geen pretje. Katoen groeit in een zeer vochtige en warme omgeving. Het plukken van het rijpe katoen is een arbeidsintensieve bezigheid, doordat het katoen moeilijk uit het kapsel geplukt kan worden. Als je van de eerste schemering ’s morgens tot na zonsondergang in de brandende zon moet werken, is een beetje arbeidsvitaminen welkom. Maar in deze tijd (rond 1800) bestaat er nog geen radio of iPod en moet je zelf voor de muziek zorgen. De slaven gaan, net als in hun geboorteland, zingen tijdens het werk. De slaven zetten de traditie om tijdens het werk te zingen voort in hun nieuwe omgeving. Het zijn geen bedachte, gecomponeerde liederen, maar ter plekke geïmproviseerd wisselgezangen. De liederen worden in voor- en nazang (call and response) gezongen. De worksong is een a capella gezongen – dus zonder instrumentale begeleiding geïmproviseerd lied. Ze werden mondeling overgeleverd, zodat er geen genoteerde versies bewaard gebleven zijn. Omdat de liederen spontaan verzonnen werden tijdens het katoenplukken, is er bijna geen vaste vorm, weinig steeds terugkerende kenmerken ontstaan. Wel kenmerkend is de call and response-vorm. Een voorzanger (leader) zet een spontaan verzonnen melodielijn in en de overige arbeiders (choir) antwoorden. Op deze manier ontstaat er een ritme waarop het werk makkelijker gedaan kan worden. Het werkt stimulerend, als arbeidsvitaminen. Je werd een beetje van het eentonige werk afgeleid, waardoor je je moeheid niet zo voelde. Het onderstaande lied “Jody” is een worksong die bij het kappen van bomen gezongen werd. Op elke eerste en derde tel hakt iemand van de groep met zijn bijl. Dit lied is als luistervoorbeeld te vinden in TeleTOP in Informatie. Een voorbeeld van een andere worksong is het lied “Pick a bale o’ cotton”. Dit is een voorbeeld van een zogenaamde plantation song. Dit lied werd tijdens het plukken van katoen gezongen. Dat de zanger erg enthousiast is over zijn bijdrage over de hoeveelheid katoen en erg overdrijft wordt duidelijk als je weet dat een baal katoen zo’n 230 kilo weegt. Het katoen werd in balen vervoerd via het spoor of over het water met raderboten richting New Orleans. Een andere soort worksong is de railroad song. Deze werd, zoals de naam al zegt, gezongen tijdens het aanleggen van een spoorweg. Als de bielsen en de rails gelegd zijn, moet het spoor recht gelegd worden. Omdat dit, gezien het gewicht, nogal een zwaar werk is, zijn veel mensen tegelijkertijd nodig om het spoor te verplaatsen. Door het zingen van een railroad song zal iedereen op hetzelfde moment kracht zetten om de rails te verleggen. De man rechts op de foto zingt vóór (call) en de spoorwerkers zingen na (response). Door het ritme van het lied werkt iedereen samen. Fieldholler is een langgerekte, luide, melodieuze roep (shout). Andere benamingen zijn hoolies of hollers. Op deze manier werden bijvoorbeeld instructies gegeven door de baas tijdens het werk. Hieronder zie je een voorbeeld van zo’n holler. De titel is: Cornfield Holler. In de film “O Brother, Where Art Thou?” hoor en zie je aan het begin een Chaingang Song. Dit soort liederen worden gezongen door gevangenen die op de velden of aan straten moeten werken. Liederen zonder begeleiding, die alleen gevoelens moesten uitdrukken, zonder harmonische structuur. De naam is afgeleid van de kettingen waarmee een aantal gevangenen aan elkaar vastgebonden zijn (chains). Chaingang In 1808 wordt de slavenhandel officieel verboden, maar in de praktijk is hier weinig van te merken. Onderdrukking, discriminatie en achterstelling van de neger zijn nog aan de orde van de dag. Omdat de blanken zeer godsdienstig zijn, is het gebruik van andere instrumenten dan het orgel niet toegestaan. Trommels worden als heidense instrumenten gezien en mogen dus niet gebruikt worden. Ook waren de slavenbezitters bang dat de negers door middel van de trommels berichten zouden doorgeven om te vluchten. Als een slaaf toch ontsnapt was, werd hij op een gruwelijke manier gestraft wanneer hij gepakt werd. Zweepslagen of het afhakken van een voet waren geen uitzonderingen. Hier zie je een slaaf die met zweepslagen gestraft is. Nog een voorbeeld. De enige muzikale uiting die overbleef was dus zingen. De oudste bekende worksongs stammen uit rond 1880. De melodieën van deze shanties (liedjes) zijn overgenomen in spirituals en gospels. De melodie van zo’n shantie, ook wel corn dittie (maislied) genoemd, werd vaak voorzien van een andere – spirituele, dus op de bijbel terug te voeren – tekst. Toen de diensten van de negers nog in het geheim gevierd moesten worden in zogenaamde camp meetings of bush meetings, was het samen zingen een uiting van het delen van vreugde, verdriet en hoop met elkaar. De nieuwe liederen werden ritmisch begeleid door handgeklap of het stampen met de voeten. Go Down Old Hannah bijvoorbeeld lijkt veel op de spiritual Go down Moses. Enkele namen die sterk verbonden zijn met worksongs: leadzanger Huddle William Leadbetter, beter bekend onder de naam Leadbelly of Lead Belly (1885-1949). Hij is onder andere tot 30 jaar veroordeeld voor moord. Wegens goed gedrag is hij, nadat hij zijn verzoek zingend (!) voorgedragen had aan gouverneur Pat Neff, vroegtijdig vrijgelaten. Zijn bijnaam heeft hij te danken aan zijn medegevangenen, die zijn achternaam speels aanpasten. Maar ook door zijn sterke, fysieke gestel. Want wat betekent: lead belly? “Blind” Lemon Jefferson (1893-1929) was in de twintiger jaren van de vorige eeuw een zeer succesvolle en invloedrijke blueszanger. Zijn plaatopnamen zijn een commercieel succes. Hij wordt gezien als de grondlegger van de country blues. Overigens, hij is echt blind, waarschijnlijk vanaf zijn geboorte. Dit is Robert Johnson. Ook hij heeft grote invloed gehad op de ontwikkeling van de blues. Howlin’ Wolf zingt Sittin’ on top of the World. Deze Blues-rock heeft geen 12 maar 9 maten. Dit komt niet vaak voor. Deze blues kun je als luistervoorbeeld vinden in TeleTOP onder Informatie. De blue-notes en de glissando’s zijn goed te horen. Robert Johnson Howlin' Wolf Blues Uit de diverse soorten onbegeleide vocale muziek die de arme, meestal als slaaf werkende arbeider zingt, ontstaat geleidelijk een muziekstijl die we blues zijn gaan noemen. Haar oorsprong ligt in het deltagebied van de rivier de Mississippi, in de staat Mississippi in de 19de eeuw in het zuiden van de V.S. De country blues, zoals deze vorm genoemd wordt, is nog steeds vocaal, maar nu begeleid door een akoestische gitaar. Andere benamingen voor deze soort blues zijn folk blues, rural blues, backwoods blues, of downhome blues. De blues is een zogenaamde “good time music”. Het is niet zozeer een stijl, maar meer een gevoel. Het is niet belangrijk of de zanger(es) een mooie stem heeft en de melodie goed zingt. Het gevoel dat in de bluessong gelegd wordt is veel belangrijker. Het gevoel van melancholie, neerslachtigheid, depressie, droefheid wordt uitgezongen. De naam is afgeleid van de uitdrukking ‘the blue devils’, dat door de neger als dit gevoel omschreven wordt. De omstandigheden waarin de neger zit, zijn ronduit slecht te noemen. Ze zongen over wat ze voelen en ze voelen zich vaak terneergeslagen: “I’m feeling blue”, “to have the blue devils” zijn uitdrukkingen waarmee ze dit gevoel proberen te beschrijven. De oude bluesteksten zijn dan ook vrijwel nooit protesterend, maar juist berustend. Ze gaan over de liefde tussen man en vrouw, over huis en haard, de zorgen, het slechte onderwijs, het zware werk en de discriminatie. De blueszanger begeleidt zich op de akoestische gitaar en zingt vaak met ruwe, ongeschoolde stem. Hij zet tonen expres onzuiver in (= dirty intonation) of glijdt naar de tonen toe (= glissando). De blue-notes zijn een belangrijk expressiemiddel om de neerslachtigheid uit te drukken. Bij het zingen van de blues gaat het niet om perfect verklankte noten of dat je elke noot precies op de tel raakt, maar meer om het uiten van oprechte emotie (van treurig tot dolblij en alles wat daartussen zit). De vorm waarin de tekst gezongen wordt bestaat meestal uit drie regels waarvan de eerste twee (ongeveer) hetzelfde zijn en de derde anders is. Ook de melodie is opgebouwd uit drie zinnen. De eerste twee lijken op elkaar en de derde wijkt af. Zowel de tekst- als ook de harmonische structuur is vrij uniek. De blues bestaat uit een melodie van 12 maten van elk 4 tellen, waarbij de tekst een AAB-vorm heeft. Dit schema wordt een chorus genoemd. In de blues worden maar drie akkoorden gebruikt, aangeduid met I, IV en V. Een akkoord is een stapeling van drie of meer tonen die tegelijkertijd gespeeld moeten worden. In de muziek gebruiken we Romeinse cijfers om de trappen in de toonladder aan te geven. C D E F G A B C’ D’ enz. I II III IV V VI VII I II enz. Het eerste akkoord (I) is bijvoorbeeld gebouwd op de noot C. Het akkoord C bestaat dan uit de noten C-E-G. Het tweede akkoord (IV) wordt gebouwd op de noot F: F-A-C. Het derde akkoord, het G-akkoord, wordt vervolgens gebouwd op de noot G: G-B-D. De drie akkoorden worden in een vast patroon gespeeld. Het schema dat dan ontstaat wordt verdeeld in 3 regels van 4 maten. Het schema ziet er nu als volgt uit: I I I I IV IV I I V IV I V Maar, zoals je zult zien, kan dit schema afwijken. In het speelstuk Blues in C is de akkoordenvolgorde iets gewijzigd. Praktijk Blues & Akkoorden Opdracht 1 Noteer hieronder het C-akkoord, het F-akkoord en het G-akkoord. Opdracht 2 Noteer de letters van de akkoorden onder de melodie van deze blues. Luister hiervoor goed naar de samenklank. Opdracht 3 Oefening 1 Speel als begeleiding per maat een C-akkoord of een G-akkoord Oefening 2 Speel als begeleiding per maat een C-akkoord of een F-akkoord Oefening 3 Speel als begeleiding per maat een C, een F of een G-akkoord Films In veel films komen bluessongs voor. Ook kan een film geheel over de blues gaan. Met de informatie die je in dit stuk opgedaan hebt, kun je de fragmenten herkennen. Filmtitels: Sounder (1972); the Blues Brothers (1980 & 1998); Crossroads (1986); O Brother, Where Art Thou? (2000); Ray (2004); en Black Snake Moan (2006). Deze lijst is uiteraard niet volledig. Wanneer je een film gezien hebt waarin een blues voorkomt en de titel staat niet in de lijst, geef deze titel door aan je docent zodat je meehelpt met het uitbreiden van deze lijst.