Lezing 2 oktober 2012 door Drs. Marian Klein Breteler van de praktijk voor natuurgeneeskunde te Oegstgeest Dyslexie, visie vanuit de toegepaste kinesiologie. Definitie. Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door hardnekkige problemen in de automatisering van de woord-identificatie (lezen) en/of schriftbeeldvorming(spellen). De achterstand treedt op terwijl in de omgeving voldoende gelegenheid is tot leren. Bij dyslexie kan sprake zijn van 1. Onvoldoend samenwerking tussen de hersenhelften, onderontwikkelde verbindingsbrug tussen R en L hersenhelft onvoldoende coördinatie eenzijdig probleem met horen of zien lezen met R brein maar taalcentrum zit links. 2. Cerebellum (kleine hersenen) onbalans; blokkade in het functioneren van dit hersendeel, waardoor diverse regelsystemen geblokkeerd kunnen zijn. Dit is vaak trauma gerelateerd 3. Beelddenken Niet talige aanleg Moeite met lezen alsof de letters bewegen, en/of de woorden op hun kop staan. Er is een zwervend oriëntatie punt Hoogbegaafd speelt soms mee. Onderzoek naar oorzaak bestaat uit Ad1. Dominantie bepalen van extremiteiten, ogen, oren en brein, bijv: Ogen door klein gaatje kijken, Oren en brein m.b.v. kinesiologische testen Handen: met bal gooien, armen kruisen Voeten: bal schoppen, benen kruisen, trap lopen Looppatroon: kruisgang of telgang Dominantie van zintuigen, extremiteiten en brein moeten bij elkaar passen voor een goed leerproces en snelle communicatie. Ad 2. Cerebellum onbalans wordt o.a. getest middels spiertesten (toegepaste Kinesiologie). Spieren geven feedback, omdat ze in verbinding staan met energiestromen en zenuwen in het lichaam. Een sterke spier als antwoord op een vraag betekent ja, een slappe spier betekent nee. Daarnaast wordt o.a. gekeken naar primaire reflexen, emoties, spellen, alfabet, cijfers en concentratie. Zo kunnen leerproblemen, een trauma en de bijbehorende leeftijd achterhaald worden.75% van de trauma’s hebben te maken met de geboorte. Dit is het belangrijkste onderdeel. Ad 3.Beelddenken wordt getest met het Wereldspel: het kind bouwt een eigenwereldje van veel houten figuurtjes. Belangrijk is: hoe het kind de tafel vult en een wereld opbouwt? Gebruikt hij de hele tafel? Kruist hij de middellijn? Is er wel of geen symmetrie? Behandeling is per kind verschillend, afhankelijk van de bevindingen: 1. Bij een afwijkend dominantie patroon en onvoldoende samenwerking tussen de hersenhelften kan de brugfunctie in de hersenen geactiveerd worden door een combinatie van motorische oefeningen van ogen, activering R- en L-brein en extremiteiten. Het linker brein wordt daarbij extra geactiveerd voor lezen en spellen. 2. Een trauma kan verwerkt worden via de methode EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing). Door oorzaken, problemen en leeftijd met elkaar te verbinden kunnen de geblokkeerde regelsystemen m.b.v. kinesiologische EMDRtechnieken vrijkomen. Hierna is het kind opgelucht en blijer en komt zijn oorspronkelijke leervermogen beschikbaar. Dit verhoogt ook de concentratie en resulteert in betere schoolprestaties. 3. Bij beelddenkers is een koppeling tussen beelden en letters nodig. Dit kan door ze multi-zintuiglijk te laten leren, 3- dimensionaal, bijvoorbeeld: voorwerp laten maken en daarnaast het woord in klei. Therapeut werkt aan de desoriëntatie. Een deel van de aspecten van punt 1 (dominantie, coördinatie en loopbeweging) en 3 (beelddenken) worden met 2 (de cerebellum balans) mee behandeld. Deze vormt de kern van de behandeling. In ca 5 behandelingen is een goed resultaat te bereiken. De behandelingen worden vergoed afhankelijk van uw type zorgverzekering. Meer informatie kunt u vinden op: www.interrelations.nl; op die site vindt u ook een diapresentatie van Mevr. M. Klein Breteler over bovenstaande lezing