Bekijk

KAMER VOOR OSTEOPATHIE
Notulen van de vergadering van 13 december 2011
Aanwezig:
Voorzitter: Dr. Dirk Cuypers
Dhr. Jean Ruwet (BUO), dhr. Yves Lepers (BUO), dhr. Claude Rousseau (BVO), dhr.
Michel Van Den Abeele (UKO), dhr. Jöry Pauwels (UVO), Dr. Luc Haenecour (UCL),
dhr. Grégoire Lason (ROB)
Afwezig met kennisgeving:
Dr. Marcel Rooze (ULB), Dr. Marco Tomasella (Ulg), Dr. Guy Vanderstraeten (Ugent),
Dr. Jan De Maeseneer (Ugent), Dr. Lieven Lagae (KULeuven)
Afwezig:
Uitgenodigd:
Datum en handtekening van de secretaris
S. CONIGLIO
Goedkeuring door de Voorzitter,
Dr. Dirk CUYPERS
KAMER VOOR OSTEOPATHIE
Verslag van de vergadering van 13 december 2011
Het verslag van de vorige vergadering werd goedgekeurd tijdens de zitting van
13 december 2011.
1. Wijziging van het huishoudelijk reglement
In artikel 6 van de wet van 29 april 1999 betreffende de niet-conventionele
praktijken inzake de geneeskunde, de artsenijbereidkunde, de kinesitherapie, de
verpleegkunde en de paramedische beroepen is het volgende bepaald: ‘’Elke
kamer kan alleen geldig beraadslagen en besluiten indien meer dan de helft van
haar leden aanwezig is. ‘’
Artikel 10 van het huishoudelijk reglement dat tijdens de eerste vergadering is
opgesteld, bepaalt het volgende: ‘’Als het aantal leden tijdens een vergadering
van de Kamer het vereiste quorum niet bereikt, roept de voorzitter binnen de
week een tweede vergadering bijeen met dezelfde agenda.’’
Dit artikel is dus in strijd met de voornoemde wettekst.
Bijgevolg moet dat artikel uit het huishoudelijk reglement van de kamer voor
osteopathie geschrapt worden.
De leden van de kamer hebben de mogelijkheid om een wijziging van die wet
van 29 april 1999 te vragen, wat tijdens de vergadering niet gebeurd is.
Mijnheer de Voorzitter informeert de leden over de mogelijkheid om aan een
ander lid een volmacht te geven als zij niet aanwezig kunnen zijn op de
vergadering.
Dat document moet per mail verstuurd worden naar het secretariaat van de
kamer.
De heer Yves Lepers: Hoe kan men een beroep doen op zijn plaatsvervanger als
het effectief lid hem niet kent?
De Voorzitter: Het effectief lid brengt de secretaris van de kamer ervan op de
hoogte dat hij niet op de vergadering aanwezig kan zijn, en die vraagt aan zijn
plaatsvervanger of hij hem kan vervangen.
2. Aanwijzing van de Nederlandstalige kandidaten voor de
paritaire commissie:
Artikel 5 §2 van de bovengenoemde wet van 29 april 1999 bepaalt het volgende:
‘’De leden benoemd op voordracht van de kamers dienen beoefenaar te zijn van
de betrokken niet conventionele praktijk. Van elke kamer moet minstens één lid
zitting hebben in de paritaire commissie’’.
Pag. 2 van 6
KAMER VOOR OSTEOPATHIE
Verslag van de vergadering van 13 december 2011
De leden van de kamer hebben beslist om Franstalige kandidaten en
Nederlandstalige kandidaten te benoemen.
De Franstalige kandidaten werden aangewezen tijdens de vergadering van 19
oktober 2011.
Vraag 1: Aantal Nederlandstalige kandidaten aangewezen door de kamer?
Met 6 stemmen tegen 1 werd beslist om 1 effectieve Nederlandstalige kandidaat
en 1 plaatsvervangende Nederlandstalige kandidaat voor te dragen aan de
minister.
Vraag 2: Keuze van de effectieve kandidaat en van de plaatsvervangende
kandidaat voor de paritaire commissie
Drie kandidaten worden voorgedragen:
- de heer Grégoire Lason
- de heer Alex Boon
- de heer Paul Sercu.
Na overleg beslist de heer Michel Van den Abeele om de heer Paul Sercu niet
meer als kandidaat voor te dragen.
Stemming:
1 onthouding
4 stemmen voor de heer Alex Boon als effectief kandidaat
2 stemmen voor de heer Gregoire Lason als effectief kandidaat.
De volgende kandidaten osteopaten zuIlen aan Mevrouw de Minister
voorgedragen worden voor de paritaire commissie:
de heer Jean Ruwet (effectief lid) en de heer Yves Lepers (plaatsvervangend lid)
de heer Alex Boon (effectief lid) en de heer Grégoire Lason (plaatsvervangend
lid).
Opmerking: Als elke kamer haar kandidaten heeft aangeduid, moet de Minister
de leden benoemen die zitting zullen hebben in de paritaire commissie. De
Minister moet rekening houden met een aantal criteria zoals de taalrol, de
gelijkheid man/vrouw enz. om de leden van de paritaire commissie te benoemen.
Pag. 3 van 6
KAMER VOOR OSTEOPATHIE
Verslag van de vergadering van 13 december 2011
3. Beleidsdocument voor de minister
De Voorzitter vraagt de leden van de kamer om een werkdocument op te stellen
met daarin de doelstellingen die binnen de 24 maanden, tegen het einde van de
legislatuur, behaald moeten worden.
Dat document moet als leidraad dienen voor het werk dat de kamer zal
verrichten.
Dat document moet ofwel door alle leden ofwel door een werkgroep worden
opgesteld tegen de volgende vergadering zodat het kan worden bestudeerd en
afgewerkt en vervolgens naar de Minister kan worden gestuurd.
4. Officiële oprichting van de werkgroepen
Overeenkomstig artikel 6 en 8 van de wet van 29 april 1999 betreffende de nietconventionele praktijken inzake de geneeskunde, de artsenijbereidkunde, de
kinesitherapie, de verpleegkunde en de paramedische beroepen heeft de kamer
als opdracht ontwerpen van advies uit de brengen over de volgende punten:
1. Op verzoek van de Minister (art. 6§2);
2. Richtlijnen inzake de goede beoefening van het beroep (art. 6§3);
3. Organiseren van een systeem van peer review (art. 6§3);
4. Regels inzake beroepsethiek (art. 6§3);
5. Registratieprocedure (art. 8).
De Voorzitter stelt aan de leden voor om de volgende werkmethodologie te
volgen teneinde de voornoemde opdrachten te volbrengen:
Er moeten een aantal werkgroepen met leden van de kamer worden ingesteld
om overleg te plegen en documenten uit te werken teneinde de verschillende
opdrachten uit te voeren.
Die werkgroepen moeten plaatsvinden buiten de vergaderingen van de kamer.
Ze moeten samengesteld zijn uit leden van de kamer die vrijwillig worden
aangeduid, maar ook – indien het overleg dat vereist – uit externe deskundigen.
Die documenten die door de werkgroep worden opgesteld, worden voorgelegd
aan de kamer zodat die kunnen worden afgewerkt en definitieve adviezen naar
de Minister kunnen worden verstuurd.
Indien er externe deskundigen in die werkgroepen zitten, moeten diezelfde
deskundigen uitgenodigd worden voor de vergadering van de kamer.
Pag. 4 van 6
KAMER VOOR OSTEOPATHIE
Verslag van de vergadering van 13 december 2011
De Voorzitter stelt voor om in die werkgroepen alle terreinexpertise, de analyse
van de verschillende problemen of de door de verenigingen opgestelde
documenten aan te wenden.
De FOD Volksgezondheid kan u de nodige lokalen voor die vergaderingen ter
beschikking stellen, maar u moet het secretariaat binnen correcte termijnen op
de hoogte brengen.
De juridische dienst van de FOD Volksgezondheid kan sommige van de vragen
die in die werkgroepen gesteld worden, beantwoorden.
1ste werkgroep: werkgroep deontologie
De Groepering Nationaal en Representatief voor de Professionele Osteopaten
(GNRPO) heeft een document opgesteld: ‘’Deontologische code voor
osteopaten’’. Dat document kan als basis dienen voor het overleg dat de
werkgroep moet voeren.
Ruwet: Hoe kunnen we spreken over deontologie als we de grondslagen zelf van
het beroep niet bespreken?
Op grond van het document inzake deontologie moet u een lijst met vragen
opstellen die u beantwoord zou willen zien door de leden van de kamer.
2de werkgroep: registratieprocedure
U moet vertrekken van wat momenteel op het werkveld bestaat en vastleggen
wat u als einddoel wil behalen.
Bv.: Hoe moeten osteopaten ingeschreven worden in het kadaster, wat met
mensen die het beroep verlaten, aan welke criteria moet worden voldaan om die
erkenning te behouden, welke voortgezette opleidingen zijn er enz.
3de werkgroep: richtlijnen inzake de goede beoefening van het beroep,
organiseren van het systeem van peer review
Te preciseren tijdens de volgende vergaderingen.
5. Varia
a. De heer Yves Lepers licht het probleem in verband met de BTW toe waarmee
de studenten uit de ULB te maken hebben.
De faculteit bewegingswetenschappen organiseert samen met de faculteit
geneeskunde van de ULB een "fulltime" opleiding in de osteopathie vanaf het
Pag. 5 van 6
KAMER VOOR OSTEOPATHIE
Verslag van de vergadering van 13 december 2011
humanioradiploma. Die opleiding strekt zich uit over 6 jaar, met 60 studiepunten
per jaar. Sommige BTW-controleurs (Ukkel en Sint-Gillis) verwijzen naar de wet
die zegt dat osteopaten een BTW-vrijstelling genieten voor zover ze houder zijn
van de titel van arts of kinesitherapeut. Die situatie ontkent dus het medische
karakter van de exclusieve uitoefening van de osteopathie. Ze creëert ook
discriminatie binnen het beroep: er ontstaat immers een verschillende
belastingregeling voor de leden van eenzelfde beroepsunie. En die discriminatie
treft de best opgeleiden. Er dient te worden opgemerkt dat chiropractors die noch
in België noch elders een universitaire opleiding genoten en die ook onder de
wet Colla van 1999 vallen, een BTW-vrijstelling genieten.
De heer Yves Lepers vraagt om dit probleem onder de aandacht van de
bevoegde Minister te brengen.
b. Meneer Yves Lepers informeert de leden dat de osteopaten een Riziv-nummer
hebben dat tot de categorie “gebedsgenezer” behoort.
Hij vraagt dat, wanneer dit punt aan bod zal komen, iemand van het Riziv wordt
uitgenodigd op de vergadering, zodat hij kan deelnemen aan de discussies.
To do:
Er wordt gevraagd om tegen de vergadering van 10 januari 2012 een nota op te
stellen met daarin een ontwerp van programma.
Voor elke werkgroep moet het volgende opgenomen worden:
- de te bespreken punten,
- de leden en deskundigen die aan de werkgroepen deelnemen,
- de te behalen doelstellingen,
- de in acht te nemen timing.
Voor de opstelling van dit document wordt gevraagd om rekening te houden met
de aanbevelingen van het KCE en eventueel de vragen op te nemen die
voortvloeien uit dit KCE-document.
De werkgroepen moeten vanaf januari ingesteld worden.
VOLGENDE VERGADERING op 10 januari 2012 12u00 tot 14u00
Pag. 6 van 6