Document

advertisement
Hoe breng je een boodschap goed over?

Opening

Inleiding

Kern

Afsluiting

Voorbereiding

Opening:
- Korte voorstelling met oog op de presentatie.
- Pak onmiddellijk de aandacht van de toehoorders.

Inleiding:
- Wat is het doel van de presentatie?
- Toehoorders moeten het nut, voordeel zien van de
presentatie.

Kern:
- Meest uitgebreide onderdeel.
- Uitwerking van de hoofdgedachte.
- Indelingsprincipe volgens de soort van
presentatie

Afsluiting:
- Conclusie.

Voorbereiding:
- Doelstellingen?
- Toebehoorders: informeren, vermaken of overtuigen?
- Beginsituatie?
- Samenstelling van het publiek?
- Tijd ter beschikking?
- Gebruik een spreekschema.
- Inleiding uitschrijven.
- Tijdschema opstellen.
- Wanneer kunnen toehoorders vragen stellen?

Ontspanningstechnieken:
- Spierontspanning.
- Autogene training (concentratieoefeningen
op de spieren).
Buikademhaling
(meest ontspannende manier van
ademhaling).

Lichaamstaal verraadt de interesse:
- Positieve instelling: rust en harmonie uitstralen, open
voor dialoog.
- Negatieve instelling: geen interesse, angstige arrogante
indruk.

Eutonie (de juiste spierspanning) vertaald in een correcte
lichaamshouding:
- Rechte houding en de voeten hebben contact met de
grond.

Waarom is oogcontact belangrijk?
- Het slaan van een brug.
- Hoe meer oogcontact, hoe groter de
overtuiging.
- Oogcontact is een blijk van respect.
- Toehoorder voelt zich aangesproken

Gebaren zijn belangrijk omdat:
- Ze geven een uitdrukking van kwaliteit tussen
spreker en toehoorders.
- Ze geven uitdrukking aan bepaalde emoties.
- Ze kunnen interpretaties onderdrukken.
- Ondersteunen beschrijven de inhoud.
Let op!!! Gebaren moeten gevarieerd zijn en maar af en
toe gebruikt worden.
Goed articuleren is essentieel zodat je duidelijk
verstaanbaar bent voor de toehoorders.

Of je zacht of hard moet praten hangt af:
- Of je iets wil benadrukken.
- Het publiek.
- De ruimte waarin je spreekt.
- De omgeving.
Spreek niet te vlug of te traag en gebruik
pauzes nuttig (vb spanning opbouwen,
toehoorders laten nadenken…).
Sprekers moeten goed intoneren, dit vooral om
de aandacht van de toehoorders te behouden.
Gebruik enkel hoofdzinnen, dit houdt structuur
eenvoudig en duidelijk, geen te moeilijk
taalgebruik.
Een goede tip: kleed zoals het publiek zich
kleedt.
Download