Feedback geven Goed feedback geven bestaat uit observeren en terugkoppelen van gedrag van een ander op basis van (leer)doelen. Feedback is onmisbaar als je met anderen samenwerkt. Feedback kan positief en negatief zijn. Positieve feedback in de vorm van gerichte en welgemeende complimenten is bijzonder motiverend. Negatieve feedback moet bijdragen aan de leerdoelen van de ander. Deze is meestal moeilijker om soepel te geven. Het is vooral lastig om niet (ver)oordelend te zijn. Hoe doe je dat dan? ● “Ik zie, ik hoor… ”(beschrijf het feitelijke gedrag, zonder oordeel, zonder interpretatie) ● ”Ik denk… ”(aangeven hoe je dit gedrag van de ander ervaart) ● ”Ik voel/het effect op mij is…” (het gevoelseffect aangeven dat het gedrag van de ander op je heeft) ● “Herken je dit?/Begrijp je wat ik bedoel?” (laat gesprekspartner reageren) ● “ Ik zou willen/wensen… ”(het gewenste gedrag van de ander benoemen) ● (Afhankelijk van de situatie: zoek samen naar een oplossing) Het gaat altijd om gedrag, niet om hoe iemand is. Let er ook op dat het om veranderbaar gedrag gaat die te maken heeft met het beoogde doel en hou het in het hier en nu. Feedback ontvangen Feedback ontvangen is ook niet altijd even gemakkelijk; dat geldt voor zowel positieve als negatieve feedback. Bij veel mensen word een compliment ter zijde gewuifd en bij negatieve feedback schiet men al gauw in de verdediging! Dus: ● Stel je in op puur ontvangen ● Schiet niet in de verdediging, ga niet in de aanval ● Bedenk dat het gaat om gedrag, niet om jou als persoon! ● Begrijp de feedback: luister en vraag evt. door en vraag om voorbeelden. ● Vat de feedback samen in je eigen woorden. ● Laat merken wat je met de feedback zal doen ● Bedank de feedback-gever voor de feedback Uitgebreidere feedback In sommige situaties kan de feedback gaan om meerdere gedragingen of bepaalde prestaties. In dat geval komt het tip/top-principe om de hoek kijken: ● Vertel wat er “top” was ● Geef een tip ter verbetering met bovenstaande feedbackregels in het achterhoofd