QUARK_5-Thema-01-elektrische kracht - sleutels Blz. 1 THEMA 1: elektrische kracht - sleutels Vraag-1) [les-A] metalen bol Een metalen bol wordt positief geladen en samen met een tweede geladen bol op een glazen plaat gezet (tekening in bovenaanzicht). a) Hoe gaat de lading zich verdelen? Verklaar. b) Teken de ladingsverdeling op de beide metalen bollen in de volgende situaties. c) Je legt de bol nu rechtstreeks op de grond. Wordt de aarde hierdoor geladen? Verklaar. Oplossing: Vraag-2) [les-A] Liesbeth Op een droge winterdag stapt Liesbeth uit haar auto en door de wrijving met de autostoel krijgt haar jas een lading van -83 µC. Bereken: het aantal extra elektronen op haar jas en haar massatoename. Oplossing: Vraag-3) [les-B] PSE In het periodiek systeem van de elementen (PSE) neemt de atoomstraal binnen een periode af. a) Verklaar aan de hand van coulombkracht. b) Welke invloed heeft dit op de elektronegativiteit (= neiging om elektronen op te nemen) binnen een periode? Oplossing: QUARK_5-Thema-01-elektrische kracht - sleutels Blz. 2 Vraag-4) [les-B] 2 metalen bollen Twee metalen bollen bevinden zich met hun middelpunt op 12 cm van elkaar en hebben respectievelijk een lading van 0,080 µC en -0,060 µC. Teken en bereken de kracht op elke bol. Oplossing: Vraag-5) [les-B] 2 puntvormige ladingen Twee puntvormige ladingen (Q1 = 0,294 C en Q2 = 0,147 C) oefenen een kracht uit op elkaar van 4,80 N. Op welke afstand bevinden de ladingen zich? Oplossing: Vraag-6) [les-B] atoom Een elektron bevindt zich op 1,5.10-12 m van de kern van een ijzeratoom dat 26 protonen bevat. a) Teken en bereken de coulombkracht van de kern op het elektron. b) Hoe komt het dat het elektron niet in de kern opgenomen wordt? Oplossing: Vraag-7) [les-B] waterstofatoom Het waterstofatoom bestaat uit een positieve kern waarrond een elektron beweegt op een baan met een straal r = 0,53.10-10 m. Bereken de coulombkracht op het elektron. Oplossing: QUARK_5-Thema-01-elektrische kracht - sleutels Vraag-8) [les-B] situatie voor en na… Blz. 3 Twee puntladingen op 5,00 m van elkaar stoten elkaar in de lucht af met een kracht van 0,072 N. Je brengt ze met elkaar in contact en plaatst ze dan weer op dezelfde afstand van elkaar. Ze stoten elkaar nu af met een kracht van 0,081 N. Hoe groot zijn de oorspronkelijke ladingen? Oplossing: Vraag-9) [les-B] resulterende kracht… Een puntlading van 3,00 µC wordt tussen twee puntladingen geplaatst, zoals voorgesteld op de figuur. a) Vul in onderstaande uitdrukkingen + of- aan, zodat de uitdrukking correct is voor de kracht op deze middelste lading. b) Teken en bereken de kracht op deze middelste lading. Oplossing: