Landelijke Studiedag Levende Talen 4 november 2016 Utrecht Meertaligheid in onderwijs. Probleem of troef? Piet Van Avermaet Overview • Taal en sociale ongelijkheid in onderwijs • Talige diversiteit • Talige diversiteit in onderwijs: 4 assumpties • Omgaan met meertaligheid in onderwijs: tijd voor nieuwe recepten? • Conclusie Antwoorden op sociale ongelijkheid in onderwijs Sociaal-etnische ongelijkheid is een hardnekking probleem in het onderwijs – PISA-onderzoek – Toenemende onderwijssegregatie en ‘tracking’ Verband tussen ‘taalgebruik thuis’ en ‘taalachterstand’ wordt vaak als de oorzaak naar voor geschoven Terecht? Exclusief taalbadmodel We zetten al meer dan 15 jaar in op taal (i.e. kennis van het Standaard Nederlands) als belangrijkste hefboom tot schoolsucces. – Zie achtereenvolgende (taal)beleidsnota’s van Vlaamse onderwijsministers – Verschuiving van breed gelijkekansenbeleid naar sterke focus (bijna exclusief) op taal – Voorwaarde wordt steeds prominenter in discours, beleid en praktijk • Exclusief inzetten op taalbadmodel • Remediëringsprogramma’s; bijspijkerklassen; pull-out klassen; (taal)niveaugroepen; … • Bannen/verbieden van andere taalrepertoires (o.a. thuistalen) van jongeren Achterhaalde visie? • Uit (international) onderzoek blijkt dat “taalbadmodel” weinig effectief is (ongelijkheidskloof neemt toe) • Sociolinguïstisch onderzoek wijst op een complexiteit en dynamiek van meertalige praktijken van jongeren om te communiceren; kennis te construeren en te delen • Onderwijssociologisch onderzoek wijst op een veelheid aan verklarende factoren voor ongelijkheid in onderwijs (onderwijsbaarheidscultuur; futiliteitscultuur; tracking; …) • Onderwijskundig onderzoek eveneens (leiderschap; krachtige leeromgeving; hoge verwachtingen; co-teaching; feedback; …) • Taalbadmodel gaat in tegen inzichten over processen van tweede taalverwerving van de laatste 20 jaar • Negatieve effecten van eentalige percepties/beliefs Kernprincipes van tweede taalverwerving Interactie, interactie, interactie, … – Thuis en school: verschillende repertoires Krachtige leeromgeving – Positief, veilig klasklimaat – Betekenisvolle activiteiten/taken – Ondersteuning door interactie Gecontextualiseerd Langdurige processen Individueel verschillend Grillig Taalleren in actie Talige diversiteit Talen in tijd en ruimte Talen zijn geen eilanden Talen brengen ons in contact Dus veranderen ze voortdurend en beïnvloeden variëteiten elkaar Verandering wordt bepaald door – tijd en ruimte – Machtsverhoudingen en status (ook dat verandert voortdurend) Meertalige realiteit Meertaligheid is een werkelijkheid in de sociale ruimte Meertaligheid is een realiteit in elke persoon: meertalige repertoires Meertaligheid hoeft niet ‘full proficiency’ van elke taal of variëteit te betekenen Meertaligheid is contextgebonden georganiseerd en SN heeft daar een specifieke plaats in Iedereen doet aan ‘translanguaging’ Talige diversiteit in onderwijs 4 assumpties 1. Kinderen met een migratieachtergrond spreken buiten de school/klas uitsluitend of overwegend hun thuistaal. 2. De taal die thuis wordt gesproken is de belangrijkste verklarende variabele voor schoolsucces van kinderen met een migratieachtergrond. 3. Kennis van de dominante taal is de conditie tot schoolsucces. 4. Kinderen (en hun ouders) die thuis een andere taal spreken dan de dominante taal moeten worden ondergedompeld in die taal en liefst zo jong mogelijk. Dus, kinderen toelaten om hun thuistaal te gebruiken op school heeft een negatieve impact op het T2 leren en derhalve op hun schoolsucces. Antwoorden gebaseerd op internationaal en Vlaams onderzoek (thuistaalproject, VALIDIV, MARS, MULAE) 4 assumpties 1. Kinderen met een migratieachtergrond spreken buiten de school/klas uitsluitend of overwegend hun thuistaal. – Geen empirische evidentie, het tegendeel is waar – Is meerlagiger, dynamischer en complexer dan verondersteld 100 90 32 80 58 70 68 63 64 71 60 Andere talen 50 Nederlands 40 68 30 42 20 32 37 36 29 10 0 Dromen Denken Geheim Boos Rekenen Dieren 4 assumpties 2. De taal die thuis wordt gesproken is de belangrijkste verklarende variabele voor schoolsucces van kinderen met een migratieachtergrond. – Wanneer gecontroleerd voor andere variabelen meestal geen significante correlatie tussen thuistaal en schoolsucces; – En als het verband significant is, is de effectgrootte meestal (zeer) klein; – Socio-economische achtergrond is de sterkst verklarende variabele voor schoolsucces; – Een causale lezing van een correlatie is een beginnersfout; – Interactie met eentalige ideologie Waar spreken leerlingen welke taal Prestaties in samenhang met taalgebruik op de speelplaats 100 80 60 40 20 0 66 62 69 63 68 63 70 65 71 66 Bruto BL MT lln Netto BL MT lln Voor Begrijpend Lezen 100 80 60 40 20 0 64 61 68 64 67 64 68 64 68 65 Bruto WO MT lln Voor Wereldoriëntatie Geletterdheid en mediagebruik Prestaties in samenhang met tv kijken in het Nederlands 100 80 60 40 20 0 76 71 75 70 76 70 75 69 75 70 Bruto BL MT lln Netto BL MT lln Elke dag Elke week Elke Minder Nooit (5) (1) (2) maand (3) dan één keer per maand (4) Voor Begrijpend Lezen 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 70 67 69 66 70 66 67 65 68 66 Bruto WO MT lln Netto WO MT lln Elke dag Elke week Elke (1) (2) maand (3) Minder Nooit (5) dan één keer per maand (4) Voor Wereldoriëntatie 4 assumpties Eentalige ideologie heeft impact: • • • • Op taalbeleid op school; Op beliefs van leerkrachten; Op beeldvorming van leerkrachten over leerlingen; Op handelen Resultaten: Survey oprit 14-project (Pulinx et al. 2013) Stelling % (Vol. ) akkoord Anderstalige leerlingen zouden op school onderling geen vreemde taal mogen spreken. De belangrijkste reden van de schoolachterstand van anderstalige leerlingen is hun gebrekkige kennis van het Nederlands. De schoolbibliotheek (klasbibliotheek, mediatheek) dient ook boeken te bevatten in de moedertaal van de leerlingen. Anderstalige leerlingen moeten op school ook de mogelijkheid krijgen hun moedertaal te leren. Door op school ook de eigen moedertaal te spreken, leren anderstalige leerlingen onvoldoende Nederlands. Anderstalige leerlingen moeten ook reguliere vakken aangeboden krijgen in hun moedertaal. Het is belangrijker dat anderstalige leerlingen goed Nederlands leren dan de kennis van de eigen moedertaal te behouden. Het is in het belang van de anderstalige leerlingen als er straffen worden toegekend voor het spreken van de moedertaal op school. 77.3% 78.2% 12.8% 6.8% 72.1% 3.2% 44.7% 29.1% OPRIT 14 project (Pulinx et al., 2013) 5.00 4.50 Trust in Students 4.00 3.50 3.00 2.50 2.00 1.50 1.00 1.00 1.50 2.00 2.50 3.00 3.50 Monolingualism Opletten voor tegenovergestelde effect dan gewenste 4.00 4.50 5.00 https://www.youtube.com/watch?v= uW3n2VxZqY4&feature=youtu.be 4 assumpties 3. Kennis van de dominante taal is de conditie tot schoolsucces. • Vroege T2 verwerving is belangrijk voor schoolsucces van kinderen. Maar het effect is kleiner dan verondersteld en er is zo goed als geen effect onder de leeftijd van 4 jaar. Kwaliteit van interactie is belangrijker dan frequentie en vroege deelname KO; • Bovendien blijkt uit onderzoek ook een sterke samenhang tussen T1 en T2; Afhankelijkheid Tx en Ty 4 assumpties 3. • • • • • Kennis van de dominante taal is de conditie tot schoolsucces. Vroege T2 verwerving is belangrijk voor schoolsucces van kinderen. Maar het effect is kleiner dan verondersteld en er is zo goed als geen effect onder de leeftijd van 4 jaar. Kwaliteit van interactie is belangrijker dan frequentie en vroege deelname KO; Bovendien blijkt uit onderzoek ook een sterke samenhang tussen T1 en T2; Men vergeet vaak het effect van andere variabelen in het verklaren van schoolsucces; Men vergeet ook dat een taalrepertoire wordt verworven in de context waar het wordt gebruikt. De ‘schooltaal’ dient dus te worden verworven op school (en in de ‘mainstream’ klas)en niet daarvoor. Competentie in de ‘schooltaal’ is de uitkomst van een krachtige didactiek, en dus niet de conditie; Wiskunde-competenties zijn toch ook geen conditie voor schooldeelname. 4 assumpties 4. Kinderen (en hun ouders) die thuis een andere taal spreken dan de dominante taal moeten worden ondergedompeld in die taal en liefst zo jong mogelijk. Dus, kinderen toelaten om hun thuistaal te gebruiken op school heeft een negatieve impact op het T2 leren en derhalve op hun schoolsucces. Er is geen empirische evidentie voor een exclusief T2 taalbadmodel; T2 taalbadbeleid (h)erkent niet of nauwelijks de meertalige repertoires van kinderen. Men bant ze vaak; Er is geen empirische evidentie dat het toelaten van de thuistaal van kinderen op school een negatief effect zou hebben op hun T2 ontwikkeling en op schoolsucces. Effect gebruik T1 op taalvaardigheid T2 DV: begrijpend lezen Controle voor: gender en basisniveau begrijpend lezen A-conditie: Controle: M = 21.14 (n = 42) M = 21.91 (n = 43) Het benutten van de MT repertoires van kinderen heeft geen negatief effect op hun begrijpend lezen Nederlands. Socio-affectieve effecten zelfvertrouwen Impact op leerkrachten (1) Opener en krachtiger leeromgevingen in de klas ”meer talen bieden meer mogelijkheden voor creatieve activiteiten. Ik benut de thuistalen nu bewuster en systematischer. Ik zoek nu meer naar materiaal in verschillende talen. Is leuk voor alle kinderen" (K2/K3) Impact op leerkrachten (2) Attitudes van leerkrachten zijn veranderd: Uitgesproken positievere attitudes in kleuterklassen Nog minder sterk in lager onderwijs, maar groeiend bewustzijn ”ik ben me nu meer bewust van de aanwezigheid van de verschillende talen in de klas. Ik heb nu meer begrip voor de talen van de kinderen.”(OKAN lkr) Omgaan met meertaligheid in onderwijs Iedereen zit met vragen Hoe ga ik om met de meertalige realiteiten op school? In de les? Wat betekent verbieden/benutten voor leerlingen: cognitief, socioemotioneel? Wat adviseer ik aan meertalige jongeren m.b.t. hun meertaligheid buiten de school/les? Wat adviseer ik aan ouders van meertalige leerlingen m.b.t. hun communicatie thuis, met kinderen, vrienden, buiten de les? Bezorgdheden van leerkrachten De T1 van leerlingen/cursisten is arm, beperkt. T1 toelaten vergroot/versterkt/bestendigt segregatie. Als cursisten onderling de eigen taal spreken verlies ik controle over wat er in de klas gebeurt en is dit nadelig voor het leerproces. Als ik vertaal daalt de motivatie om L2 te leren. De tijd om L2 te leren is al zo beperkt. Ik heb meer dan 10 talen in mijn klas. Meertaligheid: een dubbele standaard? Meertaligheid wordt enerzijds gezien als een probleem, een deficit, “geen taal” Op school wordt vaak alleen de standaardvariëteit van het Nederlands toegelaten (regels, verbieden, bestraffen) Promotie van meertaligheid als een troef, een voordeel in Europa versus meertaligheid van immigrantenkinderen als een handicap, een nadeel Vreemde-taalleren draagt bij tot cognitieve ontwikkeling versus thuistaal als een obstakel tot cognitieve ontwikkeling Maar VT-onderwijs staat in context van onderwijsvermarkting nu ook onder druk. Wat is meerwaarde voor de markt? MT is in alle onderwijscontexten van cruciaal belang: – Economisch, identiteit, cognitieve ontwikkeling, taal-denkrelaties, socio-emotionele, vriendschapsrelaties, … Meertalig onderwijs koepelbegrip Term dekt vele ladingen Term wordt vaak eng geïnterpreteerd Tweetalig onderwijs (vele vormen) ‘language awareness’ CLIL Functioneel meertalig leren Welk taalonderwijsmodel? Twee tegenstrijdige visies: Centrale vraag: welk taalonderwijsmodel is het meest effectief voor L2verwerving (concreet: NT2) en voor het verkleinen van de kloof en het versterken van integratie? Polarisatie – T2 “taalbadmodel” – Twee- of meertalig onderwijsmodel Meertaligheid in onderwijs Tijd voor een nieuwe aanpak? Argumenten – Praktisch: is de organisatie van twee-/meertalig onderwijs nog mogelijk in stedelijke, diverse omgevingen? – Theoretisch: nieuwe sociolinguïstische concepten inzake meertalige communicatie in de complexe hedendaagse wereld die breken met meer statische ideeën over taal als netjes afbakenbare gehelen (vs. gezichtspunt van de gebruiker) – Contraproductieve en zeer geïdeologiseerde binaire discussie over taalbad- versus meertalig onderwijsmodel Binaire overstijgen naar een nieuw model van leren dat de meertalige praktijken van leerlingen integreert met het leren van de schoolse taalvaardigheid Nederlands Functioneel meertalig leren Meertalige repertoires als bron voor leren: – Meertalige repertoires van cursisten benutten, in de klas, om de kansen tot ontsluiten van kennis en om kennis te construeren te vergroten – Repertoires van cursisten benutten als didactisch kapitaal Setting: – Talig gemengde klassen – T2 is dominant, maar mogelijkheden om T1 te gebruiken in functie van leren worden benut – De leerkracht hoeft de aanwezige T1’s niet te spreken Een ‘meertalig sociaal interactiemodel voor leren’ als alternatief voor ‘taalleermodel’ https://www.youtube.com/watch?v= L2KfmzwF1Uk&feature=youtu.be FML: wat leert onderzoek? Thuistaalproject: – Geen negatief effect op leren schoolse taalvaardigheid Nederlands – Geen negatief effect op leren in het algemeen – Positief effect op zelfvertrouwen Validiv-project: – In context van “open meertalig beleid” voelen alle leerlingen zich beter thuis (en zeker ook de meertalige leerlingen) – Positief effect op gemengde vriendschapsrelaties – Positief effect op percepties van leerkrachten – E-validiv (meertalige tool) overwegend gebruik Nederlands; switches naar ET is functioneel (bvb betekenis woord op te zoeken of te checken) FML: wat leert onderzoek? 68% van interactietijd blijft Nederlands. Van de 32% in de thuistaal is 21% taakinhoud, 42% taak management, 27% ‘off task’, 10% rest Turks wordt evenzeer als Ned ingezet voor uitwisseling van betekenissen in een “schools kader” als in een “peer kader” In open beleid zijn leerkrachten zich meer bewust van interactionele dynamieken van lln en kunnen ze meer mogelijkheden creëren om in een krachtige leeromgeving meertaligheid te laten benutten in functie van leren en ze kunnen hierin een positievere mediërende rol opnemen In scholen met streng eentalig beleid of met vaag beleid zie je worsteling bij leerkrachten of directies Conclusie: Nieuwe ingrediënten, nieuwe recepten Nederlands is belangrijk om in een samenleving (en in onderwijs) te functioneren, maar we moeten nadenken over de meest zinvolle weg daar naar toe; Sociale inclusie en onderwijssucces mag men niet als gerealiseerd beschouwen na een inburgeringsprogramma of een taalcursus. Het is een voortdurend, complex, dynamisch proces. Het is nooit af en verschillend voor elk individu; We moeten ook nadenken over de plaats die we geven aan de meertalige realiteiten van mensen en buurten, want in het proces van sociale participatie en de opbouw van sociale netwerken ontwikkelen taalgebruik en taal zich (en dus ook het Nederlands); Een beleid waarin de meertalige repertoires van elk individu als kracht voor leren EN voor sociale inclusie worden gebruikt. Meertaligheid als “didactisch kapitaal”, dus. www.meertaligheid.be www.metrotaal.be www.validiv.be www.steunpuntdiversiteitenleren.be “To reject a child’s language in the school is to reject the child. When the message, implicit or explicit, communicated to children in the school is “Leave your language and culture at the schoolhouse door”, children also leave a central part of who they are - their identities - at the schoolhouse door. When they feel this rejection, they are much less likely to participate actively and confidently in classroom instruction” (Cummins, 2001, p. 19). Landelijke Studiedag Levende Talen 4 november 2016 Utrecht DANK U! [email protected]