Duivelsmuziek “Long distance information, give me Memphis Tennessee. Help me find the party trying to get in touch with me”. Het was de veteraan Chuck Berry die met het nummer “Memphis Tennessee”, de stad Memphis meteen op de wereldkaart van de muziek zette. Memphis, dat is de geboorteplaats van de rock-n-roll terwijl in New Orleans de jazz werd geboren en ergens daartussen, in de Mississippi delta, de blues ligt. Jaarlijks maken duizenden muziekliefhebbers een bedevaartstocht over de snelweg die deze plekken verbindt, Highway 61. Echter, met de auto raas je zo voorbij aan het hart van de “Deep South” en georganiseerde reizen eindigen niet zelden in het muffe, kitscherige Graceland. Dat het ook anders kan bewijzen de journalist Leendert van der Valk en zijn vriendin, de fotografe Winnifred Wijnker. Beiden willen doordringen tot in het hart van het roemruchte gebied en doen dit dan nog uitgerekend op de fiets. Het verslag daarvan vind de lezer in het boek “Duivelsmuziek” (*) De reis vangt aan in Memphis, de geboorteplaats van de legendarische platenfirma “Stax records”. Tegenwoordig is Stax verworden tot een schim van wat het vroeger was. Een museum van liedjes, maar wie herinnert zich niet ‘Green Onions’ van Booker T. & the MG’s of de veel te vroeg gestorven Otis Redding? Vervolgens gaat de tocht naar West-Memphis. Bekend omwille van de platenstudio “ Sun records” van Sam Philipps, eigenlijk de geboorteplaats van rock. Het was daar dat Elvis Presley in 1953 zijn eerst plaatje opnam. Ook Carl Perkins, Jerry Lee Lewis, Johnny Cash en Roy Orbinson zouden volgen. West-Memphis, dat is ook de pleisterplaats van de legendarische Howlin’ Wolf. Er bestaat trouwens een prachtige video van de jonge Rolling Stones die te gast zijn in het Amerikaanse T.V.-programma Shindig!. De Stones zitten er als schaapachtige schooljongens, vol bewondering, aan de voeten van de grote oude Howlin’ Wolf. Aangekomen in Helena ontmoeten ze de nu 84 jarige Sonny Payne die nog steeds het legendarischer radio programma King Biscuit Time verzorgd. Naar Clarksdale dan met Muddy Waters en diens ontdekker Alan Lomax (zie trouwens ook de schitterende documentaire van Rogier Kappers “Lomax the songhunter”). Net buiten Clarcksdale zou zich trouwens de bekendste deal uit de blues geschiedenis hebben voltrokken. Robert Johnson verkocht er zijn ziel aan de duivel in ruil voor de gave van een ongëvenaarde gitaartechniek. Vervolgens gaat de fietstocht naar Greenwood met aandacht voor Mississippi John Hurt. Hoe meer het koppel richting New Orleans gaat, hoe sterker het muzikale palet van blues en gospel overgaat naar meer Caraibische straatjazz. Vooraleer in New Orleans aan te komen wordt er nog gestopt in Port Gibson, thuisbasis van John Lee Hooker en te Natchez waar Alan Lomax in 1933 in de Angola Prison de toen 45- jarige Huddie William Ledbetter, beter bekend als Leadbelly, ontmoette. Leadbelly was een wandelende jukebox met een prachtige stem. Een jaar later zou hij trouwens vrijkomen dankzij de tussenkomst van Lomax. Eenmaal in New Orleans aangekomen ontsnappen onze reizigers ook niet aan de harde realiteit. De stad is nog steeds zwaar gehavend door de orkaan Katrina. De auteur heeft er een ontmoeting met o.a.Lolis Elie. Behalve schrijver van de schitterende serie Treme – een ode aan de veerkracht van de stad – ook heel actief in de muziekscene van New Orleans. Een stad trouwens die nog altijd leeft van en gedreven wordt door de muziek. Een stad ook die spijtig genoeg ook heel wat vergeten rasartiesten telde zoals Imra Thomas of Professor Longhair. Na 1 maand keert het koppel terug naar Utrecht. Ietwat melancholisch zien ze vanuit het vliegtuigraampje hoe de Mississippi delta langzaam maar zeker onder hen krimpt... Wat blijft echter zijn de platen waarmee alles begon. Of zoals van der Valk het stelt “ De jacht is mooier dan de vangst zongen de Tröckener Kecks ooit. Dat is geen blues, maar toch waar” (blz. 265) Duivelsmuziek is een knap geschreven reisverslag. Het stel fietst door de dampende hitte, in oneindige leegte, met langsrazend verkeer of door roemruchte wijken en gehuchten. De ontmoetingen, het afzien, de vele anekdotes en de nodige feiten over het diepe zuiden (de sociale context, de slavernij, rassendiscriminatie, de blijvende armoede), alles wordt pakkend beschreven met de nodige ruimte voor enige vorm van zelfspot en relativering. Leendert van der valk bewees trouwens reeds met zijn debuut Onheilstij dat hij kan schrijven en dit boek is hiervan nog maar eens de bevestiging. Het boek is bovendien rijkelijk voorzien van knappe foto's en per hoofdstuk een passende luistertip. De complete soundtrack kan via Spotify beluisterd worden. Je hoeft heus geen doorgewinterde muziekliefhebber op middelbare leeftijd te zijn om dit boek te koesteren. Je kan in dat laatste geval enkel, net zoals de auteur, betreuren dat je vijftig jaar te laat komt. Naast muziek- en fietsfanaten is dit boek ook geschikt voor mensen die gewoon een goed boek willen lezen en zich willen laten meeslepen in een boeiend verhaal. Aanschaffen dus is de boodschap! Bernard Lindekens (*) Leendert van der Valk, Duivelsmuziek. Op de fiets van Memphis naar New Orleans, Uitgeverij L. J. Veen, Amsterdam, 2011, 267 pag. ISBN 978 90 204 6661 4.