Beter af met PEG of Mic-Key Nursing, juli 2003 pagina 46 e.v. Auteur: Joop Rosier en Karine Hoenderdos Beter af met PEG of Mic-Key Langdurige sondevoeding bij kinderen Sommige kinderen hebben langdurig sondevoeding nodig. Een percutane voedingssonde is dan vaak een veilige en kindvriendelijke oplossing. Toch vergt het soms overredingskracht de arts hiervan te overtuigen. Bij sommige kinderen zijn artsen erg terughoudend om een percutane sonde te plaatsen. Deze terughoudendheid is niet altijd terecht, vinden wijkverpleegkundigen van het team verpleegkundige thuiszorgtechnologie (VTT) van Thuiszorg Kempenstreek in Veldhoven. Navraag bij collega’s in andere medisch-technische teams leert dat zij deze mening delen. Een sonde die via de huid direct in de maag komt kan voor een kind een veel prettiger oplossing zijn dan een neus-maagsonde, zo is hun ervaring. Het gaat dan om een PEG-sonde of een Mic-Key. Maar om wat voor kinderen gaat het eigenlijk? En welke problemen veroorzaakt de neus-maagsonde? VTT-verpleegkundige Heleen Brevé van Thuiszorg Kempenstreek: ‘Een van de kinderen bij wie dit speelt is een baby van enkele maanden oud met cardiomyopathie. Het krijgt sondevoeding omdat het te zwak is om zelf te drinken. Maar wat de neus-maagsonde niet voor ellende heeft gegeven! Door hoesten of braken ging die er steeds uit. Dat gebeurt snel met de dunne microsondes die we tegenwoordig gebruiken. En de sonde leidt tot een verhoogd risico op infecties in de neusholten. Dit kind was daardoor steeds verkouden. Verder hebben we een baby met een ernstige verstandelijke handicap in zorg. Door cerebrale stoornissen reageert het niet op prikkels en heeft het verstoorde zuigreflexen. Vanwege afwijkingen in de neus moeten we de sonde inbrengen via de mond. Het krijgt steeds geïrriteerde plekken, maar je hebt op zo’n klein gezichtje maar weinig ruimte om een kaasplak te bevestigen waarop je de sonde kunt vastplakken. Door overtollig slijm hoest het steeds de sonde uit. En nu het wat groter wordt, trekt het ook zelf de sonde eruit. Het is belastend voor het kind dat we die steeds weer moeten inbrengen. We hebben geen witte jas aan om niet bedreigend over te komen, maar toch, het kind herkent ons meteen en je merkt de weerstand zodra je dichterbij wilt komen.’ Voor de ouders speelt ook het uiterlijke aspect mee, weet Heleen.’Iedereen ziet duidelijk dat er iets met hun kind aan de hand is. Dat is heel vervelend.’ Opluchting Het inbrengen van een PEG-sonde of Mic-Key is een kleine ingreep. Daarom is dat voor deze kinderen een veel betere oplossing, vindt het VTT-team uit de Kempenstreek. Heleen: ‘De eerste vijf dagen is de insteekplaats wel gevoelig omdat je het ballonnetje of schildje binnen en het plaatje buiten strak aantrekt. Dat is nodig zodat zich een goed tunneltje vormt. Na de eerste vijf dagen kan het plaatje wat losser. Daarna kan de PEG-sonde of Mic-Key blijven zitten, soms wel jaren. En vrijwel altijd probleemloos. Voor de ouders is het niet moeilijker om via zo’n toegangsweg de voeding toe te dienen. Het aanbrengen is voor ouders soms wel een drempel, ze ervaren het als een mutilerende ingreep. Aan de andere kant zijn ze wel opgelucht als ze eenmaal zien hoe probleemloos het werkt. Eigenlijk vinden zowel de ouders als wijzelf altijd dat we er al veel eerder mee hadden moeten beginnen.’ Weerstand Jaarlijks verplegen Heleen en haar collega’s enkele kinderen die beter af zouden zijn met een percutane toegang tot de maag. Het kost echter vaak veel moeite de behandelend arts daarvan te overtuigen. De artsen nemen uiteindelijk hun advies wel over, maar het duurt vaak lang. Heleen: ‘In het team hebben we daarover van gedachten gewisseld. Het lijkt wel of het besluit om te voeden via een neus-maagsonde te maken heeft met de levensverwachting van het kind. Als het kind een slechte prognose heeft, is er veel weerstand tegen het inbrengen van een PEG-sonde of Mic-Key. Er is wel verschil tussen behandelaren. In kinderziekenhuizen zijn ze er sneller mee dan op de kinderafdelingen van de gewone ziekenhuizen. De wens is eerst alles tot in de puntjes te diagnosticeren en dan pas stappen te ondernemen. Maar de periode van onderzoek kan lang duren en ondertussen moet het kind al die tijd een neus-maagsonde verdragen. Wij hebben daar voortdurend mee te maken en zien de problemen die dat oplevert voor het kind. Er kunnen uiteraard soms contra-indicaties zijn. Evenmin is een percutane toegang geïndiceerd als de verwachting is dat kind slechts een korte periode sondevoeding nodig heeft. Maar als een kind naar verwachting langer dan vijf tot zes weken Nursing, juli 2003 pagina 46 e.v. Beter af met PEG of Mic-Key sondevoeding moet krijgen is de ingreep verantwoord. Die termijn wordt ook bij volwassenen gehanteerd.’ Andere regio’s In hoeverre is dit probleem herkenbaar in andere regio’s? Nursing vroeg verpleegkundigen uit enkele andere specialistische thuiszorgteams om een reactie. Martin Wals, kinderverpleegkundige in het specialistisch kinderteam van Amsterdam Thuiszorg, vindt dat in zijn regio de artsen er meer voor open staan. ‘We hoeven hier niet veel moeite te doen om een arts te overtuigen. We zien wel verschillen tussen artsen. In het algemeen zijn gastro-enterologen naar mijn idee iets sneller bereid een PEG-sonde te plaatsen dan chirurgen. Ook hangt er veel van af hoe alert de ouders zijn. En wat zeker meespeelt is hoe alert we in het kinderteam zijn.’ ‘De problemen zijn heel herkenbaar,’ vindt Mascha de Leeuw, gespecialiseerd wijkverpleegkundige oncologie en medisch-technisch handelen (MTH) bij Thuiszorg Den Haag. ‘Met name bij de wat oudere, geretardeerde kinderen zouden artsen vaker voor een PEG-sonde kunnen kiezen. Ze vinden echter het aanbrengen een hele ingreep voor een kind en kiezen liever voor een neus-maagsonde, ook als die twee of drie keer per week opnieuw ingebracht moet worden. Ook speelt mee dat we in ons gebied veel allochtone kinderen hebben. Bij hen is het lastig alles rond de ingreep en verzorging aan de ouders uit te leggen en deze van de zin ervan te overtuigen.’ Ouders ‘Het is bij ons de laatste jaren beter geworden, maar tot een jaar of vijf geleden was het nog modderen,’ vindt Jos van der Vat, MTH-verpleegkundige bij Thuiszorg Enschede-Haaksbergen. ‘Dat heeft de maken met de kinderartsen waarmee we nu te maken hebben: die geven kinderen al snel een Mic-Key. Ook de kinderen die we uit de grote kindercentra in Groningen en Utrecht terugkrijgen hebben een Mic-Key. Wel kan het gebeuren dat de ouders ernstige bezwaren hebben. Onlangs speelde dat bij een zwaar geretardeerd kind. Vanaf de geboorte had het een slechte prognose, maar inmiddels is het al drie jaar. Al die tijd had het een neus-maagsonde omdat de moeder niets anders wilde. Maar het kindje verzette er zich steeds meer en uiteindelijk zag ook de moeder in dat het niet meer ging. Sinds kort heeft het een Mic-Key en dat gaat perfect. De moeder is nu zielsgelukkig. Zulk extreem verzet van de ouders komt niet zo vaak voor, al verschillen ouders wel in opvattingen. Toch: als je ze goed voorlicht en begeleidt en de kinderarts daaraan een steentje bijdraagt verloopt het meestal soepel. En achteraf zien de ouders dat het veel voordeel oplevert.’ Sondevoeding voor zuigelingen Van de zuigelingen die op sondevoeding zijn aangewezen vormen prematuren de grootste groep. Voor hen is er aangepaste zuigelingenvoeding, die ook geschikt is voor toediening via een sonde (Frisolac Prematuur®, Nenatal Start®). De samenstelling van deze producten is volledig afgestemd op de voedingsbehoeften van de premature zuigeling. Dat geldt bijvoorbeeld voor het gehalte aan langeketenvetzuren, die essentieel zijn voor de hersenontwikkeling en groei. Zuigelingenvoeding voor prematuren is in principe geïndiceerd tot de leeftijd van 38 weken na de bevruchting of totdat het kind een ‘normaal’ geboortegewicht (vanaf 2500 gram) heeft bereikt. Daarna kan gewone zuigelingenvoeding worden gegeven, die soms nog wordt verrijkt met producten als sojaolie of dextrine-maltose (Fantomalt®), bijvoorbeeld als de groei wat achter blijft. Er is ook ‘postdischarge’ voeding op de markt, afgestemd op de behoefte van prematuren na ziekenhuisopname tot zes maanden na de uitgerekende datum. Deze voeding bevat extra energie en eiwit voor een betere inhaalgroei (Nenatal 1®, Frisolac Prematuur 1®). Afgekolfde moedermelk door de sonde geven is ook mogelijk. Als versnelde groei van de zuigeling nodig is, kan men moedermelk verrijken met een eiwitrijk preparaat (Nenatal BMF®). Ook andere zuigelingen kunnen sondevoeding nodig hebben, bijvoorbeeld omdat ze een hart- of slokdarmafwijking of longproblemen hebben.Voor hen is er verrijkte sondevoeding die voldoet aan de verhoogde behoefte aan eiwitten, vitamines en mineralen die deze kinderen hebben door hun ziekte (Infatrini®). Deze voedingen kunnen allemaal ook door een PEG-sonde of Mic-Key worden gegeven. Toediening Afhankelijk van de verwachte duur van de sondevoeding krijgen zuigelingen een PVC-sonde (voor kortdurende voeding), een verblijfssonde, of een PEG-sonde Mic-Key. De toediening gebeurt meestal per bolus, in een ritme van zeven à acht voedingen per dag. Bij kinderen met maagdarmproblemen of chronische zieke kinderen kiest men vaak voor continue toediening met een voedingspomp, om de maag en darmen te ontlasten. Nursing, juli 2003 pagina 46 e.v. Beter af met PEG of Mic-Key Voedingsproblemen Zuigelingen heten niet voor niets zuigeling. Ze hebben een grote zuigbehoefte, die door voeden via de sonde niet wordt bevredigd. De zuigreflex verdwijnt zelfs na enkele maanden sondevoeding. Aan de zuigbehoefte kan worden voldaan door tijdens de sondevoeding te laten zuigen op een fopspeen of (door de ouders) een pink. Geef tijdens het voeden ook een druppel voeding in de mond om toch de smaak te laten proeven. Na het stoppen met langdurige sondevoeding kunnen voedingsproblemen ontstaan. De mondmotoriek is onvoldoende ontwikkeld doordat de kinderen minder hebben kunnen zuigen en sabbelen. Door de voortdurende irritatie en prikkeling in het mondgebied associëren ze eten niet meer met plezier. Iets wat bij een PEG-sonde of Mic-Key in principe niet het geval is, maar vaak heeft een kind daarvóór al lange tijd neussondes gehad. Dan kan het ‘kwaad’ al geschied zijn. Ook is er weinig positieve prikkeling in het mondgebied bij een PEG-sonde of Mic-Key. Je zult dus aandacht moeten besteden aan zuigen, sabbelen, proeven en eventueel eten en drinken in de mond aanbieden als dat kan. Met dank aan Nutricia en Greetje van Asselt, kinderverpleegkundige Nursing, juli 2003 pagina 46 e.v.