REGLEMENT BETREFFENDE DE SUBSIDIËRING VAN PROJECTEN IN DE SOCIALE ECONOMIE Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen Artikel 1 Binnen de perken van de kredieten, die op de goedgekeurde begroting van de provincie Antwerpen voorzien worden, kan de deputatie of de provincieraad een toelage verlenen voor projecten, die betrekking hebben op de sector van de sociale economie 1 of die een doelstelling uit deze sector ondersteunen. Artikel 2 Projecten zijn initiatieven die niet tot de algemene werking van de organisator behoren, maar die qua opzet, inhoud en omvang de normale mogelijkheden van de initiatiefnemer overstijgen. Hoofdstuk 2: Toekenningsvoorwaarden Artikel 3: Begunstigde §1. Om voor de subsidiëring in aanmerking te komen, moeten de organisaties aan volgende voorwaarden voldoen (hierna genoemd: de begunstigde): a) zij hebben betrekking op de sector van de sociale economie of ondersteunen een doelstelling uit deze sector; b) de activiteit die deze organisaties wensen uit te voeren heeft impact op de sociale economie in de provincie Antwerpen; c) zij hebben door hun opzet, inhoud en omvang een provinciaal of bovenlokaal bereik. d) erkend zijn als sociale werkplaats, beschutte werkplaats, sociaal inschakelingsinititatief, inschakelingsinitiatief binnen lokale openbare besturen, buurt- en nabijheidsdienst, vereniging zonder winstoogmerk, vereniging met sociaal oogmerk, coöperatieve vennootschap. Artikel 4: Aanvraag §1. De aanvraag voor subsidiëring moet schriftelijk via het hiervoor bestemde aanvraagformulier ingediend worden bij de deputatie. Op het aanvraagformulier moet a) De inhoud, het opzet, de aard en de inkomsten en uitgavenraming van het project, waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, weergegeven worden. b) Een exemplaar van de statuten en de statutenwijziging van de organisatie moet worden toegevoegd. §2. De aanvragers van de subsidie zijn ertoe gehouden alle door de provincie gevraagde inlichtingen en documenten over te maken. Artikel 5: Gezamenlijke projecten Gezamenlijke projecten worden gesubsidieerd in hoofde van de aanvrager die door de initiatiefnemers als organisator wordt opgegeven. “De sociale economie bestaat uit een verscheidenheid van bedrijven en initiatieven die in hun doelstellingen de realisatie van bepaalde maatschappelijke meerwaarden vooropstellen en hierbij de volgende basisprincipes respecteren: voorrang van arbeid op kapitaal, democratische besluitvorming, maatschappelijke inbedding, transparantie, kwaliteit en duurzaamheid. Bijzondere aandacht gaat ook naar de kwaliteit van de interne en externe relaties. Zij brengen goederen en diensten op de markt en zetten hun middelen economisch efficiënt in met de bedoeling continuïteit en rentabiliteit te verzekeren.” (definitie VOSEC, Vlaams Overlegplatform Sociale Economie en Meerwaardeneconomie) 1 Hoofdstuk 3: Subsidieregeling Artikel 6 De indiening van het volledige aanvraagdossier kan doorheen het hele jaar gebeuren. Artikel 7: Evaluatie en toekenning §1. De ingediende aanvraagdossiers zullen samen met een gemotiveerd advies van het Provinciaal Steunpunt Sociale Economie ter beslissing worden voorgelegd aan de deputatie, indien het gevraagde subsidiebedrag minder of gelijk is aan 10.000 euro, of aan de provincieraad, indien het gevraagde subsidiebedrag hoger is dan 10.000 euro. §2. De deputatie of provincieraad bepaalt op basis van het ingediende dossier en het advies van de Provinciaal Steunpunt Sociale Economie, het definitieve subsidiebedrag. Het toegekende subsidiebedrag bedraagt maximum 75% van de projectkosten. §3. De deputatie kent subsidiebedragen tot en met 10.000 euro toe aan de begunstigde. De provincieraad kent subsidiebedragen hoger dan 10.000 euro toe aan de begunstigde. Artikel 8: Uitbetalingsprocedure projectsubsidies §1. Na de realisatie van het project dient een beknopt rapport over de aanwending van de toelage en een staat van uitgaven ingediend te worden, ten laatste 31 augustus van het jaar volgende op het jaar waarvoor de toelage werd toegekend. Deze gegevens dienen gestaafd te worden door in te dienen bewijsstukken. §2. De uitbetaling van de toegekende subsidie gebeurt in één schijf als 100% terugvorderbaar voorschot en wordt onmiddellijk betaalbaar gesteld na beslissing aangaande het toegekende subsidiebedrag door de deputatie of provincieraad. Na volledige realisatie van het project dient een rapport en een staat van uitgaven, conform artikel 8 paragraaf 1 ingediend te worden. §4 Indien het project gerealiseerd werd voor een bedrag lager dan de toegekende subsidie, dan wordt het teveel uitgekeerde bedrag teruggevorderd pro rata de effectief gerealiseerde kost. Artikel 9 Bij het indienen van een subsidieaanvraag dienen vorige subsidieaanvragen steeds volledig afgerond te zijn. Dit wil zeggen dat het beknopt verslag en een staat van uitgaven moeten ingediend zijn, gestaafd door bewijsstukken. Artikel 10 Een initiatiefnemer kan slechts éénmaal per jaar voor onderhavige subsidie in aanmerking komen. Initiatieven die in samenwerkingsverband worden ingericht, worden hierbij niet meegerekend. Het project mag geen andere provinciale subsidie voor de activiteiten, waarvoor de tussenkomst wordt aangevraagd, ontvangen. Hoofdstuk 4: Toepassings- en controlemaatregelen Artikel 11 De aanvragen moeten, ingevolge artikel 3 van de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van sommige toelagen, vergezeld gaan van de gevraagde bewijsstukken. Artikel 12 Overeenkomstig artikel 7 van voornoemde wet, zal de subsidietrekker de toelage terug moeten betalen in de volgende gevallen: 1) als de subsidie niet aangewend wordt voor het doel waarvoor zij toegekend werd; 2) bij inbreuken op de artikelen 12 en 8. Artikel 13 De Provincie Antwerpen heeft het recht om ter plaatse de aanwending van de verleende subsidie te controleren. Hoofdstuk 5: Overgangs- en/of slotbepalingen Artikel 14 Het reglement op de subsidiering van regionale initiatieven voor tewerkstelling van risicogroepen op de arbeidsmarkt, wordt met ingang van 1 juni 2007 opgeheven. Artikel 15 Dit gewijzigde reglement is van kracht vanaf 1 april 2014.