Slide 1 - Wikiwijs Maken

advertisement
Röntgenologie
Ik zie, ik zie wat jij niet ziet…………
en het is onzichtbaar
Wat is röntgenstraling?
Straling
• Straling is er altijd en overal  vanuit de
ruimte, de zon, de mobiele telefoon, medische
diagnostische apparatuur, een gloeilamp, etc
• Slechts een klein deel is schadelijk!
• Röntgenstraling behoort tot dit kleine deel!!!
• Elektromagnetische golven  stroom
“energiepakketjes” (fotonen/quanten) die zich
in een golfbeweging voortbewegen
Straling
• Zichtbaar licht dankt zijn zichtbaarheid aan
reflectie.
• Andere soorten straling spoor je op met
hulpmiddelen.
Violet
Blauw
Groen
Geel
Oranje
Rood
4
Straling
• Hoe hoger de frequentie (dus hoe kleiner de
golflengte)  des te groter de energieinhoud
 hardere straling
• Welke straling bevat meer energie: infrarood
straling of röntgenstraling?
Eigenschappen van
röntgenstraling
1. Doordringbaarheid
• Absorptie
• Passage
• Verstrooiing  strooistraling!!!
1. Doordringbaarheid
• Afhankelijk van:
– Object:
• Dikte
• Dichtheid
• Atoomnummer
– Meegevoerde energie
(energetische
waarde)
2. Werking op fotografische plaat
• Röntgenstralen belichten film (samen met
fluorescerende lichtstralen die ontstaan ....
komt hierna aan bod)
• Hoe meer stralen de film bereiken des te
zwarter wordt dat stukje film
• (ook zichtbaar licht heeft dit effect  cassette
goed dicht laten!!!)
3. Luminescentie
• Sommige stoffen lichten
op bij bestralen met
röntgenstralen.
• Licht dat ontstaat heeft
grotere fotografische
werking dan
röntgenstralen zelf.
• Versterkingsscherm
4. Biologisch effect
• Afhankelijk van:
–
–
–
–
Aard van de straling
Diersoort
Organen
Bescherming
• Carcinogeen
• Mutageen
• Teratogeen
= kankerverwekkend
= chromosoom- / gen-beschadigend
= veroorzaakt misvormingen bij
een ongeboren vrucht
4. Biologisch effect
• Straling die zijn energie overdraagt aan het weefsel
kan dit weefsel beschadigen (ionisatie)
• Effect bij röntgenstraling is aanwezig:
–
–
–
–
Groeibelemmering
Epitheelverwoestend
Ontstekingverwekkend
Genenbeschadigend
• Met name sneldelend weefsel en weefsel met een
hoog stofwisselingsniveau gevoelig
4. Biologisch effect
• Beschadigingen kunnen zich opstapelen
(cumulatie) om uiteindelijk toch tot uiting te
komen
• Hiervoor is een bepaalde drempelwaarde
nodig, geldt niet voor tumorvorming
• Tumorvorming heeft een lange
latentieperiode.
De röntgenapparatuur
Ontstaan van de straling
de röntgenbuis
= thermoschakelaar
= olie
= glazen omhulling
= kathode
= anode= loden omhulsel
7
= buisvenster
15
16
Bediening d.m.v. knoppen
• Kilovolt (kV) – knop
– Verandert het spanningsverschil tussen kathode en anode
– kV hoger instellen  meer en hardere stralen
• Milli-ampère (mA) – knop
– Verandert de stroomsterkte in de kathode-draad
– mA hoger instellen  meer stralen
• Seconden (s) – knop
– langere belichtingstijd  meer stralen
• (mAs-knop: combinatie van vorige 2 knoppen)
Hulpmiddelen
• Cassette
– Versterkingsscherm in de cassette (zet
röntgenstralen om in zichtbaar licht)
• Strooistralenrooster (geeft streping op de
film, behalve bij Bucky-rooster)
Stralingdoorlaatbare
voorkant
Versterkingsscherm
Röntgenfilm
doorsnede van een gevulde cassette
Versterkingsscherm
met 2 versterkingsschermen.
Opvulmateriaal (drukt
film vast)
Loden achterkant
Deksel
Klem
19
Strooistralenroosters
• Gebruiken als het lichaamsdeel
> 15 cm
– Dus alles dikker dan een
kattenbuik
• Welke roosters zijn er?:
– Loodfolie
– Strooistralenroosters
• Wel / niet gefocusseerd
– Bucky-rooster
20
Bescherming tegen
röntgenstraling
Bescherming tegen straling
• Directe straling  nooit met de handen in de
primaire bundel!!!
• Strooistraling 
– Minimaliseren hoeveelheid straling:
• Goed focussen en diafragmeren
• Gebruik versterkingsschermen
– Persoonlijke bescherming:
• Loden schort, handschoenen, schildklierbescherming
Bescherming tegen straling
– Hulpmiddelen:
• Cassettehouder, touwtje
– Afstand houden
– Deskundigheid (zo min mogelijk mislukte foto’s)
– Zo min mogelijk mensen in de ruimte
Kwadratenwet
Veiligheidsmaatregelen
• Eisen aan de röntgenapparatuur:
– Maximale capaciteit < 100 kV anders vergunning nodig
– Jaarlijkse controle functioneren en lekstraling
• Eisen aan de ruimte:
– Afsluitbare ruimte + evt rode lamp
– Wanden en deuren voorzien van lood
– Kan de buis kantelen  zwaardere eisen
Gebruikte rood/gele stickers:
Wettelijke aspecten
• Kernenergiewet
• Besluit stralenbescherming
– Iedereen aangifte, > 100 kV vergunning nodig
– Deskundigheid:
• Wie zijn er deskundig?
– Dosislimieten:
• Hoeveel mag je als paraveterinair “binnen krijgen”?
• Wat doe je als je zwanger bent?
– Persoonlijke controlemiddelen: TLD-meters
– Instructie / veiligheidsmaatregelen
– Jaarlijkse controle röntgenapparatuur
Een röntgenfoto maken
Een röntgenfoto maken
• Röntgen- en ontwikkelapparaat aanzetten
• Cassette klaar leggen:
–
–
–
–
•
•
•
•
Juiste afmeting
Film erin
Links/rechts aangeven
In of op de tafel?
Instellen lichtvizier
Instellen kV- en mAs-waarde
Beschermingsmiddelen aantrekken
Patiënt positioneren
Regels voor het maken
van een röntgenfoto
•
•
•
Neem voldoende veiligheidsmaatregelen
Zorg voor een zo rustig mogelijk dier
De zieke zijde van het dier zo dicht mogelijk op de
filmcassette (waarom?)
–
•
De zieke zijde steeds het dichtst bij de film om zo min mogelijk
vertekening te krijgen. (hoezo zo min mogelijk vertekening?)
Diafragmeer (waarom?)
–
Diafragmeer zo veel mogelijk, dus maak een zo klein mogelijke
opname  minder strooistralen.
Regels voor het maken
van een röntgenfoto
•
Centreer op de verwachte afwijking (waarom?)
–
•
Altijd 2 opnamen maken (waarom?)
–
•
Centreer de röntgenbundel op dat deel waar je de afwijking
verwacht. Bij het bekijken van een röntgenfoto verwachten we de
afwijking in het midden en niet aan de rand. (wat is het nadeel van
het beoordelen van structuren aan de rand van de opname?)
Er worden standaard 2 opnamen gemaakt in loodrecht op elkaar
staande richtingen om een 3-dimensionaal beeld te krijgen en om
geen afwijkingen te missen.
Houd een constante buis-filmafstand (bijv. 1 meter),
zodat gebaseerd op deze afstand een lijstje met
belichtingswaarden opgesteld kan worden.
Ontwikkelen van röntgenopnamen
Donkere kamer (doka)
• Ontwikkelen:
–
–
–
–
–
–
Chemische reaktie: elektron van Br af en naar Ag
Constante temperatuur (18-24 °C)
Constante ontwikkeltijd (afhankelijk van temp)
Film op en neer halen
Ontwikkelaar voor gebruik roeren
Ontwikkelaar na gebruik afdekken
• Tussenspoelen:
– Ontwikkelaar is alkalisch: spoelen voor neutralisatie en
stoppen ontwikkeling (stopbad)
– Op en neer bewegen gedurende 1 minuut
Ontwikkelen van röntgenopnamen
Donkere kamer (doka)
• Fixeren:
– In eerste instantie ongeveer 3 minuten totdat de
niet belichte plaatsen doorzichtig zijn.
• Spoelen en nat bekijken
• Nafixeren
– Ongeveer 15 minuten
• Naspoelen
– Gedurende een half uur in stromend water
• Drogen
handmatig ontwikkelen van röntgenfoto’s
36
Identificatie
•
•
•
•
•
•
•
Naam eigenaar
Naam dier en diersoort
Object
Opnamedatum
Opnamerichting
Instellingen (mAs en kV)
Waarom printen? Hoe?
– (x-rite of printbriefje met
afgeschermd hoekje)
Röntgenbeeld
De kwaliteit van een
röntgenfoto beoordelen
Het beoordelen van
een röntgenfoto
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Positie
Belichting
Contrast
Scherpte
Centrering en diafragmering
Artefacten: ontwikkelfouten, vertekening
Hoe beoordelen we of een foto
goed gelukt is?
1.
2.
3.
4.
5.
6.
De positie van het dier: ligt het dier goed recht?
De belichting: is de foto niet te wit (= onderbelichting) of te zwart
(= overbelichting)?
Het contrast: vertoont de foto veel grijstinten (contrastarm), of vallen
eigenlijk alleen de kleuren zwart en wit op (harde of contrastrijke foto)?
De scherpte: Is de foto niet bewogen door bijv. een beweging van het dier
of door de ademhaling?
De centrering en diafragmering: staat het gewenste (te onderzoeken) deel
van het dier op de foto en is het mooi gecentreerd (in het midden)? Staat
er niet teveel of te weinig op de foto?
Artefacten: is er bijvoorbeeld sprake van ontwikkelfouten?
Belichting
• Foto te wit  = onderbelicht  te weinig
stralen  kV 15% omhoog of mAs
verdubbelen
• Foto te zwart  = overbelicht  te veel
straling  kV 15% omlaag of mAs halveren
Contrast regelen: 15% regel
• 15% kV toename = 2 x mAs = dezelfde extra zwarting
• 15%-regel:
– Verlaging van de kV met 15%
– geeft in combinatie met een verdubbeling van de mAswaarde
– eenzelfde foto wat zwarting betreft, maar met een mooier
contrast
– Dit geldt met name voor foto’s van botten
44
Wat is hier aan de hand?
45
Vingers met ontwikkelvloeistof
Vuil in cassette
Vouw in film
Vuile vacht
Download