van nature - Natuurfotografie Jacques van der Neut

advertisement
12
Stad & Regio
VAN NATURE
vrijdag 8 augustus 2014
DS
Jacques van der Neut schrijft in Van Nature over opvallende
waarnemingen in de natuur. Hij werkt als boswachter in De
Biesbosch. Daarnaast is hij een verwoed natuurfotograaf.
Door een afwijkend, warm stadsklimaat komen in grotere steden in ons land ruim 800 soorten wilde
planten voor. Dat worden er nog meer door de toestroom uit het zuiden. Zo was de klimopbremraap
alleen bekend van de Sint-Pietersberg, nu groeit deze parasitaire plant ook in de Dordtse binnenstad.
JACQUES
VAN DER
NEUT
www.boswachtervanderneut.nl
Klimopbremraapinbinnenstad
E
en derde deel van de in de
steden voorkomende flora
stamt van vreemde bodem.
Veel urbane soorten zijn
aangepast aan de stedelijke
hectiek, ze varen er zelfs wel bij!
Vreemd genoeg heerst er tegelijk in
het stedelijk gebied een opmerkelijke rust in oude binnentuinen, hofjes, begraafplaatsen en allerlei
braakliggende terreinen.
Van speciale betekenis zijn muurplanten, die op historische bouwwerken groeien, maar vooral op
sluis-, kade- en grachtmuren. Zo
vinden tongvaren, steenbreekvaren,
klein glaskruid en gele helmbloem
een prima stek op diverse grachtmuren in de Dordtse binnenstad.
N De rode
bremraap
heeft opvallend gele
helmknoppen.
Het tweede
deel van de
wetenschappelijke naam
(lutea) verwijst
daar naar.
FOTO’S JACQUES
VAN DER NEUT
Plantsoenbakken
Op die stenige locaties hoeven we
niet te zoeken naar de klimopbremraap; daarvoor moeten we naar
plantsoenbakken in de Dordtse binnenstad. Van begin juni tot in september vormt de klimopbremraap
hier zijn markante strokleurige
stengels met witte of paarsachtige
bloemen, tenminste als daar de gewenste gastheer groeit: klimop. In
tegenstelling tot de meeste andere
bremrapen, verdraagt de klimopbremraap een aanzienlijke beschaduwing, ook al groeit deze soort
soms ook wel op tamelijk zonnige
locaties.
Klimopbremraap komt oorspronkelijk in Nederland alleen voor
op de Sint-Pietersberg. Vanaf
de jaren ’80 duikt
hij steeds vaker
op in het stedelijk gebied in het
westen en midden van het land.
In 2008 zijn in
Middelburg drie
afzonderlijke
groeiplekken
ontdekt; in Den
Helder en in
noordelijk Friesland wordt de
soort ook al enige
jaren gesignaleerd. Mogelijk
komt de uitbreiding door het uitzaaien in de tuin
door liefhebbers.
De klimaatopwarming kan hierbij ook een rol
spelen. Doordat de planten geen
chlorofyl (bladgroen) hebben, zijn ze
voor hun voedingsstoffen geheel afhankelijk van andere planten.
Bremraapzaden zenden bij het ontkiemen een wortelachtige uitloper
de grond in totdat deze contact
maakt met de wortel van de gastheer. Wanneer hij zich hieraan vastmaakt, berooft hij de gastheer van
water en voedingsstoffen.
Het ontkiemen van de zaden
wordt op gang gebracht door stoffen
die de wortel van de gastheer in de
grond verspreidt: ontbreken deze,
dan kan het zaad verscheidene jaren
haar kiemkracht behouden. Bremrapen parasiteren volledig op hun
N Van begin
juni tot in september vormt
de klimopbremraap zijn
markante strokleurige stengels, met witte
of paarsachtige bloemen,
als er klimop
groeit. In tegenstelling tot
de meeste andere bremrapen, groeit de
klimopbremraap ook in de
schaduw.
gastheer. Het stoffijne zaad van de
bremrapen kan grote afstanden
overbruggen. Bremrapen produceren zeer veel
Eén brem- zaad, dit ter
compensatie van
raap kan
de kleine kans
meer dan
dat een zaadje
300.000
precies boven de
zaden
wortel van een
voortbren- gastplant ontkiemt. Eén plant
gen, elk
kan wel meer
nog geen
dan
300.000
millimeter zaden voortbrengroot
gen. De zaden,
met een grootte
van amper een millimeter, worden
door de wind verspreid. Het ont-
kiemt alleen in de omgeving van de
specifieke gastheer, waarschijnlijk
onder invloed van uitscheidingsstoffen van de wortels.
Aan het eind van de bloei is het
contact tussen de stengelvoet en de
gastheerwortel verbroken en teert
de bremraap op ‘eigen’ reserves. Na
de bloei verdort een bremraap zeer
spoedig; de dode bruine stengels
blijven nog een tijdje staan, maar
zijn gewoonlijk te bros om het najaar door te komen. Sommige soorten parasiteren op slechts één soort
gastheer, zo is klimopbremraap beperkt tot klimop, de bremrapen
worden vaak genoemd naar de soort
waarop zij parasiteren.
Andere soorten kunnen op ver-
schillende geslachten parasiteren,
zoals de klavervreter op klaver, de
walstrobremraap op walstro en de
distelbremraap op (akker)distel. In
onze contreien komt ook de rode
bremraap voor: een in Nederland
bijzonder zeldzame plant.
Natuurgebied
De klimopbremraap is in de Dordtse
binnenstad gemakkelijk te bekijken,
maar de rode daarentegen staat op
de Kop van de Oude Wiel, een natuurgebied bij de oostelijke punt
van het Eiland van Dordrecht. In totaal is de rode bremraap in ons land
aangetroffen op negen plekken,
maar daarvan zijn er helaas nog
maar twee over. Van alle exemplaren die binnen ons land aanwezig
zijn, staat ten minste 90 procent op
de oostpunt van het Eiland van Dordrecht.
De enige andere groeiplaats waar
Orobanche lutea, de wetenschappelijke naam van de rode bremraap, is
gezien, is op een dijkje bij Tolkamer,
in het gebied waar de Rijn ons land
binnenkomt. De rode bremraap
heeft net als de klimopbremraap
geen bladgroen en is dus afhankelijk
van een gastheerplant, in dit geval
sikkelklaver, een soort die groeit in
droge stroomdalgraslanden.
Gewoonlijk verschijnen de bloemen van sikkelklaver in gele trosjes
op lange stelen in de bladoksels. Als
sikkelklaver echter wordt geparasiteerd door een rode bremraap,
dan blijft bloei van de gastheerplant
gewoonlijk achterwege. Van de rode
bremraap verschijnen jaarlijks ongeveer 100 tot 150 bloeistengels, verspreid over een paar hectare. Net als
OROBANCHE
Bremrapen:
aparte familie
Bremraap (Orobanche) is
een geslacht van ongeveer
150 tot 200 parasitaire
soorten uit de bremraapfamilie. De planten komen van
nature voor op het noordelijk
halfrond. De bladen bestaan eigenlijk alleen maar uit driehoekige schubben. In Nederland
zijn acht bremraapsoorten bekend, die allemaal veel op elkaar lijken. Doorgaans bloeien
deze soorten met onopvallende
bloemen, met uitzondering van
de gele bremraap die veel in het
Middellandse Zeegebied voorkomt.
Z De gele bremraap bloeit
met grote, gele bloemen.
bij de andere bremrapen wisselen
de aantallen van jaar tot jaar, maar
over langere tijd gezien is de populatie op de Kop van de Oude Wiel
stabiel.
Download