Samenvatting Global Warming Inleiding Een overgroot gedeelte van wetenschappelijke studies inzake klimaatverandering geven aan dat het klimaat van de aarde aan het veranderen is. Natuurlijke factoren zoals de intensiteit van de zon en vulkanische uitbarstingen spelen hierbij een minimale rol. Daarentegen is de opwarming van de aarde in de afgelopen vijftig jaar toe te schrijven aan menselijke activiteiten, aldus de Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC). De IPCC is een panel dat opgezet werd in 1988 door de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO, een agentschap van de VN) en het Milieu Programma van de Verenigde Naties (UNEP) met als doelstelling een objectief standpunt te formuleren betreffende opwarming van de aarde alsmede klimaatverandering op wereldniveau. Vanaf de oprichting van de IPCC zijn er uit de verzameling van gereviseerde wetenschappelijke artikelen, talrijke rapporten, methodieken en andere producten gepubliceerd die standaardwerken zijn geworden voor wetenschappers, beleidsmakers en andere deskundigen. In haar laatste rapport, Fourth Assessment Report (AR4), uitgebracht in 2007, worden de laatste bevindingen, gevolgen en vooruitzichten van het klimaat behandeld. Toen bekend werd dat de IPCC en Al Gore Jr. de Nobel prijs voor vrede 2007 hebben gekregen, heeft de meteorologische gemeenschap verheugd gereageerd. IPCC Bevindingen (afgelopen 100 jaar) Uit waarnemingen van de afgelopen eeuwen is gebleken dat de gemiddelde luchttemperatuur boven land en zee op wereldschaal sinds 1861 is toegenomen (0.74 ± 0.9°C). Tevens geven waarnemingen met behulp van satellieten aan dat het zeeijs met ongeveer 3.3% is afgenomen gedurende de afgelopen decades. De zeespiegel is in de twintigste eeuw tussen 12 en 22 cm gestegen. Bovendien is het met grote zekerheid aan te nemen dat de neerslag in verschillende landen significant is toegenomen in de twintigste eeuw. Het El Niño (warme episode van de ENSO: El Niño Southern Oscillation) verschijnsel, welke voor extreme situaties van neerslag en droogte zorgt, is na de jaren zeventig extremer en frequenter geworden vergeleken met de 100 jaren daarvoor. Tevens is een toename in de activiteit van de tropische cyclonen na de jaren 70 waargenomen in de Noord Atlantische Oceaan en in mindere mate in de andere regionen. De “multi-decade” cyclus van de Atlantische Oceaan én betrouwbare gegevens vóór 1970 maken het een complex probleem om tot een uitspraak te komen betreffende de invloed van klimaatverandering op de activiteit van orkanen. 1 Oorzaken opwarming van de aarde Voordat de mogelijke oorzaken van de opwarming van de aarde en klimaatverandering besproken kunnen worden, volgt hier een korte beschrijving van een van de belangrijkste onderdelen van het klimaatsysteem, het energiebudget. Door instraling van het zonlicht (korte golflengte) wordt warmte voornamelijk aan het aardoppervlak geabsorbeerd (49% van het inkomende zonlicht). Slechts 9% wordt teruggereflecteerd in de ruimte. In de atmosfeer wordt het zonlicht grotendeels door wolken, gassen en aerosolen geabsorbeerd (20%) en gereflecteerd (22%). De aarde op zijn beurt straalt langgolvige straling uit, die vervolgens door de atmosfeer geabsorbeerd wordt (40% van aardstraling). Het gevolg hiervan is dat de luchttemperatuur nabij het aardoppervlak ongeveer 30°C hoger is dan waanneer de aarde geen atmosfeer zou hebben. Dit effect wordt het natuurlijke broeikaseffect genoemd en de gerelateerde gassen, de broeikasgassen. Natuurlijke factoren die de luchttemperatuur kunnen beïnvloeden zijn ondermeer de fluctuaties in de zonintensiteit, vulkanische uitbarstingen en wisselwerking zoals tussen oceaan en atmosfeer. Mensgeïnduceerde factoren zijn merkbaar geworden na de industriële revolutie, toen het gebruik van fossiele brandstof en daardoor de uitstoot van voornamelijk van CO 2 gas sterk toenam. De uitstoot van gassen en aerosolen die hierbij zijn ontstaan hebben de samenstelling van de atmosfeer sterk veranderd. Inmiddels is het wetenschappelijk bevestigd dat de temperatuurstijging van de afgelopen eeuw voornamelijk toe te schrijven is aan de verhoogde concentratie van de CO 2 in de atmosfeer als gevolg van menselijke toedoen. Andere gassen die hierbij een rol hebben gespeeld zijn Methaan, Stikstofoxiden en Chloorfluorcarbonaten (CFC’s). 2 Gevolgen voor het klimaat (scenario’s 2100) Op basis van bestaande wetenschappelijke kennis van het klimaat, wordt getracht om aan de hand van klimaatmodellen, scenario’s op te stellen van het toekomstige klimaat (jaar 2100). Emissiescenario’s van fossiele brandstoffen zijn opgesteld aan de hand van de groei van de wereldeconomie en wereldbevolking. Vervolgens worden met de emissieresultaten, klimaatmodellen gevoed. De belangrijkste verwachte gevolgen zijn: (1) De gemiddelde luchttemperatuur zal met 1.4 tot 4.0°C stijgen. (2) Neerslag zal in sommige delen van de wereld toenemen terwijl het in andere regio’s zal afnemen. (3) Het zeespiegelniveau zal tussen 30 en 80 cm stijgen. Gevolgen voor de Nederlandse Antillen Vergeleken met grote landen zijn de gevolgen van klimaatverandering op eilanden over het algemeen maximaal, aangezien de kwetsbaarheid van eilanden het grootst is en de capaciteit om zich aan te passen heel klein is. Hier volgen enkele voorbeelden: Luchttemperatuurstijging De verhoging van dagelijks maximum als minimum luchttemperatuur zal een grote druk op de energie sector gaan uitoefenen, indien er geen andere koeltechnieken ontwikkeld worden. Een hoge luchttemperatuur zal ook nadelige gevolgen hebben voor de landbouw en volksgezondheid (Astmatische patiënten, ouderen, dengue, ...). Regenval Extreem droge periodes en extreme regenval zal het grondwaterreservoir in zowel in kwantiteit als kwaliteit doen verlagen. Hierdoor zal er minder water beschikbaar zijn voor de fauna, landbouw en tuinbouw. Tevens zal hevige regenval voor erosie gaan zorgen op de eilanden. Zeespiegelstijging Toename van de zeewatertemperatuur zal voor het temperatuurgevoelige onderwater ecosysteem desastreuze gevolgen hebben. Zeespiegelstijging (5mm/jaar) zal in de economische kernen, zoals de binnensteden van de eilanden van de Nederlandse Antillen voor overlast gaan zorgen en het risico’s voor “storm surges” gaan verhogen bij een passage van tropische cyclonen. Tevens zullen de stranden vernield worden door erosie, welke een belangrijke druk op onze toeristische industrie zal gaan uitoefenen. Bovendien zal door het indringen van zout water aan de kust, het zoutgehalte in het grondwater doen stijgen. Om de gevolgen van klimaatverandering in de verschillende sectoren op de Nederlandse Antillen in kaart te brengen en te beperken, is het wenselijk om een Commissie voor Klimaatverandering op te richten. Met zo’n commissie wordt, door het inzamelen van informatie en kennis betreffende klimaatverandering, op een verantwoorde wijze de duurzame sociaal economische ontwikkeling van ons land ondersteund. Deze zal dan in een beleidsplan voor de Nederlandse Antillen vertaald worden. 3